Organisatie | Gelderland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Verordening rechtspositie gedeputeerden, staten- en commissieleden Gelderland 2007 |
Citeertitel | Verordening rechtspositie gedeputeerden, staten- en commissieleden Gelderland 2007 |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | bestuurlijke organisatie |
Geen
artikel 16 van de Provinciewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-02-2018 | 19-11-2019 | artikel 31 | 31-01-2018 | 2017-015991 | |
21-10-2016 | 23-02-2018 | Wijziging | 28-09-2016 Provinciaal Blad 2016 nr. 5689 | PS2016-403 | |
12-05-2015 | 21-10-2016 | Wijziging | 29-04-2015 Provinciaal Blad 2015 nr. 2466 | PS2015-278 | |
18-04-2015 | 12-05-2015 | Wijziging | 25-02-2015 Provinciaal Blad 2015 nr. 2049 | PS2015-22 | |
22-05-2013 | 18-04-2015 | Wijziging | 20-03-2013 Provinciaal Blad, 2013/89 | PS2013-185 | |
22-12-2012 | 22-05-2013 | Onbekend | 19-12-2012 Provinciaal Blad 2012/211 | PS2012-882 | |
24-02-2011 | 22-12-2012 | Onbekend | 16-02-2011 Provinciaal Blad 2011/45 | PS2010-970 | |
02-04-2008 | 24-02-2011 | Onbekend | 19-03-2008 Provinciaal Blad 2008/28 | PS2008-94 |
PROVINCIALE STATEN VAN GELDERLAND
Gezien de Statenbrief van Gedeputeerde Staten betreffende de actualisering en vereenvoudiging van de Verordening rechtspositie gedeputeerden, Staten- en commissieleden Gelderland 2007, de Gedragscode bestuurlijke integriteit Commissaris van de Koning en gedeputeerden 2016 en de Gedragscodeintegriteit Statenleden Gelderland 2016; Gelet op het bepaalde bij of krachtens de artikelen 15, derde lid, 40c tweede lid, 68, tweede lid, art. 93, art. 94, eerste en twee lid en 143, tweede lid van de Provinciewet;
vast te stellen de navolgende gewijzigde regeling: Verordening rechtspositie gedeputeerden, staten- en commissieleden Gelderland 2007
Hoofdstuk II Voorzieningen voor statenleden
Artikel 2 Vergoeding voor de werkzaamheden
Aan het statenlid wordt een vergoeding voor de werkzaamheden toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden, zoals dit bedrag jaarlijks ingevolge artikel 2, tweede lid, van genoemd Rechtspositiebesluit wordt herzien.
Aan het Statenlid of commissielid wordt op zijn verzoek vanwege de provincie een parkeersticker, -kaart of anderszins verstrekt, waarmee hij, ingeval hij in zijn hoedanigheid van Statenlid in de provinciale gebouwen aanwezig dient te zijn, zijn auto gratis in of om de provinciale gebouwen kan parkeren.
Het statenlid worden vergoed de gemaakte noodzakelijke verblijfkosten ter zake van andere ten behoeve van de provincie gemaakte reizen dan die voor het bijwonen in de provinciale gebouwen van vergaderingen van Provinciale Staten en van een commissie, tot ten hoogste de bedragen, vastgesteld bij of krachtens het Reisbesluit binnenland.
Artikel 15 Uitkering bij overlijden
In geval van overlijden van het statenlid wordt aan de weduwe of weduwnaar van wie het overleden statenlid niet duurzaam gescheiden leefde een bedrag uitgekeerd, gelijk aan de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de werkzaamheden, welke het statenlid laatstelijk genoot over een tijdvak van drie maanden. Indien de overledene geen weduwe of weduwnaar van wie het overleden statenlid niet duurzaam gescheiden leefde nalaat, geschiedt de uitkering ten behoeve van de minderjarige wettige of natuurlijke kinderen, of minderjarige kinderen over wie de overledene de pleegouderlijke zorg droeg. Onder pleegouderlijke zorg wordt verstaan de zorg voor het onderhoud en de opvoeding van het kind als was het een eigen kind, onafhankelijk van enige verplichting daartoe of van het genieten van een vergoeding daarvoor. Ontbreken ook zodanige kinderen, dan geschiedt de uitkering aan degenen die geheel of grotendeels afhankelijk waren van het inkomen van het statenlid.
Voor de toepassing van dit artikel wordt onder weduwe of weduwnaar mede verstaan de achtergebleven geregistreerde partner alsmede degene met wie het overleden statenlid ongehuwd samenleefde en een gezamenlijke huishouding heeft gevoerd als bedoeld in artikel 3, derde en vierde lid, van de Algemene nabestaandenwet.
