Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ooststellingwerf

regeling Klokkenluiders gemeente Ooststellingwerf

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOoststellingwerf
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingregeling Klokkenluiders gemeente Ooststellingwerf
Citeertitelklokkenluidersregeling
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

wijziging begripsbepaling en toevoeging extern meldpunt.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en de Uitwerkingsovereenkomst, artikel 15.2

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Aanwijzingsbesluit extern vertrouwenspersoon klokkenluidersregeling.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

12-10-200401-09-2017wijziging artikel 1, 5

12-10-2004

-

1524.
01-01-200212-10-2004nieuwe regeling

12-12-2001

-

klokkenluidersregeling

Tekst van de regeling

Intitulé

regeling Klokkenluiders gemeente Ooststellingwerf

<vet>Het College van Burgemeester en wethouders van de gemeente Ooststellingwerf,</vet>gelezen het besluit van de Raad tot delegatie van de bevoegdheid tot vaststelling en wijziging van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en de Uitwerkingsovereenkomst aan het College van Burgemeester en wethouders;gelezen de instemmingsverklaring van de ondernemingsraad;en gelet op de bepalingen van artikel 15.2 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en de Uitwerkingsovereenkomst;<vet>B E S L U I T :</vet>vast te stellen de regeling <vet>Klokkenluiders gemeente Ooststellingwerf.</vet>

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:- het meldpunt: de voorzitter van de commissie van advies voor de bezwaar- en beroepschriften;- een vermoeden van een misstand: een op redelijke gronden gebaseerd vermoeden met betrekking tot de gemeentelijke dienst omtrent een strafbaar feit, een schending van regelgeving of beleidsregels, het misleiden van justitie, een gevaar voor de volksgezondheid, de veiligheid of het milieu of het bewust achterhouden van informatie over deze feiten.INTERNE PROCEDURE

Artikel 2 Interne melding

  • 1.

    De ambtenaar die een vermoeden van een misstand wil melden, doet dit bij zijn direct leidinggevende of, indien hij melding aan zijn direct leidinggevende niet wenselijk acht, bij diens leidinggevende of bij de gemeentesecretaris.

  • 2.

    De leidinggevende of de gemeentesecretaris draagt er zorg voor dat burgemeester en wethouders onverwijld op de hoogte wordt gesteld van een gemeld vermoeden van een misstand en van de datum waarop de melding ontvangen is. Indien de ambtenaar het vermoeden bij de gemeentesecretaris heeft gemeld, brengt de gemeentesecretaris tevens de leidinggevende van de ambtenaar op de hoogte. Indien de ambtenaar de klacht bij de leidinggevende heeft gemeld, dan brengt deze tevens de gemeentesecretaris op de hoogte. De ambtenaar kan verzoeken zijn identiteit bij burgemeester en wethouders of de leidinggevende niet bekend te maken. De ambtenaar kan dit verzoek te allen tijde herroepen.

  • 3.

    Naar aanleiding van de melding van een vermoeden van een misstand stellen burgemeester en wethouders onverwijld een onderzoek in. De leidinggevende dan wel de gemeentesecretaris, dit ter beoordeling aan burgemeester en wethouders, kunnen gevraagd worden dit onderzoek te verrichten en zonodig te bemiddelen om tot een oplossing te komen. Over hun bevindingen zullen zij advies uitbrengen aan burgemeester en wethouders.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders zenden aan de ambtenaar die een vermoeden van een misstand heeft gemeld, een ontvangstbevestiging. De ontvangstbevestiging bevat het gemelde vermoeden van een misstand en het moment waarop de ambtenaar het vermoeden aan de leidinggevende of de gemeentesecretaris heeft gemeld. Indien de ambtenaar verzocht heeft zijn identiteit niet bekend te maken aan burgemeester en wethouders, zenden zij een ontvangstbevestiging aan de leidinggevende of aan de gemeentesecretaris, afhankelijk van bij wie de ambtenaar de klacht heeft gemeld.

Artikel 3 Standpunt

  • 1.

    Burgemeester en wethouders stellen de ambtenaar dan wel, indien de ambtenaar heeft verzocht zijn identiteit niet bekend te maken aan burgemeester en wethouders, de leidinggevende of de gemeentesecretaris, binnen zes weken schriftelijk op de hoogte van hun standpunt omtrent het gemelde vermoeden van een misstand.

  • 2.

    Indien het standpunt niet binnen zes weken kan worden gegeven, kunnen burgemeester en wethouders de afhandeling voor ten hoogste vier weken verdagen. Burgemeester en wethouders stellen de ambtenaar dan wel de leidinggevende of de gemeentesecretaris hiervan schriftelijk in kennis.EXTERNE PROCEDURE

Artikel 4 Het meldpunt

Het meldpunt heeft tot taak een door de ambtenaar gemeld vermoeden van een misstand te onderzoeken en burgemeester en wethouders daaromtrent te adviseren.

Artikel 5 Melding bij het meldpunt

  • 1.

    De ambtenaar kan het vermoeden van een misstand melden bij het meldpunt, indien hij het niet eens is met het standpunt bedoeld in artikel 3 of indien hij geen standpunt ontvangen heeft binnen de termijnen bedoeld in artikel 3. In bijzondere gevallen, ter beoordeling aan de ambtenaar, kan deze vermoedens van misstanden ook melden bij het externe meldpunt zonder dat daarvoor de interne procedure is bewandeld. De ambtenaar doet hiervan met redenen omkleed melding bij het meldpunt. Het externe meldpunt maakt hiervan melding aan het interne meldpunt als ook aan het College van burgemeester en wethouders.

