Organisatie | Vught |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Gemeentegaranties Geldleningen |
Citeertitel | Verordening Gemeentegaranties Geldleningen |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Verordening |
Geen
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-10-2006 | Nieuwe regeling | 28-09-2006 Het Klaverblad, 04-10-2006 | Onbekend |
Hoofdstuk 2 Reikwijdte van het gemeentelijk garantiebeleid
Artikel 2 De criteria voor de garantieverstrekking
Om in aanmerking te komen voor garantieverstrekking moet aan de volgende hoofdvoorwaarden worden voldaan:
Hoofdstuk 3 Bevoegdheden m.b.t. de garantieverlening
Artikel 4 Beslissingsbevoegdheid
Het bevoegde bestuursorgaan kan nadere regels stellen over de wijze van aanvragen van de garantie, de aanvraagtermijn, de gegevens die bij de aanvraag moeten worden overgelegd en de beslistermijnen, voor zover deze niet zijn geregeld.
Artikel 6 Weigering van garantie
Het bevoegde bestuursorgaan kan de garantieverlening onverminderd het bepaalde in artikel 4:35 Awb weigeren, indien:
Hoofdstuk 4 Indiening aanvragen tot verlening van garanties
Artikel 8 Tijdstip van aanvragen
Een aanvraag om gemeentegarantie als bedoeld in artikel 1. dient te worden ingediend tenminste drie maanden voor het tijdstip waarop een geldlening wordt opgenomen en tenminste 3 maanden voordat een beslissing van het bevoegd bestuursorgaan wordt verwacht.
Artikel 9 Verplichting tot gegevensverstrekking
Bij een aanvraag tot het verlenen van een gemeentegarantie worden overgelegd:
een drietal offertes van geldverstrekkers indien de hoofdsom van de af te sluiten lening meer zal bedragen dan € 50.000 of een offerte van één geldverstrekker indien de hoofdsom van de af te sluiten lening niet meer dan € 50.000 zal bedragen. Indien de aanvrager er niet in slaagt voldoende offertes van geldverstrekkers te overleggen kan in plaats van een offerte ook de schriftelijke verklaring van een of meer geldverstrekkers worden overgelegd waaruit blijkt dat deze(n) niet bereid is c.q. zijn een lening aan de aanvrager te verstrekken;
Hoofdstuk 6 Overgangs- en slotbepalingen
Artikel 11 Afwijkingen van criteria en eisen
Van de in artikelen 2, 3 en 8 bepaalde criteria voor garantieverlening en daaraan gestelde eisen kan bij uitzondering door het bevoegde bestuursorgaan worden afgeweken. Afwijkingen worden schriftelijk gemotiveerd en ter kennis gebracht van de raad.
Aldus besloten door de Raad van de gemeente Vught
in zijn openbare vergadering van 28 september 2006.
de griffier,
drs. H.C. de Visch Eijbergen
de voorzitter,
drs. J.L.M. Baartmans - van den Boogaart
Garanties vallen onder het subsidiebegrip ex art. 4:21 van de Algemene wet bestuursrecht derde tranche, in werking getreden op 1 januari 1998. Deze definitie vereist niet dat er sprake moet zijn van een geldstroom. Dit artikel definieert subsidie als "een aanspraak op financiële middelen". Het is dus voldoende dat er een geldstroom kan ontstaan ook al is dit afhankelijk van een voorwaarde (i.c. het niet, niet geheel of niet tijdig betalen door de debiteur). Bij het gemeentelijk garantiebeleid moet dus ook rekening worden gehouden met titel 4.2 van de Awb.
Ingevolge art. 4.23 verstrekt een bestuursorgaan slechts subsidie op grond van een wettelijk voorschrift dat regelt voor welke activiteiten subsidie kan worden verstrekt. Voor een gemeente betekent het vereiste van een wettelijk voorschrift dat er een grondslag voor subsidieverstrekking moet liggen in de formele wet of een gemeentelijke verordening.
De condities waarop de gemeentegaranties kan verstrekken liggen dan ook niet in deze verordening vast maar in de formele wetten en de gemeentelijke verordeningen.
Deze verordening geldt alleen voor instellingen en niet voor individuen.
Er is voor gekozen de artikelen van de Awb niet integraal in deze verordening op te nemen. Dat betekent wel dat degenen die zich bezighouden met garantieverstrekking naast deze verordening ook de (ingewikkelde) regels uit de Awb moeten kennen en toepassen.
In aanvulling op de vereisten van de Awb dient gemeentelijke garantieverlening te voldoen aan de wet FIDO. De financieringsattitude van de gemeente Vught is risicomijdend. Gegeven de wettelijke kaders is de gemeente slechts in uitzonderlijke gevallen bereid een garantie voor de betalingsverplichtingen van een lening jegens een geldgever af te geven.
