Organisatie | Aalburg |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Fraudebestrijding bijstandsuitkeringen (verordening) |
Citeertitel | Verordening fraudebestrijding bijstandsuitkeringen |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
De exacte publicatiedatum van deze regeling kan niet meer worden achterhaald.
Wet werk en bijstand, art. 8a
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-2005 | Nieuwe regeling | 31-03-2005 Onbekend | Geen |
Hoofdstuk II De wijze van terug- en invordering
Terugvordering geschiedt, voor zover de bijstand:
anderszins onverschuldigd is betaald voor zover belanghebbende dit redelijkerwijs had kunnen begrijpen, waaronder begrepen: - de belanghebbende naderhand met betrekking tot de periode waarover bijstand is verleend, over in aanmerking te nemen middelen beschikt of kan beschikken; - bijstand is verleend met een bepaalde bestemming en naderhand door de belanghebbende vergoedingen tegemoetkomingen worden ontvangen met het oog op die bestemming.
Indien het benadelingsbedrag gedurende het lopende kalenderjaar niet volledig kan worden ingevorderd, zal het resterende deel, met toepassing van artikel 58, vierde lid, WWB, na afloop van het desbetreffende kalenderjaar worden verhoogd met de verschuldigde loonbelasting, de premies volksverzekeringen, alsmede met de ziekenfondspremie.
Op grond van het bepaalde in artikel 8a van de Wet werk en bijstand, dient de gemeenteraad, in het kader van het financiële beheer, bij verordening regels te stellen voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand, alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet. Artikel 212 van de Gemeentewet is in deze van toepassing. Hierin wordt gesteld dat de door de raad vast te stellen regels aan de eisen van rechtmatigheid, verantwoording en controle dienen te voldoen.
In deze verordening wordt aangegeven hoe gehandeld dient te worden indien sprake is van het ten onrechte verlenen van bijstand, als gevolg van het verwijtbaar, niet nakomen van de inlichtingenverplichtingen. In artikel 7 van de afstemmingsverordening is bepaald hoe het college handelt bij zeer ernstig misdragen tegenover de medewerkers of het college van de degene die een uitkering aanvraagt of ontvangt. Ook wordt in dit artikel bepaalt wanneer aangifte wordt gedaan bij het Openbaar Ministerie. Het uitgangspunt is dat in alle gevallen tot terugvordering wordt overgegaan, behalve wanneer het benadelingsbedrag minder is dan € 100,--; bij recidive, ongeacht het benadelingsbedrag, wordt altijd tot terugvordering overgegaan.
Afzien van terugvordering op grond van een dringende reden Er moet iets bijzonders en uitzonderlijk aan de hand zijn, waardoor het opleggen van de verlaging/korting voor belanghebbende tot onaanvaardbare gevolgen leidt. Omstandigheden, die bij de overweging van de ernst van het feit, de mate van verwijtbaarheid en de omstandigheden van persoon en gezin een rol spelen zijn in deze situatie niet aan de orde, aangezien deze aspecten bij de beoordeling van de hoogte van de verlaging/korting zijn meegenomen. Het gaat om incidentele gevallen, waarbij een individuele afweging van alle relevante omstandigheden dient plaats te vinden; van algemene of categoriale afwijkingen kan geen sprake zijn. Bij dringende reden kan worden gedacht aan financiële redenen en immateriële redenen. Doelmatigheidsoverwegingen in de zin van kosten-batenafweging mogen geen rol spelen bij het besluiten af te zien van terugvordering.
Hierin wordt aangegeven de manier waarop de ten onrechte verleende WWB-uitkering wordt terug-en ingevorderd. Het uitgangspunt is dat in alle gevallen tot terugvordering wordt overgegaan, behalve wanneer het benadelingsbedrag minder is dan € 100,--; bij recidive, ongeacht het benadelingsbedrag, wordt altijd tot terugvordering overgegaan.
Indien sprake is van een benadelingsbedrag van meer dan € 6.000,--wordt proces-verbaal opgemaakt en aangifte gedaan. Dit bedrag is gebaseerd op de aangifterichtlijn sociale zekerheid.
Hierin is opgenomen, dat de raad jaarlijks de onderwerpen bepaalt waarover gerapporteerd dient te worden in het Verslag over de uitvoering.