De raad van de gemeente Culemborg;
gelezen het voorstel van het presidium van 17 november 2005;
gelet op het bepaalde in artikel 81c van de Gemeentewet
BESLUIT:
vast te stellen de Verordening op de gemeentelijke rekenkamercommissie.
Artikel 1 Begripsbepalingen.
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
- b.
commissie: rekenkamercommissie;
- c.
voorzitter: voorzitter van de rekenkamercommissie;
- d.
college: het college van burgemeester en wethouders;
- e.
rekenkamercommissie: de rekenkamercommissie van de gemeente
Culemborg
- f.
secretariaat: een medewerker van de griffie is ambtelijk
secretaris.
Artikel 2 Rekenkamercommissie.
- 1.
Er is een gemeentelijke rekenkamercommissie.
- 2.
De rekenkamercommissie bestaat uit drie leden.
- 3.
De rekenkamercommissie voert onderzoek uit naar de
(maatschappelijke) effecten van het gemeentelijke beleid en naar de
doelmatigheid en doeltreffendheid van het gemeentelijke beleid, van
het gemeentelijke beheer, alsmede naar de doelmatigheid en
doeltreffendheid van instellingen waarvan de activiteiten geheel of
in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd.
Artikel 3 Benoeming voorzitter en leden.
- 1.
De raad benoemt de voorzitter en de leden van de rekenkamercommissie
uit externen.
- 2.
De voorzitter en de leden van de rekenkamercommissie worden voor een
periode van drie jaar aangewezen.
- 3.
De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen
van de commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van
de uitgangspunten en werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige
besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met
de onderzoeker(s) en met het secretariaat. De commissie benoemt uit
haar midden een plaatsvervangend voorzitter.
Artikel 4 Eed/gelofte
Ten aanzien van de leden is artikel 81 g van de Gemeentewet van
overeenkomstige toepassing.
Artikel 5 Ontslag en non-activiteit.
- 1.
De raad ontslaat de leden of stelt hen op non-activiteit.
- 2.
Het lidmaatschap van een lid eindigt:
- a.
- b.
bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met
het lidmaatschap van de rekenkamercommissie (analoog aan
artikel 81 f Gemeentewet);
- c.
wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke
uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk
een uitspraak een maatregel is opgelegd die
vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;
- d.
indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke
uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van
faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft
gekregen of wegens schulden is gegijzeld.
- e.
indien hij naar het oordeel van de raad ernstig nadeel
toebrengt aan het in hem gestelde vertrouwen.
- 3.
De leden van de rekenkamercommissie kunnen door de raad worden
ontslagen wanneer zij door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt
zijn hun functie te vervullen.
Artikel 6 Vergoeding voor werkzaamheden van de leden van de
rekenkamercommissie.
- 1.
De voorzitter en de leden ontvangen een vergoeding voor het bijwonen
en voorbereiden van de vergaderingen van de rekenkamercommissie.
Deze vergoedingen worden in een afzonderlijk besluit door de raad
vastgesteld.
- 2.
De vergoeding genoemd in het eerste lid komt ten laste van het
budget van de rekenkamercommissie.
Artikel 7 Ambtelijk secretaris.
- 1.
Een medewerker van de griffie treedt op als ambtelijk secretaris van
de rekenkamercommissie.
- 2.
De secretaris staat de rekenkamercommissie bij de uitvoering van
haar taken terzijde.
- 3.
De secretaris draagt zorg voor de agendaplanning, de verslaglegging
en de vorming van dossiers.
Artikel 8 Reglement van orde.
De rekenkamercommissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen
en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling
onverwijld ter kennisneming naar de raad.
Artikel 9 Onderwerpselectie en opdrachtverlening.
- 1.
De rekenkamercommissie bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt,
formuleert de probleemstelling en stelt de onderzoeksopzet
vast.
- 2.
De in het vorige lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de
commissie ter kennisneming aan de raad verstuurd.
- 3.
De raad kan de commissie een gemotiveerd verzoek doen tot het
instellen van een onderzoek. De commissie bericht de raad binnen een
maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de commissie
niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor goede
gronden aanvoeren.
Artikel 10 Werkwijze.
- 1.
De commissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering,
begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar
vastgestelde onderzoeksopzet.
- 2.
De commissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te
informeren.
- 3.
De commissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en
bij alle ambtenaren van de gemeente Culemborg mondelinge en
schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de
uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en
de ambtenaren van de gemeente Culemborg zijn verplicht de gevraagde
inlichtingen binnen de door de commissie gestelde termijn te
verstrekken.
- 4.
De commissie vergadert zoveel als zij nodig acht, ter bespreking van
procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek.
- 5.
De commissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn
openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet
Openbaarheid van Bestuur kan de commissie rapporten die aan de raad
worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.
- 6.
De commissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.
- 7.
De commissie kan aan toehoorders bij openbare vergaderingen de
gelegenheid geven het woord te voeren over een aan de orde zijnd
onderwerp of voorstel.
- 8.
De commissie draagt de uitvoering van een onderzoek op aan een voor
de gemeente Culemborg bij de Regio Rivierenland aangestelde
onderzoeker. Daarbij houdt de commissie rekening met de omvang van
het beschikbare budget.
- 9.
Voor de uitvoering van het onderzoek kan de commissie tevens, met
inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus
inschakelen.
- 10.
De commissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een
door haar vast te stellen termijn, die tenminste twee weken
bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de
commissie kenbaar te maken. De commissie bepaalt wie als betrokkenen
worden aangemerkt. In ieder geval worden degenen wier taakuitvoering
(mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest als betrokkenen
aangemerkt.
- 11.
Na vaststelling door de commissie worden het onderzoeksrapport en de
nota met conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van
betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van
een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad
aangeboden.
- 12.
De commissie legt de raad jaarlijks ter kennisneming een
onderzoeksplan en een jaarverslag voor.
Artikel 11 Budget.
- 1.
De rekenkamercommissie is bevoegd binnen een aan haar bij de
begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve
van de uitvoering van haar taken.
- 2.
Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de
kosten gebracht van:
- a.
de vergoedingen van de leden;
- b.
de onderzoeksmedewerker(s);
- c.
- d.
eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor
de uitoefeningen van haar taak.
- 3.
De rekenkamercommissie is voor de besteding van het budget
uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.
Artikel 12 Inwerkingtreding.
Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2006.
Artikel 13 Citeertitel.
Deze verordening kan worden aangehaald als
“Verordening rekenkamercommissie gemeente Culemborg 2006”.