Organisatie | Meerssen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieverordening Welzijn gemeente Meerssen 2007 |
Citeertitel | Subsidieverordening Welzijn gemeente Meerssen 2007 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-02-2007 | 01-01-2006 | 15-10-2016 | nieuwe regeling | 01-02-2007 Geen | 2006/8988 |
De raad van de gemeente Meerssen;
Overwegende dat op grond van de resultaten van het rechtmatigheidsonderzoek 2005 burgemeester en wethouders aan de raad voorstellen hebben aangeboden voor aanpassing van de Subsidieverordening Welzijn gemeente Meerssen 2005;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 19 december 2006, strekkende tot de herziening van de Subsidieverordening Welzijn gemeente Meerssen 2005;
overwegende dat afdeling 3.4. Uniforme openbare voorbereidingsprocedure van de Algemene wet bestuursrecht in dit geval niet van toepassing is, aangezien er sprake is van een technisch-juridische aanpassing, waarbij geen voorstellen voor beleidsmatige aanpassing worden gedaan;
gehoord de raadscommissie portefeuille wethouder Dejong;
gelet op de desbetreffende artikelen van de Gemeentewet alsmede de toepasselijke bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht, in het bijzonder die van Titel 4,2 Subsidies van de Awb;
I. vast te stellen het Algemene deel van de subsidieverordening welzijn gemeente Meerssen 2007 (hoofdstuk I);
II. vast te stellen de hiernavolgende deelverordeningen subsidiëring specifiek welzijnswerk gemeente Meerssen 2007 (hoofdstukken II tot en met XIX);
Hoofdstuk I Algemeen deel van de subsidieverordening welzijn gemeente Meerssen 2007
Paragraaf 1 Algemene Bepalingen
Artikel 1.1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Een verklaring omtrent het onderzoek van een accountant, als bedoeld in artikel 393, eerste lid van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, naar de juistheid, tijdigheid en volledigheid van de verstrekte informatie en de gedeclareerde subsidie. Deze verklaring strekt zich uit tot de rechtmatigheid van het toegekende subsidie.
Een subsidie-instrument dat wordt gekenmerkt door een vooraf door burgemeester en wethouders goed te keuren vaststaand subsidiebudget en van tevoren omschreven prestaties, c.q. activiteiten. Op basis hiervan is de instelling verantwoordelijk voor de uitvoering van de activiteiten en het financieel beheer. Deze subsidiemethodiek wordt gebruikt voor de subsidiëring van professionele welzijnsinstellingen.
Een welzijnsorganisatie die hoofdzakelijk beroepskrachten in dienst heeft en die niet het karakter heeft van een vrijwilligersorganisatie. De door burgemeester en wethouders als professionele welzijnsinstellingen aangemerkte organisaties staan vermeld in de deelverordening professionele welzijnsinstellingen.
Een subsidie die het gemeentebestuur verstrekt als waardering voor bepaalde voor de gemeente van belang te achten activiteiten zonder deze naar aard en omvang direct te willen beïnvloeden. Aan deze subsidies worden minimale dan wel geen vergaande eisen gesteld. Deze subsidies zijn vaste, gelimiteerde bedragen. De beschikking tot subsidieverlening is tevens de beschikking tot subsidievaststelling. Dit subsidie-instrument wordt toegepast op de meeste niet-professionele welzijnsinstellingen en heeft een structureel karakter.
Als bedoeld in artikel 4:21 Awb, te weten de aanspraak op financiële middelen door het aangewezen bestuursorgaan verstrekt aan een instelling, rechtspersoon, groep van natuurlijke personen of een natuurlijke persoon met het oog op de verrichting van bepaalde activiteit(en) door de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten.
