Organisatie | Enkhuizen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Standplaatsen Enkhuizen 2010 |
Citeertitel | Beleidsregels Standplaatsen Enkhuizen 2010 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | standplaats, kraam, markt, verkoop, openbare weg, |
Externe bijlage | Bijlage behorende bij Beleidsregels Standplaatsen Enkhuizen 2010 |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-10-2010 | Onbekend | 28-09-2011 De Drom, 06-10-2010 | Onbekend |
De burgemeester van de gemeente Enkhuizen;
dat ingevolge artikel 5:18 van de Algemene Plaatselijke Verordening Enkhuizen 2010 (APV) zonder vergunning van burgemeester en wethouders geen standplaats mag worden ingenomen;
dat een standplaatsvergunning dient te worden geweigerd op de gronden, genoemd in artikel 5.18 lid 2 en lid 3 van de APV;
dat met inachtneming van deze weigeringsgronden beleid dient te worden vastgesteld omtrent het maximum aantal standplaatsen, het aantal standplaatsen per branche en de toegestane locaties en tijdstippen.
dat het vaststellen van beleidsregels tevens de rechtszekerheid van aanvragers bevordert,
Een vergunning voor het innemen van een standplaats wordt primair verleend aan een vergunninghouder aan wie ook het vorige kalenderjaar de vergunning werd verleend en door wie tijdig een nieuwe vergunning is aangevraagd, tenzij het gestelde in artikel 5 lid 3 en/of lid 4 het voorgaande jaar van toepassing is geweest.
Vergunning tot het innemen van een standplaats, als bedoeld in artikel 1 van deze beleidsregels, wordt verleend aan een natuurlijk persoon die als zelfstandige ondernemer voor het verkopen van waren of het aanbieden van diensten via een standplaats staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en rechthebbende is op het betreffende perceel.
De standplaats dient door de vergunninghouder persoonlijk of door een persoon in loondienst van de vergunninghouder, in genomen te worden. De standplaats mag niet aan een ander worden afgestaan of in gebruik worden gegeven. In het geval van een bijzondere omstandigheid (bijv. ziekte of vakantie) kan het college van dit voorschrift, op aanvraag, ontheffing verlenen.