Organisatie | Wageningen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing 2011 |
Citeertitel | Verordening rioolheffing 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Geen
Artikel 228a van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2011 | 01-01-2012 | Nieuwe regeling | 29-11-2010 DeStad Wageningen 22 december 2010 | 10.0033779, team FC |
De raad van de gemeente Wageningen;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders aan de raad van 26 oktober 2010;
gelet op artikel 228a van de Gemeentewet;
Besluit vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing 2011.
Aldus besloten in de openbare vergadering van 29 november 2010,
Artikel 2 Aard van de belasting
Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan:
Artikel 4 Zelfstandige gedeelten
Indien gedeelten van een in artikel 3 bedoeld perceel blijkens hun indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, wordt de belasting geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien verstande, dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als één geheel worden gebruikt, deze als één perceel worden aangemerkt.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarieven
De belasting wordt geheven naar het aantal kubieke meters water dat vanuit het perceel wordt afgevoerd. Het aantal kubieke meters wordt gesteld op het aantal kubieke meters leidingwater en grondwater dat in het belastingtijdvak naar het perceel is toegevoerd of is opgepompt en bedraagt:
indien in het perceel een watermeter van Vitens is geplaatst, dan wel de gebruiker beschikt over een eigen installatie voor het oppompen van water en in beide gevallen het totale waterverbruik niet meer bedraagt dan 600 kubieke meter per jaar: een vast bedrag van
€ 101,52, vermeerderd met € 0,63 per kubieke meter water, afgenomen van Vitens dan wel door middel van een eigen installatie opgepompt;
In afwijking in zoverre van het eerste lid is het tarief, indien het belastingtijdvak een gedeelte van een kalenderjaar of gedeelten van kalenderjaren omvat, gelijk aan de som van zoveel 365e en in geval van een schrikkeljaar 366e delen van het voor het desbetreffende kalenderjaar geldende tarief als daarvan dagen behoren tot het belastingtijdvak.
De belasting wordt geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving. Deze kan worden gesteld op de gespecificeerde eindafrekening van Vitens. Als dagtekening van de kennisgeving geldt in dat geval de dagtekening van de eindafrekening. Als kennisgeving van voorlopig gevorderde bedragen wordt de voorschotnota van Vitens aangemerkt of de kennisgeving op andere wijze van betaling van voorschotbedragen.
Artikel 9 Termijnen en wijze van betaling
Het voorlopig gevorderde bedrag, alsmede het definitief gevorderde bedrag moet worden voldaan tegelijk met en op dezelfde wijze als die waarop het voorschotbedrag, onderscheidenlijk het definitieve bedrag van de eindafrekening van Vitens moet worden voldaan, met dien verstande, dat de termijn van betaling ten minste vijf dagen na de dagtekening van de (voorschot)nota beloopt.
Artikel 10 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, is het vaste bedrag op grond van artikel 5, eerste lidonder a en b verschuldigd tot en met de laatste dag van gebruik van het perceel; de variabele heffing is verschuldigd op basis van de meterstand, zoals deze bij Vitens bekend is ten tijde van de beëindiging van het gebruik van het perceel.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rioolheffing.