Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Woerden

Verordening bijdragen verhuis- en herinrichtingskosten bij stadsvernieuwingsactiviteiten

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWoerden
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening bijdragen verhuis- en herinrichtingskosten bij stadsvernieuwingsactiviteiten
CiteertitelVerordening bijdragen verhuis- en herinrichtingskosten bij stadsvernieuwingsactiviteiten
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw
Eigen onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen met betrekking tot de uitvoering van deze verordening.

De verordening bijdragen verhuis- en herinrichtingskosten bij stadsvernieuwingsactiviteiten, vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 november 1996 is in de raadsvergadering van 29-03-2001 geldend verklaard voor het gehele grondgebied van de nieuwe gemeente Woerden.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

27-04-2001nieuwe regeling

28-11-1996

19-04-2001 Woerdense Courant

2001/18

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening bijdragen verhuis- en herinrichtingskosten bij stadsvernieuwingsactiviteiten

De raad van de gemeente Woerden,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 november 1996;

gelet op het bepaalde in de Gemeentewet;

besluit;

vast te stellen de "Verordening bijdragen verhuis- en herinrichtingskosten bij stadsvernieuwingsactiviteiten"

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. huishouden : een alleenstaande, of twee of meer personen die woonruimte als bedoeld in deze verordening op de peildatum huurt/huren en/of daadwerkelijk bewoont/gezamenlijk bewonen;

b. woonruimte : besloten ruimte die, al dan niet tezamen met een of meer andere ruimten, bestemd of geschikt is voor bewoning door een huishouden;

c. zelfstandige woonruimte : woonruimte met een eigen toegang, die door een huishouden kan worden bewoond zonder dat het huishouden daarbij afhankelijk is van wezenlijke voorzieningen buiten die woonruimte;

d. onzelfstandige woonruimte : woonruimte zonder een eigen toegang, die door een huishouden kan worden bewoond waarbij het huishouden afhankelijk is van wezenlijke voorzieningen buiten die woonruimte;

e. huurder : degene die in woonruimte zijn hoofdverblijf heeft en krachtens een huurovereenkomst als bedoeld in artikel 1584 van het Burgerlijk Wetboek in het genot van de woonruimte is. Voor de toepassing van deze regeling wordt niet als huurder aangemerkt degene aan wie woonruimte is verhuurd door middel van een der huurovereenkomsten genoemd in artikel 1623a van het Burgerlijk Wetboek of op wie artikel 15 van de Leegstandswet van toepassing is;

f. woningverbetering : het treffen van voorzieningen aan woonruimte waardoor het woongerief wordt verhoogd, al dan niet in combinatie met groot onderhoud;

g. investeringsbedrag : de door burgemeester en wethouders aanvaarde kosten van voorzieningen ten behoeve van woningverbetering;

h. peildatum : de datum waarop wordt gestart met de uitvoeringswerkzaamheden in het kader van de woningverbetering respectievelijk de datum van eerste ontruiming van de woonruimte,

Artikel 2 Grondslag en werkingssfeer

1. Deze verordening is van toepassing op de stadsvernieuwingsactiviteiten in het door de singels begrensde gebied van de binnenstad van Woerden en bovendien slechts voorzover deze activiteiten plaatsvinden overeenkomstig de door of namens de gemeente Woerden, al dan niet tezamen met andere partijen, ontwikkelde en / of geaccordeerde planmatige integrale aanpak.

2. Burgemeester en wethouders stellen vast welke woonruimten gelegen in het in lid 1 genoemde gebied woningverbetering zonder ontruiming, woningverbetering met ontruiming dan wel sloop behoeven.

3. Burgemeester en wethouders kunnen aan de huurder van woonruimte als bedoeld in lid 2 een bijdrage toekennen in de kosten van verhuizing en herinrichting indien:

a. sprake is van woningverbetering waarbij de woonruimte niet behoeft te worden ontruimd, of;

b. sprake is van woningverbetering waarbij de woonruimte dient te worden ontruimd dan wel van sloop van de woonruimte.

Artikel 3 Toekenningsvoorwaarden

1. De bijdrage wordt slechts toegekend indien de huurder op de peildatum de woonruimte gedurende een tijdvak van ten minste een jaar onafgebroken en onmiddellijk voorafgaand aan deze datum als huurder heeft bewoond.

2. Burgemeester en wethouders verminderen een op grand van deze verordening toe te kennen bijdrage met eventuele bijdragen die op grand van andere regelingen als tegemoetkoming in verhuis- c.q. herinrichtingskosten worden verstrekt aan de huurder dan wel aan andere van het desbetreffende huishouden deel uitmakende personen.

3. De bijdrage wordt niet toegekend indien in verband met woningverbetering of sloop van de woonruimte aan de huurder dan wel aan andere van het desbetreffende huishouden deel uitmakende personen reeds eerder een bijdrage op grond van deze verordening is toegekend.

