Organisatie | Culemborg |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels terugvordering Wet werk en bijstand 2004 |
Citeertitel | Beleidsregels terugvordering Wet werk en bijstand 2004 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
WWB
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2005 | nieuwe regeling | 30-09-2004 Culemborgse Courant, 15-12-2004 | Geen. |
De raad van de gemeente Culemborg;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 25 augustus 2004 nummer 2004/0405522;
Gelet op artikel 58 Wet werk en bijstand;
Overwegende dat het noodzakelijk is om in aanvulling op de wettelijke terugvorderings bepalingen beleidsregels op te stellen om het bestaande terugvorderingsbeleid te kunnen continueren
Beleidsregels Terugvordering Wet werk en bijstand van de gemeente Culemborg.
Burgemeester en wethouders maken gebruik van de bevoegdheid tot:
het terugvordering van verstrekte bijstand onder verband van krediethypotheek volgens beleidsbijlage I: Krediethypotheek.
2. Herziening of intrekking van het toekenningsbesluit
Een besluit tot toekenning van bijstand wordt herzien of ingetrokken indien:
het niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichting als bedoeld in artikel 17 lid 1 WWB, of de artikelen 28 lid 2 en 29 lid 1 van de Wet Suwi, heeft geleid tot het ten onrechte of tot een te hoog bedrag verlenen van bijstand;
anderszins de bijstand ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verleend.
Van het nemen van een herzienings- of intrekkingsbesluit kan op grond van dringende redenen worden afgezien.
Bijstand wordt teruggevorderd in de gevallen zoals vermeld in deze beleidsregels.
4. Ten onrechte verleende bijstand
Burgemeester en wethouders vorderen bijstand terug van de belanghebbende voorzover deze bijstand:
Indien de bijstand als gezinsbijstand aan gehuwden had moeten worden verleend, maar zulks achterwege is gebleven omdat belanghebbende de verplichting bedoeld in artikel 17 WWB, of de artikelen 28 lid 2 en 29 lid 1 van de Wet Suwi, niet of niet behoorlijk is nagekomen, kunnen de kosten van bijstand mede worden teruggevorderd van de gezinsleden met wier middelen als bedoeld in artikel 31 WWB bij de verlening van bijstand rekening had moeten worden gehouden.
de vordering van de gemeente wegens teruggevorderde bijstand ten minste zal worden voldaan naar evenredigheid met de vorderingen van de schuldeisers van gelijke rang.
8. Afzien van kwijtschelding wegens schuldenproblematiek
Van kwijtschelding als bedoeld in beleidsregel nummer 7 wordt afgezien indien:
de vordering wordt gedekt door pand of hypotheek op een goed of goederen, behoudens voor zover de vordering niet op die goederen verhaald kan worden.
9. Inwerkingtreding van het besluit tot afzien van terugvordering wegens schuldenproblematiek
Het besluit tot het gedeeltelijk afzien van terugvordering of tot het gedeeltelijk afzien van verdere terugvordering treedt niet in werking voordat een schuldregeling tot stand is gekomen.
10. Intrekking kwijtscheldingsbesluit schuldenproblematiek
Het besluit tot het gedeeltelijk afzien van terugvordering of tot het gedeeltelijk afzien van verdere terugvordering wordt ingetrokken of ten nadele van de belanghebbende gewijzigd indien:
onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een ander besluit zou hebben geleid.
11. Kwijtschelding na het voldoen aan de betalingsverplichting
In afwijking van beleidsregel nummer 4 kunnen burgemeester en wethouders besluiten van terugvordering of van verdere terugvordering af te zien, indien de belanghebbende:
Bij verlenging van de periode op grond van lid 1 worden de volgende termijnen in acht genomen:
10 jaar (120 maandtermijnen) indien de oorspronkelijke vordering hoger is dan
14. Geen kwijtschelding bij herhaaldelijke fraude
Kwijtschelding is niet mogelijk wanneer sprake is geweest van het herhaald niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichting als bedoeld in artikel 71, eerste lid, WWB.
15. Geen kwijtschelding na voldoen aan betalingsverplichting
Kwijtschelding als bedoeld in beleidsregel nummer 11 vindt niet plaats ten aanzien van vorderingen welke door pand of hypotheek op een goed of goederen zijn gedekt, behoudens voorzover zij niet op die goederen verhaald kunnen worden.
INVORDERING VAN TERUGGEVORDERDE BIJSTAND
In het terugvorderingsbesluit delen burgemeester en wethouders aan de belanghebbende mede:
tenminste één keer per 3 jaar verrichten burgemeester en wethouders onderzoek naar de hoogte van het inkomen. Indien het inkomen daartoe aanleiding geeft wordt als gevolg van dit onderzoek de betalingsverplichting gewijzigd vastgesteld.
18. Verrekening en beslaglegging
Indien de belanghebbende niet bereid is tot het treffen van een minnelijke betalingsregeling, of een eerder opgelegde betalingsverplichting niet meer nakomt, dan wordt het terugvorderingsbesluit tenuitvoergelegd door middel van:
een executoriaal beslag overeenkomstig de artikelen 479b tot en met 479g, behoudens artikel 479e lid 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
In afwachting van de komende wijziging met betrekking tot Alimentatie wetgeving wordt het verhaal van verstrekte uitkering beperkt tot het opleggen van een onderhoudsverplichting ten behoeve van kind(eren) waarvoor een uitkering krachtens de WWB is verstrekt (zie tekst hieronder van art. 56 WWB).
Indien naar verwachting het inkomen van de onderhoudsplichtige waarop in principe verhaald dient te worden minder bedraagt dan 120 procent van het WML kan ten tijde van de aanvraag reeds besloten worden om af te zien van verder onderzoek naar de mogelijkheden van verhaal op de echtgenoot, gewezen echtgenoot of ouder.
Indien moet worden overgegaan tot verrekening of beslaglegging als bedoeld in beleidsregel 16 dan wordt de vordering verhoogd met rente en kosten, ten bedrage van de hoogte van de wettelijke rente vermeerderd met een toeslag van 5% van de hoofdsom in verband met de inningskosten ingaande na de derde aanschrijving zijnde de ingebrekestelling. De invorderingskosten blijven beperkt tot 15% met een maximum van EURO 1000,00
21. Nadere invulling van beleid
Burgemeester en wethouders kunnen deze beleidsregels nader uitwerken in een beleidsnotitie inzake terugvordering en invordering van ten onrechte verleende bijstand ingevolge de Wet werk en bijstand.
22. Inwerkingtreding Deze beleidsregels treden in werking met ingang 01 januari 2005.