Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Blaricum

Verordening op de ambtelijke bijstand

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBlaricum
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de ambtelijke bijstand
CiteertitelVerordening op de ambtelijke bijstand
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpBestuur en recht
Externe bijlageVerordening ambtelijke bijstand Toelichting

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 33

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

11-10-2002nieuwe regeling

30-05-2002

Laarder Courant De BEL 29-8-2002

Raadsbesluit 2002-19  

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de ambtelijke bijstand

De raad van de gemeente Blaricum,

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders

 

gelet op artikel 33 Gemeentewet

 

besluit:

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening op de ambtelijke bijstand

 

Artikel 1  

  • 1

    Een raadslid wendt zich tot de griffier of een ambtenaar met een verzoek om:

    a. feitelijke informatie van geringe omvang;

    b. inzage in of afschrift van documenten die openbaar zijn

     

  • 2

    Indien de ambtenaar twijfelt of het verzoek betrekking heeft op informatie bedoeld onder het eerste lid, onderdeel a of b, stelt hij de secretaris daarvan in kennis. De secretaris beslist

  • 3

    Een raadslid wendt zich tot de griffier met een verzoek om bijstand bij het opstellen van voorstellen, amendementen en moties of andere bijstand.

  • 4

    De bijstand, bedoeld in het derde lid, wordt verleend door de griffier. Indien de gevraagde bijstand niet door de griffier kan worden verleend kan de griffier de secretaris verzoeken, één of meer ambtenaren aan te wijzen, die de gevraagde bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.

Artikel 2  

  • 1

    Een ambtenaar verleent op verzoek van de griffier of de secretaris ambtelijke bijstand tenzij:

    a. het raadslid niet aannemelijk heeft gemaakt dat de bijstand betrekking heeft op de werkzaamheden van de raad;

    b. dit het belang van de gemeente kan schaden;

    c. het bijstand, bedoeld in artikel 1, derde lid, betreft en het raadslid reeds volledig gebruik heeft gemaakt van het hem op grond van artikel 5, eerste lid, beschikbaar gestelde aantal uren ambtelijke bijstand.

     

  • 2

    De secretaris beoordeelt of ambtelijke bijstand op grond van het eerste lid geweigerd wordt.

  • 3

    Indien de bijstand op grond van het eerste lid wordt geweigerd deelt de secretaris dit met redenen omkleed mee aan de griffier en aan het raadslid dat het verzoek heeft ingediend.

Artikel 3  

Indien het verzoek om bijstand van een ambtenaar door de secretaris wordt geweigerd kan de griffier of het betrokken raadslid het verzoek voorleggen aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk over het verzoek.

Artikel 4  

  • 1

    Indien een raadslid niet tevreden is over door een ambtenaar verleende bijstand, doet hij of de griffier hiervan mededeling aan de secretaris.

  • 2

    Indien overleg met de secretaris niet leidt tot een voor beide partijen bevredigende oplossing leggen zij de zaak voor aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk over de zaak.

Artikel 5  

  • 1

    Elk raadslid heeft per jaar recht op 15 uur ambtelijke bijstand als bedoeld in artikel 1, derde lid. Voor het jaar van invoering (2002) is er recht op 10 uur ambtelijke bijstand per raadslid.

  • 2

    De secretaris houdt een register van de verleende ambtelijke bijstand als bedoeld in artikel 1, derde lid, bij waarin per verzoek om bijstand aan de reguliere ambtelijke organisatie wordt opgenomen:

    a. welk raadslid om bijstand heeft verzocht;

    b. over welk onderwerp om bijstand is verzocht;

    c. welke ambtenaar de bijstand heeft verleend;

    d. hoeveel tijd het verlenen van de bijstand heeft gekost;

    e. de reden waarom een verzoek is geweigerd.

     

Artikel 6  

De secretaris verstrekt de desbetreffende portefeuillehouder in het college desgewenst een afschrift van het verzoek uit het register.

Artikel 7  

Als het college, leden van het college of raadsleden informatie wensen over een verzoek om ambtelijke bijstand of de inhoud van het gegeven advies wenden zij zich daartoe rechtstreeks tot het betrokken raadslid.

Artikel 8  

Deze verordening treedt in werking zes weken na bekendmaking.

Blaricum, 30 mei 2002

 

drs. R.C.B. de Jong                                              drs. W.H.C. Ton

wnd. griffier                                                            voorzitter