Organisatie | Losser |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel Draagkracht op grond van inkomen |
Citeertitel | Beleidsregel Draagkracht op grond van inkomen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Werk en inkomen |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-06-2007 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 12-06-2007 | 12-06-2007, 4 |
Onder meerinkomen wordt verstaan al het inkomen boven de van toepassing zijnde bijstandsnorm. Dit meerinkomen hoeft niet in het geheel te worden aangewend voor het zelf betalen van de bijzondere kosten, maar daarvoor gelden onderstaande percentages: 20% van het meerinkomen tot € 113,45 per maand;
40% van het meerinkomen van € 113,45 tot € 226,90 per maand;
60% van het meerinkomen van € 226,90 tot € 340,35 per maand en
100% van het meerinkomen boven € 340,35. Deze percentages gelden nagenoeg voor alle vormen van bijzondere bijstand, met uitzondering van de woonkostenvergoeding. Bij die aanvraag geldt dat de ruimte in het inkomen boven het bijstandsniveau helemaal moet worden besteed aan het betalen van de woonkosten.
Artikel 2 Tekortschietend besef van verantwoordelijkheid
Is betrokkene door eigen toedoen in een situatie gekomen dat hij een beroep op de bijzondere bijstand moet doen, met andere woorden is er sprake van een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid, dan bestaat de mogelijkheid van bovenstaande percentages af te wijken. In beginsel zal dan een bijdrage van 100% van het meerinkomen worden verlangd, ongeacht de hoogte van dit meerinkomen, omdat anders gedrag dat getuigt van tekortschietend besef van verantwoordelijkheid beloond wordt.
Artikel 3 Inkomenswijzigingen tijdens draagkrachtperiode
Wanneer op het moment van aanvraag al bekend is dat het inkomen van aanvrager tijdens de draagkrachtperiode zal wijzigen kan hiermee bij de berekening van de draagkracht rekening gehouden geworden.
De draagkrachtperiode wordt in alle gevallen vastgesteld (zowel incidentele als periodieke kosten) op één jaar te rekenen vanaf de eerste dag van de maand, waarin de aanvraag is ingediend. De aanvraag wordt in beginsel ook ingediend voordat of vlak nadat de kosten zijn gemaakt (als regel binnen een maand).
Artikel 5 Verrekening draagkracht
Voor incidentele verstrekkingen wordt de jaardraagkracht ineens verrekend. Bij periodieke kosten wordt de draagkracht voor een jaar vastgesteld en vervolgens gespreid over de maanden waarin de bijzondere bijstand wordt verstrekt. Indien deze kosten zich over een periode korter dan een jaar voordoen wordt de draagkracht naar tijdsevenredigheid vastgesteld.
Voorbeeld: jaardraagkracht € 450,00, periodieke bijzondere bijstand gedurende 6 maanden. Dit betekent 6/12 x € 450,00 = € 225,00.