Overheidsorganisatie | Gemeente Woerden |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening brandveiligheid en hulpverlening |
Citeertitel | Verordening brandveiligheid en hulpverlening |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Deze verordening vervangt de Verordening brandveiligheid en hulpverlening, vastgesteld op 26 juni 2003
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-12-2007 | 01-10-2010 | nieuwe regeling | 13-12-2007 | 2008/01 |
De raad van de gemeente Woerden,
gelezen het voorstel d.d. 24 oktober 2007 van:
- burgemeester en wethouders;
gelet op het bepaalde in de Gemeentewet, Brandweerwet en het Besluit brandweerpersoneel;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 30 oktober 2007;
overwegende dat
burgemeester en wethouders de zorg hebben voor:
a. het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar, het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt;
b. het beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en dieren bij ongevallen anders dan bij brand;
de uitvoering van werkzaamheden ter zake van het beperken en bestrijden van rampen, als bedoeld in artikel 1 van de Wet Rampen en Zware Ongevallen tot de taak van de brandweer behoort;
burgemeester en wethouders andere werkzaamheden, dan hierboven bedoeld, kunnen aanwijzen die de brandweer verricht;
de Bouwverordening voorschriften bevat omtrent het gebruik van woningen, woonketen, woonwagens, andere gebouwen, bouwwerken geen gebouw zijnde en standplaatsen, waaronder in elk geval zijn begrepen voorschriften met betrekking tot ondermeer brandveiligheid;
de Wet Milieubeheer beoogt het milieu te beschermen, ondermeer door de brandveiligheid te bevorderen;
de brandbeveiligingsverordening voorschriften bevat omtrent het gebruik van inrichtingen voor zover dit geen bouwwerken zijn als bedoeld in de Woningwet en de Bouwverordening;
de steeds strenger wordende regelgeving op het gebied van brandweerzorg en crisisbeheersing;
de noodzakelijke schaal om deze kwaliteitsverbetering te realiseren, waarbij de inzet vereist is van veel mensuren en middelen en het weinig realistisch is hierop alleen lokaal in te zetten;
het besluit van de gemeenten Lopik, Montfoort, Oudewater en Woerden om de brandweer van deze gemeenten te bundelen, om zo tegen minder meerkosten het vereiste kwaliteitsniveau te realiseren.
het wenselijk is kwaliteit, taken en verantwoordelijkheden van de nieuwe brandweerorganisatie uniform vast te leggen binnen de vier gemeenten en de voorzieningen voor brandveiligheid en hulpverlening in samenhang te treffen;
besluit;
vast te stellen "Verordening brandveiligheid en hulpverlening"
In deze verordening wordt verstaan onder:
A Incidentenbeheersing
1. Het beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar, het beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt.
2. Het beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en dieren bij ongevallen anders dan bij brand.
3. De uitvoering van werkzaamheden ter zake van het beperken en bestrijden van rampen, als bedoeld in artikel 1 van de Wet rampen en zware ongevallen.
B Risicobeheersing
1. Het voorkomen en beperken van brand, het beperken van brandgevaar, het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt.
2. De uitvoering van werkzaamheden ter zake van het beperken van rampen, als bedoeld in artikel 1 van de Wet rampen en zware ongevallen.
3. De uitvoering van de voorschriften met betrekking tot het brandveilig gebruik van woningen, woonketen, woonwagens, andere gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde, en standplaatsen.
4. De uitvoering van de brandbeveiligingsverordening.
C Bureau Brandweer De Waarden
Organieke eenheid bestaande uit beroepsmedewerkers in dienst van de gemeente Woerden die belast is met de uitvoering van het in deze verordening bepaalde brandweerzorgniveau. Tevens ondersteunen zij de vrijwillige brandweerorganisaties. De standplaats van de medewerkers van dit bureau is het kantoor van de kazerne Woerden.
D Gemeentelijke Brandweer
Het Bureau Brandweer De Waarden en de vrijwillige brandweerposten binnen de gemeente Woerden.
