Organisatie | Katwijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de rekenkamercommissie |
Citeertitel | Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-01-2020 | 01-01-2020 | artt. 10 en 18 | 19-12-2019 | 1563332 | |
01-01-2011 | 18-01-2020 | Onbekend | 16-12-2010 Katwijksche Post en Rijnsburger 23 december 2010 | 2010-020415 |
De commissie onderzoekt de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur. Een door de commissie ingesteld onderzoek naar de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur bevat geen controle van de jaarrekening als bedoeld in artikel 213 tweede lid Gemeentewet.
De commissie benoemt de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter van de commissie. De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitgangspunten en werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met het secretariaat.
Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen, leggen de leden van de commissie in de vergadering van de raad, in handen van de voorzitter, de volgende eed (verklaring en belofte) af:
«Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot lid van de rekenkamercommissie benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd.
Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen.
Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de rekenkamercommissie naar eer en geweten zal vervullen.
De raad kan een lid van de commissie op non-activiteit stellen, indien tegen hem een gerechtelijk onderzoek ter zake van een misdrijf wordt ingesteld of indien er een ander ernstig vermoeden is van het bestaan van feiten en omstandigheden die tot ontslag, anders dan op gronden vermeld in artikel 8, tweede lid, onder a, en derde lid, onder a, zouden kunnen leiden.
De commissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt verder wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.
Artikel 16 Medewerking door derden
De commissie heeft de in de volgende leden vermelde bevoegdheden ten aanzien van de volgende instellingen en over de volgende periode:
andere privaatrechtelijke rechtspersonen waaraan de gemeente of een derde voor rekening en risico van de gemeente rechtstreeks of middellijk een subsidie, lening of garantie heeft verstrekt ten bedrage van ten minste vijftig procent van de baten van deze instelling, over de jaren waarop deze subsidie, lening of garantie betrekking heeft.
De commissie is bevoegd bij de betrokken instelling nadere inlichtingen in te winnen over de jaarrekeningen, daarop betrekking hebbende rapporten van hen die deze jaarrekeningen hebben gecontroleerd en overige documenten met betrekking tot die instelling die bij het gemeentebestuur berusten. Indien een of meer documenten ontbreken, kan de commissie van de betrokken instelling de overlegging daarvan vorderen.
De commissie kan, indien de documenten, bedoeld in het tweede lid, daartoe aanleiding geven, bij de betrokken instelling dan wel bij de derde die de administratie in opdracht van de instelling voert, een onderzoek instellen. De commissie stelt de raad en het college van haar voornemen een dergelijk onderzoek in te stellen in kennis.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na de datum van publicatie van het Gemeenteblad waarin de eerste wijziging van deze verordening wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2020.
Artikel 19 Citeertitel Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie.
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Katwijk
in zijn openbare vergadering van 16 december 2010.
Dit artikel bevat enkele definities om te voorkomen dat bepaalde begrippen telkens in hun geheel moeten worden uitgeschreven.
Wanneer gemeenten geen rekenkamer instellen, stellen zij op grond van artikel 81oa Gemeentewet regels vast voor de uitoefening van de rekenkamerfunctie. De wet spreekt van een rekenkamerfunctie. In deze verordening is gekozen voor een invulling in de vorm van een rekenkamercommissie. De raad bepaalt zelf hoeveel leden de rekenkamercommissie zal hebben.
In lid 3 is bepaald dat de rekenkamercommissie dezelfde onafhankelijkheid van de gemeente heeft als is voorgeschreven voor de rekenkamer in artikel 81f Gemeentewet. De uitzondering in artikel 81oa lid 3 Gemeentewet is hiermee opgeheven.
Dit artikel komt overeen met artikel 182 lid 1 Gemeentewet. Doelmatigheid is de mate waarin de nagestreefde beleidsdoelen tegen zo gering mogelijke kosten worden bereikt. Bij doeltreffendheid gaat het er om of het resultaat van het beleid beantwoordt aan wat er met het beleid werd beoogd en de gestelde beleidsdoelen worden verwezenlijkt. Bij rechtmatigheid gaat het om het voldoen aan de wettelijke kaders en regelgeving. Het gaat dan vooral om wet- en regelgeving die direct van belang is voor de rechtmatigheid van de totstandkoming van de gemeentelijke baten en lasten.
