Organisatie | Eemnes |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Huisvestingsverordening Eemnes 2007 |
Citeertitel | Huisvestingsverordening Eemnes 2007 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp | Volkshuisvesting en woningbouw |
Deze verordening vervangt de Huisvestingsverordening 2005. Artikel 4.1 bevat een overgangsbepaling. Deze verordening treedt per 1 januari 2007 met terugwerkende kracht in werking.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-03-2007 | 01-01-2007 | nieuwe regeling | 29-01-2007 Laarder Courant De BEL 20-03-2007 | Raadsbesluit 29-1-2007 |
De raad van de gemeente Eemnes;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 19 december 2006;
overwegende, dat de verordening in overeenstemming dient te worden gebracht met regelgeving van de Provincie Utrecht;
gelet op artikel 147, lid 1 van de Gemeentewet, artikel 7 van de Huisvestingswet en de Algemene wet bestuursrecht;
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1.1 Begripsomschrijving
In deze verordening wordt verstaan onder:
2. besluit: het Huisvestingsbesluit;
3. woonruimte: het daaromtrent in artikel 1, sub 1.b van de wet bepaalde;
4. eigenaar: het daaromtrent in artikel 1, lid 2, van de wet bepaalde;
5. Provincie Utrecht: het grondgebied van de provincie Utrecht;
6. Gewest Eemland: het grondgebied van de gemeenten Amersfoort, Baarn, Bunschoten, Eemnes, Leusden, Soest en Woudenberg;
7. huishouden: een alleenstaande, dan wel twee of meer personen die een duurzame gemeenschappelijke huishouding voeren of willen gaan voeren;
8. huisvestingsvergunning: de vergunning, bedoeld in artikel 7 van de wet;
9. huurprijs: het daaromtrent in artikel 1, sub 1 j van de wet bepaalde;
10. huurprijsgrens: het daaromtrent in artikel 6 lid 3, sub b van de wet bepaalde;
11. ingezetene: degene die in het bevolkingsregister van de gemeente Eemnes of één der andere gemeenten in de provincie Utrecht is opgenomen, en feitelijk in de gemeente Eemnes of één der andere gemeenten in de provincie Utrecht hoofdverblijf heeft in een voor permanente bewoning aangewezen woonruimte;
12. inkomen: het rekeninkomen zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet op de huurtoeslag;
13. inschrijfduur: periode dat een huishouden geregistreerd staat als woningzoekende in de gemeente Eemnes;
14. inwoning: het bewonen van een woonruimte die onderdeel uitmaakt van een woonruimte die door een ander huishouden in gebruik is genomen;
15. maatschappelijke binding: het daaromtrent in artikel 1, sub 1 van de wet bepaalde, met dien verstande dat een maatschappelijke binding in elk geval wordt aangenomen ten aanzien van personen die tenminste drie jaar onafgebroken ingezetene zijn van de provincie Utrecht, dan wel gedurende de voorafgaande tien jaar tenminste zes jaren onafgebroken ingezetene zijn geweest van de provincie Utrecht dan wel gedurende de voorafgaande tien jaar ten minste vier jaar onafgebroken ingezetene zijn geweest van de gemeente Eemnes en vanwege het volgen van een voltijdse studie of school de gemeente heeft verlaten;
16. economische binding: het daaromtrent in artikel 1, sub 1.l van de wet bepaalde; Hieraan wordt toegevoegd, dat voorts een persoon economisch aan de provincie Utrecht gebonden is indien hij/zij een voltijdse studie volgt die over een langere periode frequente aanwezigheid in de provincie Utrecht vereist;
17. onzelfstandige woonruimte: woonruimte, niet zijnde woonruimte bestemd voor inwoning, welke geen eigen toegang heeft en welke niet door een huishouden kan worden bewoond, zonder dat dit daarbij afhankelijk is van wezenlijke voorzieningen buiten die woonruimte;
18. standplaats: een standplaats als bedoeld in artikel 1, sub 1e van de wet bepaalde;
19. vergunninghouder: degene aan wie de huisvestingsvergunning is verleend;
20. woningzoekende: een huishouden dat zich wil vestigen in de provincie Utrecht en voldoet aan de criteria zoals genoemd in paragraaf 2.4 van de verordening;
21. woonwagen: een woonwagen zoals bedoeld in artikel 1 sub 1f van de wet bepaalde;
22. aanbodsysteem: systeem van het aanbieden en verhuren van huurwoningen waarbij het aanbod voor alle woningzoekenden in een woonkrant wordt gepubliceerd en waarbij de uiteindelijke toewijzingen in dezelfde woonkrant als zodanig worden verantwoord, dat per toewijzing duidelijk is op welke gronden de toewijzing heeft plaatsgevonden
Hoofdstuk 2 Verdeling van woonruimte
Het bepaalde in dit hoofdstuk is uitsluitend van toepassing op woonruimten met een huurprijs per maand, die minder bedraagt dan de maximale huurprijsgrens per maand in de meerpersoonstabel van de Wet op de huurtoeslag, dan wel de daarvoor in de plaats tredende overheidsregeling, zoals deze is of zal worden gewijzigd;
Artikel 2.2.2 Bewijs van inschrijving
Het college beëindigt een inschrijving, indien:
a. de woningzoekende de beschikking heeft verkregen over passende woonruimte in Eemnes of één van de andere gemeenten in de provincie Utrecht.
