Tijdelijke stimuleringsregeling bovenlokale evenementen 2011

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Evenement: een georganiseerde gebeurtenis, activiteit, (openlucht-)manifestatie, (thema-)dag of week, op het gebied van (volks)cultuur, muziek of sport, open voor publiek. Sport: één of meer van de sporten als bedoeld in de lijst van organisaties aangesloten bij NOC*NSF. Evenement categorie A: een grootschalig (volks)cultureel- of sportevenement met bovenlokale uitstraling waarbij vrijwilligers vanuit de stichting of vereniging zelf én vrijwilligers uit de lokale gemeenschap bij de organisatie en uitvoering worden betrokken. Evenement categorie B: een grootschalig evenement met bovenlokale uitstraling waarin een muzikale uitdaging centraal staat en bijzondere aandacht wordt geschonken aan deelname van jeugdige muzikanten en/of participatie van nieuwe doelgroepen en vrijwilligers vanuit de stichting of vereniging zelf en bij voorkeur ook vrijwilligers uit de lokale gemeenschap bij de organisatie en uitvoering worden betrokken. Bovenlokale uitstraling: het evenement moet niet alleen op de eigen lokale gemeenschap gericht zijn, waarbinnen het evenement plaatsvindt, maar ook op het aantrekken van publiek en deelnemers van buiten deze gemeenschap. Verenigingen en stichtingen: verenigingen en stichtingen die statutair gevestigd zijn in Limburg en waarvan het bestuur onbezoldigd is en waarbij uit de statuten blijkt dat zij actief zijn op het gebied van (volks)-cultuur, sport of muziek. SBBI-status: een vereniging of stichting die voldoet aan de voorwaarden die de Belastingdienst stelt aan sociaal belang behartigende instellingen. ANBI-status: erkenning door de Belastingdienst als Algemeen Nut Beogende Instelling

Artikel 2 Doelstelling

Doelstelling van deze nadere subsidieregels is om grootschalige evenementen met een bovenlokale uitstraling op het gebied van (volks-)cultuur, sport en muziek, die in belangrijke mate worden georganiseerd en uitgevoerd door vrijwilligers en die door de kredietcrisis minder sponsoren kunnen aantrekken en daardoor financieel in de knel raken, toch te laten plaatsvinden.

Artikel 3 Doelgroep

Uitsluitend verenigingen en stichtingen die in Limburg statutair gevestigd zijn, kunnen in aanmerking komen voor een projectsubsidie voor de organisatie van een evenement met inzet van vrijwilligers.

Artikel 4 Subsidievaststelling

• 1.

  De projectsubsidie wordt direct, zonder voorafgaande verleningsbeschikking, vastgesteld.

• 2.

  Gedeputeerde Staten kunnen een projectsubsidie verlenen voor:

  • a.

    evenementen van categorie A;

  • b.

    evenementen van categorie B.

Artikel 5 Subsidiecriteria

• 1.

  Voor zowel een evenement van categorie A als een evenement van categorie B gelden de volgende algemene criteria:

  • -

    het evenement heeft plaatsgevonden in de provincie Nederlands Limburg, in de periode vanaf 1 juli 2010 tot 1 januari 2011, dan wel vindt plaats in 2011 in de provincie Nederlands Limburg;

  • -

    de aanvrager heeft van de gemeente(n) een financiële bijdrage ontvangen in het jaar dat het evenement plaatsvindt, dan wel in het jaar voorafgaand aan het evenement waarvoor subsidie wordt gevraagd;

  • -

    de aanvrager moet beschikken over een SBBI-status, dan wel een ANBI-status;

  • -

    er moet sprake zijn van een aantoonbaar tekort.

• 2.

  Voor een evenement van categorie A gelden naast artikel 5, eerste lid ook de volgende criteria:

  • -

    het moet een grootschalig (volks)cultureel- of sportevenement met bovenlokale uitstraling betreffen.

  • -

    het evenement moet een publieksbereik hebben van tenminste 1500 personen (inclusief vrijwilligers en deelnemers).

  • -

    het evenement dient plaats te vinden met inzet van vrijwilligers, zowel uit de eigen organisatie als uit de gemeenschap.

• 3.

  Voor een evenement van categorie B gelden, naast artikel 5, eerste lid ook de volgende criteria:

  • -

    het moet een grootschalig muziekevenement zijn dat een bovenlokale uitstraling heeft.