Hoofdstuk III Voorzieningen voor gedeputeerden
Artikel 19. Reis-, pension- en verhuiskosten in verband met benoeming
Aan de gedeputeerde die bij zijn benoeming nog niet over woonruimte in de provincie beschikt, wordt een vergoeding van reis- en pensionkosten en een vergoeding van verhuiskosten in verband met de benoeming toegekend overeenkomstig het bepaalde bij of krachtens artikel 18 van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden.
Artikel 20. Reiskosten woon-werkverkeer
De gedeputeerde heeft voor het reizen tussen zijn woning en zijn plaats van tewerkstelling aanspraak op:
Artikel 21. Zakelijke reis- en verblijfskosten
De gedeputeerde heeft aanspraak op een vergoeding van reis- en verblijfskosten voor reizen gemaakt voor de uitoefening van het ambt, overeenkomstig het bepaalde bij of krachtens artikel 19 Rechtspositiebesluit gedeputeerden.
Een gedeputeerde kan voor reizen ten behoeve van de provincie gebruikmaken van een dienstauto met of zonder chauffeur. Onder dienstauto wordt voor de toepassing van dit artikel mede verstaan een door de provincie ingehuurde auto. De dienstauto met of zonder chauffeur kan door de gedeputeerde ook worden gebruikt voor reizen ten behoeve van nevenfuncties die de gedeputeerde vervult uit hoofde van zijn ambt.
Indien de gedeputeerde ingevolge artikel 20 een openbaarvervoerjaarkaart is verstrekt, wordt bij gebruik van een dienstauto voor het reizen tussen de woning en de plaats van tewerkstelling een korting op zijn bezoldiging toegepast overeenkomstig het bepaalde in de onderdelen a en b van het vierde lid.
Hoofdstuk IV Voorzieningen voor commissieleden
Artikel 31 Vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen
Het lid van een commissie ontvangt voor het bijwonen van de vergaderingen van een commissie en haar subcommissies een vergoeding die gelijk is aan het bedrag, vermeld in artikel 13 van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden, zoals dit bedrag jaarlijks ingevolge artikel 13 voornoemd wordt herzien. Indien een fractievolger, als bedoeld in art. 6 van het Reglement van Orde Provinciale Staten van Gelderland 2017, op dezelfde dag meerdere vergaderingen van één of meerdere commissies bijwoont, bestaat de vergoeding voor alle vergaderingen tezamen uit twee maal het hiervoor genoemde bedrag.
Artikel 32 Reis- en verblijfkosten
Aan het lid van een commissie dat geen statenlid of gedeputeerde is en niet in zijn hoedanigheid van ambtenaar tot lid van de commissie is benoemd, worden de reiskosten voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie of andere in verband met het commissielidmaatschap noodzakelijke reiskosten vergoed. De vergoeding betreft:
Aan het in het eerste lid bedoelde lid van de commissie worden vergoed de gemaakte noodzakelijke verblijfkosten voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie of in verband met andere in verband met het commissielidmaatschap noodzakelijk geachte reizen, tot ten hoogste de bedragen, vastgesteld bij of krachtens de Dienstreisregeling voor de provincie Gelderland.
Aan het in het eerste lid bedoelde lid van de commissie wordt op zijn verzoek vanwege de provincie een parkeersticker, -kaart of anderszins verstrekt, waarmee hij ingeval hij in zijn hoedanigheid van lid van de commissie in de provinciale gebouwen aanwezig dient te zijn, zijn auto gratis op de Markt te Arnhem kan parkeren.
Hoofdstuk V De procedure van declaratie
Artikel 34 Betaling van kosten
Betaling van kosten op grond van deze verordening vindt plaats door
Artikel 35 Declaratie van kosten
Voor de vergoeding op grond van deze verordening in aanmerking komende kosten worden uiterlijk binnen 2 maanden na het verstrijken van het kalenderjaar waarin de kosten zijn gemaakt, gedeclareerd.
Artikel 36 Wijze van betaling en vergoeding
Gedeputeerde Staten kunnen nadere regels stellen omtrent de wijze van betaling en vergoeding van kosten als bedoeld in artikel 34.
Verantwoording van deze wijze van vergoeding vindt plaats door het begeleidingsformulier, waarvan het model door Gedeputeerde Staten is vastgesteld, volledig in te vullen en te ondertekenen. Bij het formulier wordt een betalingsbewijs gevoegd en op het formulier wordt de functionaliteit van de uitgave vermeld.
Hoofdstuk VI Hardheidsclausule, citeertitel, intrekking, overgangsrecht en inwerkingtreding
In bijzondere gevallen waarin deze verordening niet voorziet of waarin de toepassing van deze verordening naar het oordeel van Gedeputeerde Staten tot een onredelijke uitkomst leidt, wordt, binnen de grenzen zoals die zijn gesteld in de in artikel 1 bedoelde rechtspositiebesluiten, door Gedeputeerde Staten naar billijkheid beslist.
Deze verordening wordt aangehaald als Verordening rechtspositie gedeputeerden, staten- en commissieleden Gelderland 2007.