Organisatie | Houten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel subsidieverstrekkingen algemeen |
Citeertitel | Beleidsregel subsidieverstrekkingen algemeen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 1.4 van de Algemene subsidieverordening
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-02-2010 | 01-04-2012 | nieuwe regeling | 19-01-2010 Houtens Nieuws | BWV10.0032 |
Artikel 5 Initiatief bij aanvrager
Artikel 9 Beoordelingscriteria subsidieverlening
Artikel 10 Beoordelingscriteria subsidievaststelling
Artikel 13 Vaststellen zonder verlening
Artikel 15 Inwerkingtreding en publicatie
Aanwijzing voor de verantwoording en de controle van subsidies vanaf € 50.000,--
------------------------------------------------------------------------
De beleidsregel heeft betrekking op aanvragen, bescheiden, termijnen, beoordelingen en besluiten van structurele subsidies en budgetsubsidies op grond van de Algemene subsidieverordening.
Ter motivering van een besluit door of namens het college genomen kan worden volstaan met een verwijzing naar deze beleidsregel (art. 4:82 Awb).
Het college mag in bijzondere omstandigheden of bij onevenredige gevolgen van deze beleidsregel afwijken.
Artikel 5 Initiatief bij aanvrager
Het initiatief om een aanvraag in te dienen berust bij de aanvrager. De gemeente is niet verplicht de aanvrager te wijzen op het indienen van een aanvraag.
Het gebruik van het aanvraagformulier subsidieverlening en van het aanvraagformulier subsidievaststelling is verplicht.
De aanvraag tot subsidievaststelling moet worden ingediend binnen een bij de subsidieverlening te bepalen termijn (art. 4:44,lid 2 Awb). In de beschikking tot subsidieverlening wordt deze termijn bepaald op 1 juni van het kalenderjaar volgende op die van de subsidieverlening, tenzij de uitvoering van de activiteiten en/of prestaties een andere termijn rechtvaardigen.
Artikel 9 Beoordelingscriteria subsidieverlening
De inhoudelijke toets houdt in:
De activiteiten en/of prestaties moeten passen binnen het gemeentelijk beleid. Onder beleid vallen vastgestelde beleidsnota’s, de programma- en gemeentebegroting, de beleidsdoelen, genoemd in het overzicht onder g, en andere vastgestelde besluiten van de raad en het college, waarin beleidsvoornemens en ontwikkelingen worden genoemd. Als de gemeente geen beleid heeft vastgesteld dan past een aanvraag niet in het gemeentelijk beleid.
De verplichtingen, die aan iedere subsidieverlening worden verbonden, luiden:
de subsidieontvanger moet een accountantscontrole laten uitvoeren als bedoeld in artikel 4:78 van de Algemene wet bestuursrecht, indien de subsidieverlening € 50.000,-- of meer bedraagt; de goedkeurende accountantsverklaring moet bij de aanvraag tot subsidievaststelling van het subsidiejaar worden gevoegd;
de aanvraag tot subsidievaststelling voor het jaar, waarvoor subsidie is verleend, moet vóór 1 juni van het komend jaar worden ingediend bij het college, onder overlegging van het aanvraagformulier subsidievaststelling, een financieel verslag, dan wel een jaarrekening, een activiteitenverslag, een bestedingsplan van bestemmingsreserves en een vermelding van de omvang van een egalisatiereserve (art. 4:61 Awb) en een goedkeurende accountantsverklaring (bij € 50.000,-- of meer subsidie);
de aanvraag tot subsidieverlening voor het komend kalenderjaar moet vóór 1 oktober van het voorafgaande subsidiejaar worden ingediend bij het college onder overlegging aanvraagformulier subsidieverlening, een activiteitenplan, een begroting, een bestedingsplan van bestemmingsreserves en een vermelding van de omvang van een egalisatiereserve (art. 4:61 Awb);
Artikel 13 Vaststellen zonder verlening
In de beschikking tot subsidievaststelling worden de activiteiten aangeduid waarvoor de subsidie bestemd is onder oplegging van de gebruikelijke verplichtingen. Voor het aflegging van een verklaring moet de aanvrager na uitvoering van de activiteiten het aanvraagformulier subsidievaststelling indienen, voorzien van dagtekening en handtekeningen.
