Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Geertruidenberg

Evenementennota 2006-2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Geertruidenberg
Officiële naam regelingEvenementennota 2006-2010
CiteertitelEvenementennota 2006-2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Tevens vastgesteld door het college en de burgemeester op 2005-07-12, ieder voor wat betreft de eigen bevoegdheden.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 149
  2. Algemene Plaatselijke verordening gemeente Geertruidenberg 2005, art. 2.2.2

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

30-07-200501-09-2012Nieuwe regeling.

30-06-2005

Gemeentekrant, 29-07-2005, nr. 15

2005-06-30, nr.09

Tekst van de regeling

Nr. 09De raad van de gemeente Geertruidenberg;gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 mei 2005;besluit:• Vast te stellen de Evenementennota 2006-2010, onderdeel A: Kaderstellend document; • Het besluit na bekendmaking inwerking te laten treden; • Kennis te nemen van het collegebesluit en het besluit van de burgemeester van 24 mei 2005 betrekking hebbend op de Evenementennota 2006-2010, onderdeel B: Beheersdocument. Raamsdonksveer, 30 juni 2005De raad van de gemeente Geertruidenberg,de griffier, de voorzitter,drs. K.M.C. Millenaar-Rammelaere M.J.A. Meijer

 

 

 

 

 

 

 

Evenementenota2 0 0 6 – 2 0 10Zoals vastgesteld bij besluit van:de raad van de gemeente Geertruidenberg,dd. 30 juni 2005, nr. 9

Hoofdstuk 1 Voorwoord

De raad van de gemeente Geertruidenberg heeft op 30 november 2000 de Evenementennota 2000-2005 vastgesteld en tevens bepaald dat na deze periode een evaluatie wordt gehouden. Bovendien werd erin aangegeven dat tussentijdse aanpassingen doorgevoerd konden worden als de ontwikkelingen hiertoe aanleiding gaven. Na het grotendeels verstrijken van de looptijd van de nota is het nodig gebleken voor een volgende periode van vijf jaar de Evenementennota op een aantal punten te herzien vanwege:- Praktische problemen bij de uitvoering;- Nog niet nader uitgewerkte hoofdstukken;- Externe ontwikkelingen en nieuwe inzichten.Om de ervaringen van de betrokkenen in beeld te krijgen en na te gaan tegen welke praktische problemen zij zijn aangelopen, zijn bijeenkomsten georganiseerd. Hierbij waren onder andere bewoners, organisatoren, politie en horeca uitgenodigd. Uit vertegenwoordigers van bovengenoemde organisaties is een klankbordgroep geformeerd. Deze heeft enkel malen vergaderd en aanbevelingen gedaan. Tot slot heeft er nog een druk bezochte informatiebijeenkomst plaatsgevonden waarin de wijzigingen en aanpassingen zijn voorgelegd aan de aanwezigen (organisatoren, bewoners, politie etc).De nota is geactualiseerd waarbij rekening is gehouden met de ervaringen en aanbevelingen van de mensen ‘uit het veld’. De uitkomsten van de klankbordgroep en de bijeenkomsten zijn verwerkt in deze nota. Vanwege de gekozen aanpak van het geactualiseerde evenementenbeleid geniet deze nota, Evenementennota 2006-2010, een breed draagvlak.In onderdeel A heeft de raad de kaders aangegeven voor het evenementenbeleid. In onderdeel B heeft het college deze kaders in een beheersdocument uitgewerkt. Deze delen vormen samen de evenementennota, waarin de kaders en het beheer (beleid) van de evenementen voor komende jaren is vastgelegd. Tussentijdse aanpassingen worden doorgevoerd, als de ontwikkelingen of de praktijk daartoe aanleiding geven.Evenementen zijn van betekenis voor een buurt, een kern of de gehele gemeente. Niet alleen vanuit toeristisch/re­crea­tief, sociaal-cultureel of economisch oogpunt, maar ook in promo­tioneel opzicht. De bekendheid van een evene­ment draagt bij aan de bekendheid van de locatie; de waarde­ring voor het evenement is mede bepalend voor het imago van de buurt, de kern of de gemeente.Evenementen ontstaan in het algemeen vanuit particulier initiatief en worden veelal met veel vrijwillige inzet georganiseerd. De gemeente speelt daarbij meestal een rol op het gebied van vergunningen en het treffen van materië­le voorzie­ningen. Op financieel gebied wordt soms ondersteu­ning van de gemeente gevraagd. Aan het verschijnsel evenementen kleven vele facetten voor gemeente en organisatoren. Aan sommige zaken wordt niet gedacht of krijgen onvoldoende aandacht. Hoewel er diverse – geschreven en ongeschreven – regels bestaan, treden toch nog knelpunten op bij het organiseren van evenementen. Daarbij moet gedacht worden aan o.m.:- VergunningverleningOnzekerheid over de vergunningverlening zelf met inspraak van de bevolking, het benodig­de aantal vergunningen, de advisering/medewerking van verschillende gemeentelijke diensten, periode van behandeling.- Materiële voorzieningenOnduidelijkheid over de wijze waarop en de mate waarin de gemeente hand- en spandiensten kan verlenen (bijvoorbeeld schoonmaken, beschikbaar stellen van machines en ruimten, dranghekken, enz. ).- FinanciënHet betreft hier het geheel of gedeeltelijk verschuldigd zijn van leges en precario, de eventuele doorberekening van hand- en spandiensten, verhuur van ge­meen­tegrond, subsidiëring en dergelijke zaken.- Milieu-effectenDe aard van een evenement heeft ook invloed op de mate van milieubelasting ervan: locatie, soort bezoekers, tijdstip en tijdsduur, afval, verkeer en vervoer, energie, geluid en water.Bij de keuze van een terrein waarop het evenement gehouden wordt, is een aantal factoren van belang: aard van evenement (groot- of kleinschalig, soort muziek, fre­quentie festiviteiten), voorzieningen (stroom, water, riolering), inrichting (opstellen van podia en tenten), bereikbaarheid (openbaar vervoer, bewegwijzering, parke­ren), ondergrond en omgeving (woongebied, geluidsbeperking).Een aantal evenementen heeft zich een vaste plaats verworven en kan zeker zijn van een redelijke continuïteit. Voor nieuwe initiatieven is het vinden van een locatie op openbaar terrein moeilijker, dat voldoet aan eisen van bereikbaarheid en geluidsnor­men, ervan uitgaande dat bestaande locaties niet verder worden belast met milieu­gevoelige evenementen ten aanzien van o.a. lawaai en geluidhinder. Wellicht bieden particuliere terreinen hiervoor uitkomst.In hoeverre bestaande evenementen zich kunnen handhaven en nieuwe initiatieven zich kunnen ontplooien, heeft mede te maken met zaken als:- stijging van de kosten;- concurrentie van evenementen in de omgeving;- toenemend aantal evenementen in de eigen gemeente;- stabilisatie of terugval van bezoekersaantallen;- onvoldoende inkomsten, w.o. handhaven gratis entree.

Hoofdstuk 2.

2.1 Algemene definitieIn de Algemene Plaatselijke Verordening Geertruidenberg 2005 (artikel 2.2.1) wordt een evene­ment omschre­ven als "elke voor het pu­bliek toegankelijke ver­richting van ver­maak, ...".Deze omschrijving is een bestuurlijk-juridische werkdefinitie die gekoppeld is aan een stelsel van vergunningverlening en een toezichtregime. Zij omvat dan ook alle evene­menten van groot tot klein en van meer of minder belang.Hoewel in deze omschrijving een aantal kenmerken ontbreken (het tijdelijke karakter en het feit dat het een georganiseer­de gebeurtenis is) is dit een han­teer­bare definitie voor het brede veld van evenementen in algemene zin. Het begrip vermaak dient dan wel te worden opgevat in de zin van ontspanning.2.2 Onderscheid in soorten evenementenWanneer we kijken naar het soort evenement, komen we tot de volgende onderverdeling:

  • 1.

    Evenementen met (boven)regionale betekenis.Kenmerken: gericht op bezoekers uit eigen gemeente en uit de regio, met een (boven)regionale uitstraling, uniek in opzet, sfeer en organisatie.

  • 2.

    Evenementen van overwegend lokaal belang.Kenmerken: gericht op bezoekers uit eigen gemeente of één der kernen, met een lokale uitstraling door doelstelling, sfeer en opzet.

  • 3.

    Evenementen op wijk/buurtniveauKenmerken: bestemd voor en georganiseerd door klein deel van de gemeente: straat, buurt of wijk; gericht op saamhorigheid, leefbaarheid, ontspanning en vermaak op microniveau

Er bestaat een duidelijk verschil tussen een feest op het niveau van een wijk en een evenement met (boven)regionale betekenis, zowel wat inspan­ning en publiek betreft als betekenis. Met het onderscheid kan de mate van betrokkenheid van de gemeente bepaald worden, hoewel elk evenement van belang kan zijn voor de saamhorigheid van de buurt en de leefbaarheid van de omgeving.Een evenement in algemene zin heeft voor een gemeente een aantal functies. De meest belangrijke worden hierna behandeld.

Hoofdstuk 3.

3.1 De recreatieve functieEvenementen bieden het publiek de mogelijkheid om de vrije tijd aangenaam door te brengen. Het biedt de mogelijkheid om veelal op informele wijze anderen te ontmoeten en gezamenlijk te genieten van georganiseerde gebeurtenissen met amusements­waarde. Die recreatieve functie heeft het evenement voor alle bezoekers, zowel voor de inwoners van de gemeente Geertruidenberg als voor mensen van buiten. In het verlengde van het laatste ligt de toe­ristische functie: het vermogen om bezoekers van buiten aan te trekken.3.2 De sociaal-culturele functieVoor de bewoners van een gemeente kan een evenement de leefbaarheid van een gemeen­schap onderstre­pen. De ontmoetingsmogelijkheid en de gezamenlijke ervaring dragen bij aan het gemeenschapsgevoel van het individu en aan zijn betrokkenheid bij de gemeente. Ook het gezamenlijk beleven van een evenement uit culturele traditie behoort hiertoe.3.3 De economische functieDe economische betekenis van een evenement wordt bepaald door de bestedingseffecten die het oproept, zowel door de organi­satie zelf (deelnemers, sponsors, exposanten e.d.) als door de bezoekers (entree, horeca, middenstand).3.4 De promotionele functieEvenementen kunnen van betekenis zijn voor de promotie van een gemeente, afhankelijk van het soort evenement. Het evenement kan publiciteit voortbrengen in de media, hetgeen positief kan werken op de naamsbe­kend­heid van de gemeente. Aandacht van de pers voor festiviteiten, levert een bijdrage aan het imago, de uitstraling van de gemeente bij brede publieksgroepen. Anderzijds zullen bezoekers door hun directe ervaringen tij­dens het evenement zich ook een beeld vormen van de gemeente en wat de gemeente te bieden heeft.Indien men in het algemeen spreekt over evenementen, dan heeft men daarbij een bepaalde groep voor ogen: evenementen met (boven)regionale betekenis. Die zijn vanuit promotio­neel oogpunt voor de gemeente interessant. Deze evene­menten zijn in organisatie, opzet of uitstra­ling uniek voor de gemeente en worden door het publiek vrijwel altijd geassocieerd met de gemeente Geertruidenberg of ten minste met één van de drie kernen. Zij leveren dus een bijdrage aan het beeld over (een deel van ) de gemeente. Kenmerkend voor deze evenementen zijn bovendien:- aantrekkingskracht op diverse doelgroepen- bovenlokale uitstraling- uniek in aanpak, sfeer of organisatieVanuit promotioneel oogpunt is het gewenst dat de gemeente, binnen haar moge­lijkheden, met de organisatoren van deze evenementen meedenkt om de continuï­teit te waarbor­gen of om nieuwe, duidelijk onderscheidende evene­menten aan te trekken. Promotie van de gemeente vraagt een positief evenementen­beleid, vooral om draagvlak en enthousiasme te bewerkstelligen. Om te zien op welke wijze de gemeente kan bijdragen aan de continuïteit van evenementen met (boven)regionale betekenis, volgt in het volgende hoofdstuk een overzicht van de succesfactoren voor dergelijke evenementen.Bij een evenement komen verschillende belangengroe­pen samen: de deelne­mers, het publiek, de sponsors. Een evenement kan geslaagd genoemd worden, indien de drie groepen het idee hebben dat ze waar voor hun geld of inspan­ning hebben gekregen.De deelnemers willen de kans krijgen een zo goed mogelijke prestatie te leveren en als zodanig gewaardeerd worden.Het publiek wil een zo aantrekkelijk mogelijke prestatie meemaken in een geriefelij­ke omgeving tegen een aanvaardbare contraprestatie ( entreegeld).De sponsors willen een prestatie op niveau die aanslaat bij hun publiek en mogelijk­heden biedt uit het oogpunt van naams­bekendheid of reputatiebehartiging.

Hoofdstuk 5.

5.1 Professionaliteit in het bestuurDe organisatie van een evenement heeft dus de zorg om deze drie doelgroepen zo goed mogelijk te bedienen. Daarbij moet de organisatie tevens rekening houden met de belangen van bijvoorbeeld bewoners. Een goede bestuurlijke en technische organisatie van het evenement en een dito financieel beheer zijn een eerste ver­eiste. Daarmee zal men in staat zijn tot een efficiënte taak­verdeling, een gede­gen voorberei­ding en een soepele coördina­tie van activiteiten.Met een bijna professioneel geleide organisatie zal men kunnen komen tot een aantrekke­lijk programma van deelnemers, een duidelijke formulering van sponsormoge­lijkheden en gerichte publici­teitsacties om publiek te trekken.5.2 Bewaken van het unieke karakterNaast een goed geleide organisatie is een belang­rijk punt voor succes het reeds eerder genoemde unieke karak­ter. Het evenement moet zich onderscheiden van vergelijk­bare evenementen: hetzij door het programma, hetzij door de kwali­teit van het gebodene.Voor publiek en voor sponsors ligt de aantrekkelijkheid in het onderscheidende vermogen van het evenement.5.3 Uitbesteden en vrijwillige inzetOp evenementen in deze gemeente wordt vrijwel altijd met vrijwilligers gewerkt, die no­dig zijn tijdens de voorbereiding, uitvoering en het opruimen. Ze bestaan vaak alleen bij de gratie van mensen die in hun vrije tijd de organisatie op zich hebben genomen. Het grote voordeel van vrijwilligers is dat ze niet betaald hoeven te worden voor hun inzet, hooguit een onkosten- of vrijwilligersvergoeding, en dat ze vaak erg gemotiveerd zijn.Een sterk punt van de evenementen in onze gemeente is het particuliere initiatief en de vrijwillige inzet van velen. De kosten kunnen daardoor beperkt blijven.Uitbesteden van de organisatie van een evenement aan een professioneel organisatiebureau is in onze gemeente nog niet aan de orde. Bij zo’n bureau is de winst uit het evene­ment belangrijker dan de doelstelling van het evenement, terwijl dit vanuit gemeentelijk oogpunt andersom is. Dat trekt een wissel op de betrokkenheid van de gemeente bij het evenement.5.4 Niet meer van hetzelfdeHet budget van sponsors is gelimiteerd en ook de tijdsbesteding van het publiek kent zijn beperkingen. Hoe meer evenementen erbij komen, hoe moeilijker het wordt voor de bestaande evene­menten om zich staande te houden. Als organisatoren steeds een beroep doen op dezelfde (plaatselijke) sponsor, brengt dit zeker de financiële situatie van de bestaande evenementen in gevaar. In het belang van de bestaande evenementen vindt de gemeente Geertruidenberg het zinvol om zeer terughoudend te zijn met betrekking tot de ontwikkeling van evenementen die bestaande evenementen met (boven)regionale betekenis zouden beconcurreren.Nieuwe, duidelijk onderscheidende evenementen worden positief benaderd door de gemeente.5.5 Meeliften met bestaand evenementAanhaken op bestaande evenementen kan voor andere organisatoren aantrekkelijk zijn omdat zij daarmee verzekerd zijn van de aandacht van het publiek, vanwege de aantrekkingskracht van het bestaande (boven) regionale evenement. Ter bescherming van het (boven)regionale bestaande evenement is het ongewenst andere evenementen of (snuffel)markten en dergelijke te laten organiseren die qua ligging en tijd (nagenoeg) direct aansluiten op het bestaande (boven)regionale evenement. Bezoeker kunnen het als één evenement ervaren, terwijl het meeliftende evenement buiten de invloedsfeer ligt van de organisator van het (boven)regionale evenement. Negatieve gebeurtenissen of uitstraling kunnen dan ook van invloed zijn op de beleving die bezoekers hebben van het (boven)regionale evenement. Indien de organisator van het kleinere evenement dat een ondergeschikte betekenis heeft ten opzichte van het bovenregionale evenement in samenspraak met die organisator wordt georganiseerd, bestaat hiertegen geen beletsel.Bij de evenementen zijn diverse partijen betrokken: organisatoren, sponsors, gemeente en andere belang­hebbenden.De gemeente heeft daarbij een dubbele rol: enerzijds moet zij als overheid toezien op de handhaving van de openbare orde en veiligheid; anderzijds heeft ze er als ge­meente belang bij om evenementen toe te laten die ten goede komen aan de (belangen van de) bevolking in het kader van een leefbare en plezierige woonomgeving, de ontwikkeling van toerisme en recreatie en het bevorderen van het imago van de gemeente.Vanuit de overheidstaak heeft de gemeente dus een vergunnin­genstelsel opgezet en ziet zij toe op de naleving van de gestelde eisen.Aan de andere kant bevindt zich de faciliterende taak. Dat wil zeggen dat de gemeente diverse materialen ter beschikking stelt.