b. de woningzoekende daarom verzoekt;
c. de woningzoekende niet meer aan de inschrijvingseisen voldoet;
d. binnen de in lid 3 genoemde periode geen aanvraag voor verlenging van de inschrijving is ontvangen.
Paragraaf 2.3 Huisvestingsvergunning
Artikel 2.3.2 Criteria voor vergunningverlening
Het college verleent de huisvestingsvergunning, indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
a. het huishouden dat de huisvestingsvergunning aanvraagt behoort tot de ingevolge paragraaf 2.4 aangewezen categorieën van woningzoekenden die voor het verkrijgen van een huisvestingsvergunning in aanmerking komen;
b. er is voor de woonruimte geen gegadigde waarvoor met toepassing van het bepaalde in paragraaf 2.6 de voorziening in de behoefte aan woonruimte dringender noodzakelijk is.
Op of bij de huisvestingsvergunning vermeldt het college de volgende informatie:
a. de mededeling dat de vergunning vervalt indien er binnen 2 maanden na de datum van afgifte van de huisvestingsvergunning geen gebruik van is gemaakt;
b. de namen van de personen die als vergunninghouder worden aangemerkt;
Artikel 2.3.3 Vruchteloze aanbieding
In afwijking van het in artikel 2.3.2 bepaalde geldt dat deze minimaal 2 maal conform paragraaf 2.5 ter verhuur dienen te zijn aangeboden alvorens een huisvestingsvergunning aan een volgens de criteria niet maatschappelijk of economisch gebonden huishouden verstrekt kan worden.
Het college kan een huisvestingsvergunning intrekken, indien:
1. de vergunninghouder de er in vermelde woonruimte niet binnen de door het college bij de verlening van de vergunning gestelde termijn in gebruik heeft genomen;
2. de vergunning is verleend op grond van door de vergunninghouder verstrekte gegevens waarvan deze wist of redelijkerwijs kon vermoeden dat zij onjuist of onvolledig waren.
Artikel 2.5.1 Verhouding inkomen - huurprijs
Bij de toepassing van het in lid 1 gestelde hanteert het college een jaarlijks door hen bij te stellen huur/inkomenstabel vast. Daarbij dienen doelstellingen, vervat in het Besluit beheer sociale huursector te worden nagestreefd en zijn de huur-/inkomensgrenzen uit de Wet op de huurtoeslag bepalend.
Artikel 2.6.1 Woningaanbieding
De woningen die voor verhuur beschikbaar komen worden aan woningzoekenden aangeboden door middel van een advertentie in een lokaal nieuwsblad dan wel woonkrant.
Artikel 2.7.1 Mate van voorrang
Indien een woningzoekende met een economische of maatschappelijke binding aan het Gewest Eemland een urgente behoefte heeft aan (andere) woonruimte en aantoonbaar al het mogelijke doet en heeft gedaan om zelf woonruimte te vinden, kan hij aan het college verzoeken hem een voorrangsverklaring te verstrekken.
De voorrangsverklaring houdt het volgende in:
a. de erkenning dat verhuizing van de woningzoekende urgent is en dat het college dientengevolge bij het verlenen van een huisvestingsvergunning in aanvulling op het bepaalde in artikel 2.3.2 voorrang zullen verlenen aan de woningzoekende;
b. de mededeling of de voorrangverlening beperkt is tot een bepaald soort woonruimte en zo ja welke;
c. de mededeling dat de voorrangsverklaring 6 maanden geldig is;
Artikel 2.7.3 Toekennen van een voorrangsverklaring
Een voorrangsverklaring heeft een geldigheid van 6 maanden vanaf de datum van toezending van het besluit tot toekenning. Het college kan besluiten tot verlenging van de geldigheidstermijn indien aannemelijk wordt gemaakt dat in de voorgaande periode geen woonruimten zijn aangeboden die redelijkerwijs als passend mochten worden aangemerkt of er andere bijzondere omstandigheden zich hebben voorgedaan waardoor een spoedige verhuizing redelijkerwijs niet kon plaatsvinden.
