Organisatie | Meppel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Terugvordering en verhaal |
Citeertitel | Beleidsregels Terugvordering en verhaal gemeente Meppel |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Zorg en welzijn |
Externe bijlagen | Uitvoeringsvoorschriften terugvordering en verhaal Toelichting Beleidsregels Terugvordering en verhaal |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2013 | 01-01-2013 | intrekking | 03-11-2013 Elektronisch gemeenteblad, 26-06-2013 | 189776 | |
14-10-2010 | 01-01-2013 | nieuwe regeling | 14-09-2010 Elektronisch gemeenteblad, 06-10-2010 | 2010-11536 |
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Voor de toepassing van deze beleidsregels wordt verstaan onder:
de persoon waarop een terugvordering of verhaal van toepassing is;
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Meppel;
de Wet Investeren in Jongeren;
Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;
Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;
Een uitkering op grond van de WWB of een inkomensvoorziening op grond van de IOAW, IOAZ of de WIJ;
terugvordering ontstaan door een herziening op grond van artikel 54 lid 3 onder a WWB, artikel 17 lid 3 onder a IOAW, artikel 17 lid 3 onder a IOAZ of artikel 40 lid 3 onder a WIJ;
de voorziening als bedoeld in artikel 5, aanhef en sub e van de WWB;
k. persoon met een onbekende verblijfplaats:
persoon in de Gemeentelijke Basis Administratie met een aantekening “vertrokken onbekend waarheen
Het college ziet af van terugvordering indien:
a. het terug te vorderen bedrag lager is dan € 150,00 op jaarbasis;
Artikel 3 Brutering van terugvorderingen
1. Vorderingen waarop de loonheffing en premies volksverzekeringen (lh/pvv) betrekking hebben worden na 31 december van het jaar waarin deze zijn ontstaan, gebruteerd indien de betreffende vordering is ontstaan door:
a. het niet, niet tijdig of onvoldoende nakomen van de inlichtingenplicht;
b. tekortschietend besef van verantwoordelijkheid;
c. enig ander verwijtbaar gedrag van betrokkene.
2. Indien het terugvorderingbesluit in december van een bepaald jaar wordt genomen en de debiteur vangt binnen drie maanden na vaststelling van de vordering aan met betaling van de vordering en indien de vordering voor het einde van het lopende kalenderjaar is voldaan, wordt afgezien van brutering, tenzij de vordering is ontstaan zoals beschreven in het eerste lid, sub a tot en met c.
3. Indien er sprake is van op een voorliggende voorziening terugvorderbaar gestelde WWB-uitkering of inkomensvoorziening WIJ, en deze na afsluiting van het boekjaar aan betrokkene is uitbetaald in plaats van verrekend met de gemeente Meppel, wordt deze netto van cliënt teruggevorderd, tenzij de vordering is ontstaan zoals beschreven in het eerste lid, sub a tot en met c.
Artikel 4 Verplichtingen met betrekking tot de invordering
1. Het aflossingsbedrag, zoals medegedeeld in het terugvorderingsbesluit of dat met de belanghebbende op grond van een minnelijke regeling tot stand is gekomen, geldt als een opgelegde betalingsverplichting.
2. Het college past de betalingsverplichting ambtshalve aan, naar aanleiding van een periodiek onderzoek.
3. Het onderzoek als vermeld in lid 2 stopt na drie jaar bij een vordering op een persoon met een onbekende verblijfplaats.
4. In afwijking van hetgeen vermeld staat in lid 3, wordt bij vorderingen wegens verwijtbaar gedrag op een persoon met een onbekende verblijfplaats, het onderzoek zoals vermeld in lid 2 na vijf jaar stopgezet.
1. Het college maakt gebruik van de bevoegdheid om in te vorderen per dwangbevel zoals vermeld in artikel 60 lid 2 WWB, artikel 56 lid 2 WIJ, artikel 28 lid 1 IOAW en artikel 28 lid 1 IOAZ.
2. Het college maakt gebruik van de bevoegdheid, neergelegd in artikel 60 lid 4 WWB, artikel 56 lid 4 WIJ, artikel 28 lid 4 IOAW en artikel 28 lid 4 IOAZ, het dwangbevel middels verzending per post bekend te maken.
3. Het indienen van een bezwaar door betrokkene heeft geen schorsende werking op het bekend maken van een dwangbevel.
Artikel 5 Verrekening en beslaglegging
Indien de belanghebbende niet bereid is tot het treffen van een minnelijke betalingsregeling of een eerder opgelegde betalingsverplichting niet meer nakomt, wordt het terugvorderingsbesluit ten uitvoer gelegd door middel van:
a. verrekening met de maandelijks verleende inkomensvoorziening, op grond van artikel 60 lid 3 WWB, artikel 56 lid 3 WIJ, artikel 28 lid 2 IOAW en artikel 28 lid 2 IOAZ, of bij het ontbreken van deze mogelijkheid;
b. verrekening op grond van artikel 6:127 BW;
c. een executoriaal beslag overeenkomstig de artikelen 479b tot en met 479g, behoudens artikel 479e lid 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, of;
d. beslag in de zin van het Tweede Boek van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
Artikel 7 Kwijtschelding wegens schuldenproblematiek
Het college besluit tot gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van de teruggevorderde inkomensvoorziening indien:
a. redelijkerwijs te voorzien is dat de belanghebbende niet zal kunnen voortgaan met het betalen van zijn schulden, en;
b. redelijkerwijs te voorzien is dat een schuldregeling met betrekking tot alle vorderingen, behoudens de in artikel 10 onder b. bedoelde vorderingen, van de overige schuldeisers zonder een zodanig besluit niet tot stand zal komen, en;
c. de vordering van de gemeente wegens teruggevorderde inkomensvoorziening ten minste zal worden voldaan naar evenredigheid met de vorderingen van de schuldeisers van gelijke rang.
