Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Opmeer

Kermisverordening gemeente Opmeer 2005

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOpmeer
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingKermisverordening gemeente Opmeer 2005
CiteertitelKermisverordening gemeente Opmeer 2005
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 149

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

23-12-200505-06-2014nieuwe regeling

22-12-2005

de Koggenlander

Onbekend.

Tekst van de regeling

Intitulé

Kermisverordening gemeente Opmeer 2005

De raad van de gemeente Opmeer;

Gezien op het voorstel van burgemeester en wethouders van d.d. 8 december 2005;

Gelet op artikel 149 der Gemeentewet;

Besluit:

Vast te stellen de navolgende

Kermisverordening gemeente Opmeer 2005

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    kermis: een openbare gelegenheid tot vermaak, genot en vertier in één of meer kermisinrichtingen;

  • b.

    inrichtingen: vermaakzaken, kinderzaken en verkoopzaken, bestemd tot vermaak, genot en vertier op kermissen;

  • c.

    kermisterrein: het geheel van straten als omschreven in artikel 2 van deze verordening.

Artikel 2 Bepaling data en locatie

  • 1.

    In de gemeente Opmeer worden de volgende kermissen gehouden:

    • a.

      kermis Opmeer

      De kermis Opmeer wordt gehouden op het terrein gelegen aan de Paardenmarkt.

      De kermis Opmeer wordt gehouden op de laatste maandag in mei; de daaraan voorafgaande zaterdagavond, zondag en de dinsdag daarop volgend met dien verstande dat de kermis een week eerder wordt gehouden indien de 2e Pinksterdag samenvalt met de laatste maandag in mei.

    • b.

      kermis De Weere

      De kermis De Weere wordt gehouden rond het perceel Driestedenweg 126.

      De eerste kermis wordt gehouden op de tweede zondag in juli en de daarop volgende maandag en de zaterdag daaraan voorafgaand.

      De tweede kermis wordt gehouden de zaterdag en de zondag voorafgaande aan de herfstvakantie.

    • c.

      kermis Aartswoud

      De kermis Aartswoud wordt gehouden rond het perceel Schoolstraat 40. De eerste kermis wordt gehouden op de tweede zondag in juni en de zaterdag daaraan voorafgaande en de maandag daarop volgend. De tweede kermis wordt gehouden op de eerste zondag in oktober en de zaterdag daaraan voorafgaande en de maandag daarop volgend.

    • d.

      kermis Hoogwoud

      De kermis wordt gehouden op het parkeerterrein gelegen op de hoek van de Oosterboekelweg en de Herenweg.

      De kermis Hoogwoud wordt gehouden op de laatste zondag in juni en de maandag en dinsdag daarop volgend en de zaterdag daaraan voorafgaand.

    • e.

      kermis Zandwerven

      De kermis Zandwerven wordt gehouden rond het perceel Zandwerven 29. De kermis wordt gehouden op de eerste zondag in juli en de zaterdag daaraan voorafgaand en de maandag daarop volgend.

    • f.

      kermis De Gouw

      De kermis de Gouw wordt gehouden op de parkeerruimte gelegen nabij de kruising van de Oosterboekelweg en De Gouwe. De eerste kermis wordt gehouden op de eerste zondag in juli en de zaterdag daaraan voorafgaand en de maandag daarop volgend. De tweede kermis wordt gehouden op de tweede zondag in oktober en de zaterdag daaraan voorafgaand en de maandag daarop volgend.

    • g.

      kermis Wadwav

      De kermis Wadway wordt gehouden op het terrein gelegen nabij het perceel Wadway 22. De kermis wordt gehouden op de 3e zondag in juli de zaterdag daaraan voorafgaand en de maandag en dinsdag daaropvolgend.

    • h.

      kermis Spanbroek

      De kermis Spanbroek wordt gehouden rond het perceel Spanbroekerweg 192.

      De eerste kermis wordt gehouden op de zaterdag, zondag en maandag van het eerste weekend na Pasen. De tweede kermis wordt gehouden op de tweede zondag van september, de zaterdag daaraan voorafgaand en de maandag daarop volgend.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen, indien dringende redenen hiertoe noodzaken, tijdelijk een andere plaats voor het houden van de kermis aanwijzen.

  • 3.

    Zij brengen hun besluit dienaangaande tijdig ter kennis van belanghebbenden; bovendien wordt van dit besluit openbaar kennis gegeven conform de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 3 Aanvangs- en sluitingstijden

  • 1.

