Organisatie | Stadskanaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regeling reiskosten woon-werkverkeer gemeente Stadskanaal in het kader van het cafetariamodel |
Citeertitel | Regeling uitruil eindejaarsuitkering tegen de tegemoetkoming kosten woon-werkverkeer |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vervallen wegens het in werking treden van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra).
Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling, art. 4a:3
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-08-2007 | 01-01-2007 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 21-08-2007 Geen | BW, 21-08-2007, 2 |
Burgemeester en Wethouders van de gemeente Stadskanaal;
dat op basis van artikel 4a:3 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR) de mogelijkheid bestaat om aanvullende regelingen vast te stellen in het kader van het uitwisselen van arbeidsvoorwaarden;
dat het gewenst is om medewerkers van de gemeente Stadskanaal de mogelijkheid te bieden om de fiscaal belaste eindejaarsuitkering te verlagen in ruil voor een andere bestedingsmogelijkheid, zijnde een fiscaal onbelaste tegemoetkoming in de kosten voor woon-werkverkeer;
gelet op artikel 4a:3 van de CAR;
mede gelet op de Wet op de Loonbelasting; [ 'Wet op de Loonbelasting' moet zijn 'Wet op de loonbelasting 1964' ]
gelet op de instemming van de commissie voor georganiseerd overleg d.d 10 juli 2007;
en op het akkoord van de Belastingdienst Noord/kantoor Assen d.d 27 juni 2007.
vast te stellende navolgende “Regeling uitruil eindejaarsuitkering tegen de tegemoetkoming kosten woon-werkverkeer”.
De ambtenaar kan alleen gebruik maken van de tegemoetkoming uit artikel 1, indien op grond van artikel 4a: 3 van de CAR gebruik wordt gemaakt van het uitwisselen van de eindejaarsuitkering tegen die tegemoetkoming.
Er is sprake van het doorgaans heen en weer reizen tussen de woning en de plaats van tewerkstelling, indien de ambtenaar de arbeidsplaats op jaarbasis tenminste 150 dagen bezoekt (dit is 70% van 214).
Voor een werknemer die in deeltijd werkt of een aantal dagen per week naar een vaste arbeidsplaats reist, wordt deze regeling naar evenredigheid toegepast.
Voor het bepalen van de enkele reisafstand wordt gebruikgemaakt van de routeplanner Europa van de ANWB, waarbij de afstand wordt berekend aan de hand van de kortste route.
1. Gebruikmaking van eigen vervoermiddel.
Voor het bepalen van een vaste belastingvrije tegemoetkoming per maand wordt uitgegaan van de volgende factoren:
De toegestane belastingvrije tegemoetkoming in de reiskosten woon-werkverkeer bedraagt op jaarbasis: 214 (260 – 46) x totale reisafstand x € 0,19 (norm per: 1 januari 2007).
Bij het berekenen van de toegestane belastingvrije tegemoetkoming per maand, dient de tegemoetkoming op jaarbasis te worden gedeeld door 12.
In de volgende situaties moet de 214 dagen naar evenredigheid worden toegepast:
Op het moment dat langdurige afwezigheid in redelijkheid is te voorzien, wordt de reiskostentegemoetkoming van de lopende en de eerstvolgende kalendermaand nog onbelast vastgesteld overeenkomstig bovengenoemde systematiek. Daarna wordt een onbelaste tegemoetkoming vastgesteld met ingang van de eerste dag van de maand volgend op de maand waarop de ambtenaar weer aanwezig is