Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Dantumadiel

Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDantumadiel
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van rioolheffing 2010
CiteertitelVerordening rioolheffing 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Geen

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201121-12-2013Geen

14-12-2010

Nieuwsblad van Noord-Oost Friesland, 29-12-2010

Onbekend
01-01-201001-01-2011nieuwe regeling

22-12-2009

Nieuwsblad van Noord-Oost Friesland, 29-12-2009

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing 2010

 

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    perceel:

     

    een roerende of onroerende zaak of een zelfstandig gedeelte daarvan;

  • b.

    gemeentelijke riolering:

     

    een voorziening of combinatie van voorzieningen voor inzameling, verwerking, zuivering of transport van afvalwater, hemelwater of grondwater, in eigendom, in beheer of in onderhoud bij de gemeente;

  • c.

    water:

     

    huishoudelijk afvalwater, bedrijfsafvalwater, hemelwater of grondwater.

Artikel 2 Aard van de belasting

Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan:

  • a.

    de inzameling en het transport van huishoudelijk afvalwater en bedrijfsafvalwater, alsmede de zuivering van huishoudelijk afvalwater; en

  • b.

    de inzameling van afvloeiend hemelwater en de verwerking van het ingezamelde hemelwater, alsmede het treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken.

Artikel 3 Belastbaar feit en belastingplicht

  • 1.

    De belasting wordt geheven:

  • van de gebruiker van een perceel van waaruit water direct of indirect op de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd,

  • 2.

    Met betrekking tot de belasting, wordt als gebruiker aangemerkt:

    • a.

      degene die naar de omstandigheden beoordeeld het perceel al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruikt;

    • b.

      ingeval een gedeelte van een perceel – niet een gedeelte als bedoeld in artikel 4 – voor gebruik is afgestaan: degene die dat gedeelte voor gebruik heeft afgestaan.

Artikel 4 Zelfstandige gedeelten

Indien gedeelten van een in artikel 3 bedoeld perceel blijkens hun indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, wordt de belasting geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als één geheel worden gebruikt, deze als één perceel worden aangemerkt.

Artikel 5 Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar een vast bedrag per perceel.

Artikel 6 Belastingtarieven

  • 1.

    De rechten als bedoeld in artikel 2, bedragen per belastingjaar:

    • a.

      voor een perceel, uitsluitend gebruikt als woonhuis € 176,70

    • b.

      voor een bedrijfspand:

      • 1.

        gebruikt als woning met winkel € 191,45

      • 2.

        gebruikt als woning met café € 215,25

      • 3.

        gebruikt als woning met café-restaurant € 238,05

      • 4.

        gebruikt als woning met hotel € 289,60

      • 5.

        gebruikt als woning met bakkerij of slagerij, ongeacht of er winkelruimte in gebruik is € 238,05

      • 6.

        gebruikt als woning met garage, waarin een garagebedrijf wordt uitgeoefend € 292,50

      • 7.

        gebruikt als fabrieksruimte of werkplaats waarin werkzaam zijn:

        • 10 personen of minder € 191,45

        • meer dan 10 personen, doch niet meer dan 30 € 215,25

        • meer dan 30 personen, doch niet meer dan 50 € 292,50

        • meer dan 50 personen, doch niet meer dan 90 € 585,15

        • vermeerderd met € 85,85 voor elk tiental personen

        • of gedeelte daarvan boven 90 personen

      • 8.

        gebruikt als pension, verpleeginrichting

        of bejaardentehuis, huisvesting biedende aan

        • 10 personen of minder € 191,45

        • meer dan 10 personen, doch niet

          meer dan 30 € 215,25

        • meer dan 30 personen, doch niet

          meer dan 50 € 292,50

        • meer dan 50 personen, doch niet

          meer dan 90 € 585,15

        • vermeerderd met € 85,85 voor

          elk tiental personen of gedeelte daarvan boven 90 personen.

      • 9.

        voor een gebruik niet hiervoor genoemd onder 1. tot en met 8. € 215,25

    • c.

      voor een autobox € 19,10

Artikel 7 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of voor de belasting, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht met betrekking tot het perceel in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht met betrekking tot het perceel in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,-

  • 4.

    Belastingbedragen van minder dan € 5,- worden niet geheven.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

  • 3.

    In afwijking van het eerste lid geldt ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 140,- doch minder dan € 1.400,- en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in twaalf gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rioolheffing.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De 'Verordening Rioolrechten 2002' van 18 december 2001, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 16 december 2008, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als 'Verordening rioolheffing 2010'.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad der gemeente Dantumadiel, gehouden in het gemeentehuis te Damwâld op 22 december 2009.

De r a a d voornoemd,

, griffier.

, voorzitter.