Organisatie | Bonaire |
---|---|
Organisatietype | Caribisch openbaar lichaam |
Officiële naam regeling | EILANDVERORDENING van de 22e juni 1967 houdende voorzieningen tot bescherming en behoud van de in en bij het eiland Bonaire aanwezige natuurgebieden en monumenten (Natuurbeschermings- en monumentenverordening 1967) |
Citeertitel | Natuurbeschermings- en monumentenverordening 1967 |
Vastgesteld door | Eilandsraad |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vastgesteld en in werking getreden vóór 10-10-2010, maar op grond van artikel 7 van de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Positieve lijst regelgeving Eilandsraad Bonaire (AB 2010, no. 20) dan wel het Eilandsbesluit vaststellen positieve lijst regelgeving Bestuurscollege Bonaire (AB 2010, nr. 19) tevens vastgesteld voor het openbaar lichaam Bonaire en derhalve met ingang van 10-10-2010 in het openbaar lichaam Bonaire van toepassing.
Deze regeling is ingetrokken bij eilandsverordening van 1-9-2008 (A.B. 2008, no. 23) met ingang van 9-10-2008.
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
24-06-1967 | 09-10-2008 | Nieuwe regeling | 22-06-1967 A.B. 1967, no. 7 | onbekend |
Tot bescherming en behoud van de in en bij het eiland aanwezige natuurgebieden, waaronder begrepen onderwater-kustgebieden, en uit volkenkundig, oudheidkundig en geschiedkundig oogpunt belangrijke objecten, kan het Bestuurscollege bij eilandsbesluit reservaten en monumenten aanwijzen en voor het beheer daarvan regelen stellen.
Het algemeen beheer over de in artikel 2 bedoelde reservaten en monumenten berust bij het Bestuurscollege, dat een derde met het dagelijks beheer kan belasten.
in een natuurreservaat of cultuurmonument met opzet of door onachtzaamheid schade toe te brengen aan de bodem, de flora, de fauna, en de volkenkundige, oudheidkundige of geschiedkundige objecten, dan wel handelingen te verrichten, waardoor afbreuk wordt gedaan aan de waarde van het reservaat of monument als zodanig,
De in artikel 4 en 5 bedoelde verbodsbepalingen zijn niet van toepassing op personen, aan wie door het bestuurscollege een schriftelijke vergunning is verleend of aan wie door het bestuurscollege opdracht is gegeven om, met inachtneming van de daarin gestelde voorwaarden, één of meer der in genoemde artikelen bedoelde handelingen te verrichten ten behoeve van wetenschappelijke, opvoedkundige, culturele of andere doeleinden, dan wel om de reservaten en monumenten beter aan hun doel te doen beantwoorden.
Indien tijdens het plegen van het feit nog geen twee jaren zijn verlopen sedert een gelijk of enig ander in lid 1 van dit artikel strafbaar gesteld feit onherroepelijk is geworden of vrijwillig is voldaan aan de voorwaarde door de bevoegde ambtenaar van het Openbaar Ministerie krachtens art. 76 van het wetboek van strafrecht van de Nederlandse Antillen gesteld, kan het dubbele van de in het vorige lid bedoelde straffen worden opgelegd.
De in of krachtens deze verordening strafbaar gestelde feiten worden beschouwd als overtredingen.
Met het opsporen van de bij of krachtens deze verordening strafbaar gestelde feiten zijn,
behalve de in het Wetboek van Strafverordening aangewezen personen, belast: