Organisatie | Kapelle |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | VERORDENING OP DE UITGANGSPUNTEN VOOR HET FINANCIEEL BELEID, ALSMEDE DE REGELS VOOR HET FINANCIEEL BEHEER EN VOOR DE INRICHTING VAN DE FINANCIËLE ORGANISATIE VAN DE GEMEENTE KAPELLE |
Citeertitel | Financiële verordening gemeente Kapelle |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
(Eerste wijziging)
Gemeentewet, art. 212
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-07-2011 | 23-05-2019 | Wijziging artikel 7 | 05-07-2011 de Scheldepost 20 juli 2011 | 2011/31 | |
01-01-2011 | 28-07-2011 | Onbekend | 01-11-2010 de Scheldepost 8-12-2010 | 2010/63 |
Hoofdstuk 1: Inleidende bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
iedere organisatorische eenheid binnen de gemeentelijke organisatie met een eigen rechtstreekse verantwoordelijkheid aan het college;
het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken, en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, het functioneren en het beheersen van (onderdelen van) de organisatie van de gemeente Kapelle en ten behoeve van de verantwoording die daarover moet worden afgelegd;
onderdeel van een programma bestaande uit een samenstel van een aantal samenhangende producten of een enkel product van de productenraming en productenrealisatie.
Hoofdstuk 2: Begroting en verantwoording
Artikel 3 Planning en controlecyclus
Voor de aanvang van een begrotingsjaar biedt het college een overzicht aan met daarin in elk geval de data voor het aanbieden door het college en het vaststellen door de raad van de kadernota, de jaarstukken, de tussentijdse rapportages en de begroting met de meerjarenraming.
Artikel 5 Autorisatie begroting en investeringskredieten en begrotingswijzigingen
De raad autoriseert met het vaststellen van de begroting de totale lasten en de totale baten per programma en het overzicht geldmiddelen en onvoorzien, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen structurele en incidentele baten en lasten.
Bij de begrotingsbehandeling geeft de raad aan van welke nieuwe investeringen hij op een later tijdstip een apart voorstel voor autorisatie van het investeringskrediet wil ontvangen. De overige nieuwe investeringen worden bij de begrotingsbehandeling met het vaststellen van de financiële positie geautoriseerd.
Het college informeert in ieder geval de raad via de tussentijdse rapportage over activiteiten die het bedrag van € 15.000,-- aan exploitatielasten niet overschrijden.
Het college voert een activiteit, die meer exploitatielasten dan € 15.000,-- betekent, pas uit, nadat de raad hierover een besluit heeft genomen.
Voor investeringen in de loop van het begrotingsjaar die niet in de begroting zijn opgenomen, legt het college vooraf aan het aangaan van verplichtingen een investeringsvoorstel en een voorstel voor het vaststellen van een investeringskrediet aan de raad voor en de eventueel daarbij behorende begrotingswijziging
Artikel 6 Tussentijdse rapportage
De tussentijdse rapportages bevatten een uiteenzetting over de uitvoering en de bijstelling van het beleid inclusief de investeringskredieten en een overzicht met de bijgestelde raming van:
a.de baten en de lasten per programma;
b.het overzicht van de geldmiddelen en onvoorzien;
c.het resultaat voor bestemming volgend uit de onderdelen a en b;
d.de (beoogde) toevoegingen en onttrekkingen aan reserves per programma;et resultaat na bestemming volgend uit de onderdelen c en d.
Hoofdstuk 3: Financieel beleid
Artikel 7 Waardering & afschrijving van vaste activa
Activering, waardering en afschrijving geschiedt zoals door de raad is vastgesteld in de Notitie activering, waardering en afschrijving vaste activa 2012.
Toepassing van onvoorzien geschiedt zoals door de raad is vastgesteld in de Notitie onvoorzien 2008.
Artikel 9 Reserves en voorzieningen
Het college biedt de raad jaarlijks gelijktijdig bij de begroting de (bijgestelde) Nota reserves en voorzieningen aan. De raad stelt deze nota vast in de vergadering waarin ook de begroting wordt vastgesteld.
Artikel 12 Financieringsfunctie
Het college neemt bij het uitvoeren van de financieringsfunctie de volgende richtlijnen in acht:
het uitzetten van overtollige geldmiddelen gebeurt bij voorkeur bij financiële ondernemingen (of de door hen uitgegeven waardepapieren) die gevestigd zijn in een lidstaat van de EER, Europese Economische Ruimte, die langer dan drie maanden over minimaal een AAA rating beschikken. Deze rating dient door ten minste twee ratingbureaus te zijn afgegeven.
Bij het uitzetten van middelen, het verstrekken van garanties en het aangaan van financiële participaties uit hoofde van de publieke taak bedingt het college indien mogelijk zekerheden. Het college motiveert in zijn besluit het openbaar belang van dergelijke uitzettingen van middelen, verstrekkingen van garanties en financiële participaties.
In de paragraaf bedrijfsvoering bij de begroting en de jaarstukken neemt het college naast de verplichte onderdelen op grond van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten in ieder geval op:
Hoofdstuk 5: Financieel beheer en interne controle
Het college zorgt ten behoeve van het getrouwe beeld van de jaarrekening en de rechtmatigheid van de baten en lasten en balansmutaties voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de beheershandelingen. Bij afwijkingen neemt het college maatregelen tot herstel.