Aanwijzing voor de verantwoording en de controle van subsidies vanaf € 50.000,--
In de afgelopen jaren heeft de gemeente Houten het nieuwe subsidiebeleid uitgevoerd. De processen rond de subsidieverstrekking zijn gestructureerd en geüniformeerd. De juridische, inhoudelijke en financiële kaders zijn gesteld. Op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Algemene subsidieverordening (Asv) hebben de gemeente en de gesubsidieerde instellingen over en weer rechten en plichten, die zich uitstrekken vanaf de eerste subsidieaanvraag tot en met de afrekening na de subsidievaststelling.
Deze aanwijzing richt zich op de verantwoording van de gesubsidieerde instellingen aan het gemeentebestuur over de met subsidiegelden uitgevoerde activiteiten en/of prestaties. De Aanwijzing is bedoeld om:
Deze aanwijzing heeft tot doel hierin duidelijkheid te brengen.
Vanaf het subsidiejaar 2010 maakt de aanwijzing onderdeel uit van de verplichtingen, zoals opgenomen in de beschikking tot subsidieverlening, waarin staat vermeld dat een instelling een goedkeurende accountantsverklaring moet overleggen, indien het verleende subsidiebedrag in enig jaar € 50.000,-- of meer bedraagt. Deze aanwijzing geldt voor alle subsidiesoorten. Het gestelde over reserves geldt niet voor incidentele subsidies, omdat het verleende subsidiebedrag is afgestemd op een eenmalige activiteit en/of prestatie of op de afgebakende, niet structurele activiteit voor maximaal 2 jaar en er feitelijk geen sprake kan zijn van een overschot.
De beleidsregel eigen vermogen en reserves subsidieontvanger en de beleidsregel subsidieverstrekkingen algemeen zijn van toepassing.
De aanwijzing is gebaseerd op artikel 4:79, lid 2 en artikel 4:37, lid 1 onder f van de Awb.
II.Reikwijdte en intensiteit van de accountantscontrole
Deze aanwijzing dient mede om de reikwijdte en intensiteit van de accountantscontrole nader aan te geven. Deze aanwijzing beoogt niet een aanpak voor de accountantscontrole voor te schrijven en kan dan ook niet worden beschouwd als een werkprogramma. De accountant zal zich bij zijn controle dienen te baseren op een (risico)analyse van de administratieve organisatie en interne controle van de te controleren gesubsidieerde instelling en op basis daarvan dienen te komen tot een optimale afweging van de in te zetten controlemiddelen. De aanwijzingen dienen bij de bepaling van de controlemaatregelen en de daarmee verband houdende controlemiddelen in aanmerking te worden genomen.
Deze aanwijzing geldt ook voor de naleving van de subsidieverplichtingen, zoals vermeld in de beschikking tot subsidieverlening van de instelling.
III.Beleidsdoelen en activiteiten en/of prestaties
Subsidies worden verleend om activiteiten en/of prestaties uit te voeren, die een bijdrage leveren aan de gemeentelijke beleidsdoelen. Dit gebeurt steeds vaker met behulp van objectief meetbare kengetallen. Beleidsdoelen en activiteiten en/of prestaties worden zoveel mogelijk “SMART” geformuleerd. SMART staat voor:
Specifiek: duidelijk herkenbaar
Meetbaar: in cijfers vast te leggen
Tijdgebonden: binnen afzienbare tijd te realiseren
Bij de vaststelling van de subsidie na afloop van een subsidietijdvak gaat het college na of de in de beschikking tot subsidieverlening bepaalde activiteiten en/of prestaties zijn gerealiseerd en of dat gevolgen heeft voor de vaststelling van de subsidie. De verantwoording zal dus zodanig dienen te zijn, dat de controle en vaststelling op een doeltreffende manier kan plaatsvinden. De verklaring van de gesubsidieerde instellingen op het aanvraagformulier subsidievaststelling dat de subsidiegelden aan de afgesproken activiteiten en/of prestaties zijn besteed en de noodzakelijke accountantsverklaring dienen als controlemiddel.
IV.Data en wijze van indiening verantwoordingsinformatie
Alle instellingen dienen hun verantwoording tijdig, d.w.z. binnen de in de beschikking genoemde datum in.