  • -

    het evenement moet een publieksbereik hebben van tenminste 500 personen (inclusief vrijwilligers en deelnemers).

  • -

    bijzondere aandacht moet worden geschonken aan deelname van jeugdige muzikanten en/of participatie van nieuwe doelgroepen.

  • -

    het evenement dient plaats te vinden met inzet van vrijwilligers uit de eigen organisatie en bij voorkeur ook uit de gemeenschap.

• 4.

  Uitgesloten van subsidie zijn:

  • -

    aanvragers die al een subsidie hebben ontvangen in het kader van de voorloper van deze regeling, de “Tijdelijke stimuleringsregeling bovenlokale evenementen” ;

  • -

    evenementen die als een vervolg, dan wel als een herhaling, kunnen worden beschouwd op een evenement waarvoor een subsidie ontvangen is in het kader van de “Tijdelijke stimuleringsregeling bovenlokale evenementen”;

  • -

    evenementen met een besloten karakter;

  • -

    paracommerciële evenementen waar betaalde krachten beroepsmatig een deel van de kosten van de organisatie van het evenement uitmaken;

  • -

    evenementen met commerciële doeleinden zoals markten en braderieën;

  • -

    bij sportevenementen: reguliere clubwedstrijden in competitieverband op nationaal of internationaal niveau;

  • -

    evenementen die de Provincie Limburg al op een andere wijze subsidieert.

• 5.

  Per evenement is maar éénmaal subsidie mogelijk binnen deze regeling.

• 6.

  Per vereniging c.q.stichting is maar éénmaal subsidie mogelijk binnen deze regeling.

Artikel 6 Aanvraag subsidievaststelling

• 1.

  Een subsidieaanvraag wordt voor aanvang van het evenement ingediend bij Gedeputeerde Staten, tenzij het evenement heeft plaatsgevonden op of na 1 juli 2010 en voor de inwerkingtreding van deze regeling.

• 2.

  Een subsidieaanvraag wordt ingediend met gebruikmaking van het daarvoor vastgesteld aanvraagformulier. Het formulier is beschikbaar op de website van de Provincie Limburg: www.limburg.nl/subsidies >actuele regelingen.

• 3.

  Het aanvraagformulier wordt volledig ingevuld en rechtsgeldig ondertekend ingediend op het op het formulier aangegeven adres.

• 4.

  De subsidieaanvraag wordt vóór 1 januari 2012 ingediend.

• 5.

  Bij de aanvraag is bijgevoegd:

  • a.

    een projectplan met een omschrijving van het evenement, waarin ook een opgave van de aantallen verwachte toeschouwers, deelnemers en vrijwilligers. Voor evenementen van categorie B geldt daarnaast nog dat moet worden aangetoond hoe jeugdige muzikanten worden geënthousiasmeerd om deel te nemen en/of op welke manier nieuwe leden worden geworven:

  • b.

    een begroting waaruit blijkt dat de financiering van het evenement met subsidie van de Provincie Limburg sluitend is. Bij evenementen die hebben plaatsgevonden in de periode tussen 1 juli en inwerkingtreding van deze regeling, is een overzicht van de gerealiseerde kosten en opbrengsten, gewaarmerkt door of namens het bestuur bijgevoegd, waaruit blijkt dat het evenement met een tekort is afgesloten;

  • c.

    de statuten waaruit de maatschappelijke doelstelling van de vereniging c.q. stichting blijkt;

  • d.

    een bewijs dat de gemeente(n) in 2009, 2010 of 2011 een bijdrage heeft gedaan aan de aanvrager voor de vereniging c.q. stichting als zodanig, dan wel voor het evenement;

  • e.

    een kopie van de aanvraag van de gemeentelijke evenementenvergunning, indien deze vereist is.

Artikel 7 Subsidieplafond en subsidiebedrag

• 1.

  Het subsidieplafond van de nadere subsidieregels is vastgesteld op € 203.000,00.

• 2.

  De vast te stellen subsidie voor een evenement van categorie A bedraagt ten hoogste 20% van de subsidiabele kosten tot een maximum bedrag van € 5.000,00. De subsidie zal nooit hoger zijn dan de bijdrage van de gemeente(n) in hetzelfde jaar, dan wel in het voorafgaand jaar aan de vereniging c.q. stichting.

• 3.

