Organisatie | Heeze-Leende |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Heeze-Leende 2008 |
Citeertitel | Subsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Heeze-Leende 2008 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Subsidieverordening gemeentelijke monumenten 2004. Deze regeling treedt op de vroegst mogelijke datum inwerking.
Onbekend.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-06-2010 | nieuwe regeling | 30-06-2008 De Parel van Brabant, 25-06-2010 | Onbekend. |
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
Monument:1 zaak die van algemeen belang is wegens zijn architectonische schoonheid, bijzondere situering, betekenis voor de wetenschap of lokaal cultuurhistorische waarde;2 terrein, al dan niet met bestaande bebouwing daarop, dat van algemeen belang is wegens daar aanwezige, of op grond van historische gegevens en/of archeologisch onderzoek in redelijkheid te vermoeden zaken als bedoeld onder 1.
Monumentencommissie: de door het college van B&W ingestelde commissie of aangewezen instantie, met als taak het college op verzoek of uit eigener beweging te adviseren over onder andere de toepassing van de Monumentenwet 1988, de monumentenverordening, de subsidieverordening en het monumentenbeleid;
Gemeentelijke monumentenlijst/gemeentelijke lijst groenmonumenten: de lijst waarop zijn geregistreerd de overeenkomstig de monumentenverordening als beschermd gemeentelijk monument aangewezen zaken, groen, bomen en terreinen;Gemeentelijk groenmonument: een boom of een groep van bomen, en/of landschapselementen (heggen, windsingels, houtwallen etc.) al dan niet een compositie vormend met de directe omgeving, welke door de cultuurhistorische context en verschijning, beeldbepalend en kenmerkend is voor het karakter van de openbare ruimte binnen de gemeente Heeze-Leende;
Subsidiabele onderhoudskosten: de kosten, die moeten worden gemaakt om die onderdelen van een monument, welke genoemd zijn in de redengevende beschrijving of onderdelen welke van monumentale waarde zijn doch niet omschreven maar onlosmakelijk verbonden zijn met het monument, (dit ter beoordeling van de monumentencommissie) in goede staat te houden en die naar oordeel van burgemeester en wethouders noodzakelijk zijn. Als een eigenaar zelf werkzaamheden in het kader van onderhoud verricht, zijn de materiaalkosten subsidiabel. Wanneer een monumenteigenaar een door hem gedreven onderneming heeft die de noodzakelijk geachte onderhoudswerkzaamheden kan uitvoeren, kunnen de onderhoudskosten als subsidiabel worden aangemerkt.In bijzondere gevallen, de kosten verbonden aan het opstellen van een bouwkundig inspectierapport door de Monumentenwacht Noord-Brabant voor zover het college een dergelijk rapport van belang acht.
Artikel 3 Toezicht en controle
De ontvanger van de subsidie is verplicht door het college aangewezen ambtenaren inzage te geven in zijn restauratieboekhouding en de administratie, alle gevraagde inlichtingen te verstrekken en medewerking te verlenen in het vormen van inzicht in het stadium en de kwaliteit van de aangevraagde restauratie- of onderhoudswerkzaamheden.
Artikel 4 Bevoegdheden college
Het college is belast met de uitvoering van deze verordening. Uitvoering houdt mede in het vaststellen en verlenen van subsidies, alsmede toezicht en controle daarop.
Een eigenaar van een monument, opgenomen in de gemeentelijke monumentenlijst, dient de aanvraag om subsidie, vergezeld van een restauratieplan respectievelijk een omschrijving van de werkzaamheden alsmede een begroting van de onderhoudswerkzaamheden waarvoor subsidie wordt gevraagd, in bij het college.
De kosten voor het reguliere schilderwerk (materiaalkosten en/of uurloonkosten gemaakt door een officieel erkend schildersbedrijf), alsmede de materiaalkosten bij zelfwerkzaamheid, worden eenmaal per 3 jaar voor 25% vergoed tot een maximum van € 300,--.De subsidieaanvraag wordt geweigerd indien de materiaalkosten minder dan € 350,-- bedragen.