Overheidsorganisatie | Provincie Fryslân |
---|---|
Officiële naam regeling | Regeling jaargesprekken |
Citeertitel | Regeling jaargesprekken |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | personeel en organisatie |
Eigen onderwerp | personeel |
Art. 2 werkt terug tot en met 1 oktober 2004. De Regeling zoals die luidt op de dag vóór inwerkingtreding van het besluit van 14 december 2010 (1e wijziging) blijft van toepassing op de cyclus van plannings-, voortgangs-, evaluatie- en beoordelingsgesprekken die op basis van de toen luidende bepalingen is aangevangen vóór de dag van inwerkingtreding van dit besluit.
Historie van de regeling: Initiële vaststelling op 14 december 2010, inwerking getreden op 16 december 2010 met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2005, met dien verstande dat artikel 2 terugwerkt tot en met 1 oktober 2004, Provinciaal Blad 2010 no. 77.
Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-01-2011 | 01-01-2011 | 03-09-2011 | Art. 4, toelichting en bijlage 3. | 14-12-2010 Provinciaal blad, 2011, 01 | GS-stik 426644 |
16-12-2010 | 01-01-2005 | 06-01-2011 | Nieuwe regeling | 14-12-2010 Provinciaal blad, 2010, 77 | GS-stik 926765 |
Regeling jaargesprekken Regeling jaargesprekken (planning, voortgang, evaluatie en beoordeling)
In deze regeling wordt verstaan onder:
leidinggevende: degene die voor de toepassing van deze regeling als directe hiërarchisch leidinggevende is aangewezen;
competenties: de competenties, vastgelegd in de lijst van competenties die als bijlage 1 onderdeel uitmaakt van deze regeling;
werkresultaten: resultaten met betrekking tot de werkzaamheden waarover in het planningsgesprek afspraken zijn gemaakt.
1 In de regel voeren de leidinggevende en de ambtenaar eenmaal per 12 maanden een planningsgesprek.
2 Het planningsgesprek wordt gevoerd aan de hand van een formulier waarvan het model als bijlage 2 onderdeel uitmaakt van deze regeling.
3 De leidinggevende en de ambtenaar kunnen afspreken dat andere personen bij het planningsgesprek aanwezig zijn.
4 In het planningsgesprek wordt in ieder geval aandacht besteed aan de door de ambtenaar te bereiken werkresultaten, het functioneren, de competenties, de opleiding, de loopbaan perspectieven, de werktijden en de arbeidsomstandigheden van de ambtenaar en aan de ondersteuning van de leidinggevende.
5 De leidinggevende en de ambtenaar maken in het planningsgesprek voor een periode van in de regel 12 maanden afspraken over de te bereiken werkresultaten, de ontwikkeling van de voor de functie geldende competenties en de eventuele daartoe benodigde middelen en faciliteiten.
6 De leidinggevende en de ambtenaar kunnen in het planningsgesprek ook andere afspraken maken.
7 De in het vijfde en zesde lid bedoelde afspraken worden vastgelegd in het formulier planningsgesprek. De leidinggevende en de ambtenaar ondertekenen het formulier voor akkoord.
8 Als de leidinggevende en de ambtenaar het niet eens worden over de te maken afspraken beslist de leidinggevende en kan de ambtenaar zijn zienswijze vermelden op het formulier. In dat geval tekent de ambtenaar voor gezien.
1 De leidinggevende en de ambtenaar voeren ten minste eenmaal in de periode, bedoeld in artikel 2, vijfde lid, een voortgangsgesprek. De leidinggevende kan besluiten dat een door hem aangewezen ambtenaar het voortgangsgesprek voert.
2 Het voortgangsgesprek heeft tot doel de realisering van de in het formulier planningsgesprek vastgelegde afspraken te volgen en te ondersteunen. Zo nodig worden de afspraken nader ingevuld, aangevuld dan wel bijgesteld. Afspraken over nadere invulling, aanvulling of bijstelling worden schriftelijk vastgelegd.
3 Artikel 2, derde en achtste lid, is voor zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.
1 Na afloop van de periode, bedoeld in artikel 2, vijfde lid, voeren de leidinggevende en de ambtenaar een evaluatie- en beoordelingsgesprek. Zo nodig wordt dit gesprek, al dan niet op aanvraag van de ambtenaar, eerder gevoerd of vinden extra gesprekken plaats.
2 In het evaluatie- en beoordelingsgesprek evalueren de leidinggevende en de ambtenaar de ontwikkeling van de voor de functie geldende competenties en de werkresultaten, alsmede andere afspraken welke zijn neergelegd in het formulier planningsgesprek en eventueel nader zijn ingevuld, aangevuld of bijgesteld in het voortgangsgesprek. Het evaluatie- en beoordelingsgesprek wordt afgesloten met een beoordeling door de leidinggevende welke wordt vastgelegd in een beoordelingsformulier waarvan het model als bijlage 3 onderdeel uitmaakt van deze regeling.
8 De leidinggevende ondertekent het beoordelingsformulier voor akkoord. De ambtenaar ondertekent het beoordelingsformulier voor gezien. Indien de ambtenaar het niet eens is met de beoordeling kan hij binnen 2 weken de geschilpunten op het beoordelingsformulier vermelden.
9 De beoordeling wordt vastgesteld binnen 4 weken nadat zij is uitgebracht.
Deze regeling wordt aangehaald als Regeling jaargesprekken.
Deze regeling treedt in werking, na uitgifte van het provinciaal blad waarin zij is geplaatst, op 1 januari 2005. Artikel 2 van de regeling wordt ingevoerd per 1 oktober 2004.
Leeuwarden, 14 december 2010
voorzitter J.A. Jorritsma
secretaris drs. A.J. van den Berg
bijlagen/file/Bijlagen Regeling Jaargesprekken na 1e wijziging.pdf