    Met inachtname van het in artikel 2 bepaalde ten aanzien van de data, wordt de aanvangs- en sluitingstijd voor alle attracties en activiteiten op de kermis gesteld op: Aanvangstijd 14.00 uur en eindtijd 24.00 uur.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 1.

Artikel 4 Bepaling aantal kermisplaatsen

Burgemeester en wethouders bepalen per kermis:

  • a.

    het aantal kermisplaatsen

  • b.

    de opstelling van de kermisattracties.

Artikel 5 Vereisten ingeschrevenen

  • 1.

    De exploitant is verplicht het risico van aansprakelijkheid, waarin begrepen zowel wettelijke als contractuele aansprakelijkheid, voor schade aan personen en goederen, alsmede de daaruit voortvloeiende schade, direct of indirect verband houdende met de exploitatie van de inrichting, ter verzekeren. De exploitant is op gelijke wijze als voor eigen handelen aansprakelijk voor schade die ontstaat door handelen van zijn personeel en van door hembij de exploitatie ingeschakelde derden.

  • 2.

    De exploitant is aansprakelijk voor alle schade, toegebracht aan de bestrating, aan andere gemeentelijke eigendommen en aan eigendommen van derden, die aan hem te wijten is en welke is ontstaan door het plaatsen van en het rijden met kermisvoertuigen, het oprichten, onderhouden, wijzigen en afbreken van kermisinrichtingen, alsmede door het plaatsen, verplaatsen of verwijderen van machines en werktuigen, of door welke andere oorzaak ook.

Artikel 6 Wijze van aanmelden

  • 1.

    Degene die voor een standplaats in aanmerking wil komen dient burgemeester en wethouders hiertoe, uiterlijk 1 februari van het jaar waarvoor het verzoek geldt, schriftelijk te verzoeken.

  • 2.

    De aanvraag wordt ondertekend en bevat tenminste:

    • a.

      de naam en het adres van de aanvrager;

    • b.

      de dagtekening;

    • c.

      een aanduiding van de beschikking die wordt gevraagd;

    • d.

      kopieën van een geldende, afgesloten verzekering zoals bedoeld in artikel 5 lid 1 van deze verordening;

    • e.

      het nummer en inschrijving in het Handelsregister en het btw-nummer.

  • 3.

    De aanvrager verschaft voorts de gegevens en bescheiden die voor de beslissing op de aanvraag nodig zijn en waarover hij redelijkerwijs de beschikking kan krijgen.

Artikel 7 Vergunning burgemeester en wethouders

  • 1.

    de toewijzing van standplaatsen geschiedt bij door burgemeester en wethouders af te geven vergunning.

  • 2.

    De juiste plaatsen van de woonwagens, caravans, pakwagens en ander vrachtmateriaal worden door de daartoe door b & w aangewezen personen gegeven.

  • 3.

    De exploitant moet zich derhalve vooraf melden bij de onder lid 3 van dit artikel bedoelde personen.

Artikel 8 Vormvereiste vergunning

Van de toewijzing van een plaats wordt door burgemeester en wethouders een schriftelijke vergunning afgegeven, vermeldende:

  • a.

    de naam en voornamen, alsmede woonplaats en adres van vergunninghouder;

  • b.

    een duidelijke omschrijving van de toegewezen plaats op het kermisterrein;

  • c.

    een duidelijke omschrijving van de attractie of activiteit waarmee de vergunninghouder de toegewezen plaats mag innemen.

Artikel 9 Vervallen verklaring vergunning

  • 1.

    De vergunning komt te vervallen:

    • a.

      op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder;

    • b.

      bij overlijden van de vergunninghouder, behoudens het bepaalde in lid 2 van dit artikel;

    • c.

      wanneer niet langer wordt voldaan aan de eis, gesteld in artikel 5 lid 1 van deze verordening.

  • 2.

    Bij het overlijden van de vergunninghouder wordt de vergunning overgeschreven op de overblijvende echtgeno(o)t(e) of daarmee gelijkgestelde, indien een daartoe strekkend schriftelijk verzoek binnen één maand na het overlijden bij burgemeester en wethouders wordt ingediend.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, in bijzondere omstandigheden, bij gemotiveerd besluit, af te wijken van het bepaalde in dit artikel.

Artikel 10 Tijdstip bezetten plaats

  • 1.

    Degene aan wie een vergunning is afgegeven, dient de toegewezen plaats uiterlijk 24 uur voor aanvang van de kermis bezet te hebben.

  • 2.

