Organisatie | Ooststellingwerf |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Participatieverordening 2010 |
Citeertitel | Participatieverordening 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand 2006.
Regelgeving in handboek 'Schulinck'.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | 01-07-2015 | toevoeging artikel 18a en 18b | 13-12-2011 Nieuwe Ooststellingwerver, 28-12-2011 | Raad, 13-12-2011, no. B.5 | |
01-04-2006 | 01-12-2010 | nieuwe regeling | 01-03-2006 Nieuwe Ooststellingwerver 15-03-2006 | Raad 01-mrt-06, no A2 |
De raad van de gemeente Ooststellingwerf;nr. B.4gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 oktober 2010;gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet (GW), de artikelen 7, 8, 9 en 10 van de Wet werk en bijstand (WWB), de artikelen 34, 35, 36 en 37 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de artikelen 34, 35, 36 en 37 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);overwegende, dat het noodzakelijk is bij verordening regels te stellen voor de ondersteuning bij de arbeidsinschakeling en maatschappelijke participatie en, voor zover het college dat noodzakelijk acht, het aanbieden van voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling en maatschappelijke participatie;b e s l u i t :vast te stellen dePARTICIPATIEVERORDENING 2010
Hoofdstuk 1 ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Alle begrippen, die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Het college biedt uitkeringsgerechtigden, anw-ers, nuggers en werknemers in gesubsidieerde arbeid ondersteuning bij de arbeidsinschakeling aan en, voor zover het college dat noodzakelijk acht, een voorziening gericht op arbeidsinschakeling of sociale activering. Artikel 40, eerste lid van de WWB is van overeenkomstige toepassing.
Het college stemt het aanbod af op de omstandigheden, krachten en bekwaamheden van de belanghebbende, van wie het recht op ondersteuning is vastgesteld. Bij de invulling van het aanbod onderzoekt het college de mogelijkheden en omstandigheden van de belanghebbende. Het college beoordeelt in hoeverre de wensen van de belanghebbende bij de invulling van het aanbod kunnen worden betrokken.
Artikel 7 Algemene bepalingen over voorzieningen
1. Het college kan ten aanzien van de participatievoorzieningen, als bedoeld in artikel 8 nadere regels stellen. Deze regels kunnen betrekking hebben op:a. de voorwaarden waaronder een participatievoorziening wordt aangeboden;b. de weigeringsgronden bij het aanbieden van een participatievoorziening;c. de intrekking of wijziging van de subsidieverlening of subsidievaststelling;d. de aanvraag van en de besluitvorming over subsidies;e. de betaling van subsidies en het verlenen van voorschotten;f. het vragen van een eigen bijdrage;g. overige criteria voor het aanbieden van participatievoorziening en het verstrekken van subsidies.
Artikel 8 De voorzieningen, trajecten en instrumenten
Het college kan voor de arbeidsinschakeling of sociale activering van de belanghebbende aanvullende en ondersteunende participatievoorzieningen, trajecten en instrumenten inzetten, die noodzakelijk zijn om de kansen op de arbeidsmarkt te vergroten, of belemmeringen ten aanzien van deelname aan het arbeidsproces of samenleving op te heffen.
Artikel 10 Inzet van de voorzieningen, trajecten en instrumenten
Het doel van de inzet van voorzieningen is het bevorderen van duurzame arbeidsparticipatie door het opdoen van werkervaring en werkritme, het aanleren van vaardigheden en kennis, sociale activering / maatschappelijke participatie of het op andere wijze vergroten van persoonlijke en maatschappelijke zelfredzaamheid.
Het college kan aan belanghebbenden met een taalachterstand en belanghebbenden die niet de beschikking hebben over een startkwalificatie een vorm van scholing of opleiding aanbieden die de toegang tot de arbeidsmarkt bevordert. Binnen een trajectplan kan het scholingsaanbod worden gecombineerd met andere voorzieningen. Het college biedt de belanghebbende geen of een andere voorziening aan als naar haar oordeel scholing of een combinatie daarvan de krachten of bekwaamheden van de belanghebbende te boven gaat of onvoldoende bijdraagt aan vergroting van de kans op arbeidsinschakeling of sociale activering.
Artikel 14 Uitvoering door derden
Het college kan voor de invulling en uitvoering van het aanbod afspraken maken met derden, waaronder het UWV-Werkbedrijf, werkgevers, re-integratiebedrijven, uitvoeringsorganisaties van de Wet sociale werkvoorziening (WSW) en opleidingsinstituten.
Het college kan een verleende voorziening intrekken of herzien wanneer wijziging optreedt in de omstandigheden, krachten of bekwaamheden van belanghebbende en belanghebbende daardoor niet (meer) voldoet aan één of meer op hem rustende verplichtingen als bedoeld in de van toepassing zijnde wet of deze verordening en hem dit te verwijten valt.
Hoofdstuk 4 SUBSIDIE, BUDGET- EN SUBSIDIEPLAFONDS
Artikel 18 Weigeren loonkostensubsidie
Het college kan een loonkostensubsidie, als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onder c. en artikel 16, naast de in artikel 4:25 en artikel 4:35 van de Awb genoemde gevallen, weigeren of terugvorderen, als:a. de subsidie niet of in onvoldoende mate besteed wordt voor het doel waarvoor de subsidie beschikbaar is gesteld;b. de subsidieverstrekking niet past binnen het beleid van de gemeente;c. de werkgever voor de loonkosten van de werknemer een andere subsidie ontvangt of kan ontvangen.
Artikel 18b Afwijkende bepalingen voor jongeren
In afwijking van hetgeen in deze verordening is bepaald, kunnen de volgende voorzieningen bedoeld in artikel 9, eerste lid, onderdeel b van de wet niet worden ingezet voor de arbeidsinschakeling van belanghebbenden jonger dan 27 jaar:a. onbeloonde additionele arbeid als bedoeld in artikel 10a van de wet;b. de voorzieningen bedoeld in artikel 31, vijfde lid van de wet.