Organisatie | Middelburg |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Brandveiligheid en hulpverlening stadsgewestelijke brandweer Vlissingen-Middelburg 2005 |
Citeertitel | Verordening brandveiligheid en hulpverlening stadsgewestelijke brandweer Vlissingen – Middelburg 2005 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-12-2005 | Nieuwe regeling | 07-11-2005 De Faam, 30-11-2005 | burgemeester en wethouders van 27 september 2005, volgnummer 05-154 |
De raad van de gemeente Middelburg;
gelet op artikel 1, tweede lid, en artikel 12 van de Brandweerwet 1985, en artikel 149 van de Gemeentewet;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 27 september 2005, volgnummer 05-154;
Burgemeester en wethouders de zorg hebben voor:
De uitvoering van werkzaamheden terzake van het beperken en bestrijden van rampen en zware ongevallen, als bedoeld in artikel 1 van de Wet rampen en zware ongevallen tot de taak van de brandweer behoort;
Burgemeester en wethouders andere werkzaamheden, dan hierboven bedoeld, kunnen aanwijzen die de brandweer verricht;
De regionale brandweer als facilitair bedrijf hierbij ondersteuning kan bieden;
De Brandbeveiligingsverordening voorschriften bevat omtrent het gebruik van inrichtingen voorzover dit geen bouwwerken zijn als bedoeld in de Woningwet en de Bouwverordening;
De Bouwverordening en de Brandbeveiligingsverordening voorschriften bevatten omtrent het gebruik van woningen, woonketen, woonwagens, andere gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde, en standplaatsen, waaronder in elk geval zijn begrepen voorschriften met betrekking tot onder meer brandveiligheid;
Het wenselijk is de voorzieningen voor brandveiligheid en hulpverlening in samenhang te treffen;
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening brandveiligheid en hulpverlening stadsgewestelijke brandweer Vlissingen – Middelburg 2005.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
1.het voorbereiden van alle werkzaamheden die moeten worden verricht om de brandweer verantwoord de repressieve taken als bedoeld onder a. uit te kunnen laten voeren.
Burgemeester en wethouders beschikken over een gemeenschappelijke regeling Stadsgewestelijke Brandweer Vlissingen-Middelburg, verder te noemen “stadsgewestelijke brandweer”.
Artikel 4 Beleidsplan en werkplan brandveiligheid en hulpverlening
Burgemeester en wethouders leggen de gemeenteraad éénmaal per 4 jaar een plan ter vaststelling voor op welke wijze aan de inhoud van artikel 3 omschreven taken van de veiligheidsketen uitvoering zal worden gegeven (beleidsplan brandveiligheid en hulpverlening).
Dit plan omvat in elk geval een omschrijving van de bedrijfsvoering, van de financiële- en personele middelen die beschikbaar zijn, van het materieel en de huisvesting en van een meerjaren opleidings- en oefenplan.
De uitwerking van het beleidsplan vindt plaats in een jaarlijks door het dagelijks bestuur vast te stellen werkplan.
Naast de in artikel 3, tweede lid, van de Brandweerwet 1985 opgedragen taken, zijn de volgende taken van de stadsgewestelijke brandweer aan de regionale brandweer overgedragen:
a.de taken in de veiligheidsketen die niet ingevolge artikel 3 van deze verordening zijn opgedragen aan de brandweer, één en ander overeenkomstig de uitwerking in het organisatieplan brandweerzorg en de rampenbestrijding in Zeeland als bedoeld in artikel 3, tweede lid, sub b van de gemeenschappelijke regeling Regionale Brandweer Zeeland waaronder inbegrepen de organisatie van en eindverantwoordelijkheid over de feitelijke leiding bij repressief optreden vanaf de inzet van officier van dienst.
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor een adequate personeelsvoorziening ten behoeve van de stadsgewestelijke brandweer. Deze zorg komt tot uitdrukking in een personeelsplan, waarin de minimale vereisten met betrekking tot het brandweerpersoneel staan vermeld.
Artikel 7 Opleiding en oefening
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor de opleiding en oefening van het personeel van de stadsgewestelijke brandweer, die voor de taakuitoefening noodzakelijk zijn.
Artikel 8 Instructie commandant
De stadsgewestelijke brandweercommandant heeft de algemene leiding en het bevel over de brandweer, overeenkomstig de voor hem door het dagelijks bestuur namens het college van burgemeester en wethouders vastgestelde instructies.
De stadsgewestelijke brandweercommandant heeft het bevel over de repressieve inzet van de brandweer. Dit bevel wordt overgedragen aan de regionaal commandant (van dienst) als de verantwoordelijkheid voor de repressieve inzet van de brandweer ligt bij het niveau van regionaal officier van dienst of hoger.
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor het zoveel mogelijk in overeenstemming brengen en houden van het materieel van de stadsgewestelijke brandweer met de eisen die zijn vastgelegd in het door de gemeenten in Zeeland vastgestelde regionaal dekkingsplan voor het brandrisico en de hulpverlening.
Burgemeester en wethouders bepalen de plaats waar en de wijze waarop het materieel en de overige goederen van de brandweer worden ondergebracht.
Artikel 10 Bluswatervoorziening
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor zodanige bluswatervoorzieningen en de bereikbaarheid daarvan, dat de brandbestrijding te allen tijde zoveel mogelijk gewaarborgd is.