| Organisatie | Maasgouw |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Verordening winkeltijdenwet Maasgouw 2010 |
| Citeertitel | Verordening winkeltijdenwet Maasgouw 2010 |
| Vastgesteld door | gemeenteraad |
| Onderwerp | bestuur en recht |
| Eigen onderwerp | Algemeen |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 10-06-2010 | nieuwe regeling | 22-04-2010 Maasgouw Nieuws, 28-04-2010 | R08.0277 |
Raadsvergadering 22 april 2010
Verordening Winkeltijdenwet Maasgouw 2010
De raad van de gemeente Maasgouw,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 23 maart 2010
gelet op de Winkeltijdenwet, en artikel 149 van de Gemeentewet;
Verordening winkeltijdenwet Maasgouw 2010
Verordening Winkeltijdenwet voor de gemeente Maasgouw aan te halen als Verordening Winkeltijdenwet Maasgouw 2010 zoals vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 22 april 2010 gepubliceerd in het Maasgouw nieuws op in werking getreden op
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. de wet: de Winkeltijdenwet;
b. feestdagen: Nieuwjaarsdag, Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, Tweede Pinksterdag, Eerste Kerstdag en Tweede Kerstdag.
1. Het college van burgemeester en wethouders beslist op een aanvraag van een ontheffing binnen 8 weken.
2. Het college van burgemeester en wethouders kan de beslissing voor ten hoogste 4 weken verdagen.
Artikel 3 Overdracht van de ontheffing
1. Ontheffingen op grond van deze verordening zijn overdraagbaar na verkregen toestemming van het college van burgemeester en wethouders.
2. In geval van een voorgenomen overdracht van de in het eerste lid bedoelde ontheffingen doet de houder van de ontheffing hiervan onmiddellijk schriftelijk mededeling aan het college van burgemeester en wethouders onder vermelding van de naam en het adres van de voorgestelde rechtverkrijgende.
Artikel 4 Intrekken of wijzigen van de ontheffing
Het college van burgemeester en wethouders kan een ontheffing intrekken of wijzigen indien:
a. ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;
b. op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen van de ontheffing, moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging wordt gevorderd door het belang of de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;
c. het gebruik van de winkel of de uitoefening van een bedrijf anders dan in een winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon en leefklimaat ter plaatse;
d. de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;
e. van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn of, bij gebreke van een dergelijke termijn, binnen een redelijke termijn;
Artikel 5 Zon- en feestdagenregeling
1. De verboden, vervat in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet, gelden niet op ten hoogste twaalf, door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen, zon- en feestdagen per kalenderjaar.
2. De in het eerste lid bedoelde bevoegdheid geldt voor elke kern van de gemeente afzonderlijk.
3. Bij de toewijzing als bedoeld in lid 1 ziet het college erop toe dat rekening wordt gehouden met de belangen van alle ondernemers in de betreffende kern.
Artikel 6 Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor afzonderlijke situaties
1. Het college van burgemeester en wethouders kan ontheffing verlenen van de in artikel 2 van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, Nieuwjaarsdag, Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, Tweede Pinksterdag en Eerste of Tweede Kerstdag, ten behoeve van:
a. bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;
b. het uitstallen van goederen.
2. De in het eerste lid genoemde ontheffing kan worden verleend in geval van: feestelijkheden, bijeenkomsten, (rommel)markten, veilingen, beurzen, kunstateliers en galeries.
Artikel 7 Verbod straatverkoop bepaalde goederen op zon- en feestdagen
Het college van burgemeester en wethouders kan bepalen dat de vrijstelling genoemd in artikel 12 van het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet niet geldt voor de gehele gemeente of voor een of meer delen van de gemeente.
Artikel 8 Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur
1. Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag ontheffing verlenen van de verboden van artikel 2 van de wet, voor zover deze betrekking hebben op werkdagen.
