Beleidsregels uitstallingen Enkhuizen 2010

• 1.

  Een uitstalling is een zelfstandig object dat steun vindt op de grond, met inbegrip van lossen goederen die op of aan het object worden of zijn geplaatst, gehangen of op enige wijze zijn bevestigd.

• 2.

  Met een uitstalling wordt gelijkgesteld: een kinderspeelautomaat.

• 3.

  Een uitstalling omvat:

  • a.

    goederen en/of koopwaar die van eenzelfde aard zijn als de goederen in de onderneming waarvoor de uitstalling is geplaatst, eventueel aangevuld met:

  • b.

    één tweepersoonsbank of twee stoelen of

  • c.

    planten in maximaal twee verplaatsbare potten of

  • d.

    één vrijstaand reclame- of verwijzingsbord.

• 4.

  Als de aard van de onderneming een uitstalling als bedoeld in lid 3 onder a niet mogelijk maakt, is het afzonderlijk gebruik van de voorwerpen genoemd in lid 3 onder b of c of d toegestaan.

• 1.

  Een in artikel 1 lid 3 onder b bedoelde tweezitsbank of twee stoelen heeft/hebben niet het karakter van een terras zoals bedoeld in paragraaf 1 van de beleidsregels terrassen Enkhuizen 2010 en mogen ook niet als zodanig worden gebruikt.

• 2.

  De in artikel 1 lid 3 onder c bedoelde verplaatsbare potten hebben een diameter van maximaal 50 cm en zijn zodanig geconstrueerd dat zij geen schade en/of letsel kunnen veroorzaken.

• 3.

  Het in artikel 1 lid 3 onder d bedoelde reclame- of verwijzingsbord heeft een maximale afmeting van maximaal 85 cm breed en 140 cm hoog, gemeten vanaf het wegdek. Het grondoppervlak is maximaal één m2 en het bord is zodanig geconstrueerd dat het geen schade of letsel kan veroorzaken en redelijkerwijs niet kan omwaaien of omvallen. Met uitzondering van een eventuele verende bevestiging op een onderstel, mag een reclame- of verwijzingsbord geen bewegende delen bevatten.

Daar waar in deze beleidsregels gesproken wordt over de vergunning, wordt bedoeld de vergunning ex. artikel 2.10 APV.

De houder van een vergunning of degene die anderszins gerechtigd is tot het bezigen van een uitstalling worden door de vergunning of het bezigen in generlei opzicht ontheven van de wettelijke aansprakelijkheid met betrekking tot ongevallen, dan wel in het algemeen van de aansprakelijkheid ten aanzien van enig wettelijk voorschrift.

Een uitstalling mag slechts worden gebezigd, tijdens de openingstijden van de onderneming waarvoor hij is geplaatst.

Een uitstalling wordt geplaatst voor en tegen de gevel van de onderneming en/of voor de daarbij behorende portieken, mits zich daarin geen toegangen tot woningen bevinden.

Een vergunning wordt verleend voor een periode van maximaal 3 jaren.

Geen vergunning is vereist indien de uitstalling voldoet aan het gestelde in artikel 1 en 2 en tevens:

• a.

  niet verder uitsteekt dan één meter, gemeten vanuit de gevel;

• b.

  niet breder is dan de gevelbreedte van de onderneming.

Het plaatsen van een uitstalling is niet toegestaan als er door die plaatsing minder dan 3,25 meter verkeersruimte of minder dan 0,90 meter voetgangersruimte overblijft.

Bij handelen in strijd met deze beleidsregels zullen ongewenste dan wel illegale situaties door middel van het toepassen van bestuursdwang of door het opleggen van een dwangsom worden beëindigd, dit met in acht neming van de bepalingen uit de Algemene wet bestuursrecht.

Aanvragen voor een vergunning voor het op de weg plaatsen van voorwerpen, niet zijnde uitstallingen zoals omschreven in artikel 1 en 2, worden getoetst aan de criteria genoemd in artikel 2.10 APV en aan de criteria genoemd in deze beleidsregels. Tevens dient de aard en de uitstraling van een voorwerp zoals hierboven bedoeld overeen te komen met de aard van de aanvragende onderneming.

Een vergunning, die op grond van de beleidsregels die op 3 april 2007 zijn vastgesteld, is afgegeven blijft na de inwerkingtreding van deze beleidsregels, nog drie jaar geldig onder de voorschriften zoals die golden bij de verlening van die vergunning.

Voor uitstallingen binnen de begrenzing van een terras zijn de Beleidsregels terrassen Enkhuizen 2010 van toepassing.

Deze beleidsregels treden in werking veertien dagen na de bekendmaking daarvan onder gelijktijdige intrekking van de Beleidsregels uitstallingen Enkhuizen 2007, welke op 2 april 2007 werden vastgesteld.