Organisatie | Stein |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen Stein 2011 |
Citeertitel | Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Stein 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-01-2011 | Nieuwe regeling | 16-12-2010 De schakel, 12-01-2011 | Gem.blad Afd. A 2010, no. 83 |
De raad van de gemeente Stein,
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 16 november 2010;
gelet op artikel 35 van de Wet op de lijkbezorging en artikel 149 van de Gemeentewet;
gelezen het advies van de commissie Maatschappelijke Zaken;
besluit vast te stellen de ‘Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen Stein 2011’.
Hoofdstuk 1 INLEIDENDE BEPALINGEN
In deze verordening wordt verstaan onder:a. begraafplaatsen: de begraafplaats, gelegen aan de Zwartdriesstraat in Stein, de begraafplaats gelegen aan de Pastoor Haesenstraat in Elsloo en de begraafplaats aan de Molenweg Zuid in Urmond; b. graf: een zandgraf of keldergraf;c. grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie waarin een of meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet; grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand;d. asbus: een bus ter berging van as van een overledene;e. urn: een voorwerp ter berging van een of meer asbussen;f. particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:1. het doen begraven en begraven houden van lijken;2. het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;3. het doen verstrooien van as.g. particulier urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:1. het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;2. het doen verstrooien van as.h. particuliere urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;i. particuliere gedenkplaats: een plaats waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend om overledenen te gedenken;j. calamiteitengraf: een keldergraf voor het begraven van niet-geïdentificeerde overledenen;k. verstrooiingsplaats: een plaats waarop as wordt verstrooid;l. grafbedekking: gedenkteken en grafbeplanting op een graf, gedenkplaats of verstrooiingsplaats;m. beheerder: de ambtenaar die belast is met de dagelijkse leiding van de begraafplaatsen of degene die hem vervangt;n. rechthebbende: natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een uitsluitend recht is verleend op een particulier graf, een particulier urnengraf of een particuliere gedenkplaats, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden;o. dubbelbreed graf: een particulier graf waarop een uitsluitend recht is verleend waarvan de afmeting tweemaal de breedte bedraagt van een op die begraafplaats vastgestelde grafafmeting.
Hoofdstuk 2 BEHEER, OPENSTELLING, ORDE EN RUST OP DE BEGRAAFPLAATSEN
Het beheer van de begraafplaatsen wordt gevoerd door de afdeling Publiekszaken, onder verantwoordelijkheid van het college van burgemeester en wethouders. Onder toezicht van het college worden één of meer daartoe aangewezen personen belast met:a. de aanwezige administratie van de begraafplaatsen;b. de dagelijkse leiding van de begraafplaatsen;c. het onderhoud van de begraafplaatsen;d. het delven of openen en sluiten van graven.
Het is verboden op de begraafplaatsen:a. zich op hinderlijke wijze te gedragen;b. te colporteren of goederen voor verkoop aan te bieden;c. op enige wijze reclame te maken voor handel of bedrijf;d. op de graven te lopen of de begraafplaats te verontreinigen;e. de graven, de gedenktekens, de beplanting, de gebouwen en de paden te bekladden, te beschadigen of op enigerlei andere wijze te verontreinigen;f. dieren mee te nemen, met uitzondering van een hond ter begeleiding van een blinde;g. dieren te begraven;h. te gaan zitten anders dan op de daartoe aangebrachte zitplaatsen;i. zich toegang tot de begraafplaats te verschaffen anders dan op de daarvoor bestemde ingangen;j. iets te doen of na te laten dat in strijd is met de eerbied van de nagedachtenis van de overledene.
Het is verboden met motorrijtuigen, met uitzondering van invaliden-, kinder- en wandelwagens op de begraafplaatsen te rijden:a. elders dan op de daartoe aangewezen rijwegen; motorrijtuigen zijn buiten de rijwegen (slechts) toegestaan voor begrafenissen of voor het vervoer van materialen;b. met motorrijtuigen sneller dan 10 km per uur te rijden.
