Organisatie | Schiedam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting 2011 |
Citeertitel | Verordening reclamebelasting 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
Gemeentewet, art. 227
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2011 | 31-08-2011 | nieuwe regeling | 04-11-2010 Verzameling belas-ting- en retributiever-verordeningen en publicatie huis-aan-huisblad Maasstad op 10-11-2010 | SFACDIV |
Deze verordening verstaat onder:
onroerende zaak: een onroerende zaak zoals afgebakend overeenkomstig artikel 16 van de Wet waardering onroerende zaken. Indien verschillende gebruikers gebruikmaken van een onroerende zaak die is afgebakend conform artikel 16 van de Wet waardering onroerende zaken en deze ieder hun eigen openbare aankondigingen voeren, wordt de onroerende zaak opgesplitst in evenzoveel deelobjecten als er verschillende gebruikers zijn en wordt de belasting van elk van deze gebruikers geheven;
De Verordening Reclamebelasting is van toepassing binnen het gebied van de gemeente Schiedam dat begrensd wordt door de volgende straten:
Appelmarkt, Boterstraat, Broersveld, Broersvest, Dam, Korte Dam, Gerrit Verboonstraat, Oranjestraat, Grote Markt, Hoogstraat, Koemarkt, Korte Haven, Lange Haven, Korte Singelstraat, Land van Belofte, Lange Kerkstraat, Korte Kerkstraat, Stadserf, Rotterdamsedijk huisnummers 397 t/m 447 en 234 t/m 272.
Het ontstaan van de belastingschuld en de heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht met betrekking tot het eigendom voor de reclamebelasting in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht met betrekking tot het eigendom voor de reclamebelasting in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.