Organisatie | Schinnen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de raadscommissies 2006 |
Citeertitel | Verordening op de raadscommissies 2006 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet, art. 82
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
22-09-2006 | 01-01-2014 | Nieuwe regeling | 21-09-2006 Onbekend | Onbekend | |
21-09-2006 | 21-09-2006 Goed nIeuws |
In deze verordening wordt verstaan onder:
variabel lid: lid dat een variabele zetel inneemt en op voordracht door de afzonderlijke fracties, door de raad wordt benoemd als lid van een raadscommissie.
Variabele leden kunnen zijn ofwel raadsleden ofwel personen die een aantoonbare binding hebben met een politieke partij of groep (fractievertegenwoordigers).
Hoofdstuk 2 Instelling, taken en samenstelling
Artikel 2 Instelling raadscommissies
Indien een onderwerp beide raadscommissies aangaat, wordt het onderwerp in de afzonderlijke raadscommissies besproken, tenzij de voorzitters van de betrokken raadscommissies in overleg beslissen dat een gezamenlijke vergadering van de raadscommissies wordt belegd of dat de raadscommissie die het onderwerp het meest aangaat, het onderwerp behandelt.
Daarnaast levert elke fractie de volgende variabele leden: CDA en VG elk 4, PVDA 3, Cals en VVD elk 2 variabele leden. Voor de 8 variabele plaatsen.
Hiervoor zijn de volgende plaatsen bepaald: CDA, VG, PVDA elk 2 plaatsen en CALS, VVD elk 1 plaats. Deze variabele leden worden door de raad benoemd. Het kunnen zowel raadsleden als fractievertegenwoordigers zijn.
Een variabel lid kan zowel raadslid als niet-raadslid zijn. De artikelen 10, 11, 12, 13 en 15 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op een lid van een raadscommissie. De in het derde lid genoemde leden dienen daarnaast tijdens de laatste verkiezingen van de raad geplaatst te zijn op de kandidatenlijst van een fractie of lid te zijn van de politieke partij die hem of haar voordraagt als factievertegenwoordiger.
Hoofdstuk 3 Aanwezigheid college, burgemeester en secretaris
Paragraaf 1 Tijdstip van vergaderen en voorbereiding
Wanneer de raadscommissie een onderwerp of voorstel onvoldoende voor de beraadslaging (in de gemeenteraad) voorbereidt acht, kan zij aan het college of de burgemeester nadere inlichtingen of advies vragen. Dit kan zijn:
een memorie van toelichting: aanvullende schriftelijke informatie, opgesteld door het college, n.a.v. de behandeling van een stuk in de commissie;
of een nota van wijziging: schriftelijke aanvulling/vervanging, opgesteld door het college, op eerder verstrekt voorstel door het college, n.a.v. de behandeling van een stuk in de commissie.
Daarnaast kan geadviseerd worden dat het betreffende stuk, c.q. voorstel wordt teruggegeven aan het college.
De raadscommissie bepaalt in het laatste geval, in welke vergadering het onderwerp of voorstel opnieuw geagendeerd wordt.
Artikel 13 Ter inzage leggen van stukken
Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage gelegd. Indien na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden en zo mogelijk in een openbare kennisgeving.
Paragraaf 2 Orde der vergadering
Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekent ieder lid ( vaste leden, plv. leden en variabele leden) onmiddellijk de presentielijst. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de voorzitter en de griffier door ondertekening vastgesteld.
Artikel 16 Opening vergadering en quorum
Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden aanwezig is, bepaalt de voorzitter onder verwijzing naar dit artikel, na voorlezing van de namen der afwezige leden, dag en uur van de volgende vergadering, op een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de schriftelijke oproep is gelegen.
De leden, de voorzitter, de burgemeester en de wethouders, hebben het recht, een voorstel tot wijziging van het verslag aan de raadscommissie te doen, indien het verslag onjuistheden bevat of niet duidelijk weergeven hetgeen gezegd of besloten is. Een voorstel tot verandering dient voor de aanvang van de vergadering schriftelijk bij de griffier te worden ingediend.
Artikel 22 Handhaving orde; schorsing
Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.
Hoofdstuk 5 Besloten vergadering
Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.
Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de raadscommissie overeenkomstig artikel 86, eerste lid, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De raadscommissie kan besluiten de geheimhouding op te heffen.
Artikel 29 Opheffing geheimhouding
Indien de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen wordt daarover, indien de raadscommissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, in een besloten vergadering met de raadscommissie overleg gevoerd.
Hoofdstuk 6 Toehoorders en pers
Artikel 31 Geluid- en beeldregistraties
Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen. Deze aanwijzingen kunnen niet zover gaan dat zij de vrijheid van pers aantasten.
Artikel 32 Verbod gebruik mobiele telefoons
In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering het gebruik, alsmede het stand-by houden van mobiele telefoons of andere communicatiemiddelen, die inbreuk kunnen maken op de orde van de vergadering zonder toestemming van de voorzitter niet toegestaan.