Ad a) Aanvraagformulier subsidievaststelling
Het gebruik van het aanvraagformulier is verplicht. De instelling geeft aan welke activiteiten en/of prestaties zijn uitgevoerd, legt rekening en verantwoording af en verklaart dat de verleende subsidiegelden besteed zijn aan de activiteiten en/of prestaties, zoals vermeld in de beschikking tot subsidieverlening van het betreffende jaar.
Niet alleen legt de gesubsidieerde instelling verantwoording af over de financiën, maar ook over de gerealiseerde activiteiten en/of prestaties. Daarvoor dient het inhoudelijke activiteitenverslag, waarin het bestuur van de gesubsidieerde instelling uiteenzet wat er in het afgelopen jaar is bereikt. Duidelijk dient te zijn in hoeverre de door de gemeente gesubsidieerde activiteiten en/of prestaties zijn gerealiseerd, wat de oorzaken zijn van eventuele afwijkingen en welke conclusies de instelling daaraan verbindt.
Ad c) Financieel jaarverslag of jaarrekening
Voor de beoordeling van de financiële positie van de gesubsidieerde instelling dient het college te beschikken over de jaarrekening van de gesubsidieerde instelling, ook als slechts een deel van de activiteiten en/of prestaties wordt gesubsidieerd.
De indeling van de staat van baten en lasten omvat drie kolommen: jaarrekening vorig verslagjaar, begroting verslagjaar en jaarrekening verslagjaar. De begroting voor het verslagjaar is de begroting, die als basis voor de subsidieverlening heeft gediend.
Wanneer de gesubsidieerde instelling gebruik maakt van een kostenverdeelstaat voor de toerekening van lasten en baten aan verschillende activiteiten en/of prestaties, vormt deze een onderdeel van de staat van baten en lasten en dus van de accountantsverklaring. De verleende subsidiebedragen dienen duidelijk herkenbaar in de jaarrekening te worden verantwoord.
Wanneer de jaarrekening met een voordelig of nadelig saldo sluit, dient uit de jaarrekening duidelijk te zijn wat er met het positieve saldo gebeurt of hoe het nadelige saldo zal worden gedekt.
De toelichting op de jaarrekening bevat een sluitende cijfermatige analyse van de financiële resultaten over het verslagjaar ten opzichte van de bij de aanvraag ingediende begroting. Analyse betekent, dat niet alleen de verschillen worden vermeld, maar ook de oorzaken en eventuele gevolgen daarvan.
Toevoegingen en onttrekkingen aan reserves (bestemmingsreserves of egalisatiereserve) worden afzonderlijk opgenomen en toegelicht. Duidelijk dient te zijn of het voor- of nadeligeexploitatiesaldo vóór of ná toevoegingen en onttrekkingen aan reserves of voorzieningen is bepaald.
De indeling van de balans is in principe gelijk aan die van het voorafgaande jaar. Een eventuele verandering gaat vergezeld van een duidelijke motivering en cijfermatige analyse van de verschillen. De balans verschaft inzicht in het eigen vermogen en eventuele reserves en voorzieningen en plannen tot aanwending daarvan. Af- en toenames in het verslagjaar worden toegelicht. Een negatieve reserve wordt apart toegelicht met een prognose hoe en binnen welke termijn deze ongedaan wordt gemaakt.
Voor het vormen of wijzigen van reserves is de toestemming van het college nodig (artikel 4:71, lid 1, onder g Awb). De instellingen dienen er rekening mee te houden dat deze toestemming niet wordt verleend bij incidentele subsidies.
Bij de bestemmingsreserves (reserve ter dekking van een vooraf vastgesteld bestemming, passend binnen de doelstelling van de instelling)behoort een bestedingsplan, waarin onder vermelding van de naam, het doel, de omvang, de toevoegingen en/of onttrekkingen en het gewenste bestedingsjaar van de reserve staan opgenomen.
Over de egalisatiereserve (een reserve, waarvan ten gunste onderscheidenlijk het ten laste het verschil tussen de vastgestelde subsidie en de werkelijke kosten van de activiteiten waarvoor subsidie werd verleend, komt)bepaalt de Asv dat het college een instelling kan verplichten een egalisatiereserve te vormen. Het exploitatieoverschot mag aan een door de subsidieontvanger te vormen egalisatiereserve wordt toegevoegd. Hiertoe dient vooraf toestemming van het college te worden gevraagd. De toevoeging bedraagt niet meer dan 10% van de in dat jaar verleende subsidiebedrag; het maximum van deze reserve mag 15% van het verleende subsidiebedrag bedragen.
