Organisatie | Woerden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening voor periodiek onderzoek door het college naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur, van de gemeente Woerden |
Citeertitel | Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Woerden |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | bestuur en recht |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2004 | nieuwe regeling | 30-10-2003 | 2003/16 |
De raad van de gemeente woerden, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 oktober 2003; gelet op artikel 213a Gemeentewet; besluit; vast te stellen de "Verordening voor periodiek onderzoek door het college naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur, van de gemeente Woerden"
In deze verordening wordt verstaan onder:
De mate waarin de gewenste prestaties en beoogde maatschappelijke effecten worden gerealiseerd met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen, of met de beschikbare middelen zo veel mogelijk resultaat wordt bereikt.
De mate waarin de gewenste prestaties en beoogde maatschappelijke effecten van het beleid daadwerkelijk worden behaald.
Artikel 2 Onderzoeksfrequentie
1. Het college onderzoekt jaarlijks de doelmatigheid van (onderdelen van) de organisatie-eenheden van de gemeente en de uitvoering van taken door de gemeente. Iedere gemeentelijke organisatie-eenheid en gemeentelijke taak wordt minimaal eens in de twee raadsperioden in zijn geheel aan een dergelijke toets onderworpen.
2. Het college onderzoekt jaarlijks de doeltreffendheid van minimaal één (deel van) programma en één paragraaf.
1. Het college zendt ieder jaar uiterlijk voor 1 september een onderzoeksplan naar de raad voor de in het erop volgende jaar te verrichten interne onderzoeken naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid.
2. In het onderzoeksplan wordt per intern onderzoek globaal aangegeven:
b. de reikwijdte van het onderzoek;
d. doorlooptijd van het onderzoek;
3. In het jaarplan wordt aangegeven welke budgetten in de begroting zijn opgenomen voor de uitvoering van de onderzoeken.
4. Het college stelt de rekenkamer of, indien geen rekenkamer is ingesteld de personen die de rekenkamerfunctie uitoefenen, tijdig op de hoogte van de onderzoeken die het doet instellen.
Artikel 4 Voortgang onderzoeken
Het college rapporteert in de bedrijfsvoeringparagraaf van de begroting en jaarstukken over de voortgang van de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid en de uitputting van bijbehorende budgetten.
Artikel 5 Rapportage en gevolgtrekking
1. De uitkomsten van een onderzoek worden vastgelegd in een rapportage. Elke rapportage bevat tenminste een analyse van de onderzoeksresultaten en indien nodig aanbevelingen voor verbeteringen.
2. Op basis van de resultaten van ieder onderzoek stelt het college indien nodig een plan van verbetering op. De rapportage en het plan van verbetering worden ter kennisgeving aan de raad aangeboden. Het college neemt op basis van het plan van verbetering organisatorische maatregelen.
3. Het college zendt de rekenkamer of, indien geen rekenkamer is ingesteld de personen die de rekenkamerfunctie uitoefenen, een afschrift van een verslag bedoeld in het eerste en tweede lid.