E Commandant
De commandant van brandweer Woerden geldt tevens als hoofd van het Bureau Brandweer De Waarden en commandant van de gemeentelijke brandweren in Lopik, Montfoort, Oudewater en Woerden. Functionaris is als zodanig verantwoordelijk en aanspreekbaar op de uitvoering van het in deze verordening vastgestelde brandweerzorgniveau .
F Brandweer De Waarden
Nieuwe brandweerorganisatie die bestaat uit de gebundelde brandweer van de vier korpsen van de gemeente Lopik, Montfoort, Oudewater en Woerden.
G Post
Organieke eenheid van brandweervrijwilligers met aan het hoofd een postcommandant, waarvan de organieke samenstelling, kwaliteit en de hem ter beschikking staande materialen in deze verordening zijn vastgelegd.
1. Burgemeester en wethouders beschikken over een gemeentelijke brandweer Woerden, die bestaat uit het Bureau Brandweer De Waarden en de posten Woerden, Harmelen, Kamerik en Zegveld.
2. Door de bundeling van de brandweer van de gemeenten Lopik, Montfoort, Oudewater en Woerden ontstaat Brandweer De Waarden. De Brandweer De Waarden bestaat uit een Bureau Brandweer De Waarden en negen brandweerposten te weten:
a. Post Benschop, gemeente Lopik b. Post Lopik-dorp, gemeente Lopik
c. Post Montfoort, gemeente Montfoort d. Post Linschoten, gemeente Montfoort
e. Post Oudewater, gemeente Oudewater
f. Post Woerden, gemeente Woerden g. Post Zegveld, gemeente Woerden
h. Post Harmelen, gemeente Woerden i. Post Kamerik, gemeente Woerden
Burgemeester en wethouders leggen ter vaststelling de gemeenteraad tenminste eenmaal per vier jaar een plan voor op welke wijze aan de inhoud van de in artikel 3 omschreven taken uitvoering zal worden gegeven (beleidsplan brandveiligheid en hulpverlening).
Dit plan omvat in elk geval een omschrijving van de financiële en personele middelen die beschikbaar zijn voor de uitvoering van de taken binnen het veld van incidentenbeheersing en risicobeheersing.
Burgemeester en wethouders leggen ter vaststelling de gemeenteraad tenminste eenmaal per vier jaar een plan voor op welke wijze aan de inhoud van de in artikel 3 omschreven taken uitvoering zal worden gegeven (beleidsplan brandveiligheid en hulpverlening).
Dit plan omvat in elk geval een omschrijving van de financiële en personele middelen die beschikbaar zijn voor de uitvoering van de taken binnen het veld van incidentenbeheersing en risicobeheersing.
Naast de in artikel 3, tweede lid, van de brandweerwet 1985 opgedragen taken, zijn aan de regionale Brandweer overgedragen de taken zoals opgenomen in de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Utrecht (VRU).
Personeel algemeen
1. Burgemeester en wethouders dragen zorg voor een adequate personeelsvoorziening van de brandweer, zoals wordt vastgelegd in het meerjarenbeleidsplan en in de meerjarenbegroting van de brandweer.
Het personeel, bedoeld in lid 3
a. kan zijn samengesteld uit personeel dat na vrijwillige beschikbaarstelling, aangesteld om anders dan bij wijze van beroep werkzaamheden bij de brandweer te verrichten;
b. kan zijn samengesteld uit personeel dat is aangewezen om op grond van de voor hem geldende rechtspositieregeling van de gemeente om mede werkzaamheden bij de brandweer te verrichten.