Het verstrekken van leningen moet passen in de publieke taak van de gemeente. Ook voor gemeentegaranties geldt het criterium "publiek belang". De wetgever laat het in eerste aanleg aan het gemeentebestuur over om het begrip "publiek belang" in te vullen. Ook zal er bij garantieverlening voor gewaakt moeten worden, dat er sprake is van de naar Europese regelgeving verboden staatssteun i.v.m. concurrentievervalsing.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
De gemeentegaranties volgens deze verordening zijn een financieringsinstrument, waarbij de gemeente zich tegenover een geldverstrekker (meestal een bank) verplicht in te staan voor de betalingsverplichtingen van een derde, waardoor deze geldverstrekker bereid is een lening te verstrekken.
Gemeentegaranties hebben betrekking op door derden (maatschappelijke instellingen) aangetrokken gelden, die zij zonder gemeentegarantie niet zouden kunnen verkrijgen.
Gemeentegaranties zijn een vorm van financiële steunverlening. Andere vormen zijn bijv. subsidieverlening, deelnemingen e.d. Ook zijn gemeentelijke garanties denkbaar in de vorm van projectgaranties of exploitatiegaranties. Deze vormen van garanties zijn evenwel geen onderdeel van de gemeentelijke bancaire functie.
Artikel 2 De criteria voor de garantieverstrekking
Een garantie wordt slechts verstrekt voor zover is gebleken dat het verstrekken van de garantie een noodzakelijke interventie van de gemeente is ten behoeve van het realiseren van de financiering van een activiteit of een object die c.q. dat (mede) dienstbaar is aan het realiseren van een actuele gemeentelijke beleidsdoelstelling.
Geen garantie wordt verstrekt ten behoeve van een aanvrager die volgens de statutaire doelstellingen werkzaam is op een beleidsterrein dat niet overwegend tot de bestuurszorg van de gemeente wordt gerekend. De aanvrager of een aan de aanvrager gelieerde rechtspersoon ontplooit geen commerciële activiteiten en heeft geen winstoogmerk.
Uitgangspunt is ook, dat er geen instelling of andere overheidsorganisatie is, die tot taak heeft ten behoeve van de aanvrager of ten behoeve van de financiering van de activiteit c.q. het object zekerheden te verschaffen. Ook al gaat dit gepaard met hogere kosten voor de geldnemer dan wanneer de gemeente garantie verstrekt.
Door de aanwezigheid van het sectorale waarborgfonds voor woningbouw, hoeft daarom geen (aanvullende) garantie te worden verleend voor deze sector. De gemeente is wel bereid om desgevraagd een achtervangpositie in te nemen om daarmee borging door het WSW mogelijk te maken.
Geen garantie wordt verstrekt op een reeds verstrekte lening of ingeval de aanvrager reeds een overeenkomst heeft gesloten met een geldverstrekker tot het verkrijgen van een geldlening.
Uit verklaringen van tenminste twee van elkaar onafhankelijke bancaire instellingen moet blijken dat zij niet bereid zijn zonder gemeentelijke garantie een geldlening te verstrekken, ook niet op basis van een onderpand dat de geldnemer als zekerheid zou kunnen verstrekken.
Om in aanmerking te komen voor garantieverstrekking moet aan de volgende specifieke voorwaarden worden voldaan:
1. De aanvraag moet passen binnen het kader van Publiek Gemeentelijk Belang:
privaatrechtelijke ondernemingen komen niet in aanmerking voor garantieverstrekking, tenzij de aandelen van de privaatrechtelijke onderneming voor het merendeel in handen zijn van de gemeente Vught en/of anderszins sprake is van Publiek Gemeentelijk Belang. Wat tot uitdrukking komt in het gemeentelijk beleid c.q. de gemeentebegroting;
2 en 3. De aanvrager moet aantonen dat geen financiering op de markt kan worden verkregen zonder garantie en er geen andere instellingen zijn die garantie kunnen verstrekken. Ook al gaat garantstelling door andere instellingen gepaard met hogere kosten voor de geldnemer dan wanneer de gemeente garantie verstrekt.
Voor sectoren waar een waarborgfonds actief is (zoals woningbouw, kinderopvang en sport), dienen deze fondsen te worden aangesproken.
4. Uit de door de geldnemer te verstrekken gegevens moet blijken dat de geldnemer structureel in staat is om de verschuldigde rente en aflossingen te voldoen.
5 en 6. Voor garantie komen alleen onroerende zaken in Vught voor eigen gebruik, ter ondersteuning van de exploitatie van de instelling en bedrijfsproces hiervoor in aanmerking, zoals kantoorgebouw, bedrijfshal, werkplaats en dergelijke. Andere bestedingsdoelen zijn uitgesloten.
7. De betrokken maatschappelijke instelling wordt goed bestuurd;
In de aanvraag zal tot uiting moeten komen in hoeverre de instelling gericht is continuïteit van de bedrijfsvoering, waarbij risico’s worden beheerst en bewaakt.
8. Het risico, in verhouding tot de draagkracht van het voor het programma en/of beheersproduct beschikbare budget is aanvaardbaar.
Artikel 3. Eisen aan de garantie
Indien de gemeente Vught een garantie verstrekt, strekt deze alleen tot zekerstelling aan de geldverstrekker van de betaling van rente en aflossing indien een geldnemer in gebreke is gebleven. Indien de gemeentegarantie aangesproken wordt is de regresvordering in een eventueel faillissement van de geldnemer bevoorrecht op eventuele andere vorderingen die een geldverstrekker op de geldnemer heeft.