Hoofdstuk 6.

6.1 Gezamenlijk beleidDe gemeente rekent het tot haar taak om mee te denken over de continuïteit en verdere ontwikkeling van vooral evenementen met (boven)regionale betekenis. Dan moet ze oog hebben voor de bevordering van de succesfactoren die gelden voor deze evenementen.Samen met andere partijen moet een duidelijk evenementenbeleid gevoerd worden, waarbij aandacht wordt gegeven aan:· ondersteuning van en advisering aan de organisatie, indien noodza­ke­lijk en gewenst;· versterking van het unieke karakter van evenementen;· waardering voor het particuliere initiatief en de vrijwil­lige inzet;· ontwikkeling van (nieuwe) evenementen afstemmen op bestaande evenementen;· spreiding van evenementen over het jaar.De gemeente treedt met uitzondering van de kermissen niet op als (mede)organisator van evenementen, die door het particuliere initiatief georganiseerd worden.6.2 Beperking nadelige effectenBehalve vermaak en ontspanning, brengen evenementen ook overlast mee voor de burgers. Bij evenementen in een overwegende woonomgeving worden nog al eens klachten en kritische geluiden gehoord, vooral wat geluidsoverlast en parkeerhinder betreft. Vanwege de belangen van omwonenden houdt de gemeente rekening met het aantal en de aard van evenementen dat op een bepaalde locatie wordt gehouden.Voor de gemeente is het niet altijd mogelijk alles op elkaar af te stemmen en het alle betrokkenen naar de zin te ma­ken. In de vergunning kunnen de nodige voorschriften en beperkingen opgenomen worden om de nadelige effecten te voorkomen of tot een aanvaardbaar niveau te verminderen.6.3 Duidelijkheid over vergunningenHet moet voor een organisator duidelijk zijn voor welke activiteiten, werkzaamheden of handelingen een vergunnin­g/ontheffing/toestemming nodig is en waarmee hij rekening moet houden. Hiervoor wordt een informatiefolder ontwikkeld. Bovendien wordt gezorgd dat de benodigde informatie beschikbaar is via de gemeentelijke website.

Ondertekening

Zoals vastgesteld bij besluit van:het college van de gemeente Geertruidenberg,dd 12 juli 2005, nr. 9de burgemeester van de gemeente Geertruidenbergdd 12 juli 2005.

1

  • 1.

    Aanvraagformulier evenementenvergunning

  • 2.

    Overzicht (boven)regionale evenementen

  • 3.

    Uitwerking paragrafen geluid en terreinen

  • 4.

