Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bonaire

EILANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 29e juli 1970 houdende regelen bij ziekte, overlijden en overtredingen door werknemers in dienst van het eilandgebied Bonaire

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBonaire
OrganisatietypeCaribisch openbaar lichaam
Officiële naam regelingEILANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 29e juli 1970 houdende regelen bij ziekte, overlijden en overtredingen door werknemers in dienst van het eilandgebied Bonaire
CiteertitelEILANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 29e juli 1970 houdende regelen bij ziekte, overlijden en overtredingen door werknemers in dienst van het eilandgebied Bonaire
Vastgesteld doorBestuurscollege
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling is vastgesteld en in werking getreden vóór 10-10-2010, maar op grond van artikel 7 van de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en het Eilandsbesluit vaststellen positieve lijst regelgeving Bestuurscollege Bonaire (AB 2010, nr. 19) tevens vastgesteld voor het openbaar lichaam Bonaire en derhalve met ingang van 10-10-2010 in het openbaar lichaam Bonaire van toepassing.

Bij de oorspronkelijke regeling was in artikel 6 bepaald dat zij in werking zou treden met ingang van 1-8-1970. Na het verstrijken van die datum is - met terugwerkende kracht tot en met 1-8-1970 - bij de wijziging van deze verordening bij A.B. 1970, no. 12, die bepaling in artikel 6 vervangen door de bepaling dat de oorspronkelijke regeling in werking zou treden met ingang van een nader te bepalen datum. Vervolgens is bij besluit van 24-6-1971 (A.B. 1971, no. 10) die bepaling in artikel 6 vervangen door de hier opgenomen bepaling, waarbij de inwerkingtredingsdatum is vastgesteld op 1-7-1971.

Het tijdstip van inwerkingtreding van de wijziging van deze verordening bij A.B. 1970, no. 12, - dat ligt voor de datum van publicatie - is niet door uitdrukkelijke verlening van terugwerkende kracht vastgesteld. Die wijziging is in werking getreden voor het oorspronkelijke besluit.

De inwerkingtredingsbepaling van het wijzigingsbesluit van 15-10-1980 (A.B. 1980, no. 21) - waaraan terugwerkende kracht was verleend - is gewijzigd bij het na de inwerkingtredingsdatum van dat wijzigingsbesluit gepubliceerde besluit van 3-11-1980 (A.B. 1980, no. 23), waardoor ook de terugwerkende kracht ongedaan werd gemaakt.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen van 08 OKT. 2010 no. 12 tot vaststelling van de eilandsbesluiten, houdende algemene maatregelen voor het openbaar lichaam Bonaire

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010Bestendiging eilandsregeling in het openbaar lichaam

08-10-2010

A.B. 2010, no. 19

Onbekend
01-12-198010-10-2010art. 5

15-10-1980

A.B. 1980, no. 21

n.v.t.
01-07-1971art. 6

24-06-1971

A.B. 1971, no. 10

n.v.t.
01-07-1971Nieuwe regeling

29-07-1970

A.B.1970, no. 11

n.v.t.
01-08-197001-08-1970art. 6

22-09-1970

A.B. 1970, no. 12

n.v.t.

Tekst van de regeling

Intitulé

EILANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 29e juli 1970 houdende regelen bij ziekte, overlijden en overtredingen door werknemers in dienst van het eilandgebied Bonaire

 

 

AFDELING

Artikel 1

Dit besluit is van toepassing op de werknemers, die op mondelinge of schriftelijke arbeidsovereenkomst, onder genot van een weekloon of een maandloon gedurende ten minste drie maanden in eilandsdienst werkzaam zijn.

Artikel 2

De Landsverordening van de 18de maart 1946 houdende voorziening inzake de verlening van een tegemoetkoming in de kosten van geneeskundige behandeling en/of verpleging van ambtenaren en hun gezinsleden en van de gezinsleden van de werklieden (P.B. 1958 no. 32) is van overeenkomstige toepassing op de werknemers.

Artikel 3 Voorzieningen bij ziekte en ongeval.

De Landsverordening Ziekteverzekering (P.B. 1966, no. 15) en de Landsverordening Ongevallenverzekering (P.B. 1966, no. 14) en de uit kracht daarvan gegeven voorschriften zijn op de werknemers van toepassing met dien verstande dat:

  • 1.

    het recht op de daarin bedoelde tegemoetkoming bestaat tegenover het Eilandgebied Bonaire en vrije geneeskundige behandeling wordt verstrekt door geneeskundigen in dienst van het Eilandgebied Bonaire;

  • 2.

    het recht op geneeskundige behandeling en verpleging terzake van eenzelfde ziekteoorzaak niet na één jaar vervalt zoals bepaald in artikel 4, lid 1 laatste volzin van de Landsverordening Ziekteverzekering (P.B. 1966, no. 15)

  • 3.

    aan de werknemer van eilandswege kosteloos een bril met eenvoudig montuur wordt verstrekt indien de behandelende geneeskundige dit voorschrijft;

  • 4.

