Organisatie | Culemborg |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012 |
Citeertitel | Toeslagenverordening Wet Werk en Bijstand 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | nieuwe regeling | 15-12-2011 Culemborgse Courant, 21-12-2011 | . | ||
01-10-2009 | 31-12-2011 | ingetrokken | 01-10-2009 Culemborgse Courant | Geen. |
De Raad van de gemeente Culemborg,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.
gelet op de artikelen 8, eerste lid, onderdeel c en 30 van de Wet Werk en Bijstand (WBB),
overwegende dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van bijstandsgerechtigden van 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar bij verordening te regelen;
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
De bepalingen van deze verordening gelden alleen voor belanghebbenden zoals bedoeld in artikel 4 WWB. In geval van een toeslag als bedoeld in artikel 25 WWB geldt de bepaling van deze verordening alleen indien de betreffende alleenstaande of alleenstaande ouder of gezinsleden 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar zijn.
Hoofdstuk 2 Criteria voor het verhogen van de bijstandsnorm
De toeslag als bedoeld in artikel 25, eerste lid, van de wet bedraagt 10 procent van de gezinsnorm voor de alleenstaande en alleenstaande ouder in wiens woning één of meer anderen hun hoofdverblijf hebben en deze geen gezamenlijke huishouding voeren rekening houdend met wat bepaald is in artikel 4 WWB;
Hoofdstuk 3 Criteria voor het verlagen van de bijstandsnorm of toeslag
Artikel 4 Verlaging gezinsnorm
Deze kosten kunnen in ieder geval niet of niet geheel gedeeld worden met thuisinwonende meerderjarige kinderen die een eigen inkomen hebben van ten hoogste het bedrag genoemd in artikel 3.18 van de Wet Studiefinanciering 2000 en verder voldoen aan wat is genoemd onder artikel 4 lid 2 WWB. Dan wel voldoen aan het gestelde van artikel 4 lid 5 en daarmee tijdelijk niet tot het gezin behoren.