Artikel 2.7.4 Wijziging, intrekking en verlenging
Bij gewijzigde omstandigheden kan college, al dan niet op verzoek van de woningzoekende, besluiten de vastgestelde mate van voorrang te wijzigen. Dit wordt ter kennis van de woningzoekende gebracht door middel van de verstrekking van een gewijzigde voorrangsverklaring, waarbij tevens wordt meegedeeld dat het voordien verstrekte bewijs omtrent de mate van voorrang is vervallen.
Het college trekt een voorrangsverklaring in:
a. indien niet langer aan de vereisten voor het verkrijgen van voorrang wordt voldaan;
b. indien de mate van voorrang is toegekend op grond van gegevens waarvan de woningzoekende wist of redelijkerwijs kon vermoeden dat zij onjuist of onvolledig waren;
c. indien de urgent woningzoekende naar het oordeel van het college een aanbieding van passende woonruimte heeft geweigerd.
Paragraaf 2.8 Afwijkende bepalingen voor bijzondere woonvormen
Artikel 2.8.1 Standplaatsen voor een woonwagen
In afwijking van het bepaalde in voorgaande paragrafen zijn voor de aanbieding en toewijzing van standplaatsen voor woonwagens de volgende regels van kracht.
Artikel 2.8.2 Toepassingsbereik
Deze paragraaf is van toepassing op de in de gemeente Eemnes gerealiseerde en nog te realiseren standplaatsen van woonwagens.
Het is verboden om zonder huisvestingsvergunning van het college met een woonwagen een standplaats in gebruik te nemen of bezet te houden.
Artikel 2.8.4 Voorwaarden voor inschrijving
De standplaatszoekende behoort tot de ingevolge paragraaf 2.4. aangewezen categorie woningzoekenden die voor het verkrijgen van een huisvestingsvergunning in aanmerking komt.
Artikel 2.8.6 Vervallen van inschrijving
De inschrijving als gegadigde voor een standplaats vervalt indien:
1. De ingeschrevene de beschikking heeft gekregen over passende andere woonruimte - zoals een andere standplaats of een woning in de gemeente Eemnes of één van de andere gemeenten in de provincie Utrecht.
2. De standplaatszoekende niet meer aan de vereisten voor inschrijving voldoet.
Hoofdstuk 3 Verdere bepalingen
Het college is bevoegd in gevallen waarin de toepassing van deze verordening naar hun oordeel tot een bijzondere hardheid leidt ten gunste van de aanvrager af te wijken van deze verordening.
Hij die handelt in strijd met het bepaalde in artikel 2.3.1, 2.8.1 of 2.8.2, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste vier maanden of een geldboete van de derde categorie. De genoemde strafbaar gestelde feiten zijn overtredingen.
Met de opsporing van de bij artikel 3.2 strafbaar gestelde feiten zijn, behalve de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering en de in artikel 75 van de wet aangewezen ambtenaren belast de in het eerste lid genoemde ambtenaren, voor zover zij door de minister van justitie daartoe zijn aangewezen.
In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet beslist het college, waarbij zij zich uitsluitend zullen laten leiden door overwegingen betrekking hebbende op de evenwichtige en rechtvaardige verdeling van schaarse woonruimte.
Artikel 3.5 Overleg bij wijziging
Bij de voorbereiding van een besluit tot wijziging van deze verordening pleegt het college overleg met de in de gemeente werkzame, ingevolge artikel 70, eerste lid, of artikel 72, eerste lid, van de Woningwet (Stb 1991, 439) toegelaten instellingen en met andere daarvoor naar hun oordeel in aanmerking komende organisaties die binnen de gemeente op het gebied van de woonruimteverdeling werkzaam zijn.
Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotbepaling
Bij het als gevolg van deze verordening vervallen van woonduur als rangordecriterium geldt dat kandidaten die zich hebben ingeschreven voor 1 januari 2007 de woonduur wordt omgezet in inschrijfduur. De inschrijfduur is de periode dat een huishouden geregistreerd staat als woningzoekende in de gemeente Eemnes. Tot woonduur wordt die periode gerekend dat de woningzoekende in dezelfde huurwoning in Eemnes woont met een huurprijs beneden de huurprijsgrens.