Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Openbaar lichaam Bonaire

EILANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van 2 februari 1976,no.4 tot wijziging van het "Gratificatiebesluit Bonaire 1969" A.B. 1969 no.4, zoals gewijzigd

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieOpenbaar lichaam Bonaire
Officiële naam regelingEILANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van 2 februari 1976,no.4 tot wijziging van het "Gratificatiebesluit Bonaire 1969" A.B. 1969 no.4, zoals gewijzigd
CiteertitelGratificatiebesluit Bonaire 1975
Vastgesteld doorBestuurscollege
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling is vastgesteld en in werking getreden vóór 10-10-2010, maar op grond van artikel 7 van de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Positieve lijst regelgeving Eilandsraad Bonaire (AB 2010, no. 20) dan wel het Eilandsbesluit vaststellen positieve lijst regelgeving Bestuurscollege Bonaire (AB 2010, nr. 19) tevens vastgesteld voor het openbaar lichaam Bonaire en derhalve met ingang van 10-10-2010 in het openbaar lichaam Bonaire van toepassing.

Dit besluit vervangt het Gratificatiebesluit Bonaire 1969 (A.B.1969 no.4).

De terugwerkende kracht t/m 1-1-1975 van de wijzigingsregeling van 15-5-1986 (A.B. 1986, no. 5) geldt alleen voor artikel I, onder I, van die regeling. Aan artikel I, onder II, is terugwerkende kracht verleend t/m 1-5-1986.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

25-02-200501-09-200010-10-2010art. 2

26-01-2005

A.B. 2005, no. 7

n.v.t.
04-06-198601-01-1975art. 1, 2

15-05-1986

A.B. 1986, no. 5

n.v.t.
18-02-198601-01-1984art. 2, 5

05-02-1986

A.B.1986, no. 3

n.v.t.
05-02-197601-01-1975Nieuwe regeling

02-02-1976

A.B. 1976, no. 5

n.v.t.

Tekst van de regeling

Intitulé

EILANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van 2 februari 1976,no.4 tot wijziging van het "Gratificatiebesluit Bonaire 1969" A.B. 1969 no.4, zoals gewijzigd

Artikel 1

Aan de leden van het personeel die zich naar ons oordeel gedurende de periode van hun dienstverband naar behoren van hun taak hebben,gekweten wordt een gunstgave verleend overeenkomstig de in dit besluit gestelde regelen, alsmede een officiële brief van waardering toegezonden dan wel overhandigd.

Artikel 2

De in artikel 1 bedoelde gunstgave wordt uitgekeerd aan de leden van het personeel,die

  • a.

    een diensttijd van 25, 30, 35 of 40 jaar hebben volbracht;

  • b.

    bij het verlaten van de dienst wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd (50 of 55 jaar) of bij eerdere afkeuring een diensttijd van meer dan 12½ jaar doch minder dan 25 jaar hebben volbracht

  • c.

    bij het verlaten van de dienst in verband met het bereiken van de maximale leeftijdsgrens, afkeuring of reorganisatie van de dienst een diensttijd van meer dan 30 [abusievelijk is “jaar” geschrapt bij het besluit van 15-5-1986 (A.B. 1986, no. 5)] hebben volbracht.

Artikel 3

De in artikel 1 bedoelde gunstgave bedraagt voor de leden van het personeel wier salaris maandelijks wordt betaald en die vallen onder:

  • a.

    artikel 2 sub a en c: het door betrokkenen genoten vol salaris per maand,

  • b.

    artikel 2 sub b: de helft van het door betrokkenen genoten vol salaris per maand.

Artikel 4

De in artikel 1 bedoelde gunstgave bedraagt voor de leden van het personeel wier salaris wekelijks wordt betaald en die vallen onder:

  • a.

    artikel 2 sub a en c: vier maal het door betrokkenen genoten weekloon

  • b.

    artikel 2 sub b: twee maal het door betrokkenen genoten weekloon

Artikel 5

Ingeval van overlijden van de ambtenaar of werknemer wordt aan zijn nagelaten betrekkingen een bedrag uitgekeerd gelijk aan dat van de gratificatie die hem, indien hij op het tijdstip van overlijden de dienst met eervol ontslag zou hebben verlaten, op grond van artikel 2 sub b of c zou zijn toegekend.

Artikel 6

De krachtens de voorgaande artikelen uit te keren gratificaties worden naar boven afgerond op een veelvoud van tien gulden.

Artikel 7

Voor de toepassing van dit besluit worden onder salaris en loon verstaan alle betalingen die krachtens het dienstverband met betrokkenen geschieden op het moment waarop zij cq. hun nagelaten betrekkingen aanspraak verkrijgen op de in artikel 1 bedoelde gratificatie doch met uitzondering van de beloning voor overwerk, toelagen ter vergoeding van onkosten en toelagen voor nevenfunkties.

Artikel 8

Dit besluit, dat kan worden aangehaald als het "Gratificatiebesluit Bonaire 1975’’ en treedt in werking op de dag na die van zijn afkondiging en werkt terug tot en met 1 januari 1975. Als dan vervalt het "Gratificatiebesluit Bonaire 1969” (A.B.1969 no.4) zoals gewijzigd.