Een voorziening als bedoeld in artikel 374, eerste lid van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, voorzover deze als zodanig door burgemeester en wethouders als redelijk is aangemerkt. Burgemeester en wethouders kunnen ter zake beleidsregels vaststellen. Voorzieningen zijn onvermijdelijke verplichtingen welke zijn ontstaan in het heden dan wel in het verleden. Er rust een bedrijfeconomische claim op. Een voorziening kan daarom worden omschreven als een toekomstige verplichting of schuld en behoort hierdoor tot het vreemd vermogen.
In afwijking van het gestelde in lid 1 kan door het college van burgemeester en wethouders subsidie worden verleend ten behoeve van activiteiten die door (een groep van) natuurlijke personen worden georganiseerd. De in deze verordening opgenomen bepalingen vinden dan voorzover mogelijk overeenkomstige toepassing.
Subsidiëring van activiteiten vindt slechts plaats voorzover deze in voldoende mate in het algemeen of specifiek gemeentelijk belang worden geacht. Bij wettelijk voorschrift of beleidsregel kunnen de activiteiten waarvoor subsidie kan worden verstrekt nader worden bepaald, alsmede andere criteria / verplichtingen die bij die verstrekking kunnen worden vastgesteld.
Indien een aanvraag niet tijdig is ingediend, laten burgemeester en wethouders deze buiten behandeling dan wel passen een korting toe op het subsidie, tenzij de aanvrager een verschoonbare reden opgeeft voor de te late indiening. Er is alleen sprake van een verschoonbare reden in het geval van zeer uitzonderlijke omstandigheden. Alleen in het geval van zeer uitzonderlijke omstandigheden kunnen burgemeester en wethouders uitstel verlenen van het indienen van de aanvraag.
In het geval dat aanvragen weliswaar tijdig maar niet voorzien van volledige bijlagen zijn ingediend, geven burgemeester en wethouders de aanvrager een redelijke termijn waarbinnen het verzuim kan worden hersteld. Indien daaraan binnen de gestelde termijn niet is voldaan wordt besloten het verzoek niet in behandeling te nemen. Artikel 4:5, lid 4 Awb is hierbij van toepassing.
Voorzover een subsidie wordt verleend ten laste van een gemeentebegroting die nog niet is vastgesteld, kan door het college van burgemeester en wethouders een voorbehoud worden gemaakt, dat voldoende financiële middelen bij de vaststelling van de begroting door de gemeenteraad beschikbaar worden gesteld.
Paragraaf 3 Verplichtingen van de gesubsidieerde
Artikel 1.9 Voorschriften (voorwaarden)
Voorschriften inhoudende verplichtingen die niet strekken tot verwezenlijking van het doel van het subsidie kunnen aan de beschikking worden verbonden, voor zover in de (deel)verordening is bepaald en voor zover die voorschriften betrekking hebben op de wijze waarop of de middelen waarmee de gesubsidieerde activiteit wordt verricht.
Artikel 1.10 Tussentijdse rapportage
Burgemeester en wethouders kunnen bepalen dat gesubsidieerde instellingen tussentijdse rapportages indienen.
Artikel 1.11 Accountantsverklaring
Indien het jaarlijks in zijn totaliteit aan de rechtspersoon toegekende subsidie meer dan € 75.000,-- bedraagt, dient de in artikel 1.14 genoemde rapportage uiterlijk op 1 juli van het jaar volgend op het kalenderjaar voorzien te zijn van een accountantsrapport zoals in de begripsbepalingen nader is omschreven. Indien een model voor de accountantsverklaring wordt voorgeschreven door het rijk of de provincie, dient dit te worden gehanteerd.
Paragraaf 4 Subsidievaststelling
Artikel 1.15 Subsidievaststelling: vaststelling plaatsgevonden activiteiten en rekening en verantwoording
Artikel 1.16 Vaststelling lager bedrag
Vaststelling van het subsidie kan geschieden voor een lager bedrag dan verlening van het subsidie indien:
Paragraaf 5 Bijzondere vorm van subsidiëring
Artikel 1.18 Eenmalig waarderingssubsidie
De aanvraag voor eenmalig waarderingssubsidie (zie artikel 1.1 begripsomschrijvingen) dient voordat met de activiteit of het project een begin wordt gemaakt bij burgemeester en wethouders te worden ingediend, vergezeld van een gespecificeerde begroting met toelichting en een beschrijving van de geplande activiteit c.q. project.
