Organisatie | Limburg |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Regeling nadeelcompensatie provincie Limburg |
Citeertitel | Regeling nadeelcompensatie provincie Limburg |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | financieel beheer, schadevergoeding |
Geen
Algemene wet bestuursrecht
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-05-2010 | Nieuwe regeling | 25-05-2010 Provinciaal Blad van Limburg, 2010, 26 | Onbekend |
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Benadeelde: de partij die schade lijdt als gevolg van de rechtmatige uitoefening door of namens Gedeputeerde Staten van een aan het publiekrecht ontleende bevoegdheid of taak; Verzoeker: de indiener van een verzoek als bedoeld in artikel 4, artikel 12, danwel artikel 14; Deskundige: een deskundige als bedoeld in artikel 6; Commissie: een deskundigencommissie als bedoeld in artikel 6; Gedeputeerde Staten: Gedeputeerde Staten van Limburg.
Artikel 2 Het recht op nadeelcompensatie
Gedeputeerde Staten kennen degene die schade lijdt als gevolg van de rechtmatige uitoefening door of namens Gedeputeerde Staten van een aan het publiekrecht ontleende bevoegdheid of taak, op verzoek een vergoeding toe, voor zover de schade redelijkerwijs niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en voor zover de vergoeding niet of niet voldoende anderszins is verzekerd.
Schade als gevolg van een schadeoorzaak als bedoeld in het eerste lid, komt alleen voor vergoeding in aanmerking wanneer deze in belangrijke mate afwijkt van de schade die 2 dientengevolge op een ieder drukt, dan wel wanneer deze schade op een naar verhouding gering aantal natuurlijke of rechtspersonen die in vergelijkbare positie verkeren drukt.
Heeft verzoeker nagelaten redelijke maatregelen ter voorkoming of beperking van schade te nemen, dan blijft de schade die door het treffen van zodanige maatregelen voorkomen of beperkt had kunnen worden, ten laste van de verzoeker. De redelijke kosten van maatregelen ter voorkoming of beperking van schade behoren tot de te vergoeden schade.
Hoofdstuk 2 Procedurebepalingen
Artikel 3 Termijn voor indiening
2. Gedeputeerde Staten kunnen een verzoek afwijzen indien vijf jaren zijn verlopen na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de benadeelde zowel met de schade als met de omstandigheid dat deze schade is veroorzaakt door een schadeoorzaak als bedoeld in artikel 2, eerste lid bekend is geworden, en in ieder geval door verloop van twintig jaren na de gebeurtenis waardoor de schade is veroorzaakt.
4. Heeft verzoeker, voordat de termijn is verstreken na verloop waarvan Gedeputeerde Staten het verzoek op basis van het tweede lid kunnen afwijzen, een schriftelijke mededeling aan Gedeputeerde Staten gedaan waarin verzoeker ondubbelzinnig verklaart dat hij zich het recht voorbehoudt om een verzoek om nadeelcompensatie als bedoeld in artikel 2, eerste lid in te dienen, dan begint een nieuwe termijn als bedoeld in het tweede lid te lopen na de aanvang van de dag, volgende op die waarop deze schriftelijke mededeling is gedaan.
Artikel 4 Het verzoek om nadeelcompensatie
Indien naar het oordeel van Gedeputeerde Staten niet of onvoldoende is voldaan aan het bepaalde in het eerste lid, of indien verzoeker overigens verzuimt de gegevens en bescheiden die voor de beslissing op de aanvraag nodig zijn en waarover hij redelijkerwijs de beschikking kan krijgen te verschaffen, stellen Gedeputeerde Staten de verzoeker in de gelegenheid het verzuim te herstellen binnen een door Gedeputeerde Staten te stellen termijn.
Artikel 5 Vereenvoudigde behandeling van het verzoek
Gedeputeerde Staten wijzen het verzoek zonder nader onderzoek af indien de schade kennelijk valt onder het maatschappelijke risico danwel het bedrijfsrisico als bedoeld in artikel 2, tweede lid of indien het verzoek naar haar oordeel kennelijk ongegrond is. Een verzoek is onder meer kennelijk ongegrond wanneer het naar het oordeel van Gedeputeerde Staten steunt op de onrechtmatige uitoefening door of namens Gedeputeerde Staten van een aan het publiekrecht ontleende bevoegdheid of taak en wanneer toepassing wordt gegeven aan artikel 3, tweede lid.
Een besluit om een verzoek af te wijzen omdat dit onder het maatschappelijke risico / bedrijfsrisico valt of wegens kennelijke ongegrondheid, wordt aan de verzoeker schriftelijk medegedeeld binnen acht weken na ontvangst van het verzoek, dan wel binnen acht weken nadat de termijn is verstreken gedurende welke de verzoeker het verzoek kon aanvullen.