    Het bepaalde in het vorige lid is niet van toepassing, indien de vergunninghouder burgemeester en wethouders vóór dit tijdstip onder opgave van een geldige reden, welke hem belet aanwezig te zijn, heeft verzocht op een later tijdstip de toegewezen plaats te mogen innemen.

Artikel 11 Innemen standplaats tot einde kermisperiode

De vergunninghouder is verplicht zijn standplaats tot het einde van de kermisperiode te blijven innemen. Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen, te hunner beoordeling, van deze bepaling ontheffing verlenen.

Artikel 12 Persoonlijk innemen van standplaatsen

  • 1.

    Een standplaats moet door de vergunninghouder persoonlijk worden ingenomen; hij mag de Standplaats derhalve niet aan een ander afstaan of in gebruik geven.

  • 2.

    De vergunninghouder mag zich op de standplaats doen bijstaan.

Artikel 13 Vervanging

  • 1.

    In bijzondere omstandigheden kan door burgemeester en wethouders op schriftelijk verzoek tijdelijk ontheffing worden verleend aan de verplichting om zelf op hun vaste plaats aanwezig te zijn.

  • 2.

    In de gevallen, bedoeld in het eerste lid van dit artikel, alsmede in die bedoeld in artikel 14., kunnen burgemeester en wethouders de vergunninghouder vergunning verlenen zich te laten vervangen.

Artikel 14 Regeling bij ziekte

  • 1.

    Vergunninghouders die wegens ziekte verhinderd zijn hun standplaats te bezetten, dienen burgemeester en wethouders daarvan schriftelijk in kennis te stellen. Burgemeester en wethouders besluiten daarna aan wie de opengevallen plaats wordt toegewezen.

  • 2.

    Deze schriftelijke mededeling dient tijdig (= uiterlijk één week) vóór het begin van de betreffende kermisperiode te worden ingezonden. Bij plotselinge verhindering moet de mededeling mondeling of telefonisch worden gedaan, gevolgd door een schriftelijke bevestiging van deze melding.

  • 3.

    Indien mededeling ingevolge lid 1 van dit artikel wordt ontvangen, kan door burgemeester en wethouders, ten bewijzen van deze reden van verhindering, verzocht worden binnen een nader te bepalen termijn een geneeskundige verklaring te overleggen.

Artikel 15 Parkeren voertuigen

Het is verboden rij- en voertuigen, waarmee (gedeelten van) attracties of bijbehorende artikelen naar het kermisterrein worden of zijn aangevoerd, op het kermisterrein aanwezig te hebben op een andere plaats dan die welke door of namens burgemeester en wethouders is aangewezen.

Artikel 16 Voertuigen op kermisterrein

Het is verboden zich op kermisdagen met een voertuig op het kermisterrein te bevinden of een voertuig op het kermisterrein aanwezig te hebben.

Artikel 17 Verzorging standplaats

  • 1.

    De vergunninghouder is verplicht er zorg voor te dragen dat zijn standplaats steeds een goed verzorgd aanzien biedt, zulks ter beoordeling van burgemeester en wethouders.

  • 2.

    Tijdens de kermis dient hij zijn afval, verpakkingsmaterialen e.d., zelf in te zamelen.

  • 3.

    Alvorens hij het kermisterrein verlaat, dient hij zijn standplaats en de onmiddellijke omgeving daarvan schoon op te leveren en bet afval in de stortplaatsen of anderszins te deponeren.

Artikel 18 Geluid

  • 1.

    Het ten gehore brengen van muziek en ander geluid is alleen toegestaan tijdens de uren waarop de kermis voor het publiek is opengesteld, met uitzondering voor het afstellen en testen van de apparatuur.

  • 2.

    De luidsprekers dienen naar binnen en naar buiten te worden gericht. Burgemeester en wethouders behouden zich het recht voor om in elk voorkomend geval nadere regels te stellen omtrent de wijze waarop de luidsprekers dienen te worden gericht.

  • 3.

    Het gebruik van sirenes, één- of meertonige hoorns en/of voortbrengen van soortgelijke geluiden door middel van andere apparatuur is verboden.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders behouden zich het recht voor om nadere voorschriften te stellen ten aanzien van het geluidsvolume van de in en bij de inrichting te gebruiken orgels, mechanische luidsprekers of andere geluidgevende instrumenten.

Artikel 19 Afvalbakken

Vergunninghouders aan wie tevens vergunning is verleend op hun standplaats eetwaren voor consumptie gereed te maken, dienen aan de voorzijde van hun verkoopgelegenheid een tweetal korven of bakken van voldoende grootte te plaatsen.

