Organisatie | Limburg |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Nadere stimuleringsregeling collectief particulier opdrachtgeverschap Provincie Limburg |
Citeertitel | Stimuleringsregeling collectief particulier opdrachtgeverschap Provincie Limburg |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp | ruimtelijke ordening, subsidies |
Geen
Algemene Subsidieverordening 2004; Algemene wet bestuursrecht
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
31-10-2008 | 31-12-2011 | Onbekend | 28-10-2008 Provinciaal Blad, 2008, 74 | Onbekend |
Artikel 1 Doel van de regeling
Doel van deze regeling is het door Gedeputeerde Staten van Limburg verlenen van projectsubsidies voor collectief particulier opdrachtgeverschap die bijdragen aan de doelstellingen van het provinciale beleid op het terrein van wonen zoals vastgelegd in het Coalitieakkoord 2007-2011, het programma Investeren in Steden en Dorpen, de jaarlijkse programmabegroting, de jaarlijkse productenraming, de provinciale woonvisie Limburg 2005-2010, de regionale woonvisies en de met het Rijk afgesloten woningbouwafspraken 2005-2010 in het kader van het Besluit locatiegebonden subsidies 2005 (Bls2005).
In deze regeling wordt verstaan onder:
collectief particulier opdrachtgeverschap: situatie dat een groep natuurlijke personen, georganiseerd als rechtspersoon zonder winstoogmerk, volledige juridische zeggenschap heeft over en verantwoordelijkheid draagt voor het gebruik van de grond, het ontwerp en de bouw van de eigen woning in nieuwbouw of in een bestaand gebouw.
professionele partij: bij een CPO –project: een bedrijf of organisatie die beschikt over aantoonbare kennis en ervaring in de begeleiding van woningbouwprojecten op het gebied van collectieve eigenbouw c.q. woningbouw van particulieren. bij een haalbaarheidsonderzoek/studie: een bedrijf of organisatie die beschikt over (specifieke) stedenbouwkundige, architectonische en bouwtechnische kennis en ervaring op het gebied van collectieve eigenbouw in bestaande gebouwen.
Artikel 3 Subsidiabele activiteiten
Subsidie wordt verstrekt ten behoeve van:
Woningbouwprojecten die gerealiseerd worden door middel van collectief particulier opdrachtgeverschap in een bestaand gebouw. Bij een bestaand gebouw gaat het om een gebouw dat haar oorspronkelijke functie verliest c.q. verloren heeft en als gevolg daarvan leeg komt te staan of al leeg staat. Hierbij kan onder meer gedacht worden aan een boerderij, een klooster, een monument of historisch pand, een kantoorpand of een school.
Tot de subsidiabele kosten worden uitsluitend gerekend:
De noodzakelijke uitgaven voor het bewerkstelligen van samenwerking bij een woningbouwproject van collectief particulier opdrachtgeverschap, zoals genoemd in artikel 3.1 en 3.2. Deze uitgaven hebben betrekking op het inhuren van onafhankelijke externe deskundigheid voor de procesbegeleiding, de centrale coördinatie of een architect. Dit is dat deel van de mogelijke activiteiten voor de procesbegeleider of de gezamenlijk coördinerende architect, dat betrekking heeft op het functioneren van het proces van het collectief. Ook de kosten voor oprichting van een samenwerkingsverband kunnen onderdeel hiervan uitmaken.
De noodzakelijke uitgaven voor nieuw ontwikkelde en of te ontwikkelen initiatieven van het gemeentebestuur ter stimulering van woningbouw met collectief particulier opdrachtgeverschap, zoals genoemd onder artikel 3.4. Hiermee wordt bijvoorbeeld bedoeld het organiseren en uitvoeren van scholing van potentiële initiatiefnemers, het vormgeven van een publiciteitscampagne en/of het inhuren van een consulent collectief particulier opdrachtgeverschap. Deze initiatieven maken geen deel uit van reguliere werkzaamheden en/of taken van de gemeente.