    Model RI&E en calamiteitenplan

VoorwoordDe raad van de gemeente Geertruidenberg heeft op 30 november 2000 de Evenementennota 2000-2005 vastgesteld en tevens bepaald dat na deze periode een evaluatie wordt gehouden. Bovendien werd erin aangegeven dat tussentijdse aanpassingen doorgevoerd konden worden als de ontwikkelingen hiertoe aanleiding gaven. Na het grotendeels verstrijken van de looptijd van de nota is het nodig gebleken voor een volgende periode van vijf jaar de Evenementennota op een aantal punten te herzien vanwege:- Praktische problemen bij de uitvoering;- Nog niet nader uitgewerkte hoofdstukken;- Externe ontwikkelingen en nieuwe inzichten.Om de ervaringen van de betrokkenen in beeld te krijgen en na te gaan tegen welke praktische problemen zij zijn aangelopen, zijn bijeenkomsten georganiseerd. Hierbij waren onder andere bewoners, organisatoren, politie en horeca uitgenodigd. Uit vertegenwoordigers van bovengenoemde organisaties is een klankbordgroep geformeerd. Deze heeft enkel malen vergaderd en aanbevelingen gedaan. Tot slot heeft er nog een druk bezochte informatiebijeenkomst plaatsgevonden waarin de wijzigingen en aanpassingen zijn voorgelegd aan de aanwezigen (organisatoren, bewoners, politie etc).De nota is geactualiseerd waarbij rekening is gehouden met de ervaringen en aanbevelingen van de mensen ‘uit het veld’. De uitkomsten van de klankbordgroep en de bijeenkomsten zijn verwerkt in deze nota. Vanwege de gekozen aanpak van het geactualiseerde evenementenbeleid geniet deze nota, Evenementennota 2006-2010, een breed draagvlak. In onderdeel A heeft de raad de kaders aangegeven voor het evenementenbeleid. In onderdeel B heeft het college deze kaders uitgewerkt in dit beheersdocument.Deze nota geeft het beheer (beleid) van de evenementen voor de komende jaren aan. Tussentijdse aanpassingen worden doorgevoerd, als de ontwikkelingen of de praktijk daartoe aanleiding geven.Sub-onderdeel 1: Beschrijving van regels en proce­duresOrganisatoren van evenementen hebben bij de organisatie van festiviteiten te maken met een veelheid aan regelgeving. Het is niet altijd duidelijk wat wel en wat niet is toegestaan.Algemene regels zijn niet altijd op een specifieke situatie toepasbaar. Door eigen uitleg kunnen interpretatieverschillen ontstaan en voelen burgers zich soms ongelijk behandeld. Eenzelfde uitleg schept voor alle partijen duidelijkheid.De burgemeester en het college van burgemeester en wethouders (nader genoemd als college) voeren een voorwaardenscheppend beleid en zijn terughoudend met het opleggen van dwingende regelingen. Voorwaarden scheppen en de initi­a­tieven van organisatoren in goede banen leiden, daarvoor is een evenementen­beleid nodig. De belangen van alle partijen dienen afgewogen te worden om te komen tot een gezond evenementenklimaat.|Elk initiatief van welke grootte ook, moet bekeken worden binnen de uitgangspunten van deze nota. Eén van die punten is het gegeven, dat van gemeen­telijk belang nadrukkelijk sprake moet zijn. Zolang de belangen van derden niet daadwerkelijk en overmatig geschaad worden, worden evene­menten toegelaten, eventueel onder het stellen van voorschriften en beperkingen om hinder en overlast te voorkomen dan wel te verminderen tot aanvaardbare proporties.De burgemeester en het college benaderen de evenementen voor wat betreft vergunningverlening uit het gezichts­veld van bescherming van openbare orde, veiligheid, milieu en voorko­ming van overlast/overma­tige hinder voor derden. Tevens benadrukken de burgemeester en het college de vrijheid van de organisatoren over de inhoud van evenemen­ten.AanvraagVoor het aanvragen van een vergunning voor een evenement en bijbehorende vergunningen of ontheffingen (bv standplaatsvergunning) hebben de burgemeester en het college een formulier vastgesteld (zie bijlage 1) dat de aanvrager moet gebruiken. Een aanvraag waarbij geen gebruik is gemaakt van dit formulier wordt buiten behandeling gelaten.De organisator moet voor zijn evenementenaanvraag gebruik maken van het vastgestelde aanvraagformulierInformatiepuntInformatie over vergunningen kan verkregen worden bij de Gemeentewinkel. Voor met name genoemde of nieuwe boven(regionale) evenementen en grote lokale evenementen is een evenementencoördinator als aanspreekpunt beschikbaar. Informatieverstrekking over vergunningen vindt afhankelijk van het evenement plaats door de Gemeentewinkel of de evenementencoördinator. ProceduretermijnenOm verantwoord te kunnen adviseren en alle partijen (denk bv aan brandweer, GHOR en politie) voldoende gelegenheid hiertoe te geven, moet de organisator zijn aanvraag minimaal acht weken vóór aanvang van zijn evenement indienen. Ook degene die de ondergenoemde ‘kale’ vergunning heeft gekregen moet zijn verder uitgewerkte gegevens dan hebben overlegd en waar nodig vergunning ervoor hebben aangevraagd.Afhankelijk van het soort evenement gelden de volgende aanvraagtermijnen:- (Boven)regionale evenementenDe organisatoren van (boven)regionale evenementen moeten tenminste zesentwintig weken vóór hun evenement plaatsvindt alle voor de aanvraag van het evenement van belang zijnde gegevens hebben ingediend bij de burgemeester.Organisatoren van reeds jarenlang bestaande (boven)regionale evenementen waarin jaarlijks nauwelijks iets verandert komen op hun verzoek in aanmerking voor de hieronder genoemde ‘kale’ evenementenvergunning als ze ruim vóór deze 26 weken een vergunning willen hebben, maar nog niet alle gegevens kunnen aanleveren.- Lokale evenementenDe organisatoren van overwegend lokale evenementen moeten tenminste twaalf weken vóór hun evenement plaatsvindt alle voor de aanvraag van het evenement van belang zijnde gegevens hebben ingediend bij de burgemeester.- Evenementen op wijk- en buurtniveauDe organisatoren van evenementen op wijk- en buurtniveau moeten tenminste acht weken vóór hun evenement plaatsvindt alle voor de aanvraag van het evenement van belang zijnde gegevens hebben ingediend bij de burgemeester. Daar waar verkeersbesluiten nodig zijn, geldt een periode van twaalf weken. Voor een aanvraag of aanvullende gegevens (invulling van de ondergenoemde zgn. ‘kale’ evenementenvergunning) die na de hierboven genoemde termijnen worden ingeleverd, vindt enkel nog vergunningverlening plaats als er sprake is van een bijzondere omstandigheid of het een gegeven betreft van zeer ondergeschikt belang ter beoordeling van de burgemeester of het college.Voor het aanvragen van een evenementenvergunning geldt een termijn van zesentwintig, twaalf of acht weken als termijn waarop uiterlijk de gegevens van respectievelijk (boven)regionale, lokale evenementen en evenementen op wijk- en buurtniveau compleet moeten zijn ingeleverd bij de burgemeester. Bij evenementen op wijk- en buurtniveau waarvoor verkeersbesluiten nodig zijn, geldt eveneens een termijn van 12 weken.Gegevens (nadere invulling) moeten minimaal acht weken vóór het evenement doorgegeven worden.Voor een aanvraag of aanvullende gegevens die na deze termijnen worden ingeleverd vindt enkel nog vergunningverlening plaats als er sprake is van een bijzondere omstandigheid of het een gegeven betreft van zeer ondergeschikt belang ter beoordeling van de burgemeester of het college.EvenementenkalenderOm betrokkenen een inzicht te geven welke evenementen waar en wanneer plaatsvinden, maakt het college gebruik van een evenementenkalender. De evenementenkalender is te raadplegen via de gemeentelijke website. Daarnaast vindt verspreiding van de kalender plaats in openbare gebouwen. Met het invoeren van de onderstaande proceduretermijnen en het up-to-date houden van de evenementenkalender weten alle betrokkenen tijdig waar en wanneer de evenementen plaatsvinden.Om betrokkenen een inzicht te geven in welke evenementen waar en wanneer plaatsvinden, maakt het college gebruik van een evenementenkalender.ZienswijzeIn welke mate burgers of groeperingen van inwoners hun zienswijze over het evenement kenbaar maken, hangt mede af van hun bereidheid om te rea­ge­ren op gemeentelijke publicaties. Bestaande evenementen worden niet elk jaar afzonderlijk vanuit de gemeente gepubliceerd omdat belanghebbenden met dit evenement en de periode waarin het wordt gehouden bekend zijn. Deze evenementen worden wel op de evenementenkalender vermeld. Nieuwe evenementen worden daarentegen wel afzonderlijk gepubliceerd in de Gemeentekrant.Op deze wijze kunnen belanghebbenden hun zienswijzen hiertegen indienen. Hun zienswijzen maken deel uit van de overwegingen voor de beslissing op de aanvraag voor het evenement. Belanghebbenden krijgen gelegenheid hun zienswijzen in te dienen. De zienswijzen worden betrokken bij de beslissing op de aanvraag voor het evenementVergunningverleningAls de vergunning in behandeling is genomen zijn de gemeente, brandweer, politie, GHOR (geneeskundige hulp bij ongevallen en rampen) en evt andere instanties in de gelegenheid om de verstrekte gegevens te beoordelen. In het geval van onduidelijkheid/on­volle­dig­heid wordt de organisator aangeven welke gegevens ontbreken of nadere toelich­ting behoeven. Elke organisator moet rekening houden met de vergunningverlening. Als er nog geen duidelijkheid is over de vergunningverlening of de daarin te stellen voorschriften en beperkingen of er een bezwaarschrift tegen de vergunning is ingediend, dan moet de organisator terughoudend zijn bij het maken van kosten of het zich vastleggen in contracten. Die risico’s blijven voor rekening van de organisator. De kosten kunnen aanzienlijk zijn als de evenementenvergunning geweigerd wordt.De organisator wordt geadviseerd geen kosten te maken of contracten af te sluiten voordat de vergunning definitief is verleend.‘Kale’ vergunningverleningEen organisator van een (boven)regionaal evenement die voorgaande jaren reeds een evenementenvergunning heeft gekregen en waarbij zich tijdens het evenement geen problemen hebben voorgedaan kan op zijn verzoek een zogenaamde ‘kale’ evenementenvergunning verleend worden. Hiermee krijgt de organisator onder nader voor dat evenement te bepalen voorwaarden een vergunning tot het verder organiseren van zijn evenement. De evenementen waarvoor dit systeem geldt, zijn genoemd in de bijlage 2.Een organisator van een (boven)regionaal evenement die voorgaande jaren reeds een evenementenvergunning heeft gekregen kan op diens verzoek onder bepaalde voorwaarden een zgn. ‘kale’ evenementenvergunning krijgen als zich tijdens zijn evenement in voorgaande jaren geen problemen hebben voorgedaan.Vaak worden ten behoeve van een evenement tal van voorwerpen op, in of boven de weg geplaatst in de vorm van kramen, tenten, kiosken, podia, tafels, stoelen, spelattributen, auto's, barbecues, kermisattracties, feestverlichting enz. Voor het plaatsen van deze voorwerpen is altijd vergunning nodig van het college. ( artikel 2.1.5.1 APV).Vergunning nodig van gemeente bij voorwerpen op, in of boven de weg Voor het plaatsen van sommige voorwerpen gelden specifieke regels: verkoopkra­men, tapinstallaties en kermisattracties. Verderop staat op welke plaatsen en tijden en onder welke voor­waar­den organisatoren de genoemde voorwerpen mogen plaatsen.Specifieke regeling voor verkoopkra­men, tapinstallaties en kermisattracties Bij het plaatsen van voorwerpen moet er voldoende vrije doorgangsruimte overblijven voor hulpverleningsinstanties. De bereikbaarheid van woningen en bedrijven moet zoveel mogelijk gewaarborgd zijn. In ieder geval moet overlegd worden als er hierover problemen ontstaan. Daarnaast moet het openbaar vervoer niet of nauwelijks gehinderd worden.Bij evenementen kan het noodzakelijk of gewenst zijn de openbare weg af te zetten of tijdelijk voor het verkeer te sluiten. Hiervoor is altijd toestemming nodig van de wegbe­heerder, in dit geval meestal het college.De organisator van een evenement moet zelf zorgen voor afzetting, maar altijd in overleg met de wegbeheerder.Voor afsluiten van wegen is toestemming van wegbeheerder nodig.In de vergunning kunnen voorschriften en beperkingen opgenomen worden, waaraan een organisator gebonden is. Niet alle soorten afzettingsmaterialen zijn geschikt om wegen te blokkeren. Bovendien moeten afzettingen 's avonds verlicht zijn of voorzien van klasse II reflectie, ter beoordeling van de gemeente. De wegbeheerder blijft te allen tijde aansprakelijk voor de aard en de wijze van de wegafzettingen.De organisator behoort bij de aanvraag te bedenken welke wegen afgesloten moeten worden. Gaat het om een doorgaande weg of een weg in de route van het openbaar vervoer? In het laatste geval moet de organisator afspraken met de BBA maken over omleidin­gen en tijdelijke halteplaatsen.Bij afzettingen van wegen moet de organisator afspraken maken over omlei­dingen en openbaar-vervoerroutes.De organisator moet met de gemeente afspraken maken over het beschikbaar stellen van afzettingsmateriaal, verkeersborden e.d.De organisator maakt met gemeente afspraken over het beschikbaar stellen van afzettingsmaterialen, verkeersborden e.d.Het vrijhouden van de straat waar het evenement gehouden wordt en het vrijmaken van de openbare weg van bijv. geparkeerde auto's, hoort de organisator van het evenement zelf te regelen. Dat kan door een brief aan de omwonenden met het verzoek hun voertuigen elders te parkeren, door een oproep in de krant en/of door bezoek aan de omwonenden.De organisator zorgt er zelf voor dat de straat waar het evenement wordt gehouden vrij is van geparkeerde auto’s door hierover tijdig te communiceren met omwonenden e.d.Hoewel binnen de gemeente de wegsleepregeling geldt, is het de bedoeling hiervan enkel gebruik te maken indien de omstandigheden dit rechtvaardigen, dit is niet enkel het geval bij gevaarssituaties. Dit houdt in dat van geval tot geval wordt beoordeeld of het nodig is of het voertuig weggesleept moet worden. De bevoegdheid hiertoe ligt in handen van de politie en enkele aangewezen gemeenteambtenaren.Van de wegsleepregeling wordt enkel gebruik gemaakt indien de omstandigheden dit rechtvaardigen.Het college heeft in 2004 besloten de Markt in Geertruidenberg vrij te houden voor wat betreft de doorrijroute Vismarktstraat, Elfthuizen en Brandestraat. Dit houdt in dat organisatoren van evenementen er rekening mee moeten houden dat zij niet de gehele Markt meer kunnen gebruiken voor evenementen. Het hekwerk op de Markt vormt de fysieke afscheiding van het evenemententerrein en de doorrijroute. Voor de combinatie Pinksterie/Taptoe, Jubileumtaptoe elke vijf jaar en kermis, heeft het college een uitzondering gemaakt. Op de Markt wordt bij deze evenementen namelijk niet de hierbovengenoemde afzetting gehanteerd. In plaats daarvan wordt voor de bereikbaarheid van hulpverleningsvoertuigen en de kerk een strook van ten minste vier meter vrijgehouden bij de bomenrij aan de Elfhuizen.Bij evenementen wordt de Markt in Geertruidenberg vrij gehouden voor doorgaand verkeer door de Vismarktstraat, Elfthuizen en Brandestraat. Bij de combinatie Pinksterie/Taptoe, Jubileumtaptoe elke vijf jaar en kermis wordt voor de bereikbaarheid van hulpverleningsvoertuigen en de kerk een strook van ten minste vier meter vrijgehouden bij de bomenrij aan de Elfhuizen.Voor wat betreft de verkeersregelaars geldt dat personen die verkeerstekens in de vorm van een stop- en oprijteken geven tenminste een instructie van de politie gevolgd moeten hebben, waarna de burgemeester ze per evenement kan aanwijzen. Verkeersregelaars zijn verplicht als men bij het evenement deze verkeerstekens moet geven. De politie is in overleg met de gemeente in 2003 gestart met het instrueren van evenementenverkeersregelaars. De organisator is verantwoordelijk voor het afsluiten van een verzekering voor deze verkeersregelaars.Als vanwege het evenement verkeerstekens in de vorm van stop- of oprijtekens gegeven moeten worden, moet de organisator zorgen dat dit geschied door geïnstrueerde verkeersregelaars.Als er wegen afgesloten worden voor het verkeer, moet het college daarvoor een verkeersbesluit nemen.Veelal geeft het college tijdens evenementen standplaatsen in gebruik voor de verkoop van kleine drink- en etenswaren of voor de verkoop van goederen en materialen die een sterke relatie hebben met het evenement, zoals petten, shawls e.d.Volgens artikel 5.2.3. van de APV is een individuele vergunning van het college vereist voor het innemen van een standplaats. Het college heeft gekozen voor een praktische afhandeling. De organisator van een evene­ment levert van tevoren een lijst met kandidaten van standplaatsen aan. Vervolgens verleent het college met inachtneming van die lijst door tussenkomst van de organisa­tor de stand­plaatsvergunningen. De standplaatshou­ders moeten zich richten naar de aanwijzingen van de het college.Het college verstrekt aan derden buiten de organisator om geen vergunning voor het innemen van een standplaats tijdens het evenement op de plaats waar het evenement plaatsvindt. Het college beslist over standplaatsen op evenemententerrein na ontvangst van de lijst van kandidaat-standplaatshouders.Vanwege de brandveiligheid worden na overleg met de brandweercomman­dant brandveiligheidseisen in de vergunning opgenomen voor bijvoorbeeld het plaatsen van tenten en voor braden en bakken tijdens een evenement.De voorschriften houden in, waar objecten geplaatst kunnen worden, welke brand­blusma­te­rialen aanwezig dienen te zijn, hoe de bereikbaarheid van het evenemen­ten­terrein door voertuigen van de hulpverleningsdiensten gewaarborgd is. Ook brandpreventieve maatre­ge­len als nooduitgangen, noodverlichting e.d. kunnen zo nodig opgelegd worden. Veelal zijn de standaardvoorschriften voldoende, maar elke situatie vraagt van de brandweer om te onderzoeken of specifieke dan wel aanvul­len­de eisen gesteld moeten worden.Brandveiligheidsvoorschriften zijn afhankelijk van de activiteiten en worden in de vergunningsvoorschriften opgenomen.Het kan noodzakelijk zijn, dat brandweerbewaking tijdens een evenement aanwezig moet zijn. Dit voorschrift wordt dan in de vergunning opgenomen. De gemeentelij­ke brandweer kan voor brandweerbewaking zorgen, echter wel op kosten van de organisator. De organisator kan ook rijksgediplomeerde brandwachten inhuren via een beveiligingsbedrijf. De controle op het juiste personeel is in handen van de commandant van de gemeentelijke brandweer.Inschakeling van de brandweerbewaking als preventie komen voor rekening van de organisa­tor.Het is verboden LPG in verwarmings-, bak-, braad- en kooktoestellen te gebruiken of voorhanden te hebben. Indien deze brandstof wordt aangetroffen in niet daarvoor bestemde of geschikte tanks en voor andere doeleinden dan het voortbewegen van voertuigen wordt gebezigd, kan de vergun­ning voor een evenement ingetrokken, dan wel het evenement beëindigd worden. Geen LPG in verwarmings-, bak-, braad- en kooktoestellen toegestaan.Gezondheidszorg is een belangrijk onderdeel bij de voorbereiding van evenementen. De organisator moet (preventieve) maatregelen nemen om risico’s voor de volksgezondheid te verkleinen dan wel weg te nemen. De risico’s zijn afhankelijk van de aard van het evenement, het aantal bezoekers/deelnemers, de locatie van het evenemententerrein en de bereikbaarheid daarvan.Door het opnemen van standaardvoorschriften en beperkingen in de evenementenvergunning wijst de burgemeester de organisator erop, welke (preventieve) gezondheidsmaatregelen deze in acht moet nemen. Daarnaast kan de burgemeester aanvullende maatregelen opleggen als de standaardvoorschriften en beperkingen onvoldoende toegesneden zijn op een evenement. De GHOR (Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen) Midden- en West Brabant adviseert desgevraagd over de maatre­gelen, die leiden tot het voorkomen of beperken van de gezondheidsrisico’s.Voor het opleggen van voorschriften op het gebied van de gezondheid wordt gebruik gemaakt van de standaardvoorschriften van de GHOR of hun specifiek voor dat evenement uitgebracht advies.Op dinsdagen is het Heereplein te Raamsdonksveer en op vrijdagen de Markt in Geertruidenberg tussen 13.00 en 18.00 uur niet beschikbaar voor het houden van evenementen of het treffen van voorbereidingen daarvan, omdat de week­markt gehouden wordt. Voorwerpen die in verband met een evenement op het Heereplein of de Markt staan, moeten op de marktdag vóór 07.00 uur van de marktplaatsen verwijderd zijn en kunnen teruggeplaatst worden als de marktmeester deze plaatsen vrijgegeven heeft. In overleg met de marktmeester kunnen voorwerpen blijven staan, mits dat geen ingrijpende invloed heeft op de marktop­stelling.Uitzondering op deze regeling wordt toegestaan voor de kermissen, op het Heereplein, de Markt en de Stationstraat.Geen (voorbereidende) werkzaamheden op Heereplein en Markt tijdens marktdag.De burgemeester kan voor het beperken van geluidsoverlast voorschriften en beperkingen opnemen in de evenementenvergunning. De mate van geluidsoverlast is voor elk evenement verschillend. Bij een binnenevenement zonder geluidsversterking hebben omwonenden weinig last van het geluid. Een muziekfestival of popconcert, waar ook nog eens grote aantallen bezoekers komen, zorgt daarentegen voor meer geluidsoverlast.Om geluidsoverlast te voorkomen dan wel te verminderen, zijn maatregelen nodig. Een daarvan is het instellen van een begin- en eindtijd van het evenement. De geluidsproductie mag niet vóór 10 uur ’s morgens beginnen en moet uiterlijk 24.00 uur eindigen. Dit voorschrift wordt al in de vergunningen opgenomen.Muziek maken in openlucht bij evenementen toegestaan tussen 10.00 en 24.00 uur.Voor het begin van activiteiten als de aubade op Koninginnedag en het traditionele Dauwtrappen in de gemeente gelden afwijkende tijden.De plaatsing van de geluidsboxen heeft een grote invloed op de mate van overlast. De richting is hierbij natuurlijk van belang. Aan de organisatoren wordt opgelegd om podia en tenten met de rug naar de woonwijk te plaatsen en de geluidsboxen niet te richten op de bebouwing, tenzij dit vanwege de aard van de bebouwing niet mogelijk is (bv op een ingebouwd plein). Aggregaten en andere geluidsbronnen moeten zo ver als mogelijk van woningen opgesteld worden.Een derde maatregel om het geluidsniveau van de muziek te verminderen is het scheiden van de speakers voor hoge en lage tonen. Hiertoe moeten diverse boxen met een klein vermogen tussen het publiek geplaatst worden in plaats van een paar boxen met een groot vermogen op het podium. Door meerdere boxen op verschillende plaatsen te gebruiken is er minder vermogen nodig en kan het geluidsniveau drastisch lager worden. Deze methode wordt nog niet voorgeschreven in deze gemeenten.In de vierde plaats beschikt de installateur/bediener van de muziekinstallatie meestal over geluidsmeters. Die kan regelmatig de geluidsdruk meten op 2 meter afstand van de dichtstbijgelegen gevels en voor zichzelf bepalen of de voorafgesproken maximale geluidsproductie overschreden wordt. De verdere uitwerking van deze geluidsparagraaf is als bijlage 3 bijgevoegd. Hierin is een categorie-indeling gemaakt. Aan de hand hiervan is tevens gekeken hoeveel evenementen van een bepaalde categorie op een bepaalde locatie mogen plaatsvinden.Ter voorkoming of beperking van geluidsoverlast worden voorschriften en beperkingen aan de vergunning verbonden. Het voorgaande is niet van toepassing op het voortbrengen van geluid of het ten gehore brengen van muziek bij optochten en openbare manifestaties. Daarvoor gelden specifieke regels, genoemd in de hoofdstukken 18 en 19.De organisatoren van evenementen in de openlucht moeten rekening houden met de sluitingstijd voor het ten gehore brengen van muziek. Drankver­strekking, waarvoor de burgemeester een ontheffing heeft verleend, is toegestaan tot uiterlijk een half uur na de sluitingstijd voor muziek. Drankverstrekking met ontheffing van de burgemeester tijdens evenementen is toegestaan tot een half uur na sluitingstijd van de muziek.Het beleid van de burgemeester is erop gericht het verstrekken van alcohol tijdens evenemen­ten zoveel mogelijk binnen de horecabedrijven te laten plaatsvinden. Aanvullend kan hierin worden voorzien door een mobiele tapinstallatie op het evenemententerrein (in de feesttent) te plaatsen. Om te voorkomen, dat evenemententerrei­nen op de openbare wegen gaan lijken op "bierstraten" en rekening houdend met het landelijke alcoholmatigingsbeleid, staat de burgemeester tapinstallaties op straat slechts zeer incidenteel en beperkt toe.Tijdens evenementen slechts zeer incidenteel en beperkt tapinstallaties op straat. De Drank- en Horecawet geeft aan in welke gevallen de burgemeester een ontheffing ex artikel 35 kan verlenen voor het verstrekken van alcoholhoudende dranken buiten een horecabedrijf. Het moet gaan om een bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijke aard. De ontheffing kan alleen verleend worden aan een persoon die aan bepaalde vereisten voldoet en in het bezit is van de verklaring sociale hygiëne. De ontheffing geldt alleen voor het verstrekken van zwak-alcoholi­sche dranken.Het is aan de burgemeester om te beoordelen of het om een bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijke aard gaat. Bij de beoordeling hanteert hij de volgende criteria:

  • 1.

    het moet gaan om een speciaal georganiseerd en uniek evenement, dat niet meer dan eenmaal per jaar plaatsvindt;

  • 2.

    de aard van het evenement mag zich niet verzetten tegen het verstrekken van alcoholische dranken. Te denken valt aan evenementen die zich in hoofdzaak richten op jongeren onder 16 jaar;

  • 3.

    bijzondere plaatselijke omstandigheden mogen zich niet verzetten tegen het verstrek­ken van alcoholhoudende dranken. Als er voldoende tappunten in nabije omgeving zijn, is het overbodig een extra tapinstallatie te plaatsen in de openlucht. Indien het evenement grotendeels wordt gehouden in een tent of een ander tijdelijk bouwwerk, is een ontheffing in beginsel mogelijk.

