KWIJTSCHELDING
7. Kwijtschelding wegens schuldenproblematiek
In afwijking van artikel 4 en 5 kunnen burgemeester besluiten tot gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van de teruggevorderde bijstand indien:
- a.
redelijkerwijs te voorzien is dat de belanghebbende niet zal kunnen voortgaan met het betalen van zijn schulden, en
- b.
redelijkerwijs te voorzien is dat een schuldregeling met betrekking tot alle vorderingen, behoudens de in regel 8 onder b. bedoelde vorderingen, van de overige schuldeisers zonder een zodanig besluit niet tot stand zal komen, en
- c.
de vordering van de gemeente wegens teruggevorderde bijstand ten minste zal worden voldaan naar evenredigheid met de vorderingen van de schuldeisers van gelijke rang.
8. Afzien van kwijtschelding wegens schuldenproblematiek
Van kwijtschelding als bedoeld in artikel 7 wordt afgezien indien:
- a.
de terugvordering van bijstand het gevolg is van verwijtbaar gedrag van de belanghebbende;
- b.
de vordering wordt gedekt door pand of hypotheek op een goed of goederen, behoudens voor zover de vordering niet op die goederen verhaald kan worden.
9. Inwerkingtreding van het besluit tot afzien van terugvordering wegensschuldenproblematiek
Het besluit tot het gedeeltelijk afzien van terugvordering of tot het gedeeltelijk afzien van verdere terugvordering als bedoeld in artikel 7 treedt niet in werking voordat een schuldregeling tot stand is gekomen.
10. Intrekking kwijtscheldingsbesluit schuldenproblematiek
Het besluit tot het gedeeltelijk afzien van terugvordering of tot het gedeeltelijk afzien van verdere terugvordering als bedoeld in artikel 7 wordt ingetrokken of ten nadele van de belanghebbende gewijzigd indien:
- a.
niet binnen twaalf maanden nadat dat besluit is bekendgemaakt, een schuldregeling is tot stand gekomen;
- b.
de belanghebbende zijn schuld aan de gemeente niet overeenkomstig de schuldregeling voldoet; of
- c.
onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een ander besluit zou hebben geleid.
11. Kwijtschelding na het voldoen aan de betalingsverplichting
In afwijking van artikel 4 kunnen burgemeester en wethouders besluiten van terugvordering of van verdere terugvordering af te zien, indien de belanghebbende:
- a.
gedurende vijf jaar volledig aan zijn betalingsverplichtingen heeft voldaan;
- b.
gedurende vijf jaar niet volledig aan zijn betalingsverplichtingen heeft voldaan, maar het achterstallige bedrag over die periode, vermeerderd met de daarover verschuldigde wettelijke rente en de op de invordering betrekking hebbende kosten, alsnog heeft betaald;
- c.
gedurende vijf jaar geen betalingen heeft verricht en niet aannemelijk is dat hij deze op enig moment zal gaan verrichten; of
- d.
een bedrag, overeenkomend met ten minste 50% van de restsom in één keer aflost (niet-fraudevorderingen);
- e.
een bedrag, overeenkomend met ten minste 60% van de restsom in één keer aflost (fraudevorderingen).
12. Verkorting van de periode van voldoen aan betalingsverplichting
De in artikel 11 genoemde termijn is drie jaar indien:
- a.
het gemiddeld inkomen van de belanghebbende in die periode de beslagvrije voet bedoeld in de artikelen 475c en 475d van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering niet te boven is gegaan; en
- b.
de terugvordering niet het gevolg is van het niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichting, bedoeld in artikel 17, eerste lid WWB.
13. Geen kwijtschelding na voldoen aan betalingsverplichting
Kwijtschelding als bedoeld in artikel 11 vindt niet plaats ten aanzien van vorderingen welke door pand of hypotheek op een goed of goederen zijn gedekt, behoudens voorzover zij niet op die goederen verhaald kunnen
worden.