Organisatie | Teylingen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Woonschepenverordening Teylingen |
Citeertitel | Woonschepenverordening Teylingen |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2010 | 21-01-2020 | nieuwe regeling | 17-12-2009 nieuwsblad Teylingen, 23-12-2009 | 140769 |
Artikel 7 Intrekken ligplaatsvergunning
Burgemeester en wethouders kunnen een ligplaatsvergunning intrekken indien:
HOOFDSTUK 3 – STRAF- EN OVERGANGSBEPALINGEN
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in deze verordening, met uitzondering van het in artikel 3 vervatte verbod, indien strikte toepassing van het bepaalde leidt tot onbillijkheid van overwegende aard.
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast die personen die hiervoor bij besluit van burgemeester en wethouders dan wel de burgemeester worden aangewezen.
Overtreding van de artikelen 3 lid 1, 5 lid 1, wordt gestraft met een hechtenis van ten hoogste drie maanden of een geldboete van de tweede categorie.
Aldus besloten in de openbare vergadering van 17 december 2009.
De raad voornoemd,
De griffier, de voorzitter,
R. van Dijk drs. S.W.J.G. Schelberg
Afschriften van dit besluit naar:
- Arrondissementsparket te ’s Gravenhage.
- Politie Hollands Midden, ter attentie van Team Oegstgeest
- Afdeling Beheer Leefomgeving, Buitengewone Opsporings Ambtenaren (BOA’s)
- Afdeling Gemeentewinkel, Team vergunningen
TOELICHTING WOONSCHEPENVERORDENING TEYLINGEN
Per 1 juli 2008 is de provinciale Verordening Watergebieden en Pleziervaartuigen Zuid-Holland ingetrokken. Deze verordening regelde het beheer en de handhaving van het gebied De Kaag. In de notitie “De Kaag, de mooiste helft van Teylingen”van 12 juli 2007 zijn de uitgangspunten voor beheer en handhaving van het water in de gemeente Teylingen vastgelegd.
In deze verordening wordt uitvoering gegeven aan deze uitgangspunten, waarbij vooralsnog prioriteit wordt gegeven aan een regeling voor woonschepen. Een regeling voor pleziervaartuigen volgt later.
Zoals verwoord in de Kaagnotie heeft deze verordening als doel om te komen tot een duidelijke en eenduidige juridische status van de ligplaatsen en een daarmee samenhangende betere handhaafbaarheid. Hierdoor wordt mede de landschappelijke kwaliteit van het gebied versterkt.
In de verordening worden regels gesteld omtrent het innemen van ligplaatsen door woonschepen. Uitgangspunt is dat het zonder vergunning verboden is ligplaatsen in te nemen. Door middel van een ligplaatsenkaart wordt aangegeven waar woonschepen een ligplaats mogen innemen.
De beschikbare ligplaatsen zijn aangegeven op een ligplaatsenkaart die onderdeel uitmaakt van deze verordening. Indien nodig kan de ligplaatsenkaart door het College worden gewijzigd en in overeenstemming worden gebracht met het bestemmingsplan. Onderdeel van de ligplaatsenkaart is een overzicht van maximale maatvoering van de woonschepen per ligplaats.
Voor woonschepen geldt dat de vergunning onder meer geweigerd kan worden wanneer er strijd is met het vigerende bestemmingsplan of wanneer het uiterlijk in strijd is met redelijke eisen van welstand. Voor het tweede punt worden in overleg met de welstandscommissie sneltoetscriteria opgesteld. Aanvragen voor schepen die niet aan de criteria voldoen worden voorgelegd aan de Welstandscommissie. Aanvragen voor bestaande woonschepen die in het eerste jaar na vaststelling van deze verordening worden ingediend, worden niet aan welstand getoetst. De bepalingen met betrekking tot bestemmingsplannen treden eerst in werking wanneer deze bestemmingsplannen onherroepelijk in werking zijn getreden.
De te verlenen vergunning wordt verstrekt op aanvraag aan de eigenaar van het schip en geldt uitsluitend voor het op de vergunning aangegeven schip. Bij wijziging, verandering of vervanging van het schip dient een nieuwe vergunning aangevraagd te worden. Verandering van het woonschip houdt in bouwkundige aanpassingen met uitzondering van inpandige aanpassingen.
De vergunning is overdraagbaar. Bij overdracht van de vergunning dient wijziging van de tenaamstelling door vergunninghouder en rechtverkrijgende aangevraagd te worden. Wanneer wijziging van de tenaamstelling achterwege blijft, berust de vergunning niet meer op de juiste gegevens en kan om die reden de vergunning worden ingetrokken. Woonschepen die al met een vergunning of een ontheffing of die volgens een rechtsgeldig bestemmingsplan een ligplaats hebben of mogen innemen ten tijde van de inwerkingtreding van deze verordening behouden hun ligplaats mits opnieuw vergunning is verleend op grond van deze verordening.