Artikel 1.23 Afwijking in onvoorziene gevallen
In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, zijn burgemeester en wethouders bevoegd de nodige maatregelen en beslissingen te nemen.
Artikel 1.24 Overgangsbepaling
Op subsidies die voor de inwerkingtreding van deze nieuwe verordening zijn aangevraagd is de Subsidieverordening Welzijn gemeente Meerssen 2007 van toepassing.
Het algemene deel van de subsidieverordening welzijn gemeente Meerssen 2007 (hoofdstuk I) en de hiernavolgende deelverordeningen subsidiëring specifiek welzijnswerk gemeente Meerssen 2007 (hoofdstukken II tot en met XIX) kunnen worden aangehaald als “Subsidieverordening Welzijn gemeente Meerssen 2007”.
Hoofdstuk II Deelverordening peuterspeelzalen
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen gevestigde en werkzame instellingen voor peuterspeelzaalwerk.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
Subsidie aan een instelling wordt slechts verleend indien:
Het subsidie voor de peuterspeelzaalinstellingen bestaat uit:
Bovengenoemde bedragen worden jaarlijks geïndexeerd conform de beginselen die worden gehanteerd ten aanzien van de gemeentebegroting.
De peuterspeelzaalinstellingen verstrekken jaarlijks een opgave van het aantal ingeschreven peuters en het aantal geopende dagdelen. Tevens worden een jaarrekening en begroting ingediend.
Hoofdstuk III Deelverordening geloofsgemeenschappen
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen gevestigde geloofsgemeenschappen die onderdeel uitmaken van een landelijke overkoepelende organisatiestructuur c.q. geloofsgemeenschap.
Voor toepassing van deze verordening wordt verstaan onder geloofsgemeenschap:
een gemeenschap van gelovigen die onderdeel uitmaakt van een landelijke overkoepelende organisatiestructuur c.q. geloofsgemeenschap.
Het subsidie bedraagt voor de volgende kerkbesturen:
1. Aan de in lid 3 genoemde kerkbesturen wordt, voorzover zulks van toepassing is, eveneens jaarlijks een subsidie verleend in de kosten van onderhoud van de aan deze kerkgenootschappen in eigendom toebehorende bijzondere begraafplaats.
2. Het onderhoudssubsidie in 2005 is:
3 De in het tweede lid genoemde bedragen zullen ieder jaar worden aangepast aan de stijging of daling van het loonindexcijfer van de CAO-lonen per maand (inclusief bijzondere beloning) van de particuliere bedrijven.
Hoofdstuk IV Deelverordening instrumentale verenigingen
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen gevestigde en werkzame instrumentale verenigingen.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
Een instrumentale vereniging kan bestaan uit verschillende muzikale eenheden (bijvoorbeeld een harmonie en een drumband) die bestuurlijk ressorteren onder verantwoordelijkheid van de instrumentale vereniging.
Om voor subsidie in aanmerking te komen dienen de instrumentale verenigingen aangesloten te zijn bij een van de navolgende overkoepelende organisaties:
Het subsidie voor de volgende instrumentale verenigingen bedraagt:
Burgemeester en wethouders bepalen dat aan het subsidie de voorwaarde wordt verbonden dat de instrumentale verenigingen regelmatig uitvoeringen verzorgen in het kader van plaatselijke evenementen en festiviteiten.