Artikel 6 Advisering door een deskundige of een commissie
Gedeputeerde Staten stellen de verzoeker in kennis van het voornemen om een deskundige of een commissie te benoemen. De kennisgeving bevat van de te benoemen deskundige of individuele leden van de commissie de naam, het beroep en de plaats waar dit beroep wordt uitgeoefend. De verzoeker kan binnen twee weken na verzending van de kennisgeving bedenkingen uiten tegen de voorgenomen benoeming.
Artikel 7 Het door de deskundige of de commissie te verrichten onderzoek
1. De deskundige of de commissie dient Gedeputeerde Staten van advies over de op het verzoek te nemen beslissing. Daartoe wordt, voorzover een zorgvuldige advisering daartoe noopt, een onderzoek ingesteld naar:
de vraag of de door verzoeker in zijn verzoek gestelde schade een gevolg is van de in het verzoek aangeduide schadeoorzaak, indien en voorzover deze als een rechtmatige uitoefening door of namens Gedeputeerde Staten van een aan het publiekrecht ontleende bevoegdheid of taak als bedoeld in artikel 2, eerste lid kan worden aangemerkt;
De deskundige of de commissie brengt rapport uit over de bevindingen. Hij of zij adviseert Gedeputeerde Staten over de hoogte van de uit te keren vergoeding en doet, indien Gedeputeerde Staten een daartoe strekkend verzoek hebben gedaan, voorstellen voor maatregelen of voorzieningen waardoor de schade, anders dan door een vergoeding in geld, kan worden beperkt of ongedaan gemaakt.
Artikel 9 Procedure deskundige of commissie
Alvorens de deskundige of de commissie het definitieve advies opstelt, maakt hij of zij een conceptadvies op. Dit conceptadvies wordt uiterlijk zesentwintig weken nadat de deskundige of de commissie is benoemd, aan verzoeker en aan Gedeputeerde Staten toegezonden. Indien niet binnen deze termijn een conceptadvies opgemaakt kan worden, deelt de deskundige of de commissie verzoeker en Gedeputeerde Staten gemotiveerd mede, waarom deze termijn overschreden wordt. Daarbij wordt een termijn aangegeven waarbinnen het conceptadvies aan verzoeker en aan de minister zal worden toegezonden. Deze termijn bedraagt ten hoogste zesentwintig weken.
De deskundige of de commissie stelt zijn of haar advies vast binnen acht weken na het verstrijken van de in het zesde lid genoemde termijn. Deze termijn kan, onder opgaaf van redenen, eenmaalmet ten hoogste acht weken verlengd worden. De deskundige of de commissie zendt het advies terstond toe aan de verzoeker en aan Gedeputeerde Staten.
Ingeval een gezamenlijk project van de provincie en een of meer andere overheden of bestuursorganen kan de Regeling nadeelcompensatie provincie Limburg van toepassing worden verklaard door de bestuursorganen die betrokken zijn bij dit project.
Artikel 12 Indiening verzoeken om nadeelcompensatie
Als een schadeloket is ingericht moeten verzoeken om nadeelcompensatie, in afwijking van het bepaalde in artikel 3, eerste lid, ingediend worden bij het schadeloket. Het schadeloket bevestigt de ontvangst van het verzoek zo spoedig mogelijk, doch tenminste binnen twee weken na de ontvangst ervan, en stelt de verzoeker in kennis van de te volgen procedure.
Elk van de in artikel 11 bedoelde bestuursorganen verplichten zich een aan hen gericht verzoek om nadeelcompensatie onverwijld door te zenden aan Gedeputeerde Staten of, in het geval dat een schadeloket is ingericht, aan het schadeloket. Van deze doorzending doet het betreffende bestuursorgaan binnen twee weken een schriftelijk mededeling aan de verzoeker. In deze mededeling wordt ook melding gemaakt van de grondslag van de doorzending en het feit dat de Regeling nadeelcompensatie provincie Limburg van toepassing is.
Gedeputeerde Staten kennen de verzoeker die naar redelijke verwachting in aanmerking komt voor een vergoeding in geld als bedoeld in artikel 2, eerste lid, en wiens belang naar het oordeel van Gedeputeerde Staten vordert dat aan hem een voorschot op deze vergoeding wordt toegekend, op diens schriftelijk verzoek een voorschot toe. Gedeputeerde Staten beslissen op het verzoek, gehoord de deskundige of de commissie.
Het voorschot kan uitsluitend worden verleend indien de verzoeker schriftelijk de verplichting aanvaardt tot gehele en onvoorwaardelijke terugbetaling van hetgeen ten onrechte als voorschot is uitbetaald, zulks te vermeerderen met de wettelijke rente over het teveel betaalde te rekenen vanaf de datum van betaling van het voorschot. Gedeputeerde Staten kunnen daarvoor zekerheidstelling, bij voorbeeld in de vorm van een bankgarantie, verlangen.