  • 2.

    De ambtenaar kan het meldpunt verzoeken zijn identiteit niet bekend te maken. Hij kan dit verzoek te allen tijde herroepen.

Artikel 6 Ontvangstbevestiging en onderzoek

  • 1.

    Het meldpunt bevestigt de ontvangst van een melding van een vermoeden van een misstand aan de ambtenaar die het vermoeden heeft gemeld en stelt burgemeester en wethouders op de hoogte van de melding.

  • 2.

    Indien het meldpunt dit voor de uitoefening van zijn taak noodzakelijk acht, stelt het een onderzoek in.

  • 3.

    Ten behoeve van het onderzoek omtrent een melding van een vermoeden van een misstand is het meldpunt bevoegd bij burgemeester en wethouders alle inlichtingen in te winnen die het voor de vorming van zijn advies nodig acht.

  • 4.

    Wanneer de inhoud van bepaalde door burgemeester en wethouders verstrekte informatie vanwege het vertrouwelijke karakter uitsluitend ter kennisneming van het meldpunt dient te blijven, wordt dit aan het meldpunt meegedeeld.

Artikel 7 Niet ontvankelijkheid

Het meldpunt adviseert burgemeester en wethouders gemotiveerd de melding niet ontvankelijk te verklaren indien:- er geen sprake is van een misstand waarover het meldpunt adviseert;- de ambtenaar de procedure bedoeld in artikel 2 heeft gevolgd, maar de termijnen bedoeld in artikel 3 nog niet zijn verstreken.

Artikel 8 Inhoudelijk advies van het meldpunt

  • 1.

    Indien het gemelde vermoeden van een misstand ontvankelijk is, legt het meldpunt binnen zes weken zijn bevindingen omtrent de melding van een vermoeden van een misstand neer in een advies aan burgemeester en wethouders. Het meldpunt bericht de ambtenaar dat een advies is uitgebracht.

  • 2.

    Indien het advies niet binnen zes weken kan worden gegeven, wordt dit door het meldpunt aan burgemeester en wethouders meegedeeld en kan deze termijn met ten hoogste vier weken worden verlengd. Burgemeester en wethouders stellen de ambtenaar, dan wel, indien de ambtenaar heeft verzocht zijn identiteit niet bekend te maken aan burgemeester en wethouders, het meldpunt, hiervan schriftelijk in kennis.

  • 3.

    Het advies wordt door het Meldpunt in geanonimiseerde vorm en met inachtneming van het eventueel vertrouwelijke karakter van aan het meldpunt verstrekte informatie en de terzake geldende wettelijke bepalingen openbaar gemaakt op een wijze die het meldpunt geëigend acht, tenzij zwaarwegende belangen zich daar tegen verzetten. Kosten van de openbaarmaking komen ten laste van de gemeente. Het advies wordt niet eerder openbaar gemaakt dan nadat burgemeester en wethouders hun nadere standpunt aan de ambtenaar hebben meegedeeld. Indien de ambtenaar heeft verzocht zijn identiteit niet bekend te maken wordt het advies niet eerder openbaar gemaakt dan nadat burgemeester en wethouders hun nadere standpunt hebben meegedeeld aan het meldpunt, die het vermoeden van een misstand heeft gemeld.

Artikel 9 Nader standpunt

  • 1.

    Burgemeester en wethouders stellen op basis van het advies van het meldpunt bedoeld in artikel 7 en 8, binnen twee weken een nader standpunt vast, en stellen de ambtenaar dan wel, indien de ambtenaar heeft verzocht zijn identiteit niet bekend te maken, de gemeentesecretaris, daarvan schriftelijk op de hoogte.

  • 2.

    De ambtenaar, dan wel het meldpunt ontvangt tevens een afschrift van het advies, als bedoeld in artikel 7 en 8 , met inachtneming van het eventueel vertrouwelijk karakter van aan het meldpunt verstrekte informatie en de terzake geldende wettelijke bepalingen.

Artikel 10 Jaarverslag

  • 1.

    Jaarlijks wordt door het meldpunt een verslag opgemaakt.

  • 2.

    In dat verslag wordt in geanonimiseerde zin en met inachtneming van de terzake geldende wettelijke bepalingen gemeld:

    • a.

      het aantal en de aard van de meldingen van een vermoeden van een misstand

    • b.

      het aantal meldingen dat niet tot een onderzoek geleid heeft;

    • c.

      het aantal onderzoeken dat het meldpunt heeft verricht en

    • d.

      het aantal adviezen en de aard van de adviezen die het meldpunt heeft uitgebracht.

  • 3.

    Dit jaarverslag wordt aan de gemeenteraad en de Ondernemingsraad gestuurd en openbaar gemaakt.SLOTBEPALING

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2002 en kan worden aangehaald als "klokkenluidersregeling".

Burgemeester en wethouders van Ooststellingwerf,De secretaris,                                        De burgemeester,<cursief>Wijziging besloten in de B&amp;W vergadering d.d. 12 oktober 2004:</cursief>“In het geval zwaarwegende belangen de toepassing van de interne procedure in de weg staan, kan de ambtenaar het vermoeden van een misstand rechtstreeks melden bij het meldpunt”.