Organisatie | Eersel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | subsidieverordening gemeentelijke monumenten gemeente Eersel |
Citeertitel | subsidieverordening gemeentelijke monumenten gemeente Eersel |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen.
artikel 149 gemeentewet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-05-2011 | 01-01-2014 | subsidiebedrag verlaagd met 25% | 28-04-2011 De Hint 11-05-2011 | Onbekend | |
02-07-2007 | Onbekend | 02-07-2007 De Hint 10-7-2007 | Onbekend |
Artikel 4 Hoogte subsidie en subsidieplafond
Er zal geen storting plaats vinden voor een monument indien gedurende een periode van 10 jaar geen gebruik is gemaakt van het voor dat monument gereserveerde bedrag.Dit betekent dat voor een monument:in categorie 1 maximaal € 5600,00 wordt gereserveerdin categorie 2 maximaal € 1900,00 wordt gereserveerdin categorie 3 maximaal € 900,50 wordt gereserveerd
De eigenaar heeft de mogelijkheid om in dringende gevallen, dit ter beoordeling van het college, indien nodig in overleg met de Ruimtelijke kwaliteitscommissie, een beroep te doen op het subsidiefonds voor de komende vijf jaren, hetgeen betekent dat in die jaren het betreffende monument niet meer voor subsidie in aanmerking komt.
Artikel 5 Voorwaarden subsidie voor onderhoud en restauratie
De subsidie voor de kosten van onderhoud en restauratie kan slechts worden verleend indien de te maken kosten naar het oordeel van het college, indien nodig de Ruimtelijke kwaliteitscommssie gehoord, nuttig en noodzakelijk zijn voor het behoud van het monument en verder onder de volgende voorwaarden:a. bij werkzaamheden die worden uitgevoerd door bekwame en erkende bedrijven, komen in principe alle kosten voor vergoeding in aanmerking en bij zelfwerkzaamheid worden uitsluitend de materiaalkosten vergoed;b. aan door het college aangewezen personen moet:- op verzoek toegang worden verleend tot het terrein van het monument en tot het monument zelf;- op verzoek inzage worden verleend van de op het treffen van voorziening betrekking hebbenden bescheiden en tekeningen;c. de werkzaamheden moet worden uitgevoerd overeenkomstig de bij de aanvraag overgelegde bescheiden op grond waarvan de bijdrage voorlopig is vastgesteld;d. de eigenaar is verplicht vanaf het begin van het uitvoeren van de voorzieningen het monument op zijn kosten te verzekeren dan wel verzekerd te houden tegen brand-, storm- en bliksemschade en na afloop van de werkzaamheden daartegen verzekerd te houden;e. het college kent geen subsidie toe, indien de kosten van restauratie- en onderhoudswerkzaamheden voortvloeien uit schade, waartegen verzekering mogelijk is.
Artikel 6 Voorwaarden subsidie voor bouwhistorisch onderzoek
De subsidie in de kosten voor het vervaardigen van een bouwhistorisch onderzoek wordt toegekend onder voorwaarde dat :a. het bouwhistorisch onderzoek voldoet aan de Richtlijnen Bouwhistorisch Onderzoek van april 2009 van de Rijksgebouwendienst;b. het bouwhistorisch onderzoek door een bouwhistoricus wordt uitgevoerd;c. het bouwhistorisch onderzoek binnen een jaar wordt uitgevoerd nadat burgemeester en wethouders met de vervaardiging ervan hebben ingestemd.
Artikel 7 Voorwaarden subsidie voor restauratieplan
De subsidie in de kosten voor de vervaardiging van een restauratieplan wordt toegekend onder de voorwaarde dat:a. de ontwerptekening van het restauratieplan tenminste alle gevels en plattegronden van de bestaande en de nieuwe situatie, schaal 1:100, bevat;b. de kostenraming van het restauratieplan tenminste een globale indicatie bevat, onderverdeeld in manuren, materiaalkosten, eventuele stelposten en algemene kosten, inclusief B.T.W.;c. het restauratieplan door een restauratiearchitect wordt uitgevoerd;d. het restauratieplan binnen een jaar wordt uitgevoerd nadat burgemeester en wethouders met de vervaardiging ervan hebben ingestemd.
De subsidie op grond van deze regeling wordt in elk geval niet verstrekt:a. indien de onderhouds- c.q. restauratiewerkzaamheden niet het doel dienen zoals omschreven in artikel 2 lid 1;b. voor zover de kosten van onderhouds- of restauratiewerkzaamheden op grond van een verzekering worden gedekt, op derden verhaald kunnen worden, dan wel een bijdrage uit andere hoofde kan worden verkregen voor werkzaamheden waarvoor tevens subsidie wordt aangevraagd;c. indien de geplande werkzaamheden niet in redelijke verhouding staan tot het te verkrijgen resultaat.
Artikel 9 Vaststelling subsidie en uitbetaling
Binnen 12 weken nadat de werkzaamheden beëindigd zijn, dient bij burgemeester en wethouders een afrekening, voorzien van betalingsbewijzen te worden ingediend. Het college stelt de subsidie vast en gaat zo spoedig mogelijk over tot uitbetaling van de subsidie.