Artikel 5 Subsidieplafond en verdeelsleutel
Subsidieaanvragen worden beoordeeld in volgorde van binnenkomst. De datum van de poststempel is bepalend. Bij persoonlijk afgeleverde aanvragen is de ontvangststempel van de provincie Limburg dan wel de datum van het verkregen bewijs van ontvangst, bepalend. Bij onvolledig ingediende aanvragen geldt de datum waarop de aanvraag volledig is. Bij indiening op dezelfde datum gaat die aanvraag voor die naar het oordeel van Gedeputeerde Staten van Limburg het best aansluit bij de van toepassing zijnde subsidiecriteria.
De indiener van een op deze grond afgewezen aanvraag is bevoegd een dergelijke aanvraag opnieuw in te dienen als Gedeputeerde Staten van Limburg besluiten om het betreffende subsidieplafond te verhogen. In afwijking van het derde lid zijn Gedeputeerde Staten van Limburg bevoegd om aan deze aanvragen voorrang te verlenen.
Subsidieaanvragen kunnen jaarlijks uiterlijk tot en met 30 juni bij Gedeputeerde Staten van Limburg worden ingediend. Subsidieaanvragen die daarna binnenkomen, worden afgewezen. Voor het jaar 2009 geldt de datum van de inwerkingtreding van deze stimuleringsregeling als begindatum voor het indienen van subsidieaanvragen.
Een subsidie dient te worden aangevraagd voor het tijdvak waarop de activiteiten betrekking hebben. Voor activiteiten als bedoeld in artikel 3.1 en 3.2. is dit de periode tot de verlening van de bouwvergunning. Voor activiteiten als bedoeld in artikel 3.3 is dit de duur van de uitvoering van het haalbaarheidsonderzoek. Voor activiteiten als bedoeld in artikel 3.4 is dit de duur van het betreffende initiatief.
Artikel 9 Verplichtingen van de subsidieaanvrager
De subsidieaanvrager brengt gedurende de ontwikkeling en realisatie van activiteiten waarvoor subsidie op basis van deze regeling is ontvangen, tussentijds schriftelijk verslag uit aan Gedeputeerde Staten over de voortgang van de activiteiten waarvoor een subsidie is ontvangen. In de betreffende subsidiebeschikking wordt hiervoor een termijn opgenomen.
Indien na de aanvraag of verlening van een subsidie voor een CPO-project of een CPO-initiatief toch geen doorgang kan vinden dan dient de subsidieaanvrager de Provincie daarvan per direct en schriftelijk op de hoogte te stellen. In het onderhavige geval dient de subsidieaanvrager een aanvraag tot vaststelling van de subsidie in, volgens artikel 10 van deze regeling, voor de reeds gemaakte kosten in het voortraject. Deze aanvraag wordt begeleid met een ingevuld evaluatieformulier, zoals vastgesteld bij deze regeling.
Artikel 10 Subsidievaststelling
Binnen 3 maanden na afronding van de activiteiten waarvoor subsidie is ontvangen, dient de subsidieaanvrager een aanvraag tot vaststelling van de subsidie middels het vaststellingsformulier, zoals is vastgelegd bij deze regeling, inclusief alle daarin gevraagde bescheiden, in bij het college van Gedeputeerde Staten. Het voortraject van het CPO-project als bedoeld in artikel 4.1 is afgerond op het moment dat de bouwvergunning voor het CPO-project is afgegeven. Een haalbaarheidsonderzoek of –studie als bedoeld in artikel 4.2 is afgerond indien op basis van alle benodigde en relevante informatie en resultaten een oordeel over de haalbaarheid is afgegeven. Het CPO-initiatief als bedoeld in artikel 4.3 is afgerond op het moment dat het totaal aan activiteiten en/of werkzaamheden binnen het CPO- initiatief waarvoor subsidie is verstrekt, is afgerond.