Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Maastricht

Procedureverordening voor advisering inzake tegemoetkoming in planschade gemeente Maastricht 2008

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieMaastricht
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingProcedureverordening voor advisering inzake tegemoetkoming in planschade gemeente Maastricht 2008
CiteertitelProcedureverordening planschade
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet ruimtelijke ordening, artikel 6.7 en Besluit ruimtelijke ordening artikel 6.1.3.3

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

21-12-2008Nieuwe regeling

18-11-2008

Gemeenteblad 2008, C. no 46

Volgnummer 100-2008

Tekst van de regeling

Intitulé

Procedureverordening voor advisering inzake tegemoetkoming in planschade gemeente Maastricht 2008

 

DE RAAD VAN DE GEMEENTE MAASTRICHT,

 

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 21-10-2008, domein SEB, Korr.no. 2008-39401;

Gelet op artikel 6.7 Wet ruimtelijke ordening en artikel 6.1.3.3 Besluit ruimtelijke ordening;

 

BESLUIT:

 

vast te stellen de volgende

 

Procedureverordening voor advisering inzake tegemoetkoming in planschade gemeente Maastricht 2008.

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. aanvrager: degene die een aanvraag om tegemoetkoming in de schade als bedoeld in artikel 6.1 Wet ruimtelijke ordening indient;

b. adviseur: de door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen (rechts)persoon als bedoeld in artikel 6.1.1.1, onder c, Besluit ruimtelijke ordening;

c. belanghebbende: een belanghebbende als bedoeld in artikel 6.4a, tweede en derde lid, Wet ruimtelijke ordening;

d. besluit: Besluit ruimtelijke ordening;

e. college: het college van burgemeester en wethouders;

f. gemeente: gemeente Maastricht;

g. planschade: schade als bedoeld in artikel 6.1, eerste lid, Wet ruimtelijke ordening;

h. wet: Wet ruimtelijke ordening.

Artikel 2. Opdrachtverstrekking

  • 1.

    Tenzij toepassing wordt gegeven aan artikel 6.1.3.1 van het besluit of aan artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht dan wel artikel 6.4, lid 2 van de wet, verstrekt het college binnen twaalf weken na het verstrijken van de termijnen als bedoeld in de genoemde artikelen, aan de adviseur opdracht om terzake van een aanvraag tot tegemoetkoming in planschade advies uit te brengen.

  • 2.

    Het college stelt de aanvrager en de belanghebbenden alsmede eventuele andere betrokken partijen op de hoogte van de aanwijzing van de adviseur.

Artikel 3. Adviseur

  • 1.

    Voor de advisering over de op de aanvraag te nemen beschikking wordt door het college een adviseur aangewezen die beschikt over voldoende deskundigheid inzake advisering op het gebied van planschade.

  • 2.

    Voordat een persoon als adviseur wordt aangewezen kan het college verlangen dat deze aantoont op grond van opleiding en ervaring deskundig te zijn met betrekking tot de aspecten waarop de aanvraag beoordeeld moet worden.

  • 3.

    Een adviseur mag geen ambt of betrekking vervullen die niet verenigbaar is met de functie als onafhankelijk deskundige.

Artikel 4. Werkwijze adviseur

  • 1.

    Het college stelt aan de adviseur alle op de aanvraag betrekking hebbende informatie, alsmede de voor de beoordeling daarvan naar het oordeel van de adviseur noodzakelijke bescheiden ter beschikking.

  • 2.

    Het college wijst uit de ambtelijke organisatie één of meer personen aan die de adviseur bij de uitvoering van de opdracht bijstaan.

  • 3.

    De adviseur organiseert een of meer hoorzittingen, waar de aanvrager en de in het tweede lid bedoelde ambtelijke vertegenwoordiger(s) in de gelegenheid worden gesteld de aanvraag toe te lichten, onderscheidenlijk de voor de advisering relevante informatie te verschaffen, dan wel het standpunt van de gemeente kenbaar te maken. Eventuele andere partijen alsmede de belanghebbenden worden eveneens in de gelegenheid gesteld hun standpunt kenbaar te maken.

  • 4.

    De adviseur bepaalt het tijdstip waarop hij/zij de situatie ter plaatse zal bezichtigen en nodigt de aanvrager voor de plaatsopneming uit.

  • 5.

    De verslaglegging van de hoorzitting en de bezichtiging maakt deel uit van het uit te brengen advies.

  • 6.

    Alvorens een advies uit te brengen zendt de adviseur binnen zesentwintig weken na de dagtekening van de opdracht tot advisering een concept daarvan aan het college, aan de aanvrager, aan eventuele andere betrokken partijen en aan de belanghebbenden. De adviseur kan deze termijn onder opgaaf van redenen verlengen.

  • 7.

    De aanvrager, eventuele andere betrokken partijen alsmede de belanghebbenden worden in de gelegenheid gesteld om binnen vier weken na de toezending van het conceptadvies schriftelijk hierop te reageren.

  • 8.

    In het geval tijdig reacties zijn ingediend, brengt de adviseur binnen acht weken na het verstrijken van de in het zevende lid bedoelde termijn een advies uit aan het college, waarbij de desbetreffende reacties zijn betrokken.

  • 9.

    In het geval geen of niet tijdig reacties zijn ingediend, brengt de adviseur binnen twee weken na het verstrijken van de in het zevende lid bedoelde termijn een advies uit aan het college. Afschrift van dit advies wordt tevens aan alle betrokkenen toegezonden.

Artikel 5. Slotbepalingen

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de derde dag na publicatie in De Maaspost.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als “Procedureverordening planschade”.

 

Aldus besloten door de Raad der gemeente Maastricht in zijn openbare vergadering van 18 november 2008.

 

De Griffier,

Drs. E.H.A. Willems.

 

De Voorzitter,

Drs. G. Leers.