Verstrekken van zwakalcoholische dranken buiten een horecabedrijf vindt alleen plaats in bijzondere gevallen van zeer tijdelijke aard met ontheffing van de burgemeester.Afschriften van de artikel-35-ontheffing worden gestuurd naar toezichthoudende instanties als Belastingdienst en de Keuringsdienst van Waren.De burgemeester kan bij een evenement op verzoek van de organisator toestaan, dat tijdelijke terrassen worden geplaatst. De burgemeester wijst de exacte locatie aan. Hij houdt hierbij rekening met:

  • 1.

    vrije doorgang van hulpverleningsvoertuigen;

  • 2.

    plaatsing van andere objecten als podia, kramen, e.d.

In principe worden tijdelijke terrassen alleen geplaatst vóór bestaande horeca-inrichtingen en niet voor winkelpanden, kantoren of particuliere woningen.De horecaondernemer die tijdens een evenement een terras wenst te exploiteren moet hiervoor vergunning aanvragen bij de burgemeester. Indien zwak alcoholhoudende drank wordt verstrekt moet deze persoon tevens een artikel 35 ontheffing aanvragen.Tijdens evenementen geldt dat het verstrekken van drank in ‘normaal’ glas niet is toegestaan. Er moet gebruik worden gemaakt van veiligheidsglas, plastic bekers of een Verstrekking van drank moet plaatsvinden in bv veiligheidsglas, plastic bekers o.i.d.De burgemeester kan het plaatsen van tijdelijke terrassen binnen het evenemen­tenterrein ter hoogte van horeca-inrichtingen toestaan op verzoek van de organisator. Degene die het terras exploiteert vraagt hiervoor vergunning aan.Buiten de kermissen in Geertruidenberg, Raamsdonksveer en Raamsdonk-dorp om wordt geen vergunning verleend voor het houden van op (mini)ker­mis gelijkende festiviteiten.Steeds vaker schakelen organisatoren allerlei attracties in om evenementen te verlevendi­gen. We noemen draaimolens, springkussens, ponyrijden, kop van jut, mechanische stier, botsauto’s, maar ook poffertjeskraam, oliebollenkraam, snoep­kraam en suikerspin. Hoewel het beeld in de loop der jaren veranderd is, behoren diverse attracties tot de traditionele kermissen, zoals die in de gemeente gehouden worden. Loterijzaken, gok- en schietsalons zijn beeldbepalend voor de gemeentelijke kermissen, evenals groot-vermaakzaken als lunapark, botswagens, polyp en derge­lijke attracties.Er kunnen (mini)kermissen ontstaan, wat uit oogpunt van de bescherming van het unieke karakter van de bestaande kermissen een ongewenste ontwikkeling is. Om deze ontwikkeling te beheersen heeft het college maxima gesteld aan het aantal kermisattracties bij evenementen.Enkele kermisattracties tijdens een evenement kunnen het vermaak- en ontspan­nings­­gehalte verhogen. Deze attracties geven het evenement ondersteuning. Daarvan is sprake zolang aan die attracties geen zelfstandige betekenis toegekend kan worden. Alleen ondersteunende kermisattracties zijn met vergunning toegestaan tot een bepaald maximum.Geen vergun­ning wordt verstrekt voor het houden van een (mini)kermis, een braderie, jaarmarkt of een dergelijk evenement, wanneer aan kermisattracties een zelfstandige betekenis toegekend kan worden, behalve voor het houden van kermissen in de drie kernen op de vastgestelde kermisdagen.Voor het plaatsen van kermisattracties wordt geen onderscheid gemaakt tussen particuliere grond of openbaar terrein. De organisator moet bij het aanvragen van de evenementenver­gunning rekening houden met de stelregel, dat op het evene­mententerrein enkele kramen voor eet- en drinkwaren geplaatst mogen worden en maximaal twee kermisattracties, waaronder ten minste 1 kinderat­trac­tie, niet zijnde loterijzaken, gok- of schietsalons en groot-vermaakzaken als lunapark, botswagens, polyp en dergelijke attracties.In de praktijk blijkt dat een enkele organisator reeds vele jaren het aantal hierboven genoemde kermisattracties in geringe mate overschrijdt. Het blijkt dat dit niet ten koste gaat van het unieke karakter van de bestaande kermissen. Daarom wordt een zogenaamde ‘uitsterfcontructie’ toegepast bij evenementen waar sedert vele jaren reeds meerdere kermisattracties staan opgesteld. Voor deze evenementen geldt dat de aard en het aantal niet uitgebreid mag worden. Mocht het zijn dat deze evenementen in de toekomst verdwijnen, dan geldt dat voor eventuele vervangende evenementen de nieuwe regeling van kracht is.Bij een evenement is plaatsing van enkele kramen voor eet- en drinkwaren mogelijk en maximaal 2 kermisattracties, waaronder ten minste 1 kinderattractie, niet zijnde loterijzaken, gok- of schietsalons en groot-vermaakzaken als luna­park, botswagens, polyp en dergelijke attracties;Voor evenementen die reeds vele jaren meerdere kermisattracties hebben mag geen uitbreiding hiervan plaatsvinden en geldt een uitsterfconstructie.Onder buurtfeest wordt verstaan een evenement:

  • a.

    dat plaatsvindt op de openbare weg; en

  • b.

    dat georganiseerd wordt door of namens de bewoners van een bepaalde straat of buurt voor uitsluitend diezelfde bewoners.

Voor buurtfeesten gelden in principe alle wettelijke regelingen en beleidsregels, zoals die voor evenemen­ten in het algemeen gelden. Wij verwijzen hiervoor naar de hoofdstukken over schoon­maak, wegafzet­tingen, voorwerpen op, in of boven de weg, geluid, brandveiligheid, kermisattracties, Zondags­wet, e.d.Voor buurtfeesten gelden in principe alle evenementenregels.Op 22 mei 1993 is het Vuurwerkbesluit op grond van de Wet milieugevaarlijke stoffen in werking getreden. Dat besluit bepaalt voor het gehele land, dat particulieren alleen vanaf 31 december vanaf 10.00 's morgens tot 1 januari 02.00 uur vuurwerk mogen afsteken.Afsteken consumentenvuurwerk alleen met Oud en Nieuw tussen 31 december om 10.00 's morgens en 1 januari tot 02.00 uur.Buiten deze tijden mogen particulieren geen consumentenvuurwerk afsteken. Groot of andersoortig vuurwerk mag uitsluitend afgestoken worden door een gespecialiseerd bedrijf dat beschikt over de vereiste vergunningen. Gedeputeerde Staten verlenen vergunning nadat de burgemeester een verklaring van geen bezwaar heeft afgegeven voor het afsteken van het vuurwerk.Afsteken van vuurwerk buiten Oud en Nieuw alleen door gespeciali­seerd bedrijf met vergunning van Gedeputeerde Staten, nadat de burgemeester een verklaring van geen bezwaar heeft afgegeven.De organisatoren hebben in onze gemeente diverse mogelijkheden om reclame te maken voor evenementen en de activiteiten te promoten:1. spandoeken, op de volgende locaties:In de kern Geertruidenberg:Ø CentralewegØ Stationsweg nabij de SpoorhavenIn de kern Raamsdonksveer:Ø Maasdijk/SteurwegØ Maasdijk/BergsedijkØ Wilhelminalaan/BeethovenlaanIn de kern Raamsdonk-dorp:Ø Heemraadsingel/KerklaanØ Langebroekstraat/EngelsewalØ Wielstraat/Luiten AmbachtstraatDe organisator kan tijdelijke spandoeken ophangen op de daarvoor bestemde locaties na vergunningaanvraag bij het college 2. tijdelijke (sandwich-, driehoeks-)reclameborden: in overleg met de gemeente kan de organisator deze borden plaatsen, uitsluitend bij de locaties waar de spandoeken mogen hangen èn op de plaatsen waar de infoborden van de gemeente staan. De borden moeten van deugdelijk materiaal zijn (metalen frame) vervaardigd.De organisator kan tijdelijke reclameborden plaatsen op de daarvoor bestemde locaties na vergunningaanvraag bij het college>

3. Adverteren in de plaatselijke week- en dagbladen voor rekening van de organisatie.4. Huis-aan-huis-verspreiding van folders, brochures en evenementenkranten door of namens de organisatie.Volgens artikel 10 Wegenverkeerswet 1994 is het verboden een wielerwedstrijd te houden. Het college kan van dit verbod ontheffing verlenen voor wegen die alle binnen de gemeente liggen en niet onder beheer van andere overheidsinstanties zijn. Het college kan zo'n ontheffing weigeren in het belang van de verkeersveiligheid en -vrijheid.De verkeersvrijheid kan in het geding komen, als door afzetting van bepaalde wegen bedrijven of delen van een kern onbereikbaar worden of als de doorgang van het openbaar vervoer op onaanvaardbare wijze wordt belemmerd.Aan een ontheffing kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden.De ontheffing wordt gewoonlijk geïntegreerd in de evenementenvergunning. Naast de genoemde voor­schriften en beperkingen worden daarbij voorschriften opgenomen ten aanzien van bij de wielerwedstrijd behorende activiteiten en vermakelijkheden.Volgens artikel 3 van de Zondagswet is het verboden om op zondag zonder strikte noodzaak gerucht te verwekken, dat op meer dan 200 meter van het punt van verwekking hoorbaar is. Onder zondag wordt ook verstaan: Hemelvaartsdag en Eerste Kerstdag, indien deze niet op een zondag valt.De burgemeester kan voor de tijden na 13.00 uur van dit verbod ontheffing verlenen en ter zake regels stellen.Het verbod is niet van toepassing op tradities als bijvoorbeeld Sint Nicolaasintochten, carnavalsoptochten en Dauwtrappen met begeleiding van muziek.Artikel 4 van de Zondagswet verbiedt het houden van openbare vermakelijkheden vóór 13.00 uur.Bij de aanvraag om vergunning voor het evenement wordt beoordeeld of de Zondagswet van toepassing is en of ontheffing kan worden verleend.Voor het houden van optochten is vergunning nodig van de burgemeester op grond van artikel 2.1.4.1, eerste lid, onder a van de APV. Deze verordening noemt de volgende weigeringsgronden: belang van openbare orde, voorkomen of beperken van overlast, verkeersveiligheid of veiligheid van personen of goederen, de zedelijkheid of gezondheid.In deze gemeente treden voornamelijk de optochten ter gelegenheid van carnaval en Sinterklaas, lampionnenoptochten en Avondvierdaagse naar voren. Bij de beoordeling of vergunning verleend zal worden zijn de adviezen van belang in verband met de te volgen route en wegwerkzaamheden.Als de optocht deel uit maakt van een meer omvattend evenement, dan worden de voorschriften en beperkingen voor de optocht in de evenementenvergunning opgenomen. Staat de optocht op zich, dan vermeldt de vergunning alleen de standaardvoorschriften:

  • 1.

    Een optocht moet aaneengesloten blijven en zoveel mogelijk de rechterzijde van de rijweg houden;

  • 2.

    Lampions en fakkels mogen uitsluitend in de buitenlucht worden ontstoken. Ze moeten onmiddellijk na de ontbinding van de optocht gedoofd worden en mogen in geen geval in brandende toestand enig gebouw of geheel of gedeeltelijk met wanden afgesloten (tijdelijk) bouwwerk worden binnen gebracht;

  • 3.

    Bij elke 30 kinderen moet ten minste 1 volwassen begeleider aanwezig zijn;

  • 4.

    Aanwijzingen van politie of gemeente moeten onmiddellijk opgevolgd worden, ook als dat een wijziging van de route inhoudt;

  • 5.

    De organisatie van de optocht moet met de BBA een regeling treffen, zodat het openbaar vervoer zo goed mogelijk doorgang kan vinden.

In bijzondere gevallen kunnen nadere voorschriften en beperkingen opgelegd worden. Als straten tijdelijk worden afgesloten, dan staat dat in de vergunning. Tevens dient de bevolking in kennis te worden gesteld van de tijdelijke afzettingen door de organisatie.Een optocht wordt gewoonlijk begeleid door muziekkorpsen. De deelnemers zelf zullen in het algemeen ook geluid voortbrengen. Volgens artikel 4.1.5 van de APV is het verboden toestellen of geluidsapparaten in werking te hebben of handelingen te verrichten op een zodanige wijze dat voor een omwonende of overigens voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt. Het college kan van dit verbod ontheffing verlenen. Als vergunning wordt verleend voor het houden van een optocht, dan wordt die ontheffing tegelijkertijd verleend onder de volgende voorschriften:

  • a.

    Muziek of geluid mogen slechts ten gehore gebracht worden door de deelnemers aan de optocht;

  • b.

    Het is verboden muziek of geluid ten gehore te brengen binnen een afstand van 200 meter van een:- kerk, gedurende de tijd dat daarin een godsdienstoefening gehouden wordt;- begrafenisstoet;- niet tot de optocht behorend en spelend muziekkorps of een openbare muziekuitvoering.

  • c.

    Het geluid of de muziek mag niet zo sterk zijn, dat gevaar, schade of hinder voor de omgeving wordt veroorzaakt.