Herdenkingsbijeenkomsten, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtigheden op de begraafplaats kunnen slechts plaatsvinden nadat deze ten minste zes werkdagen tevoren zijn gemeld aan de beheerder. Datum en uur van de plechtigheid en de wijze waarop deze zal plaatsvinden worden in overleg met de aanvrager door de beheerder vastgesteld.
Hoofdstuk 3 INDELING EN ADMINISTRATIE VAN DE BEGRAAFPLAATSEN
De administratie bevat een register van alle overledenen die begraven zijn op de begraafplaatsen of wiens asbus is begraven, bijgezet of verstrooid, met hun namen, datum van geboorte en datum van overlijden. In dit register wordt tevens vermeld de dag van begraving of bijzetting, het gedeelte van de begraafplaats waarin dit is geschied en het nummer van het graf. Daarnaast zijn in dit register de naam en het adres van de rechthebbende opgenomen. Dit register van de rechthebbenden is niet openbaar.
Hoofdstuk 4 VOORSCHRIFTEN VOOR LIJKBEZORGING
Artikel 11 Kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van het graf
Degene die wil doen begraven, as wil doen bijzetten of as wil doen verstrooien, geeft daarvan uiterlijk om 12.00 uur van de werkdag voorafgaande aan die waarop de begraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, schriftelijk kennis aan de beheerder. De zaterdag en zondag gelden voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven moet de kennisgeving aan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan.
Het openen van een graf ter begraving of voor het bezorgen van as, en het daarna sluiten van een graf, alsmede het bedienen van de hulpmiddelen mag uitsluitend geschieden door het personeel van de begraafplaats op aanwijzingen en onder toezicht van de beheerder. De nabestaanden kunnen deze werkzaamheden onder toezicht van de beheerder geheel of gedeeltelijk zelf verrichten indien zij hun wens daartoe uiterlijk om 12.00 uur van de voorafgaande werkdag mondeling of schriftelijk aan de beheerder hebben kenbaar gemaakt. De zaterdag en zondag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Zij dienen bij deze werkzaamheden de aanwijzingen van de beheerder op te volgen.
Hoofdstuk 5 INDELING EN UITGIFTE VAN DE GRAVEN
Artikel 14 Indeling graven en asbezorging
Het college stelt nadere regels vast voor het aantal lijken en het aantal asbussen met of zonder urnen welke er kunnen worden bijgezet in de particuliere graven en hoeveel verstrooiingen van as er op de particuliere graven kunnen plaatshebben. Het college bepaalt tevens de afmetingen en de uitgifteduur van de particuliere graven. De uitgifteduur kan niet korter zijn dan de minimumtermijn vastgesteld in de Wet op de lijkbezorging.
Het college kan bij nader vast te stellen regels de particuliere graven onderverdelen in categorieën. Het college bepaalt voor de verschillende categorieën de situering en oppervlakte.
Artikel 17 Termijnen particuliere graven
Het college verleent, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaatsen dat toelaat, op een daartoe bij hen schriftelijk in te dienen aanvraag, voor de tijd van twintig jaar recht op een particulier graf, particulier urnengraf en particuliere urnennis. De termijn begint te lopen op de datum waarop het particuliere graf, particulier urnengraf en particuliere urnennis is uitgegeven.
Het college kan aan de rechthebbende op een particulier graf vergunning verlenen tot het daarin voor eigen rekening doen aanbrengen van een grafkelder overeenkomstig de door het college te stellen voorwaarden.
Artikel 20 Overschrijving van verleende rechten
Na het overlijden van de rechthebbende kan het recht op het particuliere graf worden overgeschreven op naam van een natuurlijk persoon of rechtspersoon, indien de aanvraag daartoe wordt gedaan binnen zes maanden na het overlijden van de rechthebbende. Indien de overleden rechthebbende in het graf dient te worden begraven, of indien de asbus met zijn resten in het graf dient te worden bijgezet, dient het verzoek tot overschrijving daaraan voorafgaand te worden gedaan.
