Organisatie | Middelburg |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Clientparticipatie Wet Sociale Voorziening |
Citeertitel | Verordening Cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening van de gemeenten Middelburg, Veere en Vlissingen 2008 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Wet Sociale Werkvoorziening, art. 2 lid 3
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2008 | Nieuwe regeling | 30-06-2008 De Faam, 09-06-2008 | Onbekend |
De raad van de gemeente Middelburg;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Middelburg
gelet op artikel 2 lid 3 van de Wet Sociale Werkvoorziening;
overwegende dat de raad bij verordening regels dient te stellen over de wijze waarop de ingezetenen die geïndiceerd zijn of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de wet,
vast te stellen de volgende “Verordening Cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening”
Artikel 3. Benoeming en zittingsduur leden cliëntenraad en voorzitter.
Elke vier jaar biedt het bestuur aan niet in de cliëntenraad vertegenwoordigde cliëntenorganisaties de gelegenheid zich aan te melden voor het lidmaatschap van de cliëntenraad. Na advies van de cliëntenraad en overleg met de aangemelde cliëntenorganisaties besluit het bestuur welke organisaties in de cliëntenraad kunnen worden vertegenwoordigd.
Artikel 7. Besluitvorming en notulen.
Minderheidsstandpunten worden op verzoek toegevoegd aan de notulen. De notulen van een vergadering worden uiterlijk twee werkdagen voor de vergadering van de raadscommissie welzijn en binnen vijf werkdagen na de vergadering van de cliëntenraad aan de leden en voorzitter van de cliëntenraad, de leden van de raadscommissie en het bestuur toegestuurd.
Het DB en de afdelingen welke belast zijn met het Wsw-beleid van de drie Walcherse gemeenten dragen er zorg voor dat aan de cliëntenraad alle informatie wordt verstrekt die nodig is voor haar taakvervulling op een zodanig tijdstip dat er daadwerkelijk invloed mogelijk is op de beleidsvorming en besluitvorming.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 30 juni 2008.
De gemeenteraad van Middelburg
de voorzitter, de raadsgriffier, mr. J.M. Schouwenaar E. Israël Publicatie: 9 juli 2008
Toelichting Cliëntenparticipatie
De Wet sociale werkvoorziening
De gewijzigde wet schrijft voor dat gemeenteraad bij verordening regels vaststelt over de manier waarop geïndiceerden of hun vertegenwoordigers betrokken zijn bij de uitvoering van de wet. De cliëntenparticipatie voor de Wsw wordt hiermee op identieke leest geschoeid als in de Wwb. Dit betekent onder meer dat er één regionale cliëntenraad komt voor de drie gemeenten Middelburg, Veere en Vlissingen. De gemeenten stellen voor 1 juli 2008 een verordening vast waarin dit wordt geregeld.
De inspraak van geïndiceerden in de sociale werkvoorziening vindt plaats op twee verschillende niveaus. De wet regelt inspraak van alle Wsw-geïndiceerden op het door de gemeente gevoerde beleid. De werknemers van LétÉ hebben via de ondernemingsraad inspraak op zaken die het uitvoeringsbedrijf betreffen. Beide inspraakorganen hebben dus hun eigen verantwoordelijkheid. Om te voorkomen dat de verantwoordelijkheden door elkaar lopen is in de verordening opgenomen dat OR-leden geen lid van de cliëntenraad kunnen zijn.
Een van de eerste vragen is hoe groot de cliëntenraad Wsw zou moeten zijn. De ervaring leert dat een beperkte groepsgrootte de beste resultaten oplevert. De gemeenten Middelburg, Veere en Vlissingen kiezen voor een omvang van de raad van 9 leden. Van deze plaatsen worden er 6 beschikbaar gesteld voor geïndiceerden en 3 voor cliëntorganisaties die de belangen van geïndiceerden behartigen. Om een voldoende draagvlak voor besluitvorming te bewerkstellingen, wordt een quorum van 5 aanwezige leden als vereist gesteld.
Cliëntenparticipatie brengt kosten met zich mee. De geïndiceerden en hun vertegenwoordigers ontvangen een vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen. Daarnaast is er budget beschikbaar voor activiteiten als scholing en deskundigheidsbevordering. In de begroting van LétÉ zal hiervoor een bedrag worden opgenomen.