Ontheffing van geluid maken bij optochten wordt onder voorschriften en beperkingen verleend.Voor betogingen op de openbare weg kunnen dezelfde standaardvoorwaarden en onthef­fing voor het maken van muziek en geluid gehanteerd worden. Ook hier zijn de in Hoofdstuk 17 genoemde weigeringsgronden van toepassing.Betogingen worden meestal spontaan georganiseerd, zonder een uitvoerige planning van route en samenstelling van de groep. Daarom is een verkorte aanvraagproce­dure voor de vergunning in de APV opgenomen. De betoging dient namelijk volgens artikel 2.1.2.2. van de APV ten minste 72 uur van tevoren schriftelijk bij de burgemeester gemeld te worden. Deze heeft dan namelijk nog de tijd om bepaalde gegevens te verlangen over organisatie, doel van de betoging, tijdsduur van de betoging, route en eindpunt van de betoging.In bijzondere gevallen kan de burgemeester deze termijn van 72 uur bekorten.Aan vergunningen voor het houden van een evenement wordt altijd de voorschriften verbonden, dat het (openbare of particuliere) evenemententerrein schoongemaakt achtergelaten dient te worden. Herstel van schade aan gemeente-eigendommen geschiedt door of op kosten van de organisatie.De organisator is verantwoordelijk voor het schoonmaken van het evenemententer­rein en voor herstel van schade aan gemeente-eigendommen>Voor een particulier terrein gelden geen directe gemeentelij­ke sancties, als niet aan de voorwaarde voldaan is. De nalatigheid kan een punt van afweging zijn bij een toekomstige aanvraag voor een terugkerend evenement. In de praktijk is gebleken, dat organisaties van evenementen op openbare wegen zich in het algemeen goed houden aan de eis om het terrein schoon achter te laten. Mochten organisaties, na een waarschuwing, nalatig blijven tot schoonmaak, dan zal dit door of namens de gemeente moeten gebeuren. De kosten van schoon­maak zijn voor rekening van de organisator.Onder gemeentelijke materialen wordt hier verstaan: straatbezems, minicontainers, vlaggen, vlaggenmasten, veiligheidsvesten, verkeersborden, afzetlinten en dranghekken. Het college heeft besloten deze materialen in bruikleen gegeven aan organisatoren van evenementen. De organisator kan deze materialen zelf ophalen of ervoor kiezen de materialen tegen een sterk gereduceerd uurtarief te laten brengen en ophalen door gemeentepersoneel.Organisatoren die in het geheel geen inkomsten genereren kunnen hiervan uitgezonderd worden.De keuze van het al dan niet ophalen of laten bezorgen tegen een gereduceerd tarief van gemeentelijke materialen geldt vanaf het seizoen 2007.Wegafzettingen met eventuele verkeersborden en verlichting worden door de gemeente geplaatst en na afloop van het evenement verwijderd.De organisator van een evenement kan ervoor kiezen de gemeentelijke materialen gratis op te halen of deze te laten bezorgen en ophalen tegen een gereduceerd uurtarief door het gemeentepersoneel. Organisatoren die in het geheel geen inkomsten genereren kunnen hiervan uitgezonderd worden.Als het evenement stroom nodig heeft moet de organisator gebruik maken van de stroomvoorzieningen die de gemeente heeft aangebracht. De locaties waar stroom­kasten zijn geplaatst zijn: Heereplein/Haven te Raamsdonksveer, Havenplein te Raams­donk-dorp en Markt te Geertruidenberg. De kosten van aansluiting en stroomlevering zijn voor rekening van de organisator.Als het evenement stroom nodig heeft moet de organisator gebruik maken van de stroomvoorzieningen die de gemeente heeft aangebracht. De kosten van aansluiting en stroomlevering zijn voor rekening van de organisator. Het betrekken van water is alleen mogelijk via de waterleidingmaatschappij. Voor parkeerterrein Oosterhoutseweg- hoek Kloosterweg, Heereplein en Markt Geertruidenberg heeft de gemeente enkele watertappunten beschikbaar. Bij gebruik hiervan worden de kosten doorberekend aan de organisator.Levering van water via openbaar net uitsluitend door waterleiding­maatschappij tenzij gebruik wordt gemaakt van de watertappunten van de gemeente accommodaties22.1 TerreinenPlaatsen die goed bereikbaar zijn, groot genoeg zijn voor het soort evenement en beheersbaar voor de organisatie, zijn geschikt om evenementen op te houden.In de meeste gevallen wordt er op zo’n terrein vaker activiteiten gehouden. In dat verband zou het terrein over vaste voorzieningen moeten beschikken: enkele stroomkasten (met voldoende vermogen), watertappunten en riolering/afvoer. De bereikbaarheid van een terrein vormt een belangrijk aandachtspunt evenals de parkeergelegenheid om verkeersoverlast te voorkomen. De grootte van een terrein, de mogelijkheden om dit in te richten en de ondergrond, zijn facetten die het tot een geschikt terrein voor het houden van een evenement kunnen bestempelen.Uit recente bijeenkomsten met organisatoren is gebleken dat de bestaande evenementen veelal locatiegebonden zijn. Het ontwikkelen van een evenementententerrein voorziet alleen in de behoefte van een enkel bestaand evenement in onze gemeente. Het college heeft dan ook besloten geen specifiek evenemententerrein te ontwikkelen, maar te overwegen de voorzieningen (bv riolering) bij de parkeerplaats Wilhelminalaan-hoek Kloosterweg aan te passen omdat het thans niet voldoet. Enkele evenementen (Zydeco en stalling kermiswagens tijdens kermissen en Pinksterie) maken namelijk gebruik van dit terrein.De ligging van een terrein heeft grote invloed om de omgeving. In een bebouwde omgeving komen eerder klachten voor over hinder en overlast van geluid, afval, schade, vandalisme, baldadigheid en verkeer, dan in een landelijke omgeving.De inrichting van het terrein en de wil van de organisatie om mee te werken aan het terugdringen van nadelige invloeden op het woon- en leefmilieu in en om het terrein, zijn van groot belang. Niet alleen objectieve elementen bepalen of een terrein gebruikt kan worden voor evenementen. Het gaat vooral om de bereidheid van de organisatie om mee te werken aan maatregelen en handelingen teneinde overlast te beperken dan wel te voorkomen.Het aantal en de omvang van (muziek)evenementen bepalen mede de tolerantie­grens van de omwonenden. Van evenementen die al jaar en dag in het centrum van elke kern gehouden worden, hebben omwonenden weliswaar hinder, maar daarover komen nauwelijks klachten binnen. Zulke evenementen als kermis en carnaval zijn aanvaard als volksfeesten, die in een centrum thuishoren.In de loop der jaren is het aantal feestelijkheden gegroeid. Tegen de ingeburgerde evenementen bestaan dan ook geen overwegende bezwaren, maar uitbreiding van met name “lawaai”evenementen kan niet rekenen op de sympathie van omwonen­den.Een locatie kan niet onbeperkt belast worden met evenementen. Rekening houdend met de belangen voor omwonenden hebben de burgemeester en het college ervoor gekozen een maximaal aantal jaarlijks terugkerende evenementen van een bepaalde categorie op een bepaalde locatie toe te staan (zie bijlage 3). Bij het bepalen van het maximum aantal is bij elke locatie rekening gehouden met een geringe uitbreidingsmogelijkheid. Hierdoor is het mogelijk op die locatie enkele nieuwe jaarlijks terugkerende evenementen te organiseren. Daarnaast geldt dat er plaats is om per locatie incidenteel bijzondere eenmalige evenementen van tijdelijke aard te organiseren. Hierbij houden de burgemeester en het college rekening met de aantallen en de aard van de evenementen die er reeds plaatsvinden, de inrichting van de locatie en de overlast (bv geluid, bezoekersaantallen, parkeerdruk) die het evenement veroorzaakt voor de woonomgeving.Zowel voor het aantal en soort evenementen op een bepaalde locatie als de maximale geluidsproductie zijn grenzen vastgesteld (zie bijlage 3).22.2 Accommodaties