Hoofdstuk V Deelverordening vocale verenigingen
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen gevestigde en werkzame profane en kerkelijke zangverenigingen.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk van de verordening wordt verstaan onder:
Om voor subsidie in aanmerking te komen dienen de profane zangverenigingen aangesloten te zijn bij een van de landelijke koororganisaties, zoals verenigd in de Stichting Samenwerkende Nederlandse Korenorganisaties (SNK).
Het subsidie voor de volgende kerkelijke zangverenigingen bedraagt:
Het subsidie voor de volgende profane zangverenigingen bedraagt:
Burgemeester en wethouders bepalen dat aan het subsidie de voorwaarde wordt verbonden dat de zangverenigingen uitvoeringen verzorgen in het kader van plaatselijke evenementen en festiviteiten.
Hoofdstuk VI Deelverordening vrouwenverenigingen
Dit hoofdstuk heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen gevestigde en werkzame vrouwenverenigingen.
Het subsidie is bestemd voor de uitvoering van sociaal-culturele en emancipatorische activiteiten.
Om voor subsidie in aanmerking te komen organiseren vrouwenverenigingen minimaal 2 informatieve of educatieve activiteiten voor hun leden.
Het subsidie voor de volgende vrouwenverenigingen bedraagt:
Hoofdstuk VII Deelverordening jeugd- en jongerenwerk
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen gevestigde en werkzame instellingen op het gebied van jeugd- en jongerenwerk.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk van de verordening wordt verstaan onder:
jeugd- en jongerenwerk: het werk dat mogelijkheden biedt en of realiseert voor de educatieve, sociale, creatieve en recreatieve ontplooiing van jongeren tot 21 jaar in groepsverband voornamelijk in de vrije tijd, onder leiding van daartoe gekwalificeerde c.q. bekwaam te achten vrijwilligers. Activiteiten op zuiver politiek, economisch of godsdienstig vlak vallen niet onder de toepassingssfeer van dit hoofdstuk noch activiteiten in het kader van culturele, folkloristische en sportverenigingen alsmede speeltuinwerk.
Het subsidie voor de volgende jeugd- en jongerenverenigingen bedraagt:
Hoofdstuk VIII Deelverordening seniorenverenigingen
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen gevestigde en werkzame seniorenverenigingen.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk van de verordening wordt verstaan onder seniorenvereniging: de vereniging die zich ten doel stelt de bevordering van vrijetijdsbesteding en het organiseren van andere activiteiten o.a. op cultureel gebied ten behoeve van haar leden.
Het subsidie voor de volgende seniorenverenigingen bedraagt:
Hoofdstuk IX Deelverordening volksfeesten
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen gevestigde en werkzame instellingen die activiteiten organiseren als bedoeld in artikel 9.2 en 9.3.
In de kosten van carnavalsoptochten, alsook voor evenementen verband houdende met het Koninklijk Huis en de St. Nicolaasviering ten behoeve van de Meerssense jeugd, wordt een bijdrage beschikbaar gesteld in de vorm van een vast bedrag zijnde voor de volgende verenigingen:
Voor activiteiten in het kader van de St. Maartensviering wordt per kern een vast bedrag beschikbaar gesteld van: € 123,-- voor het jaar 2005, € 125,-- voor het jaar 2006, € 127,-- voor het jaar 2007, € 130,-- voor het jaar 2008 en € 133,-- voor het jaar 2009.
Hoofdstuk X Deelverordening gemeentelijke representatieregeling welzijnsinstellingen
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen gevestigde en werkzame instellingen die een jubileum vieren, een kampioenschap behaald hebben of die op het gemeentehuis ontvangen wensen te worden. Betreffende welzijnsinstellingen kunnen bij onderstaande gebeurtenissen aanspraak maken op een waardering van de gemeente:
Als jubileum wordt aangemerkt 10, 25, 40, 50, 60, 75, 100, 125 jarige bestaansvieringen en zo vervolgens. Voor een carnavalsvereniging wordt als jubileum aangemerkt 11, 22, 33 jarige en volgende bestaansvieringen met een veelvoud van 11 jaren.