  De vast te stellen subsidie voor een evenement van categorie B bedraagt ten hoogste 30% van de subsidiabele kosten tot een maximaal bedrag van € 5.000,00. De subsidie zal nooit hoger zijn dan de bijdrage van de gemeente(n) in hetzelfde jaar, dan wel in het voorafgaand jaar aan de vereniging c.q. stichting.

• 4.

  Subsidieaanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst. De datum van de poststempel is hierbij bepalend. Bij persoonlijk afgeleverde aanvragen is de ontvangststempel van de Provincie Limburg dan wel de datum op het bewijs van ontvangst bepalend. Bij onvolledig ingediende aanvragen geldt de datum waarop de aanvraag volledig is. Bij indiening op dezelfde datum heeft de aanvraag, die naar het oordeel van Gedeputeerde Staten het best aansluit bij de subsidiecriteria voorrang.

• 5.

  Aanvragen die worden ingediend nadat het subsidieplafond is bereikt, worden afgewezen.

Artikel 8 Niet-subsidiabele kosten

Aanvullend op de bepalingen in de Algemene Subsidieverordening 2004 zijn de volgende kosten niet subsidiabel:

• 1. -

  consumptieve kosten (drank, eten e.d.);

• -

  niet nader gespecificeerde onvoorziene uitgaven .

• 2.

  Gedeputeerde Staten kunnen in hun beschikking ook andere kosten uitsluiten.

Artikel 9 Verplichtingen subsidie-ontvanger

• -

  De subsidie wordt uitsluitend gebruikt voor de organisatie van het evenement.

• -

  Als door of namens de subsidieontvanger een of meer publicaties worden gedaan over het te subsidiëren project, moet gebruik worden gemaakt van het actuele logo van de Provincie Limburg (te downloaden via www.limburg.nl/huisstijl). Daarnaast moet de vermelding "mede gesubsidieerd door de Provincie Limburg, op initiatief van Provinciale Staten van Limburg" worden opgenomen.

Artikel 10 Subsidie van rechtswege

• 1.

  Indien Gedeputeerde Staten niet binnen de in artikel 22 van de Algemene Subsidieverordening 2004 gestelde termijn op een aanvraag hebben beslist, is de subsidie van rechtswege vastgesteld overeenkomstig de aanvraag.

• 2.

  In afwijking van het eerste lid bedraagt het bedrag van de van rechtswege vastgestelde subsidie voor een evenement nooit meer dan de in artikel 7 leden 2 en 3 genoemde maximale subsidie.

• 3.

  Gedeputeerde Staten trekken de van rechtswege vastgestelde subsidie in, indien de subsidie wordt aangemerkt als staatssteun ingevolge artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (VWEU) en deze onrechtmatig is vastgesteld.

• 4.

  Subsidievaststelling ingevolge het eerste lid wordt aangemerkt als een besluit in de zin van artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht.

• 5.

  Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing voor deze Nadere subsidieregels.

Artikel 11 Hardheidsclausule

• 1.

  In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslissen Gedeputeerde Staten.

• 2.

  Indien toepassing van het bepaalde in deze nadere regels naar het oordeel van Gedeputeerde Staten tot kennelijke onbillijkheden leidt, dan kunnen Gedeputeerde Staten van enige bepalingafwijken.

Artikel 12 Overgangsrecht

Voor subsidiebesluiten die zijn genomen voor de inwerkingtreding van deze regeling blijven de Algemene Subsidieverordening 2004 en de daarop gebaseerde Tijdelijke stimuleringsregeling bovenlokale Evenementen van toepassing, ook voor de volgende stappen in het subsidietraject.

Artikel 13 Inwerkingtreding, beëindiging en citeertitel

• 1.

  Deze nadere regels treden in werking op 1 januari 2011 na publicatie in het Provinciaal Blad.

• 2.

  Subsidies die zijn aangevraagd vóór inwerkingtreding van deze regeling, vallen buiten het bereik.

• 3.

  Bij de inwerkingtreding van deze regeling vervalt de Tijdelijke stimuleringsregeling bovenlokale evenementen.

• 4.

  Deze nadere regels eindigen op 1 januari 2012 met dien verstande dat ze van toepassing blijven op aanvragen die voor die datum zijn ingediend.

• 5.

  Deze regeling kan worden aangehaald als “Tijdelijke stimuleringsregeling bovenlokale Evenementen 2011”.