Artikel 21 Afstand doen van graven
Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het recht op het particuliere graf, urnengraf en urnennis. Van de ontvangst van zodanige verklaring doen burgemeester en wethouders schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.
Artikel 22 Vergunning grafbedekking
Het college kan de vergunning weigeren indien:a. niet voldaan wordt aan de vastgestelde nadere regels, genoemd in het derde lid;b. de grafbedekking afbreuk doet aan het aanzien van de begraafplaats;c. de duurzaamheid van de materialen onvoldoende is;d. de constructie van de grafbedekking ondeugdelijk is.
Artikel 23 Onderhoud door rechthebbende of gebruiker
Indien de rechthebbende nalaat de grafbedekking behoorlijk te onderhouden of te herstellen, kan het college de hiervoor in aanmerking komende voorwerpen of zo nodig de gehele grafbedekking doen verwijderen. Het verwijderde blijft gedurende dertien weken ter beschikking van de rechthebbende en vervalt daarna aan de gemeente, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.
De verwijdering vindt niet plaats dan nadat het college van burgemeester en wethouders de rechthebbende of de gebruiker door middel van een verklaring schriftelijk op de hoogte heeft gesteld van de toestand van de grafbedekking. Wanneer het adres van de rechthebbende niet bekend is maakt het college van burgemeester en wethouders de verklaring bij de ingang van de begraafplaats op het mededelingenbord bekend. Bij het graf wordt een verwijzing naar de mededeling aangebracht.
Het college van burgemeester en wethouders kan de rechthebbende per aanschrijving verplichten een beschadiging aan de grafbedekking te herstellen binnen de door het college gestelde termijn indien de beschadiging zodanig is dat deze naar het oordeel van het college het uiterlijk aanzien van de begraafplaats schaadt of indien de beschadiging van de grafbedekking gevaar op levert voor derden.
Artikel 24 Niet-blijvende grafbeplanting
Niet-blijvende beplanting op een graf die in een verwaarloosde staat verkeert kan door de beheerder worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding. Losse bloemen, planten, kransen en dergelijke kunnen, wanneer zij verwelkt zijn, door de beheerder worden verwijderd. Linten, siervazen en dergelijke voorwerpen worden gedurende dertien weken ter beschikking gehouden van de rechthebbende.
Artikel 25 Verwijdering grafbedekking na verstrijken van de termijn
Het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking maakt het college ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd per brief aan de rechthebbende bekend. Wanneer het adres van de rechthebbende niet bekend is, maakt het college het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en bij de ingang van de begraafplaats bekend.
Hoofdstuk 7 RUIMING VAN GRAVEN, URNENGRAVEN EN URNENNISSEN
Artikel 26 Ruiming, bezorging van overblijfselen en as
Het voornemen van het college van burgemeester en wethouders om een graf te ruimen wordt ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het graf geruimd zal worden per brief aan de rechthebbende bekend gemaakt. Wanneer het adres van de rechthebbende niet bekend is maakt het college het voornemen tot ruiming van het graf gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip van ruiming door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en bij de ingang van de begraafplaats op het mededelingenbord bekend.
De rechthebbende op een particulier graf kan bij de beheerder een aanvraag indienen om de menselijke resten te doen verzamelen om deze opnieuw in dezelfde grafruimte te doen plaatsen dan wel om deze te cremeren of elders opnieuw te doen begraven. De rechthebbende op een particulier urnengraf of particuliere urnennis kan bij de beheerder een aanvraag indienen de asbus ter beschikking te houden om elders bij te zetten of om de as te doen verstrooien.
Hoofdstuk 10 OVERIGE BEPALINGEN
Artikel 30 Beslissingsbevoegdheid
In geval waarin deze verordening niet voorziet of in geval van verschil van mening over de uitleg van haar bepalingen, beslist het college van burgemeester en wethouders.
Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de ‘Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen Stein 1994’ is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.