4. Per huishouden wordt niet meer dan één bijdrage op grond van deze verordening toegekend.

5. Burgemeester en wethouders kunnen aan het toekennen van een bijdrage in het belang van de volkshuisvesting en stadsvernieuwing voorschriften verbinden.

6. Burgemeester en wethouders kennen slechts een bijdrage toe indien en voorzover het hiervoor door het daartoe bevoegde orgaan beschikbaar gestelde budget toereikend is. Daarbij nemen burgemeester en wethouders eventueel door het bedoelde orgaan gestelde voorschriften in acht.

Artikel 4 Hoogte van de bijdrage

De hoogte van de bijdrage is:

a. indien sprake is van woningverbetering waarbij de woonruimte niet behoeft te worden ontruimd en het betreft woonruimte:

- als bedoeld in artikel 1, onder sub c:

bij een investeringsbedrag van minder dan ƒ 30.000,-- ƒ 0,--

bij een investeringsbedrag van ƒ 30.000,-- tot ƒ 45.000,-- ƒ 1.000,--

bij een investeringsbedrag van meer dan ƒ 45.000,-- ƒ 1.500,--

- als bedoeld in artikel 1, onder sub d:

bij een investeringsbedrag van gemiddeld minder dan ƒ 10.000,-- ƒ 0,--

bij een investeringsbedrag van gemiddeld ƒ 10.000,-- tot ƒ 15.000,-- ƒ 500,--

bij een investeringsbedrag van gemiddeld meer dan ƒ 15.000,-- ƒ 750,--

b. indien sprake is van woningverbetering waarbij de woonruimte dient te worden ontruimd dan wel van sloop van de woonruimte en het betreft woonruimte:

- als bedoeld in artikel 1, onder sub c ƒ 9.000,--

- als bedoeld in artikel 1, onder sub d ƒ 1.500,--

c. indien de huurder na de omstandigheid als bedoeld onder b is ondergebracht in een door burgemeester en wethouders als zodanig aangemerkte tijdelijke woonruimte en hij wederom terugkeert in de oorspronkelijke woonruimte dan wel verhuist naar een nieuwe woonruimte in de binnenstad worden de onder b genoemde bedragen met ƒ 1.500,-- verhoogd.

Artikel 5 Aanvraag

1. De aanvraag om toekenning van een bijdrage moet binnen 8 weken na de peildatum bij burgemeester en wethouders worden ingediend.

2. De aanvraag dient vergezeld te zijn van een door de verhuurder gewaarmerkt afschrift van een huurovereenkomst voor de betreffende woonruimte waaruit blijkt dat huurder op de peildatum en het daaraan voorafgaande jaar het woongenot van de betreffende woonruimte heeft gehad. Burgemeester en wethouders kunnen andere bewijsstukken verlangen waaruit het woonachtig zijn in de betreffende woonruimte en I of de samenstelling van het huishouden blijkt.

Artikel 6 Uitbetaling

1. De bijdrage wordt uitbetaald aan de huurder. In afwijking van het voorgaande kan de bijdrage door tussenkomst van de verhuurder worden aangevraagd en uitbetaald.

2. Indien sprake is van woningverbetering waarbij de woonruimte niet behoeft te worden ontruimd, wordt de bijdrage ineens uitbetaald zodra de uitvoeringswerkzaamheden in het kader van de woningverbetering hebben plaatsgevonden.

3. Indien sprake is van woningverbetering waarbij de woonruimte dient te worden ontruimd dan wel sloop van de woonruimte in het kader van de stadsvernieuwing wordt de bijdrage ineens uitbetaald zodra de woonruimte is ontruimd en leeg aan de verhuurder ter beschikking is gesteld.

4. Indien sprake is van de omstandigheid als bedoeld in artikel 4, onder c., wordt in afwijking van het voorgaande lid het basisbedrag van de bijdrage ineens uitbetaald zodra de woonruimte is ontruimd en leeg aan de verhuurder ter beschikking is gesteld en wordt de verhoging ineens uitbetaald zodra de tijdelijke woonruimte is ontruimd en leeg aan de verhuurder ter beschikking is gesteld.

Artikel 7 Hardheidsclausule

Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen, waarbij naar hun oordeel strikte toepassing van de verordening tot een onaanvaardbare beslissing zou leiden, afwijken van de bepalingen van deze verordening.

Artikel 8 Terugvordering

Reeds toegekende en uitbetaalde bijdragen kunnen worden teruggevorderd indien achteraf mocht blijken, dat de uitbetaling heeft plaatsgevonden op grond van door de aanvrager verstrekte onjuiste gegevens.

Artikel 9 Nadere regels

Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen met betrekking tot de uitvoering van deze verordening.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 november 1996,

de secretaris,                    de voorzitter,

A. Pellicaan, lo.s                drs. H.A. van Zwieten