Vanwege het gebrek aan ruimte voor binnenevenementen heeft het college besloten evenementen toe te staan in de twee sporthallen (Parkzicht te Raamsdonksveer en De Veste te Geertruidenberg) die eerder een verzoek voor het organiseren van evenementen hebben aangevraagd. Direct aangrenzend aan deze sporthallen ligt een parkeerplaats waar een deel van de bezoekers hun voertuigen kan stallen. Die parkeergelegenheid kan de extra parkeerdruk c.q. verkeersdruk gedeeltelijk opvangen.In deze sporthallen mogen maximaal zes maal per kalenderjaar evenementen georganiseerd worden. De evenementen mogen niet binnen één maand van elkaar worden georganiseerd. Sportevenementen worden hierbij niet meegerekend.Geluid bij sporthallenVoor de evenementen die georganiseerd worden in de sporthallen gelden de geluidnormen van het Besluit Sport- horeca- en recreatie-inrichtingen. De ondernemer kan gebruik maken bij een evenement waar wordt verwacht dat deze norm overschreden wordt van de zogenaamde 12-dagenregeling uit de APV.Uitsluiting tijdens collectieve dagenTijdens de volgens de APV aangewezen collectieve dagen (dagen waarop meer geluid gemaakt mag worden zoals tijdens kermis en carnaval) mogen er in de sporthallen en ’t Werdje geen evenementen (uitgezonderd sportevenementen in de sporthallen) georganiseerd worden. Hiermee wordt voorkomen dat activiteiten in de vorm van evenementen worden georganiseerd die een negatieve invloed kunnen hebben op activiteiten of evenementen waarbij de reguliere horeca een rol speelt, denk hierbij bijvoorbeeld aan carnaval en kermis.Cultuurhistorische binnenevenementenDe sporthallen zijn niet geschikt voor alle soorten evenementen. Evenementen die een cultuurhistorische uitstraling behoeven passen immers niet of nauwelijks bij de uitstraling van een sporthal. Daarom heeft het college besloten naast deze twee sporthallen, op verzoek van de eigenaar, de loods bij ’t Werdje de gelegenheid te geven om maximaal zes maal per kalenderjaar een cultuurhistorisch evenement te houden.Niet meer van hetzelfdeVoor de invulling van het kader ‘niet meer van hetzelfde’ (zie kaderdocument van de gemeenteraad) houden de burgemeester en het college ook voor binnenevenementen hiermee nadrukkelijk rekening.- In sporthallen Parkzicht en De Veste mogen maximaal zes evenementen per kalenderjaar worden georganiseerd;- De evenementen mogen niet binnen één maand van elkaar worden georganiseerd (sportevenementen worden hierbij niet meegerekend);- In de loods bij ’t Werdje mogen maximaal zes cultuurhistorische evenementen worden georganiseerd;- Tijdens de collectieve dagenregeling van de APV (bv carnaval en kermis) mogen in de sporthallen en ’t Werdje geen evenementen (uitgezonderd sportevenementen in de sporthallen) worden georganiseerd;- De evenementen die zowel in de sporthallen als in ’t Werdje worden georganiseerd mogen geen nadelige invloed uitoefenen op bestaande evenementen doordat ze bv soortgelijk zijn.Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren. Naast de evenementenvergunning kunnen ook andere vergunningen nodig zijn. Op grond van de Legesverordening wordt per vergunning een bedrag aan leges geheven, tenzij het evenement in aanmerking komt voor de vrijstellingsbepaling. Zo is omschreven, dat voor het in behandeling nemen van aanvragen en afgeven van vergunningen in het kader van de Avondvierdaagse, intocht van St. Nicolaas en acties door verenigingen en instellingen op niet-commerciële basis geen leges geheven worden. Vanwege het vervallen van het (semi) commerciële karakter van een evenement, is ook toetsing op deze basis voor het al dan niet in rekening brengen van leges aan verandering onderhevig. Op welke wijze hiermee wordt omgegaan, wordt nog nader bekeken.Naast het berekenen van leges voor de vergunning, wordt vastgesteld of andere rechten verschuldigd zijn. Voor het hebben van voorwerpen op, in of boven openbare gemeen­tegrond is in beginsel precariobelasting verschuldigd.Ook hierop kan de vrijstellingsbepaling van toepassing worden verklaard. De precariobelasting wordt niet geheven als het gaat om voorwerpen die gebruikt worden voor activiteiten met een politiek, godsdienstig, geestelijk, wereldbeschouwelijk, sociaal, weldadig doel dan wel, voor zover geen sprake is van een directe of indirecte commerciële (neven)activiteit, voor activiteiten met een sportief, cultureel, recreatief of mediadoel. Voor voorwerpen op de openbare weg bij kleinschalige buurtactiviteiten wordt eveneens geen precariobelasting geheven.Voor het in gebruik nemen van de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond voor het organiseren van volksfeesten, optochten en dergelijke, door het college goedgekeurde manifestaties, geldt het vrijstellingsregiem als bedoeld in de Verordening Precariobelasting.Het college hanteert de stelregel dat geen precariobelasting geheven wordt voor activiteiten die vrijgesteld zijn voor het berekenen van leges.- Vrijstelling van leges voor niet-commerciële activiteiten- Vrijstelling van precariobelasting voor niet-commerciële buurtactiviteiten, voor activiteiten met een ideëel, sportief of recreatief doel- Vrijstelling van precariobelasting voor volksfeesten, optochten en andere door het college goedgekeurde manifestaties- Vrijstelling van leges, dan ook vrijstelling van precariobelasting.Sub-onderdeel 2: Toezicht veiligheidszorg, controle en handhavingTOEZICHT VEILIGHEIDSZORG, CONTROLE EN HANDHAVINGAl vele jaren is landelijk de tendens te bespeuren dat de overheid de verantwoordelijkheid voor de veiligheidszorg tijdens het evenement meer en meer in handen legt van de organisator. Dit blijkt tevens uit één van de uitgangspunten die het kabinet in 2002 heeft geformuleerd over het toezicht in het publieke domein. Volgens dit uitgangspunt staat de eigen verantwoordelijkheid van organisatoren bij de veiligheid van evenementen voorop. Het ministerie van BZK heeft bovendien in dat jaar in een nieuwsbrief aangegeven dat er pas sprake kan zijn van een verantwoorde inzet van politiecapaciteit indien de organisator er zelf alles aan heeft gedaan om het evenement in goede banen te leiden (bv door het inhuren van een erkend particulier beveiligingsbedrijf). De organisator moet dus in eerste aanleg zelf op en in de directe nabijheid van het evenemententerrein zorgdragen voor de veiligheid tijdens zijn evenement. De vrijwilligers van het evenement kunnen hier hun steentje aan bijdragen, aangezien zij een signalerende rol kunnen vervullen en de organisator snel weten te bereiken.Vrijwilligers worden tijdens evenementen in het kader van de veiligheid meestal ingezet voor het beheer van parkeerplaatsen, regulering van het verkeer, toegangscontrole en dergelijke zaken. Voorts zijn zij vaak aanspreekpunt voor bezoekers en houden ze het nodige toezicht, hetgeen in het algemeen neerkomt op het herkenbaar aanwezig zijn op het feestterrein en directe omgeving, het bemiddelen bij beginnende woordenwisselingen, het aanspreken van bezoekers op ongewenst gedrag en het waarschuwen van politie bij ernstige verstoring van de openbare orde of de dreiging daartoe.Vrijwilligers moeten op hun taak berekend zijn. Vooraf moeten de organisatoren zich ervan vergewissen of een vrijwilliger over een zekere deskundigheid en tact beschikt om de hem of haar toebedeelde taak op een verantwoorde wijze uit te voeren. In een aantal gevallen kan de organisator echter niet volstaan met deze vrijwilligers omdat het vrijwilligerstoezicht zich evenwel niet uitstrekt tot bewakings- en beveiligings­werkzaamheden. Hiervoor is een bepaalde mate van deskundigheid vereist.De organisator moet een particulier beveiligingsbedrijf inschakelen als hij de veiligheid van de bezoekers van het evenement door de inzet van vrijwilligers niet kan garanderen of indien een verhoogd risico dreigt voor verstoring van de openbare orde en veiligheid.Daarnaast kan de burgemeester bij voorschrift bepalen dat een particulier beveiligingsbedrijf ingezet moet worden. Tevens kan hij het aantal particuliere beveiligers bepalen. Dit bedrijf moet erkend zijn door het Ministerie van Justitie en beschikken over gediplomeerd personeel. Hieraan hangt uiteraard een prijskaartje. De beveiligingskosten komen voor rekening van de organisatie. De organisator moet met deze uitgaven rekening houden bij het opstellen van de begroting voor het evenement.Welke veiligheidsmaatregelen de organisator precies moet nemen is niet in een algemene richtlijn voor alle evenementen uit te drukken, omdat elk evenement op zijn eigen karakteristieken moet worden beoordeeld. Zaken die hierbij van invloed zijn houden verband met bijvoorbeeld, het aantal en de aard bezoekers op een bepaald (piek)moment, eventuele verstrekking van alcohol, soort muziekband, locatie, bereikbaarheid etc. Bij het beoordelen van maatregelen die de organisator moet nemen, maakt de burgemeester onder andere gebruik van het advies van de politie, brandweer en GHOR.Afhankelijk van de aard van het evenement stemt ook de politie haar eigen inzet hierop af, maar deze inzet is niet in plaats van, maar aanvullend op de maatregelen die de organisator zelf al heeft moeten nemen.Niet alleen op voorschrift van de burgemeester (APV), maar ook op grond van de Arbeidsomstandighedenwet 1988 (Arbowet) moet de organisator bepaalde veiligheidsmaatregelen treffen. Zo moet de organisator voor zijn evenement, ongeacht de grootte van het evenement een risico-inventarisatie en –evaluatie (RI&E) maken. Hierin moet hij aandacht besteden aan de veiligheid van de werknemers en de bezoekers. Overigens wordt volgens de Arbowet een vrijwilliger die onder gezag van een ander staat (bv organisator) tevens als werknemer aangemerkt.In samenwerking met enkele organisatoren is een leidraad voor een veiligheidsplan ontwikkeld. Deze leidraad bestaat uit het bijgevoegde model RI&E en een calamiteitenplan (bijlage 4). Het calamiteitenplan geeft de wijze van handelen en de organisatorische opbouw bij calamiteiten weer. Het invullen van het veiligheidsplan kost de eerste keer de meeste tijd, de jaren daarop hoeft het plan immers enkel geactualiseerd te worden.Het uitgangspunt is dat alleen de organisator van een (boven)regionaal evenement een veiligheidsplan moet aanleveren voor zijn evenement. De burgemeester kan, gelet op zijn bevoegdheden en taken, besluiten dat ook de organisator van andere evenement voor het verkrijgen van een evenementenvergunning hem een veiligheidsplan moet aanleveren.Bij de aanvraag van de vergunning moet de organisatie aangeven in welke mate en op welke wijze is geïnvesteerd om het evenement in goede banen te laten verlopen. Uitgangspunt bij het beoordelen van een aanvraag zal onder andere de zelfredzaamheid van de organisator zijn in het toezicht. Het kan niet zo zijn, dat een organisatie een evenement organiseert en het toezicht maar kan overlaten aan de politie.De organisator moet dus in eerste aanleg zelf op en in de directe nabijheid van het evenemententerrein zorgdragen voor de veiligheid tijdens zijn evenement. Indien nodig maakt hij hierbij gebruik van een erkend particulier beveiligingsbedrijf.De organisator van een (boven) regionaal evenement moet een veiligheidsplan overleggen. De burgemeester kan het overleggen van zo’n plan ook voor andere evenementen voorschrijven. Rekening houdend met de eigen verantwoordelijkheid van de organisator wordt van hem verwacht dat hij zijn evenementenvergunning en de daarbij behorende voorschriften en beperkingen naleeft. Deze zijn tot stand gekomen na advies van instanties als politie, brandweer en GHOR. De organisator heeft gelegenheid gehad bij het verkrijgen van de vergunning hierop te reageren. Zonder tegenbericht wordt aangenomen dat de organisator deze accepteert en naleeft. Buiten vermeende excessen of dreigend gevaar lijkt het voorshands niet noodzakelijk dat ter plaatse van alle evenementen controles worden uitgevoerd. Wel vindt in de meeste gevallen vooral de bij de wat grotere evenementen ((boven)regionaal of lokaal) nagenoeg steeds direct voor en/of tijdens het evenement een controle plaats door bijvoorbeeld de brandweer, politie of een door de burgemeester of het college aangewezen toezichthouder. Hierbij wordt ook nagegaan of het terrein is ingericht volgens de inrichtingstekening, die ieder jaar opnieuw ingeleverd moet worden.Van de organisator wordt verwacht dat hij zijn evenementenvergunning en de daarbij behorende voorschriften en beperkingen naleeft.Controles op de voorschriften en beperkingen vinden vooral bij de grotere evenementen, (boven)regionaal of lokaal, plaats.Als in weerwil van alle op preventieve gerichte inspanningen toch inbreuken worden gemaakt op orde en rust op en om het evenemententerrein of indien er sprake is van (dreigende) aantasting van leven, gezondheid en goed, dan is een passende handhavingreactie van de overheid geboden. Wat een passende reactie is, hangt af van een groot aantal factoren.Handhaving is wel het sluitstuk van beleid en regelgeving. Vaak is een keuze mogelijk tussen verschillende handhavingstelsels. De overheid en eventuele andere instanties maken dan per geval een afweging tussen bestuurlijke en strafrechtelijke handhaving. In de afgelopen jaren is een verschuiving opgetreden van strafrechtelijke naar bestuursrechtelijke handhaving (bestuurlijke boete, bestuursdwang, dwangsom, waarschuwing, aanwijzing, beëindiging festiviteit/intrekken vergunning, weigering of aanscherpen regels toekomstig evenement, enz.). Dit wil niet zeggen dat de politie niet tot handhaving overgaat indien de situatie daar aanleiding toe geeft.Niet alleen bij deze inbreuken, maar ook bijvoorbeeld bij het niet naleven van de andere vergunningsvoorschriften en beperkingen kan handhavend optreden plaatsvinden. Dit kan zijn tijdens de opbouw of tijdens het evenement. Het is dus van belang dat vanaf het moment van opbouw (inrichtingstekening) de organisator de voorschriften en beperkingen naleeft om het ingrijpen van overheidsinstanties te voorkomen.Ter voorkoming van handhavend optreden moet de organisator de voorschriften en beperkingen van de evenementenvergunning naleven>Leidraad Risico-analyse (naam evenement) Inventarisatie aan de hand van de Leidraad Veiligheid Publieksevenementen1. Inleiding Het is van belang om voorafgaand aan een evenement systematisch en zorgvuldig te inventariseren welke risico’s rond een evenement bestaan en deze te analyseren. Een risicoanalyse stelt alle betrokkenen in staat om zich voor te bereiden op eventueel optreden bij incidenten.Deze risicoanalyse voor de …………..(naam evenement) is uitgevoerd aan de hand van een vierstappenplan. Achtereenvolgens worden de volgende stappen doorlopen:1. RisicofactorenBenoem de risicofactoren, dit door middel van het beschrijven van het evenement aan de hand van drie profielen: publieksprofiel, activiteitenprofiel en ruimtelijk profiel;2. Oorzaak-gevolgscenario’sBeschrijf de risicoscenario’s. De oorzaak-gevolgscenario’s worden beschreven aan de hand van (de combinatie van) de geïdentificeerde risicofactoren, een checklist van ongewenste gebeurtenissen en een uitwerking naar tijd, plaats en duur van het incident;3. MaatscenarioMaak een inschatting van kans en effect in termen van gewonden en slachtoffers en selecteer scenario’s op basis van (bestuurlijke) risicoacceptatie;4. MaatregelenBedenk en beoordeel welke maatregelen noodzakelijk zijn.2. Kenmerken van het evenementDe ……….. (naam evenement) is een ………..(bv jaarlijks) terugkerend evenement in de ……(bv dorpskern) van ……… (bv Geertruidenberg). Het evenement beslaat ………… (tijdsduur bv 2 dagen) en bestaat uit …………….. (bv diverse feestavonden, muziekevenementen en exposities), met als hoogtepunt een ……… (bv cultuurhistorische optocht met praalwagens op zondagmiddag). Op ……dag worden er gelijktijdig op diverse locaties in het dorp ook andere activiteiten georganiseerd zoals………………… (als er nog andere activiteiten worden georganiseerd). De dagactiviteiten trekken gemiddeld ………bezoekers, terwijl naar de …………… (invullen als iets specifieke aandacht trekt). De avondactiviteiten trekken gemiddeld ……….. bezoekers, terwijl naar de ………….(invullen als iets specifieke aandacht trekt)…….bezoekers trekt. Het doel van deze risicoanalyse is met name gericht op de risico’s rond de organisatie van de ………………….. (hetgeen het meest risicovol is hier vermelden) en de relatie die dit heeft met de flankerende activiteiten.3. Risicofactoren1. Publieksprofiel (beschrijving van het publiek dat het evenement bezoekt):a. Identificeerbaarheid………… (bv het merendeel van de bezoekers is anoniem, afkomstig uit de gemeente en naaste omgeving en heeft geen directe relatie met de organiserende instantie)b. VerblijfsduurHet merendeel van het publiek zal zich gedurende…… uren (of van ….. uur tot …… uur) in de dorpskern van ……. (bv Geertruidenberg) ophouden. Dit zal hoofdzakelijk zijn ………. (bv langs de route in het geval van een optocht), in beperkte mate in …… (bv horecagelegenheden en feesttenten en tussen dorpskern en buiten de dorpskern gelegen parkeerterreinen).c. Contractrelatie met publiek….. (bv de bezoekers hebben een contractrelatie met een enkelvoudige transactie (eenmalige kaartverkoop)).d. PublieksomvangTussen … uur en …… uur zal de bezoekersmenigte maximaal zijn en circa ………. bezoekers bedragen. Tussen … uur en …… uur en vanaf …….. tot ……. uur zal de ……. (bv naam organisatie) “opbouwen” respectievelijk “afbouwen”. Met name in deze beide perioden is de menigte in beweging van en naar de parkeerterreinen.e. Samenstelling van het publiekHet publiek van de …………. is te definiëren als ………. ( bv een massa individuen, voetbalclub etc).f. Eigenschappen van het publiekLeeftijd:de ………. (naam evenement) trekt gemiddeld veel ……. (bv gezinnen met kinderen en gemiddeld een ouder publiek of publiek in de leeftijd van ….. jaar).Gezondheid/validiteit:Gezien de leeftijdsopbouw zijn veel ……….. (bv minder mobiele ouderen en kinderen in kinderwagens te verwachten)Cultuur:het aantal allochtonen of buitenlandse bezoekers is ………. ( bv gering, hetgeen weinig taalproblemen zal opleveren). Wel zullen…… (bv 3 a 4 buitenlandse dansgroepen met begeleiders aanwezig zijn.)Mensen met achterstandproblemen:……………(indien van toepassing)g. GroepsgedragVan het bij de …… (naam evenement) aanwezige publiek is …… (bv nauwelijks normafwijkend (groeps)gedrag, zoals overmatig alcohol- of drugsgebruik, vandalisme e.d. te verwachten. Negatief groepsgedrag door plotselinge slechte weersomstandigheden of vertraging in het evenement zijn denkbaar.2. Activiteitenprofiela. Aard van het incident…………………(wat levert extra gevaar op bv tijdens de optocht worden grote praalwagens langs de menigte gereden. De omvang van deze wagens, de constructies ervan en de activiteiten van de personen op en rond deze wagens zijn voor deze analyse relevant. Met name brandgevaar en instortingsgevaar zijn van belang te noemen, alsmede de kans op aanrijdingen vanwege het slechte zicht van bestuurders.)b. Tijdsdimensie van de activiteitTijdens de ……………….. (naam evenement) is sprake van ………… (bv afzonderlijke evenementonderdelen met onderlinge relatie, met name op het gebied van bezoekersstromen en samenvallen van momenten van verhoogd risico. De ……….. is een evenement op zich waarbij eventuele vertragingen of uitloop geen invloed op hebben. Ook de aansluiting op het dienstrooster van openbaar vervoer loopt hiermee nauwelijks gevaar.)c. Relatie activiteit tot publiekZowel tijdens de ………….(bv culturele avond) als de ………..(bv optocht) is er van activiteiten bij het publiek ……… (bv nauwelijks sprake. Het publiek staat op het feestterrein respectievelijk langs de route opgesteld en neemt zelf niet deel aan de activiteiten.)d. Eigenschappen personeel organisatieHet ingezette personeel bestaat hoofdzakelijk uit ………. (bv vrijwilligers met geringe ervaring in het begeleiden van evenementen. Daarnaast zal de begeleiding worden uitgevoerd door een …….. aantal politiefunctionarissen, met name op cruciale plaatsen en functies. De begeleiding van ……….. (bij een bijzonder iets als bv een optocht) gebeurt door leden van de diverse groepen en door vrijwilligers van de organisatie. De centrale aansturing en coördinatie gebeuren door een afvaardiging van de organisatie. Zij onderhouden contact met de verantwoordelijken van politie en geneeskundige diensten.)3. Ruimtelijk profiela. Bereikbaarheid, concentratie of spreiding- ……….. bv Geertruidenberg) heeft vanwege de ligging aan de A 59 en A 27 (knooppunt Hooipolder) een goede bereikbaarheid voor mensen die afkomstig zijn uit andere delen van Nederland. (bv als het tijdens aanvang bouwvakvakantie is: de regionale verkeersdrukte wordt sterk bepaald door vakantieverkeer van en naar het zuiden). De …………. (naam toegangswegen) tot ……… (bv Geertruidenberg) zijn beide een bottleneck te noemen. Bereikbaarheid per openbaar vervoer is dankzij enkele busverbindingen aanwezig.b. Toegankelijkheid(Bv het centrum van…… (bv Geertruidenberg) is voor en tijdens het evenement van …. uur tot …..… uur op …….. dag/datum afgesloten en alleen voor pashouders en betalende bezoekers toegankelijk. Gedurende de optocht zijn, buiten de horecagelegenheden, geen andere bedrijven en instellingen geopend.)c. Ruimtelijke omgeving(Bv Het centrum van bv Geertruidenberg wordt geheel afgesloten en autovrij gemaakt. De Markt is ruim van opzet en ligt grotendeels ingesloten tussen monumentale bebouwing en is van de west kant goed benaderbaar en te verlaten. Vanuit de oostzijde is dit gecompliceerder vanwege de smalle straten. Noord- en zuidelijk zijn eveneens enkele smalle (deels voor het gemotoriseerde verkeer afgesloten) straten gelegen. Door de grote mensenmenigte is de bereikbaarheid en berijdbaarheid van de Markt voor hulpdiensten …….De route is slechts beperkt versierd. Langs de route zullen geen of weinig obstakels worden geplaatst. De route is deels afgezet met dranghekken, deels met afzetlint en deels niet afgezet.).d. Meervoudig gebruikBv Een aantal activiteiten (m.n. optocht en de gelijktijdig plaatsvindende braderieen en……) vinden gelijktijdig plaats of lopen in elkaar over (muziek in de feesttent). Dit houdt in dat voor al deze evenementen dezelfde bezoekersgroep is te verwachten.e. Eigendomsstructuur privaat en publiek terrein(Bv het evenement zal nagenoeg geheel op openbaar terrein plaats vinden).f. Externe factorenHet evenement vindt in het algemeen in ……….. (maand) plaats. In deze periode van het jaar is ……… (bv een grote kans op extreme weersomstandigheden, zoals hevige regen en plotseling opkomende storm). Door verkeersproblemen op de omliggende snelwegen en de uitvalswegen vanuit ….. (bv Geertruidenberg) bestaat ………. (bv de mogelijkheid dat met name na afloop chaos ontstaat).4. Oorzaak-gevolgscenario’s (naam evenement)4.1 MOGELIJKE ONGEWENSTE GEBEURTENISSENStap 1: selecteer ongewenste gebeurtenissen

  • 1.

    Openbare orde:a. diefstal (m.n. zakkenrollers en autokraak)b. persoonsdreiging/geweldpleging (kleine opstootjes)c. bommeldingd. vandalisme/dronkenschap

  • 2.

    Gezondheid:a. Voedselvergiftigingb. Bacteriële besmettingc. Onderkoeling/zonnesteekd. Cardiale problemen

  • 3.

    Fysische calamiteiten:a. Brand (tent, overdekt podium, gebouwen grenzend aan het evenement)b. Explosie (drukketels, bak- en braadinstallaties)c. Blikseminslag, regen, storm, hitte

  • 4.