Na evenredigheid van de mate waarin de subsidieverlening aan de egalisatiereserve heeft bijgedragen is de instelling verplicht de egalisatiereserve terug te betalen aan de gemeente als de gesubsidieerde activiteiten en/of prestaties worden beëindigd, de subsidie wordt ingetrokken of beëindigd of indien de instelling wordt ontbonden (artikel 4:72, lid 5 Awb).
Alle instellingen dienen er rekening mee te houden dat de gemeente geen budgetten reserveert voor subsidies ter dekking van exploitatietekorten.
De gesubsidieerde instelling is verplicht bij subsidies vanaf € 50.000 een controleopdracht te verstrekken aan een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, resulterend in een accountantsverklaring. De controle richt zich op de getrouwheid en rechtmatigheid van de verantwoordingsinformatie.
Een accountant kan vier soorten verklaringen afgeven, afhankelijk van de geconstateerde onjuistheden in de verantwoording/besteding of onzekerheden in de controle, gemeten in procenten van de omzet (zie verder onder V. Accountantsverklaring):
De accountant rapporteert over de uitkomst van de controle in een accountantsverklaring. Voor de strekking van de accountantsverklaring, goedkeurend, met beperking, oordeelonthouding of afkeurend zijn de volgende toleranties bepalend:
Het is de bedoeling dat alle geconstateerde onjuistheden die herstelbaar zijn, worden gecorrigeerd. Dat geldt ook voor onjuistheden waarbij de tolerantiegrens niet wordt overschreden. De niet herstelde onjuistheden wegen mee in de oordeelsvorming over de getrouwheid en rechtmatigheid van de verantwoording.
In de accountantsverklaring worden ook de geleverde activiteiten en/of prestaties opgenomen als die onderdeel uitmaken van de subsidieverlening. Dat betekent dat een goedkeurende accountantsverklaring na de vermelding van de opdracht en werkzaamheden als volgt kan luiden:
Wij zijn van oordeel, dat de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de grootte en de samenstelling van het vermogen op 31 december 20.. en van het resultaat over 20.. in overeenstemming met de algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving.
Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen in overeenstemming met de begroting en de van toepassing zijnde wettelijke regelingen waaronder geldende gemeentelijke verordeningen.
Tevens verklaren wij dat de subsidie besteed is voor het doel en de activiteiten en/of prestaties waarvoor de subsidie is verleend. De activiteiten en/of prestaties zijn in kwantitatieve zin correct weergegeven. De subsidievoorwaarden in de beschikking tot subsidieverlening zijn nageleefd.
Naast het oordeel over de financiële verantwoording vermeldt de accountant in een toelichtende paragraaf, of in een afzonderlijk verslag, alle bevindingen uit de controle, die voor de vaststelling van de subsidie door de gemeente van belang kunnen zijn. Dit geldt ook voor bevindingen die geen invloed hebben op de getrouwheid en rechtmatigheid.
Wanneer een accountant geen goedkeurende verklaring afgeeft bij de verantwoording kan dit afhankelijk van de situatie tot maatregelen leiden, variërend van aanvullende subsidieverplichtingen, tot stopzetting van de subsidie.
Na ontvangst van de jaarstukken wordt de subsidie vastgesteld. Het verschil tussen de betaalde voorschotten (subsidieverlening) en de subsidievaststelling wordt uitbetaald, teruggevorderd of verrekend met nieuwe subsidieverleningen aan de instelling.
Eventuele opmerkingen of suggesties voor verbetering van deze aanwijzing kunt u zenden naar de heer A. Hakkert, subsidiecoördinator van de gemeente Houten.
Voor specifieke vragen over de subsidie kunt u terecht bij uw vaste contactpersoon van de gemeente Houten.
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Houten,
Deze Aanwijzing is vastgesteld door het college op 15 december 2009.
De Aanwijzing is per brief met uitleg aan alle instellingen gestuurd, die € 25.000,-- of meer subsidie hebben ontvangen over 2009 op 22 december 2009 en is bekendmaking in Het Houtens Nieuws, de gemeenterubriek en op de website op 22 december 2009.