Organisatie | Gelderland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Beleidsregels actief bodembeheer Rijntakken en Maas 2003 |
Citeertitel | Beleidsregels actief bodembeheer Rijntakken en Maas 2003 |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp | water, bodem, milieu |
1 Tweede Kamer, vergaderjaar 1993-1994, 23 450, nr. 1 2 Beleidsnotitie Actief Bodembeheer maas en Beleidsnotitie Actief Bodembeheer Rijntakken door Provinciale Staten van Gelderland vastgesteld bij besluit van 29 januari 2003, nr. E-315 3 Het betreft hier een beheersgebied in het kader van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (Wvo)
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
04-12-2009 | 14-05-2016 | Onbekend | 01-12-2009 Provinciaal Blad 2009/156 | 2009-012017 |
Vastgesteld bij besluit van Gedeputeerde Staten van 15 april 2003, nr. MW2003.15605 (Provinciaal Blad nr. 2003/114 van 21 augustus 2003). Laatstelijk gewijzigd bij besluit van Gedeputeerde Staten van 1 december 2009 (Provinciaal Blad 2009/156. In werking getreden op 4 december 2009. Wet milieubeheer
Artikel 2. Beleidsregel inzake vergunningverlening ex artikel 8.1 Wet milieubeheer wat betreft het begrip `baggerspecie’ als bedoeld in het Besluit stortplaatsen en stortverboden afvalstoffen (voorheen: Besluit stortverbod afvalstoffen)
Artikel 4. Beleidsregel inzake vergunningverlening ex artikel 8.1 Wet milieubeheer wat betreft het begrip `baggerspecie’ als bedoeld in het Stortbesluit bodembescherming
Artikel 5. Beleidsregel inzake vergunningverlening ex artikel 8.1 Wet milieubeheer wat betreft de minimale omvang van een baggerspeciestortplaats als bedoeld in het Beleidsstandpunt verwijdering baggerspecie1.
In afwijking van het Beleidsstandpunt verwijdering baggerspecie geldt bij de verwerkingsoptie 'Storten in putten', beschreven in de beleidsnotities2, voor een baggerstortplaats een minimale omvang van 100.000 m3. Hierbij gelden de navolgende voorwaarden:
- er mag alleen uiterwaarden- of weerdgrond uit hetzelfde Wvo-beheersgebied3 geborgen worden, met dien verstande dat het is toegestaan om diffuus verontreinigde uiterwaarden- of weerdgrond uit diverse projecten in één put te bergen; - de te bergen grond is niet verontreinigd door een puntbron; - er geldt een vergunning- en nazorgplicht ingevolge de Wet milieubeheer”;
Artikel 6. Beleidsregel inzake vergunningverlening ex artikel 8.1 Wet milieubeheer wat betreft een aanvullend vereiste op het Beleidsstandpunt verwijdering baggerspecie betreffende de leeflaag
Artikel 7. Beleidsregel inzake vergunningverlening ex artikel 8.1 Wet milieubeheer wat betreft het begrip `baggerspecie’ als bedoeld in categorie 18.3 van onderdeel C van de bijlage, behorende tot het Besluit milieueffectrapportage.
Artikel 11. Beleidsregel inzake de bevoegdheid ingevolge artikel 39 Wbb wat betreft een aanvullend vereiste op het Beleidsstandpunt verwijdering baggerspecie betreffende de leeflaag
Bij de verwerkingsoptie `Storten in putten’, beschreven in de beleidsnotities, wordt op een stortplaats ter afdekking een leeflaag aangebracht die voldoet aan de vereisten, gesteld in die notities bij de verwerkingsoptie ‘Bodem blijft bodem’.