    Ongevallen:a. Instorting constructie (tribunes, feesttenten)b. Verkeers-, transportongevallen (auto, bus, trein)c. Struikelen, verdrukking

Stap 2: breng risicofactoren in verband met ongewenste gebeurtenissenStap 3: specificeer het scenario naar plaats, begin- en eindtijd, duur.Is verwerkt in tabel volgend hoofdstuk.Stap 4: kunnen gebeurtenissen elkaar opvolgen (domino) of negatief versterken.Domino-effect is te verwachten bij bijvoorbeeld een combinatie van bommelding en verdrukking, van explosie en instorting, van explosie en brand.Negatieve versterking is te verwachten bij bijvoorbeeld een combinatie van instorting en verdrukking, van brand en explosie.4.2 Kans- en effectinschatting en selectie van maatscenario’s (voorbeelden)

scenarioPlaatsTijdsintervalduureffectenKans
BommeldingTenten, tribunes, openbare gebouwenGehele dag2 uurnihilaannemelijk
VoedselvergiftigingTenten, langs de routeGehele dagOptreden van klachten vaak pas na het evenement 10-20 zwaargewondenDenkbaar
BrandTenten, wagens, gebouwen langs routeGehele dag1 uurMogelijkheid van slachtoffers met brandwonden en paniek bij omstanders-10 zwaargewondenDenkbaar
ExplosieBakwagens, kramenGehele dag1 uur-10 zwaargewondenDenkbaar
WeersinvloedenLangs de routeTussen … en ….1 uur-10 zwaargewondenAannemelijk
InstortingWagens, tribunes, tentenTussen … en ….2 uur10-20 zwaargewondenDenkbaar
VerdrukkingLangs de route, tentenTussen …. en …..1 uur-10 zwaargewondenAannemelijk

4.3 Bedenken en beoordelen van maatregelen1e beoordelingsfactor: effectiviteit2e beoordelingsfactor: praktische haalbaarheid3e beoordelingsfactor: kosten+/+ zeer goed+/- beperkt-/- niet goed

scenarioUitsluitenVoorkomen/kans verminderenVoorbereiden/bestrijdennazorg
BommeldingToegangscontrole verscherpen+/- +/- -/-Afgaan op informatie politie, goede screening van meldingenVerdachte situaties tijdig melden+/- +/+ +/+Vooraf beleid vaststellen, “stille zoekacties”voorbespreken+/- +/- -/- Informatie evacuatie bevolking voorbereiden+/+ +/+ +/+
VoedselvergiftigingGeen voedsel- en drankverkoop+/+ -/- +/-Inzet Keuringsdienst, streng vergunningbeleidDuidelijke communicatie richting verkopers+/- +/+ -/-Controle door Keuringsdienst, voorlichting bij risicovol weer.EHBO medewerkes zijn aanwezig.+/- +/+ +/-Voldoende medische zorg, Communicatie naar bezoekers via de media als achteraf een opvallend aantal personen voedselvergiftiging heeft opgelpen. Zoeken naar de veroorzakende verkoper en klachten terugkoppelen+/- +/+ -/-
BrandGeen installaties en motoren toestaan+/+ -/- +/-Toezicht op wagenbouw, op tenten, onderlinge afstanden +/- +/- -/-Voldoende slagkracht en paraatheid brandweer, stewards met blussers, blussers op wagens en in tenten+/+ +/+ -/-Ontruiming en opvang, +/- +/+ +/-
ExplosieGeen drukvaten en brandbare stoffen+/+ -/- +/-
WeersinvloedenEvenement binnen organiseren+/+ -/- -/-Publieksplaatsen deels overkappen, tijdig waarschuwen publiek+/+ +/- -/-Zorgen voor schuilgelegenheid, zorgen voor warmtedekens +/+ +/+ +/-Opvang en medische zorg, +/+ +/- -/-
InstortingGeen wagens bouwen, geen tribunes bouwen+/- -/- -/-Toezicht op constructies, toezicht op overbelasting+/+ +/+ +/-Zorgen voor snelle ontruiming, snelle hulpverlening,voldoende hulpverlenings-capaciteit+/- -/- +/-Opvang en afvoer gewonden, begeleiding overigen+/- -/- -/-
VerdrukkingGeen publieksmassa’s+/+ -/- -/-Voldoende toegangs- en uitvalswegen, goede publieksbegeleiding, voldoende stewards+/+ +/+ +/-Politie achter de hand, alternatieve routes openstellen, toespreken publiek+/- +/- -/-Medische zorg, +/- +/- -/-

4.4 Checklist van maatregelen Pro-actie:- programmering van hoofdevenement en flankerende activiteiten op elkaar afstemmen- route in kaart brengen (bij bv optocht nader beschouwen)- vergunningverlening tenten en horeca afstemmen op routing optocht en publieksstromenPreventie:- spreiding voor- en naprogramma en afstemming op programma evenement- geografische spreiding activiteiten- publieksstroombeïnvloeding via stewards en bebordingen- dosering toegang via kaartverkoop- informatieverschaffing dmv vervoersschema, plattegronden- afzettingenbeleid- circulaire verkeersroutes- circulaire publieksroute- wegnemen versmallingen, hoogteverschillen- publieks monitoringPreparatie/repressie- vasstellen maatscenario’s in gezamenlijke risicoanalyse- monodisciplinaire planvorming- multidisciplinaire planvormingo afspraken over alarmering en waarschuwingo communicatiestructuuro permanent CTPIo briefingso paraatheid ambu’s, TS’en, poltieo afspraken over aanrijroutes en opstelplaatseno uniform kaartmateriaalo afspraken over opkomsttijden en –plaatsen- multidisciplinaire oefening maatscenario- multidisciplinaire oefening verbindingen- opleiding en instructie publieksstewards- opleiding en instructie verkeersregelaars- opleiding en instructie EHBO, toezichthouders- surveillancebeleid- publieksvoorlichting- mediavoorlichtingnazorg:- opvangruimte publiek- opleiding en instructie publieksopvangteam- debriefing- evaluatie- klachtenregeling- schadeafhandelingKengetallen- stewardorganisatie circa 1% van bezoekersaantal à ……. stewards- medische stewarding:o 0,1% voor T3 à capaciteit voor behandeling van….. personeno 0,01% voor T1/T2 à capaciteit voor behandeling van….. personen- politie 0,1 % bezoekersaantalà …… personen- brandweer via kaartstudie en bereikbaarheid- geneeskundige diensteno 0,1% voor T3 à capaciteit voor behandeling van …… personeno 0,01% voor T1/T2 à capaciteit voor behandeling van ….. personen of op basis van Duitse “Arbeiter-Samariter-Bund”- …… personen (variërend van EHBO tot arts)- ……ambulances5. Voorbereidingen van een evenement Gemeentelijk evenementenbeleid- inpassen in werkpieken gemeente- inpassen in werkpieken operationele diensten- classificeren evenement als risico-evenement - verhoogde aandacht - regulierOrganisatie van de vergunningverlening- steeds opnieuw meest ideale locatie en vorm kiezen (niet op basis van historie)- informatieasymmetrie tussen organisatie en gemeente- aandacht voor dubbelrol gemeente (vergunningverlener en medeorganisator)Organisatiestructuur- actorenanalyse (kernpartijen, faciliterende partijen, onderaannemers)- taken en rollen (regie en initiatiefnemer, plannen opstellen, advisering)- structuur projectorganisatie- tijdplanningOpstellen van plannen en draaiboeken- opstellen planstructuuro basisplan programmering en terrein- en locatie-inrichtingo basisplan openbare orde, beveiliging en crowd controlo basisplan brandveiligheido basisplan medische zorg en hygiëneo (basisplan milieu)o Basisvervoersplan (omwonenden, BBA, hulpverleningsdiensten, horeca)o incidentbestrijdingsplan (obv eerdere risicoanalyse)Controle en handhavingPrimair in handen van de organisatie in overleg c.q. samenwerking met politie, brandweer en gemeente6. Projectstructuur (naam evenement) (bij allen naam en evt mobiel telnr vermelden)a. Calamiteitenteam· voorzitter dhr/mevr……… tel. 06-………· veiligheidscoördinator dhr/mevr……… tel. 06-………· ambt. vergunningverlening dhr/mevr…….. tel.· gemeentewerken dhr/mevr……… tel. 06-………· politie dhr/mevr……… tel. 06-………· brandweer dhr/mevr……… tel. 06-………b. Sponsor-cie/bestuur· penningmeester dhr/mevr……… tel. 06-………· secretaresse dhr/mevr……… tel. 06-………· waarnemend voorzitter dhr/mevr……… tel. 06-………· commissielid dhr/mevr……… tel. 06-……….c. Muziek-cie· commissielid dhr/mevr……… tel. 06-………· commissielid dhr/mevr……… tel. 06-………· commissielid dhr/mevr……… tel. 06-………d. Markt-cie· commissielid dhr/mevr……… tel. 06-………· commissielid dhr/mevr……… tel. 06-………· commissielid dhr/mevr……… tel. 06-………e. Pr-cie en website· commissielid dhr/mevr……… tel. 06-………· commissielid dhr/mevr……… tel. 06-………f. Pr-cie en website· commissielid dhr/mevr……… tel. 06-………· commissielid dhr/mevr……… tel. 06-………g. verkeer en vervoer· gemeentewerken(vz) dhr/mevr……… tel. 06-…………· organisator dhr/mevr……… tel. 06-…………· politie dhr/mevr……… tel. 06-…………· externen (BBA) dhr/mevr……… tel. 06-…………h. vergunningverlening, handhaving en gezondheid· ambt. vergunningverlening (vz) dhr/mevr……… tel. 06-…………· organisator dhr/mevr……… tel. 06-…………· coordinator handhaving dhr/mevr……… tel. 06-…………· ambt. gebruiksvergunningen brandweer dhr/mevr……… tel. 06-…………· ambtenaar milieu dhr/mevr……… tel. 06-…………· ambtenaar GGD dhr/mevr……… tel. 06-…………· externen (keuringsdienst v waren, AID e.a.) dhr/mevr……… tel. 06-…………CALAMITEITENPLAN (naam evenement)1 INLEIDING...................................................................................................................22 BESCHRIJVING EVENEMENT................................................................................22.1 Algemeen.................................................................................................................22.2 Globale beschrijving van activiteiten...................................................................22.3 Beschrijving algemeen organisatie en bezoekers......................................... 23 ORGANISATIE BIJ CALAMITEITEN.........................................................................23.1 Inleiding....................................................................................................................23.2 Calamiteiten.............................................................................................................23.3 Organisatie veiligheid............................................................................................ 33.3.1 Locatie.................................................................................................................. 33.3.2 Verbindingsmiddelen..........................................................................................33.3.3 Communicatie......................................................................................................34 RISICO’S.......................................................................................................................34.1 Inleiding......................................................................................................................34.2 Hoe te handelen bij een bommelding.................................................................34.3 Hoe te handelen bij voedselvergiftiging............................................................... 34.4 Hoe te handelen bij een ongeval...........................................................................34.5 Hoe te handelen bij brand......................................................................................34.6 Hoe te handelen bij weersinvloeden.................................................................... 35 ONTRUIMING............................................................................................................... 35.1 Algemeen..................................................................................................................35.2 Fasen ontruiming.....................................................................................................35.3 Verzamelplaatsen.....................................................................................................36 ORGANISATIE (naam evenement)........................................................................... 36.1 Bestuursleden .......................................................................................................... 36.2 Vrijwilligers .................................................................................................................36.3 Ondersteunende diensten.......................................................................................37 VERKEERSAFSPRAKEN.............................................................................................3- Plattegrond parcours- Plattegrond podium- Stroomdiagrammen calamiteitenBij een groot evenement als (naam evenement) in (plaats), kunnen er minder leuke voorvallen plaatsvinden. Om in een dergelijke situatie voorbereid en adequaat te kunnen handelen is dit calamiteitenplan geschreven. In dit plan worden procedures beschreven die gevolgd moeten worden in de beschreven situaties. Tevens zijn aanspreekpunten c.q. contactpersonen genoemd. Het calamiteitenplan wordt vastgelegd door de(naam evenement) en is na goedkeuring door het bestuur bindend voor alle betrokkenen bij de (naam evenement) . De gemeente en de hulpverleningsdiensten zijn hiervan uitgezonderd.De (naam evenement) is een jaarlijks terugkerend evenement, in 200… op …dag (datum) en …dag (datum). Het evenement wordt gehouden op (locatie). Etc.· Activiteit en locatie· Activiteit en locatie· Activiteit en locatie· Etc.…..dag· Aangeven vanuit welke locatie de coordinatie plaatsvindt· Aantal personen dat contact houdt met bestuur, EHBO, beveiliging, autoriteiten en afzettingen.· Middelen die daarbij voorhanden zijn (bv portofoons, telefoons etc)· Locatie waar EHBO is gevestigd· Hoeveel bezoekers worden verwacht (over gehele dag en op drukste moment)· Etc.3 ORGANISATIE BIJ CALAMITEITENDe veiligheid wordt mede gewaarborgd door inschakeling van een professioneel beveiligingsbedrijf / andere wijze . Bestuursleden van de (naam organisatie) hebben een coördinerende rol omtrent veiligheid en zijn herkenbaar aan (T-shirts en/of regenjacks o.i.d).. Daarnaast heeft de organisatie de beschikking over (aantal) vrijwilligers die op verschillende plaatsen bij de afzettingen van het evenemententerrein aanwezig zijn. Deze personen zijn te herkennen aan (bv kleur en soort kleding). Tevens is er medische hulp ingehuurd voor het verlenen van EHBO, herkenbaar aan reflecterende EHBO-hesjes.Tijdens het evenement kunnen er calamiteiten plaatsvinden die van invloed kunnen zijn op het verloop van de activiteiten van de (naam evenement). Deze calamiteiten zijn te verdelen in:Calamiteiten met een kleine impact op het verloop van de (naam evenement)Hierbij gaat het om calamiteiten waarvan te verwachten is dat ze geen of nauwelijks invloed hebben op het gedrag van het publiek of van een bepaalde groep van het publiek. Incidenten die hier onder vallen hebben geen verplaatsing of verwijdering van het publiek ten gevolge.Calamiteiten met een grote impact op het verloop van de (naam evenement)Hierbij gaat het om calamiteiten die van invloed kunnen zijn op de openbare orde, veiligheid of gezondheid. Deze calamiteiten kunnen verplaatsing of verwijdering van het publiek of een groep uit het publiek, ten gevolge hebben.Te denken valt hierbij aan bijvoorbeeld: bepaalde ongevallen, geweld, brand, aantasting van gezondheid en weersomstandigheden.Besluiten over afgelastingen en dergelijke vallen hier ook onder.Calamiteiten met een kleine impact vinden plaats onder coördinatie van de voorzitter en de veiligheidscoördinator van de (naam evenement). De voorlichter van de (naam evenement) sluit zich bij hen aan voor communicatie naar externen (bijvoorbeeld de pers).In geval van een grote calamiteit wordt zoveel als mogelijk aansluiting gezocht bij het regionale rampenplan. Dit betekent dat bij een dergelijke calamiteit twee teams geformeerd worden, te weten een beleidsteam en een coördinatie team.BeleidsteamHet beleidsteam staat onder leiding van de burgemeester. In dit team hebben de leidinggevenden van de hulpverleningsdiensten zitting en de voorzitter van de (naam evenement). Het beleidsteam houdt zich bezig met de strategische besluitvorming op het gebied van de openbare orde, veiligheid en aantasting van de gezondheid.CoördinatieteamDe burgemeester benoemt degene die met de leiding van dit team is belast, die tevens verantwoordelijk is voor terugkoppeling naar het beleidsteam.In dit team zitten, naast maximaal (aantal) bestuursleden van de (naam evenement), operationele vertegenwoordigers van de hulpverleningsdiensten (brandweer, politie en GHOR).De besluiten van het beleidsteam worden uitgevoerd door het coördinatieteam. Naast de besluiten van het beleidsteam worden ook acute praktische problemen door dit team aangepakt met behoud van eigen verantwoordelijkheden en taakafbakingen.De leden zijn permanent per GSM bereikbaar en zijn in staat om zich binnen 5 minuten na oproep te verzamelen.Het beleidsteam heeft tijdens het evenement de beschikking over de kamer van de burgemeester.Het coördinatieteam heeft tijdens het evenement de beschikking over de volgende ruimten:· (Locatie)Op het evenemententerrein zijn de volgende verbindingsmiddelen aanwezig en direct beschikbaar (voorbeelden):· Vaste telefoons· Mobiele telefoons· Portofoons· Radio (met ontvangst Omroep Brabant)· Megafoons (aanwezig in portacabin bij EHBO)· OmroepinstallatieDe communicatie tussen de leden van het coördinatieteam verloopt mondeling, via telefoon of via portofoon. Communicatie met de achterban van de leden van het team vindt plaats op de wijze zoals dit binnen de organisatie is afgesproken.De reguliere persvoorlichting verloopt via de (naam evenement). Bij grote calamiteiten verloopt de persvoorlichting via de gemeente.Publieksinformatie over calamiteiten en verstoringen (verzoek tot ontruiming, oproep tot maatregelen etc.) worden alleen in opdracht van het beleidsteam of coördinatieteam gegeven.