Artikel 20 Hygiëne

Onverminderd het bepaalde in de Warenwet en de hiermee in relatie staande wetgeving (H.A.C.C.P.), zijn vergunninghouders aan wie vergunning is verleend tot de verkoop van eetwaren verplicht hun waren op zodanige wijze uit te stallen dat zij voldoende beschermd zijn tegen verontreiniging door stof, vuil of anderszins.

Artikel 21 Venten op kermisterrein

  • 1.

    Het is verboden op het kermisterrein tijdens de duur van de kermis met goederen of waren ten verkoop rond te lopen of te rijden.

  • 2.

    Van het bepaalde in het eerste lid kan door burgemeester en wethouders ontheffing worden verleend.

Artikel 22 Overige verboden

  • 1.

    Het is de vergunninghouder verboden:

    • a.

      zich, behoudens ontheffing van burgemeester en wethouders gedurende de openingstijden van de kermis langer dan 30 minuten van zijn attractie te verwijderen; gedurende deze tijd mag hij zijn attractie niet onbeheerd achterlaten;

    • b.

      op het kermisterrein op een andere dan voor de kermis bestemde tijd goederen of waren te koop aan te bieden, te verkopen of af te leveren;

    • c.

      op het kermisterrein ruimte in te nemen zonder dat daarvoor door burgemeester en wethouders vergunning is verleend;

    • d.

      op het kermisterrein meer ruimte in te nemen dan hem is toegewezen;

    • e.

      met een andere attractie of activiteit op het kermisterrein de aangewezen plaats in te nemen dan waarvoor vergunning is verleend;

    • f.

      een ander standplaats in te nemen dan de plaats waarvoor de vergunning is afgegeven;

    • g.

      de opstal op zijn standplaats tijdens de kermis af te breken of te verplaatsen;

    • h.

      de doorgang in de wandelgangen op en langs het kermisterrein op enigerlei wijze te hinderen of te belemmeren;

    • i.

      op de kermis afval aan te voeren;

    • j.

      Andere activiteiten te ontplooien dan waarvoor vergunning is verleend.

Artikel 23 Intrekken vergunning en schorsing

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen de vergunning voor een plaats op het kermisterrein, al dan niet voorwaardelijk, intrekken indien:

    • a.

      De vergunninghouder het bij of krachtens deze verordening bepaalde overtreedt;

    • b.

      Van de plaats gebruik wordt gemaakt, strijdig met het doel waarvoor zij is bestemd;

    • c.

      De vergunninghouder zich schuldig maakt aan wangedrag.

  • 2.

    Een mondeling besluit tot intrekking op grond van lid 1 van dit artikel wordt zo spoedig mogelijk schriftelijk bevestigd. Aan dit schriftelijke besluit wordt de bezwaar- en beroepsmogelijkheid verbonden ingevolge de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 24 Ogenblikkelijke verwildering

De exploitant die in strijd handelt met het bij of krachtens deze verordening bepaalde, of zich aan wangedrag of bedrog op de kermis schuldig maakt, een andere kermisexploitant in de uitoefening van hun taak belemmert, dan wel direct of indirect de orde op de kermis verstoort of in gevaar brengt, één en ander ter beoordeling van burgemeester en wethouders, kan, onverminderd het bepaalde in de artikelen 9 en 23, door burgemeester en wethouders gelast worden zich met zijn attractie van het kermisterrein te verwijderen binnen de tijd die daarvoor door het college van burgemeester en wethouders wordt gegeven, aan welke last onmiddellijk gevolg dient te worden gegeven.

Artikel 25 Geldboete en hechtenis

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 3, 10, 11, 12, 15, 16, 17, 18, 19, 20, 21 en 22 van deze verordening kan worden gestraft met een geldboete van de tweede categorie ingevolge het Wetboek van Strafrecht of hechtenis van ten hoogste twee maanden.

Artikel 26 Nadere regels te stellen door burgemeester en wethouders

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere regels te stellen betreffende het in deze verordening bepaalde.

Artikel 27 Vangnetbepaling

In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, is het college van burgemeester en wethouders bevoegd een besluit te nemen.

Artikel 28 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerst dag na die waarop zij bekend gemaakt in De Koggenlander.

Artikel 29 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Kermisverordening gemeente Opmeer 2005”.

Besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad van 15 december 2005

de griffier

M.C.G.M. Bekker

de voorzitter

G.J.A.M. Nijpels