Organisatie | Limburg |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Controllerstatuut Provincie Limburg 2006 |
Citeertitel | Controllerstatuut Provincie Limburg 2006 |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | bestuurlijke organisate |
Geen
Provinciewet, art. 217a
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
11-08-2008 | 17-10-2014 | Nieuwe regeling | 06-06-2006 Provinciaal Blad van Limburg, 2006, 53 | Besluit PS 18-11-2005 |
Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen
In dit statuut wordt verstaan onder:
administratieve organisatie: het geheel van maatregelen gericht op het systematisch verzamelen, vastleggen en verwerken van financiële en bedrijfsvoeringgegevens, gericht op het verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen en doen functioneren en beheren van de organisatie en de verantwoording die daarover moet worden afgelegd;
Hoofdstuk 3 Reikwijdte van de bevoegdheden
Artikel 6 Advisering en ondersteuning
De controllers ondersteunen en adviseren desgevraagd bijzondere commissies uit Provinciale Staten waaronder de Controle Commissie en de Commissie van Voorbereiding als bedoeld in de Verordening op de controle commissie en de commissie van voorbereiding van Provinciale Staten 2006. De ondersteuning en advisering geschiedt met inachtneming van het bepaalde in de Verordening ambtelijke bijstand en fractie-ondersteuning Provincie Limburg 2003.
Artikel 7 Gebruik van informatiebronnen
De controllers zijn te allen tijde bevoegd om, langs hiërarchische weg of, zonodig, rechtstreeks en binnen de grenzen van de wet, informatie- en gegevensbronnen en bestanden te onderzoeken of te laten onderzoeken, processen en systemen te toetsen en te doen wat zij overigens noodzakelijk achten, teneinde hun taken te kunnen vervullen.
Gedeputeerde Staten voornoemd, L.J.P.M. Frissen, voorzitter
drs. W.L.J. Weijnen, secretaris
Uitgegeven, 3 augustus 2006 De Secretaris,
drs. W.L.J. Weijnen
Bijlage 1 De Unit Control van de Provincie Limburg
Artikel 1 Positionering Unit Control
Gedeputeerde Staten hebben voor de algemene dienst twee controllers benoemd.
De controllers vormen samen de Unit Control.
De controllers maken onderdeel uit van de ambtelijke organisatie en vallen organisatorisch rechtstreeks onder de secretaris/algemeen directeur.
Artikel 2 Takenpakket Unit Control
De controllers verrichten, ten behoeve van de onderbouwing van hun adviezen, de volgende taken:
Het op metaniveau bewaken van en rapporteren over de kwaliteit en werking van de concerninstrumenten;
Het controleren en beoordelen van de mate waarin binnen de provinciale bedrijfs- en beleidsprocessen voldaan wordt aan de gestelde normen en randvoorwaarden van beleidsmatige, financiële, juridische, personele en procedurele aard, alsmede op de vraag of de politieke wensen in relatie tot de beschikbaar gestelde middelen adequaat zijn vertaald in de uitvoering en het rapporteren van afwijkingen;
Gevraagd en ongevraagd adviseren over beleidsvoornemens van de provinciale onderdelen op financieel-economische en budgettaire gevolgen in meerjarenperspectief en op inpasbaarheid binnen de begroting;
Het verrichten of laten verrichten van beleids-, operationele en financiële onderzoeken (audits);
Het initiëren en coördineren van onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het aan de begroting ten grondslag liggende beleid, met behulp van onder meer beleidsanalysetechnieken;
Het toetsen van de algemene uitgangspunten voor het vastleggen van de administratieve organisatie;
Het controleren en beoordelen van een actief intern controlebeleid binnen de provinciale onderdelen en van het ontwikkelen en actueel houden van de financiële administratieve organisatie;
Het formuleren van maatregelen om de bedrijfsvoering te optimaliseren;
Het kritisch volgen van de werking van de planning- en controlcyclus.
Ten behoeve van de in het eerste lid omschreven taakuitoefening stelt de Unit Control jaarlijks een werkplan op, dat zij vervolgens –na overleg met de secretaris/algemeen directeur- ter vaststelling voorlegt aan Gedeputeerde Staten. De controllers blijven echter bevoegd om, indien actuele situaties dat naar hun inzicht vergen, zonodig af te wijken van een vastgesteld onderzoeksplan.
Het in het tweede lid bedoelde werkplan wordt tevens ter sondering voorgelegd aan de SC FAZ.
Artikel 3 Ondersteuning Unit Control
De controllers worden ondersteund door een administratieve kracht die deel uit maakt van de Unit Control.
Aan de Unit Control kunnen verder –in samenspraak met de secretaris/algemeen directeur- ter ondersteuning (tijdelijk) een of meer medewerkers worden toegevoegd, die onder verantwoordelijkheid van de controller(s) meewerken bij de uitvoering van een onderzoek/audit.