Naar aanleiding van een uitgevoerde risicoanalyse zijn een aantal scenario’s als ‘denkbaar’ gekwalificeerd. Voor deze risico’s is nagegaan op welke wijze dit risico moet worden gereduceerd of uitgesloten. Hieruit zijn een aantal afspraken en procedures voortgekomen die onderstaand zijn weergegeven.Indien hulpverleningsdiensten het terrein moeten betreden met voertuigen, sluit de veiligheidcoördinator dit kort met de contactpersoon van de hulpverleningsdiensten.De kans op (serieuze) bommeldingen wordt (nihil/groot etc) geacht. Informatie over bommeldingen wordt doorgegeven aan de politie. De burgemeester wordt hiervan in kennis gesteld. Alleen op aangeven van de politie wordt na overleg met de burgemeester een bommelding als serieus behandeld. De burgemeester besluit of instelling van een gemeentelijk beleidsteam nodig is voor het bespreken van de te nemen maatregelen. De voorzitter van de (naam evenement) kan hiervan deel uitmaken.Specifieke controle hierop vindt enkel plaats door de Keuringsdienst van waren voor zover zij op het evenement aanwezig zijn. Bij verhoogd risico of geconstateerde problemen op dit gebied wordt zonodig de Keuringsdienst van Waren ingeschakeld en informatie aan het publiek verstrekt.Afhankelijk van de aard van het ongeval en de te verwachten of reeds veroorzaakte impact op het aanwezige publiek, geeft de veiligheidscoördinator van de (naam evenement)of het coördinatieteam aan langs welke post de hulpverleningsdiensten het evenemententerrein kunnen betreden. In de nabijheid van het incident coördineert een van de bestuursleden van de (naam evenement) de assistentie van de vrijwilligers.Op het moment dat de verpleegkundige van de ambulancedienst aanwezig is, heeft deze de leiding over de medische hulpverlening en assisteert de EHBO indien de behoefte daartoe aanwezig is. De ambulance verpleegkundige op de plaats van het incident communiceert met het coördinatieteam.Bij kleine of grote ongevallen wordt uitgegaan van de werkwijze van het oranjekruis.

  • 1.

    Let op gevaar

  • 2.

    ga na wat het slachtoffer mankeert

  • 3.

    bewaak ademhaling en hartslag

  • 4.

    help iemand waar hij/zij ligt

  • 5.

    stel het slachtoffer gerust

  • 6.

    alarmeerIn eerste instantie ligt de verantwoordelijkheid bij de ingehuurde EHBO vereniging die op het terrein aanwezig is. Zij hebben tevens alle benodigde materialen voor het leveren van adequate EHBO. Relevante verwondingen dienen zo spoedig mogelijk doorgegeven te worden aan de veiligheidscoördinator van de (naam evenement).

Afhankelijk van de aard van de brand en de te verwachten of reeds veroorzaakte impact op het aanwezige publiek, geeft de veiligheidscoördinator van de (naam evenement) of het coördinatieteam aan langs welke post de hulpverleningsdiensten het evenemententerrein kunnen betreden. In de nabijheid van het incident coördineert een van de bestuursleden van de (naam evenement) de assistentie van de vrijwilligers. Op het moment dat de commandant van de brandweer aanwezig is, heeft deze de leiding over de hulpverlening en assisteren de vrijwilligers van de Veerde Dag indien de behoefte daartoe aanwezig is. De brandweer op de plaats van het incident communiceert met het coördinatieteam.Houdt rekening met het volgende:· Denk aan eigen veiligheid en veiligheid van anderen.· Zorg dat personen niet in de buurt van het vuur zijn, laat mensen achteruit weglopen.· Verplaats het brandende materiaal nooit.· Ga na wat voor soort brand het is en pas zo mogelijk adequate blussing toe.Rondom het podium zijn diverse brandblusmaterialen aanwezig in verband met de elektronische apparatuur die gebruikt wordt. In geval van brand dient te allen tijden de brandweer ingeschakeld te worden via 112. Om enkele malen onnodig doorverbinden te voorkomen, vindt voor een snellere bereikbaarheid van de Gemeenschappelijke Meldkamer te Tilburg de melding bij voorkeur met een vaste telefoonaansluiting plaats. Situaties met brand worden na melding bij de brandweer, direct doorgegeven aan de veiligheidscoördinator van de (naam evenement).Naast de eigen verantwoordelijkheid van de organisator schenken de aanwezige hulpverleningsdiensten eveneens aandacht aan de weersverwachtingen. Bij dreigende veranderingen in de weerssituatie vindt afstemming plaats in het coördinatieteam. Eventueel besluit de brandweer tot het informeren van de burgemeester.4.7 Hoe te handelen bij explosie 4.8 Hoe te handelen bij instorting 4.9. Hoe te handelen bij verdrukkingDe in hoofdstuk 4 genoemde risico’s kunnen er toe leiden dat het evenemententerrein of een deel ervan ontruimd moet worden. Tevens kunnen er andere calamiteiten plaatsvinden waarbij tot ontruiming moet worden overgegaan. Bij deze ontruiming moeten bezoekers van het evenement worden verplaatst. Dit dient met de nodige zorg gepaard te gaan om paniek en dergelijke vanwege het ontruimen zoveel mogelijk te voorkomen.Alvorens tot ontruiming over te gaan overlegt de voorzitter van de (naam evenement) altijd met de burgemeester, tenzij dit vanwege onverwijlde spoed niet mogelijk is. De burgemeester wordt dan zo spoedig mogelijk van de ontruiming in kennis gesteld.De ontruiming is in de volgende fasen in te delen:· Fase 1 is horizontaal ontruimen. Er moet minimaal 1 brandwerende scheiding zijn tussen verzamelplaats en brand. Dit zijn centrale punten voor een specifiek deel van het terrein.· Fase 2 is verticaal ontruimen. Dit geldt alleen in een gebouw· Fase 3 is totale ontruiming. Afhankelijk van de calamiteit vindt deze ontruiming plaats vanuit de verzamelplaatsen uit fase 1. Totale ontruiming vindt pas plaats na een signaal vanuit degene die vanuit de hulpdiensten belast is met de leiding evt in overleg met de voorzitter van de (naam evenement). Indien dit vanwege onverwijlde spoed niet mogelijk is, dan vindt ontruiming plaats in opdracht van de voorzitter van (naam evenement).· Voor alle personen op de locatie ………is de verzamelplaats de ……...De locatiemanager bij deze locatie is dhr/mevr ………· (Indien mogelijk meerdere buitenlocaties invullen waar verzameld kan worden).· (Binnenlocaties waar bij ernsitge weesromstandigheden verzameld kan worden (bv horecabedrijven)).Het coördinatieteam bepaalt wie de locatiemanagers zijn voor de verschillende verzamelplaatsen voor de bezoekers.Deze locatiemanagers hebben contact met elkaar en het coördinatieteam via mobiele telefonie.Dhr/mevr…………. 06- voorzitterDhr/mevr…………. 06- veiligheidscoördinatorDhr/mevr…………. 06-Dhr/mevr…………. 06-Dhr/mevr…………. 06-Dhr/mevr…………. 06-(naam evenement)(naam evenement)· Dhr/mevr…… voorzitter· Dhr/mevr…… penningmeester· Dhr/mevr…… secretariaat· Dhr/mevr……· Dhr/mevr……· Dhr/mevr……· Dhr/mevr……· Dhr/mevr……(naam evenement)· Er zijn (aantal) vrijwilligers actief bij de muziekactiviteiten· Bij de afzettingen zijn (aantal) vrijwilligers betrokken, per afzetting gemiddeld (aantal) personen.· Tevens vrijwilligers in de meldkamer en bij de ondersteuning van …………· (naam professioneel beveiligingsbedrijf) is ingehuurd voor extra beveiliging (naam professionele beveiliging) met de volgende personen:….dag (datum) Tussen (tijdstippen)etcCommunicatie met de beveiliging verloopt via (wijze vermelden, bv mobiele telefonie) met de veiligheidscoördinator, danwel direct met de muziekcommissie bij acute problematiek.· ………… is ingehuurd voor het verlenen van EHBO met de volgende personen:….dag (datum) tussen (tijdstippen) (aantal) EHBO-ersCommunicatie met de EHBO verloopt via (bv de eigen meldkamer) met een (bv portofoon) of via de veiligheidscoördinator van de (naam evenement) met (bv mobiele telefoon), danwel direct indien EHBO in de buurt van het incident aanwezig is.· Brandweercommandant dhr. ……….. (tel: …………..)· facilitaire zaken gemeente dhr. ………. (tel: 06…………)· plaatselijk politiekorps dhr. ………tel: 0900-8844)· Centraal Post Ambulance (tel: ………)· Het dichtstbijzijnde ziekenhuis isAmphia Ziekenhuis PasteurlaanPasteurlaan 9, Oosterhout0162-488000· Huisartsen in Raamsdonksveer zijn- Dijkmans/BrockhusAmbachtsherenlaan 42, Raamsdonksveer0162-512566- Huisartsenpraktijk WilhelminalaanWilhelminalaan 9, Raamsdonksveer0162-512888- Jacobs en SmitsPr. Bernhardstraat 11, Raamsdonksveer0162-512444- Buiten kantoortijden wordt gebruik gemaakt van de huisartsenpost Oosterhout Deze bevindt zich in het Amphia Ziekenhuis, Pasteurlaan Oosterhout 0162-435000I.o.m. gemeente CCT en politie.etc.PlattegrondenUitwerking van Hoofdstuk 9 (Geluid en muziek in openlucht) en Hoofdstuk 22 (Terreinen en -accommodaties) van de Evenementennota 2006-2010InleidingTer uitwerking van de genoemde paragrafen over geluidsproductie en locaties van evenementen uit de Evenementennota 2006-2010, heeft de burgemeester richtlijnen vastgesteld, waaraan aanvragen voor het houden van evenementen mede worden getoetst.De richtlijnen zijn een nadere precisering van de weigeringsgronden, die genoemd worden in artikel 2.2.2 van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV), met name de onderdelen a. (openbare orde) en b. (voorkomen of beperken van overlast).De mate van geluidsoverlast is voor elk evenement verschillend. Daarom wordt ervoor gekozen om evenementen te onderscheiden in categorieën. Het geluidsniveau van een evenement bepaalt in welke categorie het wordt ingedeeld. De geluidsmetingen vinden plaats op een afstand van twee meter, gemeten bij de dichtstbijzijnd gelegen gevel van woningen of andere geluidsgevoelige bestemmingen van derden.Categorie IDeze categorie staat voor “onversterkte en versterkte” muziek tot maximaal 70 dB(A). Deze evenementen kunnen vrijwel onbeperkt plaatsvinden. Te denken valt aan: draaiorgels, buurtbarbecues, lopende fanfare-orkesten, onversterkte straat muziek.Categorie IIIn de tweede categorie vallen de evenementen met een geluidsniveau tot maximaal 80 dB(A). Ter illustratie noemen we voorbeelden:Braderieën en dergelijke met muziek, overwegend lokale en (boven)regionale evenementen niet zijnde muziekfestivals en popconcerten.Uit de praktijk is gebleken dat in deze categorie niet alleen de soort muziek en de kwaliteit van geluidversterking bepalend zijn voor de mate van overlast, maar vooral ook de frequentie, de handhaving van de gestelde eindtijd, de voorbereidingsprocedure van de vergunning en de manier waarop eventuele klachten afgehandeld worden.Het is voor deze categorie van belang per mogelijke locatie een maximaal aantal evenementen per jaar vast te stellen. Hiervoor wordt verwezen naar onderstaand overzicht.Categorie IIIEvenementen met een geluidsniveau van maximaal 85 dB(A) vormen categorie III. Deze worden vrijwel altijd als hinderlijk ervaren. Vandaar dat ze gebonden zijn aan een maximum per jaar en per aangewezen locatie slechts beperkt toegelaten worden. Het gaat hierbij uitdrukkelijk om uitzonderingen, zij het dat deze een jaarlijks terugkerend karakter kunnen hebben. Voorbeelden zijn popconcerten of daarmee vergelijkbare muziekfestivals, kermissen, carnaval.Locaties en aantallen zijn verwerkt in onderstaand overzicht.Berekening en beheersing geluidsproductieControle op of berekening van de hierboven vastgelegde geluidsniveaus, moet geschieden overeenkomstig de ‘Handleiding meten en rekenen industrielawaai’ van april 1999, waardoor meting bij de gevel van een nabij gelegen woning plaatsvindt. In afwijking van het gestelde in de voornoemde Handleiding dient het gemeten dan wel berekende equivalente geluidsniveau vanwege het muziekgeluid niet vermeerderd te worden met de correctie voor muziekgeluid zoals opgenomen in de Handreiking; het gemeten dan wel berekende equivalente geluidniveau vanwege het muziekgeluid dient ‘netto’ getoetst te worden aan de in deze paragraaf opgenomen grenswaarden.Als ter plaatse van de gevel van een woning dan wel geluidgevoelige bestemming de geluidbelasting 85 dB(A) bedraagt zal het geluidniveau in de woning 60 tot 65 dB(A) bedragen. Het binnenniveau wordt dan niet bepaald beschermd. In de woning is dan in feite sprake van onduldbare hinder. Derhalve moet voor wat betreft het geluidniveau terughoudend met het verlenen van vergunning voor evenementen in de categorie III te worden omgegaan.Vanuit een normstelling, gesteld ter plaatse van de gevels van woningen en andere geluidsgevoelige bestemmingen, kan het geluidvermogenniveau per luidsprekertoren bepaald worden, mede aan de hand van aanvullende gegevens als bijv. de opstelling van het podium en de geluidsboxen.Als bekend is wat het maximale geluidvermogenniveau van de luidsprekertorens bedragen kan om aan de genormeerde grenswaarde te voldoen, de te hanteren muziekgeluidinstallatie door of namens de gemeente met behulp van een geluidbegrenzer ingeregeld worden. Daarna wordt de geluidbegrenzer verzegeld.Verantwoordelijkheid organisatieCentraal in de aanpak van het voorkomen en beperken van geluidsoverlast staat de eigen verantwoordelijkheid van de organisatie. Deze moet ervoor zorgen dat de overlast voor omwonenden zoveel mogelijk binnen de mate van redelijkheid blijft en de vooraf opgelegde normen niet overschreden worden.De organisatie kan zelf eenvoudig controleren of ze aan de grenswaarden voldoen, door het geluidniveau op de dichtstbijzijnde gevel te meten.Gemeentelijk toezichtIndien tijdens een evenement klachten over de geluidsproductie ontstaan, kan door of namens de gemeente gecontroleerd worden of de gehanteerde muziekinstallatie nog op de begrenzer aangesloten is dan wel dat de verzegeling verbroken is. Indien hiervan sprake is kan zowel bestuursrechtelijk als strafrechtelijk opgetreden worden.Vooralsnog zal de gemeente vooral preventief actief zijn, ervan uitgaande dat de vergunningsvoorschriften en beperkingen voldoende waarborgen stellen om het leef- en woonmilieu te beschermen. Uiteraard zal de gemeente op klachten reageren en handelend optreden bij excessen.KlachtenOmwonenden die klachten hebben over de geluidsproductie bij een bepaald evenement bellen in de praktijk veelal de Gemeenschappelijke Meldkamer (politie) of de Milieuklachtenlijn. Afhankelijk van de ernst van de overlast worden er passende maatregelen genomen om de overlast terug te dringen. Daarnaast kunnen sancties opgelegd worden.KostenDe organisatie moet zelf zorg dragen voor het installeren van geluidsbeheersende apparatuur. De kosten van het gebruik van die apparatuur zijn voor rekening van de organisatie. Als de gemeente hiervoor ingeschakeld wordt, krijgt de organisatie een nota voor de geleverde diensten.