Naast de publiekrechtelijke vergunning voor het innemen van een ligplaats met een woonschip is ook privaatrechtelijke toestemming nodig van de eigenaar van de grond onder het woonschip en/of de walkant.
In hoofdstuk 1 zijn in artikel 1 de begripsbepalingen opgenomen. In artikel 1 onder d) is het begrip “openbaar water” benoemd. Onder openbaar water wordt verstaan ieder water, dat voor enig gebruik open staat voor het publiek. Openbaar is synoniem aan 'feitelijk voor het publiek toegankelijk'. De verordening heeft niet alleen betrekking op het water dat in het beheer is van de gemeente. Ook openbaar water in het beheer van anderen dan de gemeente, zoals de provincie, waterschappen en particulieren valt onder de werking van de verordening. Het is namelijk uit een oogpunt van gezondheid, veiligheid en het aanzien van de gemeente gewenst het gebruik of de wijze van gebruik van wateren door schepen van gemeentewege te kunnen reguleren. Onder e) wordt de omschrijving gegeven van een woonschip een woonvilla of waterwoning. Deze drie begrippen worden vaak door elkaar gebruikt. Waar in deze verordening het begrip woonschip wordt gebruikt, staat dit ook voor woonvilla of waterwoning.
In artikel 2 is bepaald op welke wijze de voor deze verordening relevante maten van woonschepen worden vastgesteld. De maten worden buitenwerks genomen. Functionele bouwdelen als gangboorden tot een maximum van 50 cm breedte worden daarbij buiten beschouwing gelaten. Gangboorden met een grotere breedte worden wél meegerekend. Terrassen worden niet beschouwd als functionele bouwdelen. Voor wat betreft het meten van de hoogte worden in de hoogte uitstekende bouwdelen zoals schoorstenen, masten en afvoerpijpen niet meegerekend.
Hoofdstuk 2 betreft de regeling ten aanzien van woonschepen. In artikel 3 is in het eerste lid de algemene verbodsbepaling opgenomen met de uitzonderingen daarop in lid 2. Artikel 4 regelt de ligplaatsenkaart. In artikel 4 lid 3 is opgenomen dat de maximale maatvoering in de ligplaatsenkaart wordt geregeld. Uitgangspunt daarbij is de bestaande situatie op het moment van inwerkingtreding van deze verordening. Voor deze maatvoering wordt uitgegaan van de zogenoemde uiterste maat (de maximale hoogte-, breedte- en lengte maten van het woonschip) en woonmaat (de maximale maten van de opbouw).
In de artikelen 5 t/m 7 zijn de verlening, wijziging, intrekking van de vergunning geregeld, waarbij in artikel 7 onder meer de intrekking is geregeld wanneer het woonschip niet voldoet aan eisen van veiligheid, milieuhygiëne of gezondheid. Bij de beoordeling of voldaan wordt aan deze eisen worden de op dat terrein gestelde eisen in Woningwet en Bouwbesluit als richtsnoer gehanteerd. Zo nodig zullen aparte regels gesteld worden. In artikel 8 is de mogelijkheid opgenomen de vergunning over te dragen bij eigendomsoverdracht van het woonschip. In zo’n geval dienen vergunninghouder en rechtverkrijgende wijziging van de tenaamstelling van de vergunning aan te vragen. Wanneer zij dat niet doen dan is de vergunning niet meer in overeenstemming met de werkelijkheid en kan de vergunning op grond van artikel 7 onder b) worden ingetrokken. Zoals reeds in de inleiding is opgemerkt is naast een publiekrechtelijke vergunning voor het innemen van een ligplaats met een woonschip ook privaatrechtelijke toestemming nodig van de eigenaar van de grond onder het woonschip en/of de walkant. In artikel 9 zijn regels opgenomen over aansluiting op de riolering.
Artikel 10 geeft de mogelijkheid aanwijzingen te geven.
In hoofdstuk 3 zijn straf- en overgangsbepalingen opgenomen.
Artikel 11 biedt de mogelijkheid bij kennelijke hardheid van de bepalingen in deze verordening af te wijken, behalve van het verbod om zonder vergunning een ligplaats in te nemen met een woonschip of dit te vervangen of te veranderen (artikel 3). Hierbij moet met name gedacht worden aan afwijkende maatvoeringen en eventuele calamiteiten. Voorts zijn bepalingen met betrekking tot toezicht en strafbepalingen bij overtreding van de verordening opgenomen.