Hoofdstuk 1: Conservering van leegstaande kloosters en noodherstel c.q. calamiteiten bij gebouwen voor de openbare eredienst
Artikel 1.1 Begripsomschrijving
In deze regeling wordt verstaan onder:
- a.
Conservering: het uitvoeren van consolidatiewerkzaamheden aan een gebouw;
- b.
Consolidatiewerkzaamheden; werkzaamheden die erop gericht zijn het kloostergebouw te behoeden voor verval. Hieronder wordt verstaan het wind- en waterdicht houden van het gebouw. Uitdrukkelijk vallen hieronder geen werkzaamheden voor restauratie en instandhouding;
- c.
Klooster: een gebouw of gebouwencomplex dat minimaal bestaat uit een refter (een eetzaal), slaapcellen en een kapel;
- d.
Rijksmonument: een monument dat is opgenomen in het landelijk register van beschermde monumenten als bedoeld in artikel 6, lid 1 Monumentenwet 1988, met uitzondering van archeologische monumenten;
- e.
Calamiteit: ernstige problemen in verband met veiligheid en instandhouding die niet voorzienbaar waren;
- f.
Noodherstel: werkzaamheden aan een religieus gebouw die noodzakelijk zijn om verder verval te voorkomen en extra kosten bij een toekomstige restauratie te beperken;
- g.
Restauratie: werkzaamheden aan een religieus gebouw die noodzakelijk zijn voor de instandhouding van een monument;
- h.
Religieus gebouw: gebouw voor de openbare eredienst dat uitsluitend of hoofdzakelijk wordt gebruikt voor de openbare godsdienstbeoefening ongeacht de religieuze gezindte en dat de status heeft van rijksmonument.
Artikel 1.2 Subsidieverlening en subsidieplafond
- 1.
Gedeputeerde Staten kunnen, éénmalig per klooster, een projectsubsidie verlenen voor het uitvoeren van consolidatiewerkzaamheden;
- 2.
Gedeputeerde Staten kunnen, éénmalig per religieus gebouw, een projectsubsidie verlenen voor noodherstel of restauratie vanwege een calamiteit.
- 3.
Indien de op basis van artikel 1.9 te verlenen subsidie minder bedraagt dan € 5.000,00 wordt geen subsidie verleend;
- 4.
Indien een projectsubsidie € 5.000,00 of meer bedraagt, maar minder dan € 10.000,00 wordt de subsidieverlening meteen vastgesteld als een waarderingssubsidie;
- 5.
Het subsidieplafond voor deze regeling bedraagt € 250.000,00 voor de gehele looptijd;
- 6.
Aanvragen die worden ingediend nadat het plafond is bereikt worden geweigerd;
- 7.
Aanvragen worden in behandeling genomen en afgehandeld op volgorde van binnenkomst bepaald door de datum van het poststempel. Bij persoonlijk afgeleverde aanvragen is de datum van de ontvangststempel van de Provincie Limburg bepalend, dan wel de datum van het verkregen bewijs van ontvangst;
- 8.
Voor de verdeling van het plafond is bepalend het tijdstip waarop de aanvraag compleet is;
- 9.
Indien er meerdere volledige aanvragen zijn van dezelfde datum en deze binnen het subsidieplafond niet alle kunnen worden gehonoreerd dan worden de aanvragen geprioriteerd op basis van de urgentie van de consolidatiewerkzaamheden of ernst van de calamiteit.
Artikel 1.3 Subsidiecriteria
Om voor een subsidie in aanmerking te komen dient aan de volgende criteria te zijn voldaan:
- a.
Het klooster of religieus gebouw dient een rijksmonument te zijn;
- b.
Het kloostergebouw dient op het moment van aanvraag geheel of gedeeltelijk leeg te staan én er is aan het gebouw nog geen nieuwe bestemming toegekend (zie toelichting);
- c.
Het is verplicht vóór aanvraag van de subsidie een inspectie ter bepaling van de omvang van de consolidatiewerkzaamheden door de Monumentenwacht Limburg te laten uitvoeren.
Artikel 1.4 Subsidieaanvragers
De subsidie kan uitsluitend worden verleend aan de natuurlijke persoon of de rechtspersoon die de eigenaar is van het leegstaande klooster of religieus gebouw waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft.
Artikel 1.5 Inschakeling Monumentenwacht voor inspectie
- 1.
De subsidieaanvrager dient voorafgaand aan de aanvraag om subsidie in de kosten van consolidatiewerkzaamheden bij de Monumentenwacht Limburg te melden dat men gebruik wil maken van de regeling;
- 2.
De Monumentenwacht Limburg vervult een adviserende rol naar de Provincie Limburg en de eigenaar ten aanzien van de onderhoudstoestand van het gebouw en de uit te voeren consolidatiewerkzaamheden ;
- 3.
De Monumentenwacht Limburg voert vóór aanvraag van de subsidie een inspectie uit ter vaststelling van de bouwkundige staat, waarbij de nadruk ligt op aanwezige gebreken en (potentieel) schadegevoelige onderdelen en situaties;
- 4.