De openbare sollicitatieprocedure bevordert de onafhankelijkheid van de commissie ten opzichte van de raad. Belangstellenden dienen met een sollicitatiebrief te reageren op een openbare wervingsadvertentie om lid te kunnen worden van de commissie. De benoeming van de leden voor een periode van maximaal vier jaar maakt het mogelijk om bijvoorbeeld tussentijds ontslag goed op te vangen en bij de eerste benoemingen een beperktere periode in acht te nemen gekoppeld aan een evaluatie van het gekozen model.
Dit artikel komt overeen met artikel 12 Gemeentewet. Deze bepaling geldt voor rekenkamers krachtens artikel 81e Gemeentewet.
Dit artikel komt overeen met artikel 81g lid 1 Gemeentewet.
Artikel 7 Onverenigbare betrekkingen
Dit artikel komt overeen met artikel 15 leden 1 en 2 Gemeentewet. Deze bepaling geldt voor rekenkamers krachtens artikel 81h Gemeentewet.
Dit artikel komt overeen met artikel 81c leden 6 en 7 Gemeentewet.
Dit artikel komt overeen met artikel 81d Gemeentewet.
Artikel 10 Vergoeding voor werkzaamheden van de externe leden van de rekenkamercommissie
De leden van de rekenkamercommissie ontvangen een vaste maandelijkse vergoeding. Naast deze vergoeding bestaat er geen recht op vergoeding van onkosten of reiskosten.
Artikel 11 Ambtelijk secretaris
De rekenkamercommissie wordt bijgestaan door een secretaris. De rekenkamercommissie dient zelfstandig te functioneren en in het derde lid is voorzien in een rechtstreekse verantwoordingsrelatie van de secretaris ten opzichte van de rekenkamercommissie.
Dit artikel komt overeen met artikel 81i Gemeentewet. In het reglement van orde moeten/kunnen zaken als de vergoeding, volgorde van aftreden bij een meerhoofdige rekenkamercommissie, verhouding secretaris-voorzitter, de procedure die wordt gevolgd bij onderzoeken, hoe wordt omgegaan met verzoeken van derden om onderzoek te verrichten enzovoorts geregeld.
Artikel 13 Onderwerpselectie en opdrachtverlening
De rekenkamercommissie dient onafhankelijk te zijn en om deze onafhankelijkheid te bevorderen is het van belang dat zij zelfstandig de onderzoeksonderwerpen kan kiezen. De rekenkamercommissie kan op verzoek van de raad een onderzoek instellen maar is niet verplicht het verzoek van de raad in te willigen. Dit verzoek van de raad wordt in artikel 182 lid 2 Gemeentewet expliciet genoemd. Doordat deze mogelijkheid uitdrukkelijk in de wet is genoemd, wordt er een bepaald gewicht toegekend aan het verzoek van de raad.
De rapporten van de rekenkamercommissie zijn in beginsel openbaar maar op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wob kunnen rapporten of gedeelten daarvan als geheim worden aangemerkt. Uit oogpunt van zorgvuldigheid is het van groot belang dat de onderzochte partij de kans krijgt om te reageren op het (nog niet gepubliceerde) ontwerp-onderzoeksrapport. Er vindt dan wederhoor plaats waarbij de feitelijke bevindingen die uit het onderzoek voortvloeien aan de betreffende ambtenaren worden voorgelegd met de vraag eventuele onjuistheden uit te halen en te corrigeren. Indien van toepassing wordt de verantwoordelijke wethouder of het college de gelegenheid geboden om te reageren op de conceptaanbevelingen die de rekenkamercommissie verbindt aan de (gecorrigeerde) bevindingen. Tot slot brengt de rekenkamercommissie een definitief rapport naar buiten met bevindingen, conclusies en eventueel aanbevelingen.
Artikel 15 Medewerking door het gemeentebestuur
De eerste drie leden van dit artikel komen overeen met artikel 183 Gemeentewet.
Artikel 16 Medewerking door derden
Dit artikel komt overeen met artikel 184 Gemeentewet. Om deze bevoegdheid daadwerkelijk te kunnen gebruiken zal in alle bestaande en nieuwe regelgeving c.q. overeenkomsten de controlebevoegdheid afzonderlijk dienen te worden geregeld.
De rekenkamercommissie is zelfstandig verantwoordelijk voor de besteding van het budget dat noodzakelijk is voor de uitvoering van haar taak. Ten laste van het budget worden de in het tweede lid genoemde kosten gebracht.
Artikel 18 Inwerkingtreding Gezien de externe werking van de verordening treedt de verordening na publicatie in werking en niet direct na vaststelling door de raad.
Artikel 19 Citeertitel Dit artikel behoeft geen toelichting.