Organisatie | Berkelland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Nadere regels stoken snoeihout |
Citeertitel | Nadere regels stoken snoeihout |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-01-2011 | 03-08-2016 | nieuwe regeling | 04-01-2011 Berkelbericht 18 januari 2011 | Collegebesluit 4 januari 2011, nummer 15 |
Nadere regels stoken snoeihout op grond van artikel 10.2 Wet Milieubeheer en artikel 5.34 Algemene plaatselijke verordening
De doelstelling van deze nadere regels is om voor het verbranden van snoeihout een praktisch uitvoerbare regeling te treffen. Er mag alleen snoeihout worden verbrand dat ontstaan is door landschapsonderhoud. Onder landschapsonderhoud verstaan we onder andere het snoeien van houtwallen, bosjes en houtopstanden, zoals een rij bomen als perceelsafscheiding. Het verbranden van andere afvalstoffen is niet toegestaan. De beperking dat snoeihout afkomstig moet zijn van landschappelijk onderhoud geldt niet voor paasvuren.
Milieuhygiënisch gezien is snoeihout, ziek en gerooid hout een afvalstof. Bij de verwijdering moet geprobeerd worden het milieu zo weinig mogelijk te belasten. Andere mogelijkheden voor de verwijdering van snoeihout en gerooid hout zijn:
Ziek hout moet vanwege het besmettingsgevaar worden verbrand. Behalve de genoemde mogelijkheden bestaat er de mogelijkheid het snoeihout te verbranden. Bij het verbranden worden wel voorwaarden gesteld met betrekking tot milieu en veiligheid.
De Algemene plaatselijke verordening (artikel 5:34) bepaalt dat het verboden is afvalstoffen te verbranden buiten inrichtingen of anderszins vuur te stoken. Dit verbod geldt niet als voldaan wordt aan door het college vastgestelde nadere regels. Deze regels zijn vooral gesteld om de veiligheid te waarborgen. Het college heeft in 2008 nadere regels vastgesteld. In 2010 zijn deze regels als bijlage opgenomen bij onze Algemene plaatselijke verordening.
Ook de Wet milieubeheer (artikel 10.2) bepaalt dat het verboden is om afvalstoffen buiten een inrichting te verbranden. Op grond van artikel 10.63 van de Wet milieubeheer hebben gemeenten de bevoegdheid om ontheffing te verlenen van dit verbod.
In de “Notitie verbranden van afstoffen buiten inrichtingen” is in een algemene beleidslijn de ontheffingsbevoegdheid voor het verbranden van snoeihout in de open lucht verder ingevuld. De beleidsregels zijn nodig om het milieu zoveel mogelijk te beschermen. Bovendien kunnen handhavers met deze regeling beter handhaven.
De “Notitie verbranden van afstoffen buiten inrichtingen” wordt nu uitgebreid met nadere regels. Het beleid verandert verder niet, alleen de uitvoering van het beleid.
Wanneer binnen de in deze nadere regels genoemde condities wordt gehandeld, wordt geacht dat het handelen gebeurt alsof er een ontheffing is.
Met andere woorden: als aan alle voorwaarden wordt voldaan dan mag er gestookt worden. Een schriftelijke ontheffing is dan niet nodig.
3. Nadere regels stoken snoeihout op grond van artikel 10.2 Wet Milieubeheer en artikel 5.34 Algemene plaatselijke verordening
In deze nadere regels wordt verstaan onder:
Snoeihout: alle takken en bladeren die van bomen en struiken worden gehaald in het kader van duurzaam onderhoud van het landschap. Het zijn ook takken en bladeren die overblijven na het rooien van bomen en struiken. Dus niet de stammen, stobben en stronken. Stammen en takken met een doorsnede van meer dan 25 cm vallen ook niet onder het begrip “snoeihout”.
In de Flora- en faunawet staat de zorgplicht voor planten en dieren. Dit betekent dat handelingen die nadelig zijn voor planten en dieren zoveel mogelijk moeten worden voorkomen. Het uitgangspunt van de wet is, ‘nee tenzij’. Het stoken mag geen nadelige gevolgen hebben voor de dieren, anders bent u strafbaar.
Artikel 3: Het verbranden van snoeihout
Aan het verbranden van snoeihout zijn door het college van burgemeester en wethouders onderstaande nadere regels verbonden.
Vanuit het oogpunt van handhaving hebben burgemeester en wethouders besloten voor het verbranden van snoeihout en gerooid hout een stookperiode in te stellen. Van 1 oktober tot 15 maart mag er gestookt worden. Buiten de stookmaanden mag geen snoeihout of gerooid hout worden verbrand. Deze regel geldt niet voor ziek hout en paasvuren.
Minimaal één uur van tevoren kijkt u op de site www.vnog.nl of u kunt stoken. Op de gekleurde thermometer kunt u zien of dat die dag mag. Hebt u geen internet dan kunt u de alarmcentrale van de brandweer Apeldoorn bellen. Het telefoonnummer is 055-5053322. Als de alarmcentrale aangeeft dat er sprake is van “code rood”, mag u niet stoken.