De bevindingen en aanbevelingen van de Monumentenwacht Limburg worden vastgelegd in een schriftelijke rapportage;
- 5.
De rapportage van de Monumentenwacht bevat een beschrijving van de uit te voeren consolidatiewerkzaamheden;
- 6.
Deze rapportage van de Monumentenwacht Limburg is verplicht onderdeel van de subsidieaanvraag.
Artikel 1.6 Subsidieaanvraag
- 1.
De subsidieaanvraag dient door de eigenaar van het desbetreffende klooster of religieus gebouw bij Gedeputeerde Staten, postbus 5700, 6202 MA Maastricht, met gebruikmaking van het via de website van de provincie Limburg bekend gemaakte (www.limburg.nl) aanvraagformulier te worden ingediend. De rapportage van de Monumentenwacht als bedoeld in art 1.5 onder 4 dient als bijlage bij de aanvraag te worden gevoegd. Tevens dient een financieel dekkingsplan overlegd te worden (zie toelichting);
- 2.
Indien de aanvraag een projectsubsidie voor noodherstel of restauratie vanwege een calamiteit betreft, dient de aanvraag door middel van een offerte, opdrachtbevestiging of een eenduidige begroting te worden onderbouwd;
- 3.
Aanvragen kunnen vanaf het inwerking treden van de regeling tot en met 31 december 2011, worden ingediend;
Artikel 1.7 Subsidiabele kosten
Alleen de volgende kosten zijn subsidiabel:
- 1.
De kosten van de consolidatiewerkzaamheden aan het kloostergebouw, geadviseerd door de Monumentenwacht en vastgesteld door Gedeputeerde Staten in hun beschikking.
De kosten van het noodherstel of de restauratie bij een calamiteit.
- 2.
De kosten van de verplichte inspectie en rapportage door de Monumentenwacht Limburg van het klooster tot een maximum van 10 procent van de totale te verlenen subsidie;
Artikel 1.8 Niet-subsidiabele kosten
De volgende kosten zijn niet-subsidiabel:
- 1.
Kosten die gemaakt worden in het kader van de voorbereiding van een definitieve herbestemming van het kloostergebouw;
- 2.
Kosten die op grond van een andere subsidiemogelijkheid of op grond van een verzekerings-overeenkomst reeds gedekt zijn;
Artikel 1.9 Subsidiepercentage
De subsidie bedraagt 50% van de door Gedeputeerde Staten vastgestelde subsidiabele kosten, maar bedraagt niet meer dan € 50.000,00 per aanvraag;
Artikel 1.10 Aanvullende verplichtingen
- 1.
De consolidatiewerkzaamheden dienen te worden uitgevoerd conform het inspectierapport van de Monumentenwacht Limburg;
- 2.
De consolidatiewerkzaamheden dienen binnen 4 maanden na de verzenddatum van de provinciale subsidiebeschikking te starten en binnen een half jaar na aanvang van de werkzaamheden te zijn afgerond.
- 3.
Bij noodherstel of restauratie bij een calamiteit dienen de werkzaamheden binnen 4 maanden na de verzenddatum van de provinciale beschikking te starten en binnen een jaar na aanvang van de werkzaamheden te zijn afgerond.
Artikel 1.11 Bevoorschotting
Bevoorschotting van het subsidiebedrag kan plaatsvinden conform de Algemene Subsidieverordening 2004.
Artikel 1.12 Subsidievaststelling
Bij de aanvraag tot subsidievaststelling legt de subsidieontvanger, naast het financieel verslag, de betalingsbewijzen van de daadwerkelijk gemaakte kosten voor de in de begroting opgenomen consolidatiewerkzaamheden of van het noodherstel c.q. restauratie bij een calamiteit over.
Hoofdstuk 2: Slotbepalingen
Artikel 2.1 Hardheidsclausule
- 1.
In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslissen Gedeputeerde Staten;
- 2.
Indien toepassing van het bepaalde in deze regeling naar het oordeel van Gedeputeerde Staten tot kennelijke onbillijkheden leidt, dan kunnen Gedeputeerde Staten van enige bepaling afwijken.
Artikel 2.2 Inwerkingtreding en Citeertitel
Deze regeling treedt in werking op de dag na publicatie in het Provinciaal Blad en geldt tot en met
31 december 2011.
Artikel 2.3 Overgangsrecht
Voor aanvragen waarover op het moment van het vervallen van deze regeling nog geen beslissing is genomen en voor subsidiebesluiten die zijn genomen voor het vervallen van deze regeling blijven de Nadere subsidieregels voor de conservering van kloosters en het herstel van calamiteiten bij religieuze gebouwen van toepassing, ook voor de volgende stappen in het subsidietraject.
Artikel 2.4 Citeertitel
Deze regeling kan worden aangehaald als “Conserveringsregeling kloosters en calamiteitenregeling gebouwen voor de openbare eredienst”.