Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gelderland

Nadere regels Subsidieregeling sociaal beleid Gelderland 2004

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGelderland
OrganisatietypeProvincie
Officiële naam regelingNadere regels Subsidieregeling sociaal beleid Gelderland 2004
CiteertitelNadere regels Subsidieregeling sociaal beleid Gelderland 2004
Vastgesteld doorgedeputeerde staten
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpsubsidies, zorg en welzijn, jeugdzorg

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

subsidieregeling sociaal beleid Gelderland 2004, art. 1.2

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

02-12-200801-01-2016Onbekend

01-12-2008

Provinciaal Blad 2008/131

2008-003437

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels Subsidieregeling sociaal beleid Gelderland 2004

Vastgesteld bij besluit van Gedeputeerde Staten d.d. 23 mei 2006, nr. 2006.005689 (Provinciaal Blad nr. 2006/66, d.d. 16 juni 2006). Op 17 juni 2006 in werking getreden. Laatstelijk gewijzigd bij besluit van Gedeputeerde Staten van 1 december 2008, nr. 2008-003437 (Provinciaal Blad nr. 2008/131 van 1 december 2008). In werking getreden op 2 december 2008.

Artikel 1 begripsomschrijving

In deze nadere regels wordt verstaan onder

  • a.

    subsidieregeling: de Subsidieregeling sociaal beleid Gelderland 2004.

Artikel 2 maximum percentages en maximum bedragen

  • 1.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 2.1 van de subsidieregeling bedraagt de subsidie maximaal 75% van de subsidiabele kosten tot een maximumbedrag van € 200.000,--.

  • 2.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder a, van de subsidieregeling bedraagt de subsidie maximaal 75% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 90.000,--.

  • 3.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de subsidieregeling bedraagt de subsidie maximaal 75% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 15.000,-- per gemeente.

  • 4.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de subsidieregeling bedraagt de subsidie maximaal 75% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 100.000,-- voor de regio’s als bedoelt in § 4.1.

  • 5.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 2.2, tweede en derde lid, van de subsidieregeling bedraagt de subsidie maximaal 75% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 20.000,-- per gemeente.

  • 6.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 2.2, derde lid, van de subsidieregeling waar sprake is van een aantoonbaar provinciebreed belang rond de invoering en implementatie van de Wet maatschappelijke ondersteuning, bedraagt de subsidie maximaal € 150.000,--.

  • 7.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 3.1 van de subsidieregeling bedraagt de subsidie maximaal 75 % van de subsidiabele kosten tot een maximumbedrag van € 200.000,--. Voor deze subsidies geldt tevens dat gemeenten minimaal 25% dienen bij te dragen. Dit moet blijken uit de ingediende begroting.

  • 8.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 4.1 van de subsidieregeling bedraagt de subsidie maximaal 75% van de subsidiabele kosten.

  • 9.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 4.2, eerste lid, van de subsidieregeling bedraagt de subsidie maximaal 75% van de subsidiabele kosten tot een maximumbedrag van € 100.000,--.

  • 10.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 4.2, tweede lid, van de subsidieregeling is het maximumbedrag van de subsidiabele kosten € 2.500,--.

  • 11.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid,van de subsidieregeling bedraagt de subsidie maximaal 75% van de subsidiabele kosten tot een maximumbedrag van € 90.000,--.

  • 12.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 5.1, vierde lid, van de subsidieregeling bedraagt de subsidie maximaal € 7.000,--

  • 13.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, onderdeel a, van de subsidieregeling bedraagt de subsidie voor zelfstandige hospices € 22.500,-- per nieuw te realiseren plaats, met een maximum van € 90.000,--, en voor een nieuw te realiseren palliatieve unit in een verpleeg- of verzorgingshuis maximaal € 15.000,--.

  • 14.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, onderdeel b, van de subsidieregeling bedraagt de subsidie maximaal € 5.000,--.

  • 15.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, onderdeel c, van de subsidieregeling bedraagt de subsidie voor hospicevoorzieningen met maximaal 3 plaatsen € 3.500,--, voor hospicevoorzieningen van 4 tot en met 6 plaatsen € 5.000,-- en hospicevoorzieningen van 7 of meer plaatsen € 6.500,--.

  • 16.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 5.2, derde lid, van de subsidieregeling bedraagt de subsidie maximaal 75% van de subsidiabele kosten tot een maximumbedrag van € 90.000,--.

  • 17.

    Voor subsidies als bedoeld in artikel 6.1 van de subsidieregeling bedraagt de subsidie maximaal 75% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 70.000,--.

  • 18.

    Bij een besluit op een aanvraag van een organisatie van zorgvragers kan worden afgeweken van de in de voorgaande leden genoemde percentages.

  • 19.

    Met uitzondering van de leden 7, 10, 12 en 13 bedraagt de financiлle bijdrage van de gemeenten, naast hun reguliere taken, minimaal 25% van de subsidiabele kosten.

Artikel 3 kwaliteitseisen

De uitvoering van projecten als bedoeld in artikel 1.1 van de subsidieregeling en incidentele activiteiten als bedoeld in de artikelen 4.2.2 en 5.1.2 van de subsidieregeling dient te geschieden door deskundige medewerkers. De mate van deskundigheid dient te blijken uit bij de aanvraag verstrekte gegevens met betrekking tot beroepsopleiding en ervaring.

Artikel 4 regio-indeling

Onder regio-indeling zoals genoemd in artikel 4.1 van de subsidieregeling wordt het volgende verstaan: de WGR-regio’s met uitzondering van de KAN-regio. De regio KAN wordt gesplitst in regio Arnhem en regio Nijmegen. De regio Arnhem bestaat uit de gemeenten: Arnhem, Doesburg, Duiven, Lingewaard, Overbetuwe, Renkum, Rheden, Rijnwaarden, Rozendaal, Westervoort en Zevenaar. De regio Nijmegen bestaat uit de gemeenten: Beuningen, Groesbeek, Heumen, Millingen aan de Rijn, Nijmegen, Ubbergen, Wijchen, Druten en West Maas en Waal.

Artikel 5 aanvraagformulier

Voor het indienen van een aanvraag op grond van de subsidieregeling maakt de aanvrager gebruik van een aanvraagformulier als bedoeld in de bijlagen 1 tot en met 5.

Artikel 6 voortgangsrapportage

De jaarlijkse inhoudelijke en financiлle rapportage als bedoeld in artikel 9.1 van de subsidieregeling wordt ingediend overeenkomstig het rapportageformulier als bedoeld in bijlage 6.

Artikel 7 slotbepaling

  • 1.

    Deze regeling kan worden aangehaald als: Nadere regels Subsidieregeling sociaal beleid Gelderland 2004.

  • 2.

    Deze nadere regels treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin ze worden geplaatst.

  • 3.

    De Nadere regels Subsidieregeling sociaal beleid Gelderland 2004 vastgesteld op 1 januari 2004 vervallen met ingang van het in lid 2 bedoelde tijdstip.

Gedeputeerde staten van Gelderland