c. wordt geselecteerd conform de methodiek van het ministerie van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties zoals beschreven in “in goede banen; Competenties voor repressieve brandweerfuncties’(2002) waarbij voor specifieke functies geldt dat:
I. elke postcommandant en de plaatsvervanger is minimaal opgeleid op niveau onderofficier.
II. elke officier (officier van dienst) is minimaal opgeleid op het niveau officier.
III. elke onderofficier (bevelvoerder) is minimaal opgeleid op het niveau onderofficier.
Organisatie Bureau Brandweer De Waarden
2. Het Bureau Brandweer De Waarden is opgebouwd uit een commandant met daaronder het team incidentenbeheersing en het team risicobeheersing, elk aangestuurd door een teamchef. Onder de teamchef incidentenbeheersing vallen de repressieve dienst, de preparatieve- en opleiding/oefentaken. Onder de teamchef risicobeheersing vallen de pro-actie- en preventietaken en de bedrijfsvoering.
Organisatie vrijwilligers
3. De posten van de gemeentelijke brandweer hebben de volgende minimale bezetting
post Woerden: 10 onderofficieren, waaronder
1 postcommandant en
1 plaatsvervangend postcommandant
32 manschappen, waaronder
4 duikploegleiders
4 chauffeurs duikwagen
12 duikers
10 bedieners redvoertuig
post Zegveld 5 onderofficieren, waaronder
1 postcommandant en
1 plaatsvervangend postcommandant
16 manschappen
post Harmelen 5 onderofficieren, waaronder
1 postcommandant en
1 plaatsvervangend postcommandant
16 manschappen
post Kamerik 5 onderofficieren, waaronder
1 postcommandant en
1 plaatsvervangend postcommandant
16 manschappen
Per post geldt dat maximaal 50% van het aantal korpsleden in het bezit is van het diploma brandweerchaffeur/pompbediender.
De totale bezetting van de post mag incidenteel door verloop of inwerkperiode van personeelsleden maximaal 20% afwijken van de hier genoemde aantallen.
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor die opleidingen en oefeningen van het brandweerpersoneel, die voor de taakuitvoering noodzakelijk zijn. De commandant levert hiertoe een jaarlijks geactualiseerde meerjarenbeleidplan over opleiden en oefenen aan.
De commandant heeft de algemene leiding en het bevel over de brandweer De Waarden, in overeenstemming met de voor hem door burgemeester en wethouders van Woerden vastgestelde instructies.
De commandant stelt een hiervan afgeleide instructie op ten behoeve van de postcommandanten.
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor zodanige bluswatervoorzieningen en de bereikbaarheid daarvan, dat de brandbestrijding te allen tijde zoveel mogelijk gewaarborgd is.
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor zodanige bluswatervoorzieningen en de bereikbaarheid daarvan, dat de brandbestrijding te allen tijde zoveel mogelijk gewaarborgd is.
Voor de als zodanig door de Regionale Alarmcentrale aangemerkte spoedeisende hulpoproepen gelden voor de gealarmeerde brandweervoertuigen maximale opkomsttijden. De maximale opkomsttijd voor een spoedeisende oproep op een specifieke locatie in de gemeente wordt bepaald door de optelsom van de verwerkingstijd van de melding op de Regionale Alarmcentrale Utrecht (1 minuut), de opkomsttijd van het brandweerpersoneel in de kazerne en de feitelijke rijtijd van de kazerne tot de plaats incident.
Voor het hele verzorgingsgebied zijn deze laatste twee (opkomsttijd en rijtijd) de normering berekend volgens de systematiek van het Regionaal Dekkingsplan en grafisch vastgelegd in de toelichting bij dit artikel, voor de situaties “werktijd (ma-vr 06:00-18:00)” en “buiten werktijd”. Deze mogen in minimaal 80% van de gevallen niet worden overschreden.
1. Deze verordening kan worden aangehaald als: "Verordening brandveiligheid en hulpverlening".
2. De verordening treedt in werking met ingang van de dag, volgende op die van vaststelling.
3. Op de in het tweede lid genoemde datum wordt ingetrokken De Verordening Brandveiligheid en Hulpverlening, vastgesteld op 26 juni 2003.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 13 december 2007.
de plv griffier, de voorzitter,
mw. P.A.M. Goedvolk mr H.W. Schmidt