Artikel 4. Beslissingsbevoegdheid
Deze verordening is niet bedoeld om een wettelijke grondslag te bieden voor het verstrekken van gemeentegaranties, maar biedt een regeling voor de afhandeling van aanvragen voor gemeentegaranties op grond van enige andere wettelijke regeling. De beslissingsbevoegdheid wordt in de betreffende wettelijke regeling geregeld.
Artikel 5. Beslissingstermijnen
Het niet in deze verordening opnemen van beslistermijnen zou betekenen dat de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van toepassing zou zijn. Ingevolge die wet geldt een ‘redelijke termijn’, die na acht weken verstreken is, zij het dat verdaging (ook met een ‘redelijke termijn’) mogelijk is.
Vaak is de raad het bevoegde bestuurlijk orgaan. De beslissingstermijn wordt daarom gesteld op 3 maanden omdat het besluitvormingstraject dat aan de raadsvergadering vooraf gaat vrij lang is en aantal vergaderingen van de raad beperkt. (In de vakantieperiode vindt er b.v. gedurende 2 maanden geen vergadering plaats.)
Artikel 6. Weigering van garantie
Artikel 7. Intrekking verstrekte garanties
Er zijn enkele intrekkinggronden toegevoegd die specifiek zijn toegesneden op garanties. Het betreft het niet binnen drie maanden tot stand komen van de onderliggende overeenkomst of het niet storten en opnemen van de hoofdsom conform het stortings- en aflossingsschema.
Een intrekkinggrond die – noodzakelijk – een ruimere formulering heeft betreft de mogelijkheid een verleende garantie in te trekken indien door toedoen of nalaten van de geldnemer het risico dat de gemeente loopt significant wordt gewijzigd. Hierbij kan worden gedacht aan het gaan uitvoeren van activiteiten die grote financiële risico’s met zich meebrengen, het niet treffen van maatregelen om vermogensverlies te voorkomen zoals het afsluiten van verzekeringen en wanbeheer.
De artikelen 4:48 en 4:49 van de Awb regelen de intrekking of wijziging met terugwerkende kracht. Voor gemeentegaranties is dit als volgt te interpreteren:
De geldgever dient adequate invorderingsmaatregelen te treffen om achterstanden in de betaling van rente en aflossing door de geldnemer te voorkomen. Het niet treffen van adequate maatregelen vormt een reden voor intrekking van de gemeentelijke garantie.
Artikel 8. Tijdstip van aanvragen
Artikel 9. Verplichting tot gegevensverstrekking bij aanvraag
Bij een aanvraag tot het verstrekken van een gemeentegarantie zijn in wezen dezelfde gegevens relevant als bij de beoordeling van een subsidieaanvraag. Daarom worden jaarverslag en jaarcijfers van het voorgaande jaar en stukken waaruit de rechtspersoonlijkheid blijkt opgevraagd.
Om te kunnen bepalen of de geldnemer structureel aan zijn betalingsverplichtingen kan voldoen wordt ook een meerjarenbegroting opgevraagd.
Bij een garantie dienen ook de financieringsbehoefte van de geldnemer en de offerte(s) van de geldverstrekkers te worden beoordeeld.
Daarnaast wordt de mogelijkheid open gehouden om bij de aanvraag aanvullende gegevens op te vragen voorzover het college dit noodzakelijk acht ter voorbereiding van de besluitvorming door het bevoegd orgaan.
Een geldnemer en een geldverstrekker zijn te allen tijde verplicht om aan het gemeentelijke bestuursorgaan dat de garantie heeft verstrekt, desverlangd alle gevraagde informatie te verstrekken die het bestuursorgaan noodzakelijk acht voor het houden van toezicht op de naleving van de aan de garantie verbonden voorschriften en voor de beoordeling van het actuele risico dat voor de gemeente uit de verstrekte garantie voortvloeit.
Voor een goed toezicht op de naleving van de aan een garantie verbonden voorschriften is het noodzakelijk om te kunnen beschikken over de nodige gegevens. Evenzeer is het nodig dat de gemeente kan beschikken over de nodige andere gegevens (te denken valt aan gegevens over de bedrijfsvoering en activiteiten van de debiteur) om te kunnen beoordelen hoe het risico dat de gemeente op zich neemt zich ontwikkelt. Deze informatie is nodig voor de beantwoording van de vraag of de beleidsproducten en de eventuele voorzieningen die de gemeente aanhoudt, zich op het juiste peil bevinden.
Artikel 4:37 van de Awb noemt zeven standaardverplichtingen die altijd opgelegd kunnen worden. Het zijn verplichtingen die betrekking hebben op:
Artikel 11. Afwijkingen van criteria en eisen
Zal slechts bij uitzondering van toepassing zijn. Het college brengt dit gemotiveerd ter kennis van de gemeenteraad.
Artikel 12. Overgangsbepalingen
Deze verordening geldt voor nieuwe garanties die na bekendmaking aangevraagd worden.