2. De ontheffing kan worden geweigerd indien de woon en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.
1. De verboden, vervat in artikel 2, eerste lid van de wet gelden, in verband met de toeristische aantrekkingskracht van deze gebieden niet in de historische kern van Thorn.
2. Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag een ontheffing verlenen van de verboden, vervat in artikel 2, eerste lid van de wet, in verband met de toeristische aantrekkingskracht van plaatselijke evenementen.
3. Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag een ontheffing verlenen voor op kampeercentra gelegen kampwinkel.
4. Het college van burgemeester en wethouders kan voorschriften verbinden aan de ontheffing.
5. De ontheffing wordt geweigerd indien er geen sprake is van toeristische aantrekkingskracht als bedoeld in artikel 3, derde lid, onder a van de wet.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Maasgouw, d.d. 22 april 2010. De raad voornoemd;
De griffier, De voorzitter,
S.B.J. Backus S.H.M. Strous
Toelichting Verordening winkeltijden Maasgouw 2010.
Om beter in te kunnen spelen op de behoefte om winkels op bepaalde zon- en feestdagen geopend te mogen hebben en om in te kunnen spelen op de behoefte om verkoop tijdens markten, braderieën etc. toe te staan is het wenselijk om middels het vaststellen van een verordening gebaseerd op de Winkeltijdenwet hiertoe ruimere mogelijkheden te creëren.
De feestdagen zijn gelijk aan de genoemde feestdagen in de Wet. Koninginnedag wordt in de Wet niet meer aangemerkt als een feestdag.
Onder kern Maasbracht wordt mede begrepen Brachterbeek. Onder de kern Heel wordt mede begrepen Panheel.
Artikel 3 Overdracht van de ontheffing.
Voor een overdracht van een ontheffing dient het college vooraf toestemming te verlenen. Het college heeft dan de mogelijkheid om te beoordelen of de opvolger geschikt is.
Artikel 5 Zon- en feestdagenregeling.
Het aantal aan te wijzen koopzondagen is in de wet bepaald op twaalf zon- en feestdagen. Deze twaalf dagen kunnen per deel van de gemeente worden aangewezen. De bevoegdheid tot aanwijzing is bij besluit van de gemeenteraad van 29 maart 2007 aan het college gedelegeerd. In de verordening is aangegeven dat het college bij de toewijzing de belangen van alle winkeliers dient te behartigen. Het college dient er op toe te zien dat er een goede spreiding is over winkeliers en data.
Artikel 6 Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor afzonderlijke situaties
Dit artikel is gebaseerd op artikel 4 van de wet. In lid 2 van artikel 7 wordt aangegeven in welke situaties ontheffing kan worden verleend. Deze bepaling brengt flexibiliteit in de mogelijkheid om (winkel)verkoop op zon- en feestdagen toe te staan.
Artikel 7 Verbod straatverkoop van bepaalde goederen op zon en feestdagen
De vrijstelling heeft betrekking op de verkoop van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken. Deze vrijstelling is artikel 12 van het Vrijstellingsbesluit Winkeltijdenwet geregeld. Indien plaatselijke omstandigheden daartoe aanleiding geven kan het college bepalen dat deze vrijstelling niet geldt voor de gemeente of voor bepaalde delen daarvan.
Artikel 8 Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur
Deze bevoegdheid is gebaseerd op artikel 7 van de wet. In de gemeente Maasgouw wordt van deze bepaling gebruik gemaakt voor het z.g. Moonlightshoppen.
De Winkeltijdenwet geeft de gemeenteraad de mogelijkheid om vrijstelling van de in artikel 2 Winkeltijdenwet vervatte verboden te verlenen voor op de betrokken gemeente of een deel daarvan gericht toerisme. Het toerisme dient van substantiële omvang te zijn.
Daarnaast geeft deze bepaling de mogelijkheid om naast de twaalfdagen regeling extra zon- of feestdagen aan te wijzen bij evenementen met een toeristische aantrekkingkracht zoals (jaar)markten, havendagen etc.