    aan de nagelaten betrekkingen van een werknemer, die als gevolg van een hem overkomen ongeval is overleden in afwijking van het bepaalde in artikel 5 lid 8 van de Landsverordening Ongevallenverzekering (P.B. 1966, no. 14) de werkelijke kosten van de begrafenis tot ten hoogste een bedrag van f. 1.000,-- worden uitbetaald. Indien de betrokken werknemer tot geneeskundige behandeling en verpleging of voor herstel van gezondheid naar een ander eiland van de Nederlandse Antillen of naar het buitenland is gezonden en aldaar overlijdt, komen tevens de transportkosten van het stoffelijk overschot van het buitenland naar het Eilandgebied Bonaire ten laste van het Eilandgebied Bonaire;

  • 5.

    de werknemer bij algehele arbeidsongeschiktheid recht kan doen gelden op het navolgende ziekengeld of ongevallengeld:

    • a.

      indien hij gehuwd is of ongehuwd en kostwinner:

      gedurende de eerste zesentwintig weken: bij huisverpleging en bij ziekenhuisverpleging 100% van het loon;

      gedurende de daaropvolgende zesentwintig weken:

      bij huisverpleging en bij ziekenhuisverpleging 85% van het loon;

    • b.

      indien hij ongehuwd en geen kostwinner is:

      gedurende de eerste zesentwintig weken:

      bij huisverpleging 100% van het loon en bij ziekenhuisverpleging 85% van het loon;

      gedurende de daaropvolgende zesentwintig weken:

      bij huisverpleging en bij ziekenhuisverpleging 70% van het loon;

    • c.

      bij ziekte of gebreken, welke het rechtstreeks gevolg zijn van de uitoefening van de dienst en niet aan de schuld of onvoorzichtigheid van de werknemer zijn te wijten, tot het tijdstip van herstel:

      gedurende de eerste tweeënvijftig weken bij huisverpleging en bij ziekenhuisverpleging 100% van het loon;

      gedurende de verdere duur:

      • I.

        indien de werknemer gehuwd is of ongehuwd en kostwinner bij huisverpleging en bij ziekenhuisverpleging 60% van het loon;

      • II.

        indien de werknemer ongehuwd en geen kostwinner is bij huisverpleging en bij ziekenhuisverpleging 50% van het loon;

    • d.

      bij ziekte, veroorzaakt door andere omstandigheden dan bedoeld onder c., wordt over de dag waarop de arbeidsongeschiktheid aanving en de daaropvolgende dag der verhindering geen loon uitgekeerd. Niettemin wordt over de dag waarop de arbeidsongeschiktheid aanving en de daaropvolgende dag loon uitgekeerd, indien naar het oordeel van de behandelende geneeskundige de ziekte opneming in een ziekeninrichting noodzakelijk maakt. Het loon wordt over bedoelde twee dagen eveneens uitgekeerd, indien de duur van de ziekte ten gevolge van dezelfde ziekteoorzaak langer dan twee dagen bedraagt, ook wanneer geen opneming in een ziekeninrichting noodzakelijk is geweest.

Artikel 4 Smartegeld.

Bij overlijden van een werknemer, die op de dag van overlijden tenminste één jaar in dienst is, geldt het navolgende:

  • 1.

    zo spoedig mogelijk na het overlijden van de werknemer, wordt aan de weduwe of weduwnaar een som uitgekeerd, gelijk aan dertien maal het bedrag van het wekelijkse loon op het tijdstip van overlijden.

  • 2.

    indien de overleden werknemer op het tijdstip van overlijden niet in actieve dienst is, wordt een bedrag uitgekeerd gelijk aan dertien maal hetgeen hij als wekelijks loon zou hebben genoten, indien hij op de eerste dag der week van het overlijden in activiteit was geweest.

  • 3.

    indien de overleden werknemer geen weduwe of weduwnaar nalaat, geschiedt de uitkering ten behoeve van de minderjarige wettige of erkende natuurlijke kinderen van de werknemer. Ontbreken ook zodanige kinderen, dan geschiedt de uitkering, indien de overledene kostwinner was van ouders, broers, zuster, meerderjarige kinderen of stiefkinderen, ten behoeve van deze betrekkingen.

  • 4.

    laat de overleden werknemer ook geen betrekking als onder 3 bedoeld na, dan wordt het onder 1. bedoelde bedrag geheel of ten dele aangewend voor de betaling van de kosten van de laatste ziekte en van de lijkbezorging.

Artikel 5 Disciplinaire maatregelen

  • 1.

    De werknemer, die de hem bekende dienstvoorschriften niet nakomt of de hem gegeven dienstopdrachten niet of niet op de juiste wijze uitvoert kan door het Bestuurscollege disciplinair worden gestraft met:

    • a.

      mondelinge of schriftelijke berisping;

    • b.

      schorsing gedurende ten hoogste drie maanden, in welk geval de aanspraak van de werknemer op loon gedurende de schorsing vervalt;

    • c.

      ontslag.

  • 2.

    Schorsing en ontslag geschieden bij een met redenen omkleed besluit van het Bestuurscollege.

Artikel 6 Slotbepalingen

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juli 1971.