Organisatie | Gemert-Bakel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid Gemeente Gemert-Bakel |
Citeertitel | Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid Gemeente Gemert-Bakel |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp |
Geen
Deze regeling vervangt de “Verordening procedure huisvesting onderwijs gemeente Gemert” d.d. 26 september 1996 en de “Verordening procedure overleg huisvesting gemeente Bakel en Milheeze” d.d. 29 oktober 1996.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
04-04-1998 | Nieuwe regeling | 19-03-1998 Gemerts-Nieuwsblad, 3 April 1998 | Onbekend |
De raad der gemeente Gemert-Bakel,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 10 maart 1998;
gelet op de bepalingen over het op overeenstemming gericht overleg in de onderwijswetgeving;
overwegende dat het noodzakelijk is een regeling vast te stellen voor het overleg tussen de gemeente en de schoolbesturen over het lokaal onderwijsbeleid;
Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente Gemert-Bakel
In deze verordening wordt verstaan onder:
Schoolbestuur: het bevoegd gezag van een volgens de Wet op het basisonderwijs, de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de Wet op het voortgezet onderwijs bekostigde openbare of bijzondere school voor basisonderwijs, voor speciaal onderwijs, voor voortgezet speciaal onderwijs, voor boorbereidend wetenschappelijk onderwijs, voor algemeen voortgezet onderwijs, voor voorbereidend beroepsonderwijs, die gelegen is op het grondgebied van de gemeente;
Paragraaf 2.2. Voorbereiding overleg
Burgemeester en wethouders kunnen een voorbereidend overleg instellen dat voorafgaat aan het overleg in het overlegorgaan. Dit voorbereidend overleg wordt afgerond met een inventarisatie van de onderwerpen waarover al dan niet overeenstemming is bereikt. Per onderwerp wordt aangegeven of het gaat om een onderwerp als bedoeld in artikel 2, tweede lid onder a.
Burgemeester en wethouders kunnen een agenda-overleg instellen. Hierin wordt nagegaan welke onderwerpen op welk tijdstip in het overlegorgaan aan de orde kunnen komen. Op grond hiervan stelt de directeur van de sector Welzijn de agenda op, welke bij aanvang van de bespreking in het overlegorgaan lokaal onderwijsbeleid door de deelnemers wordt vastgesteld.
Paragraaf 2.3 . Uitvoering overleg
Artikel 9 Advies onderwijsraad
Indien een of meer schoolbesturen of burgemeester en wethouders een advies wensen over een onderwerp waarop het op overeenstemming gericht overleg van toepassing is, maken ze dit uiterlijk kenbaar in het overleg waarin het onderwerp in finale zin aan de orde is.
Dit gebeurt aan de hand van een schriftelijk gemotiveerde omschrijving van het onderwerp waarover het advies wordt verwacht. Hierbij wordt tevens het verband aangegeven tussen het onderwerp en de vrijheid van richting van het onderwijs.
De wettelijke termijn voor het uitbrengen van het advies wordt opgeschort met ingang van de dag waarop de Onderwijsraad burgemeester en wethouders uitnodigt het verzoek voor het uitbrengen van het advies aan te vullen met de gegevens die hij nodig heeft voor een goede vervulling van zijn taak, tot de dag waarop het verzoek is aangevuld.
Burgemeester en wethouders zenden zo spoedig mogelijk een afschrift van het uitgebrachte advies aan alle schoolbesturen. Indien het geheel of gedeeltelijk opvolgen van het advies zou leiden tot een of meer inhoudelijke bijstellingen van het voorstel over het onderwerp waarover advies is gevraagd, worden de schoolbesturen bij de toezending van het afschrift van het advies uitgenodigd voor nader overleg.
In alle andere gevallen beoordelen burgemeester en wethouders of nader overleg over het advies noodzakelijk is. Zij geven dit aan bij de toezending van het afschrift van het advies.
Artikel 10 Verslaglegging; informeren raad
Het overlegorgaan stelt het verslag vast. In afwijking hiervan kunnen burgemeester en wethouders het verslag ter commentaar toezenden aan de schoolbesturen. In dat geval maken de schoolbesturen die deel hebben genomen aan het overleg, schriftelijk binnen veertien dagen na de dag waarop het conceptverslag is toegezonden hun opmerkingen over het concept van het verslag kenbaar. Burgemeester en wethouders stellen het verslag vast met inachtneming van de opmerkingen.
Burgemeester en wethouders brengen het verslag gelijktijdig met het voorstel over het onderwerp ter kennis van de raad. Voorzover burgemeester en wethouders afwijken van de tijdens het overleg naar voren gebrachte zienswijzen, wordt dit gemeld in het voorstel van de raad. Daarbij geven zij de redenen aan van het niet of niet geheel overnemen van deze zienswijzen.
Indien uit het oordeel van de betrokken raadscommissie over het voorgenomen voorstel aan de raad over een onderwerp blijkt dat de meerderheid van de raadscommissie of een deel van de raadscommissie dat volgens burgemeester en wethouders geacht wordt een meerderheid in de raad te vertegenwoordigen, van oordeel is dat het voorstel inhoudelijk bijstelling behoeft, dan kan een heropening van het overleg plaatsvinden. Burgemeester en wethouders beslissen daarover. Zij heropenen het overleg in ieder geval indien de inhoudelijke bijstelling betrekking heeft op een onderwerp als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onder a, waarover overeenstemming in het overlegorgaan was bereikt.
Indien burgemeester en wethouders besluiten het overleg te heropenen, dan roepen zij het overlegorgaan zo spoedig mogelijk bijeen, doch uiterlijk vóór het moment waarop de raad een definitief besluit neemt over het onderwerp. In dit overleg hebben de vertegenwoordigers de gelegenheid hun zienswijze te geven op het oordeel van de raadscommissie. Burgemeester en wethouders informeren de raad over het resultaat van dit overleg in de vorm van een aanvulling op het verslag als bedoeld in artikel 10. De raad betrekt de in dit aanvullend verslag neergelegde zienswijzen bij zijn definitieve besluitvorming over het onderwerp.
Artikel 12 Beslissing burgemeester en wethouders in gevallen waarin de verordening niet voorziet
In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders, gehoord de vertegenwoordigers van de bevoegde schoolbesturen in het overleg.