Artikel 8 Afzien van kwijtschelding wegens schuldenproblematiek
Van kwijtschelding als bedoeld in artikel 7 wordt afgezien indien:
a. de terugvordering van inkomensvoorziening het gevolg is van verwijtbaar gedrag van de belanghebbende;
b. de vordering wordt gedekt door pand of hypotheek op een goed of goederen, behoudens voor zover de vordering niet op die goederen verhaald kan worden.
Artikel 9 Inwerkingtreding van het besluit tot afzien van terugvordering wegens schuldenproblematiek
Het besluit tot het gedeeltelijk afzien van invordering als bedoeld in artikel 7 of tot het gedeeltelijk afzien van verdere invordering treedt niet in werking voordat een schuldregeling tot stand is gekomen.
Artikel 10 Intrekking kwijtscheldingsbesluit schuldenproblematiek
Het besluit tot het gedeeltelijk afzien van terugvordering of tot het gedeeltelijk afzien van verdere terugvordering wordt ingetrokken of ten nadele van de belanghebbende gewijzigd indien:
a. niet binnen twaalf maanden nadat dat besluit is bekendgemaakt een schuldregeling tot stand is gekomen; of
b. de belanghebbende zijn schuld aan de gemeente niet overeenkomstig de schuldregeling voldoet; of
c. onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een ander besluit zou hebben geleid.
Artikel 11 Ambtshalve kwijtschelding na het voldoen aan de betalingsverplichting
Het college besluit ambtshalve van terugvordering af te zien, indien:
a. het een schuld betreft als gevolg van het verstrekken van bijzondere bijstand in de vorm van leenbijstand; en
b. belanghebbende gedurende 36 aaneengesloten maandtermijnen volgens draagkracht heeft afgelost op de lening.
Artikel 12 Kwijtschelding op aanvraag na het voldoen aan de betalingsverplichting
1. Het college besluit op aanvraag van (verdere) invordering af te zien, indien de
a. gedurende drie jaar volledig, onafgebroken aan zijn betalingsverplichtingen ten
aanzien van een schuld heeft voldaan; of
b. gedurende drie jaar niet volledig, onafgebroken aan zijn betalingsverplichtingen
tenaanzien van een schuld heeft voldaan, maar het achterstallige bedrag over die periode, vermeerderd met de op de invordering betrekking hebbende kosten, alsnog heeft betaald; of
c. gedurende drie jaar geen betalingen heeft verricht en niet aannemelijk is dat hij deze op enig moment zal gaan verrichten; of
d. een bedrag, overeenkomend met ten minste 50 % van de restsom in één keer aflost,
indien is gebleken dat verdere incasso vruchteloos is.
2. Wanneer belanghebbende een bedrag moet voldoen tengevolge van verwijtbaar gedrag
of met betrekking tot het gestelde in het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen, worden
Het college maakt gebruik van de bevoegdheid de kosten van bijstand te verhalen op grond van artikel 61 t/m 62i van de WWB en artikel 57 van de WIJ, voor zover zich daar geen andere wettelijke regeling tegen verzet, tenzij:
a. het op te leggen verhaalsbedrag lager is dan € 50,00 per maand;
b. sprake is van een schenking of nalatenschap lager dan € 1.000,00 per kalenderjaar;
Het college past de betalingsverplichting ambtshalve aan:
a. naar aanleiding van een periodiek onderzoek
b. op aanvraag naar aanleiding van gewijzigde omstandigheden ten aanzien van de
De artikelen 7, 9, 10 en 12 van deze beleidsregels met betrekking tot kwijtschelding van vorderingen zijn van overeenkomstige toepassing.
Indien de belanghebbende niet uit eigen beweging bereid is de verlangde gelden aan de gemeente te betalen, dan wel niet of niet tijdig tot betaling daarvan overgaat, besluit het college tot verhaal in rechte. Het college ziet af van verhaal in rechte indien het te verhalen bedrag een bedrag van € 2000,00 niet te boven gaat.
Artikel 18 Bijstellen aflossingsbedragen
De aflossingsbedragen worden ambtshalve bijgesteld bij een wijziging van de bijstandnormen overeenkomstig artikel 38 van de WWB.
Artikel 19 Onvoorziene situaties
In alle gevallen waarin deze beleidsregels niet voorzien of toepassing daarvan niet overeenkomt met de bedoeling van deze regels, beslist het college.
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in de beleidsregels, indien strikte toepassing ervan tot onbillijkheden van overwegende aard zou leiden.
Artikel 21 Citeertitel en inwerkingtreding
1. Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking. Op dat tijdstip worden de beleidsregels terugvordering en verhaal gemeente Meppel zoals vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van 6 september 2005 ingetrokken.
2. Deze beleidsregels worden aangehaald als “Beleidsregels terugvordering en verhaal