Van gemeentewege wordt een bedrag verstrekt van € 50,-- bij een jubileum. Bij eeuw of halve eeuwfeesten en bij een 25 danwel 75 jarig bestaan, wordt het bedrag gesteld op € 100,--.
Voor de carnavalsverenigingen geldt het aantal jaren deelbaar door 11 dat het dichtst bij de voor de andere verenigingen geldende jaren gelegen is om voor € 100,-- in aanmerking te komen.
Voldoet de vereniging niet aan de eisen om voor een regulier subsidie in de zin van deze verordening in aanmerking te komen, dan zal een bedrag van € 25,-- ter beschikking worden gesteld.
1. Sportkampioenschappen in de enge zin
Hieronder vallen die verenigingen die gevestigd en werkzaam zijn binnen de gemeente Meerssen en aangesloten zijn bij de Nederlandse Sport Federatie (N.S.F.)/Nederlands Olympisch Comité (N.O.C.).
Van gemeentewege wordt een bedrag beschikbaar gesteld van € 120,-- bij een behaald kampioenschap (is er echter sprake van een kampioenschap op het allerhoogste niveau dan zal er € 230,-- beschikbaar worden gesteld).
Om in aanmerking te komen voor deze kampioenschapsbijdrage dient er wel voldaan te worden aan een aantal eisen en voorwaarden:
1.2. Kampioenschap individueel
Voor kampioenschappen (niet zijnde teamsporten) behaald door individuele sporters geldt de onderstaande regeling:
2. Sportkampioenschappen in de brede zin
Hieronder vallen die verenigingen dan wel individuen die gevestigd zijn binnen de gemeente Meerssen, maar niet aangesloten zijn bij een overkoepelende landelijke of gewestelijke organisatie. Betreffende verenigingen kunnen aanspraak maken op een kampioenschapsbijdrage als er voldaan wordt aan onderstaande bepalingen en voorwaarden:
Bij een behaald sportkampioenschap in de brede zin heeft de vereniging recht op een gemeentebijdrage van € 25,--.
3. Kampioenschappen muziekgezelschappen in de enge zin
De muziekgezelschappen kunnen onderverdeeld worden in twee categorieën: de instrumentale en vocale verenigingen.
3.1. De instrumentale verenigingen
Om voor een gemeentelijke bijdrage bij een behaald kampioenschap in aanmerking te komen dient er voldaan te worden aan onderstaande regeling:
Bij het behalen van een eerste plaats bij kampioenswedstrijden heeft iedere instrumentale vereniging recht op een bijdrage van € 0,50 per behaald punt, doch slechts eenmaal per jaar en eenmaal per instrumentale vereniging.
Om voor een gemeentelijke bijdrage bij een behaald kampioenschap in aanmerking te komen dient voldaan te worden aan de onderstaande regeling:
Bij het behalen van een eerste prijs bij een concours of zangwedstrijd kunnen de vocale verenigingen aanspraak maken op een kampioenschapsbijdrage van gemeentewege groot zijnde € 50,--.
4. Kampioenschappen muziekgezelschappen in de brede zin
Alle andere muziekgezelschappen gevestigd en werkzaam in de gemeente Meerssen kunnen bij een behaald kampioenschap aanspraak maken op € 25,--, doch slechts eenmaal per jaar en eenmaal per vereniging.
5. Alle andere resterende kampioenschappen
Voor alle andere resterende kampioenschappen die vallen buiten de hierboven aangegeven categorieën geldt het onderstaande:
Een kampioenschap vallende onder deze categorie geeft recht op een gemeentelijk waarderingssubsidie van € 25,--.
Slechts bij bijzondere, uitzonderlijke prestaties kan er voor de jubilaris/kampioen een ontvangst op het gemeentehuis plaatsvinden (uiteraard met behoud van kampioenschapssubsidie).
Hoofdstuk XI Deelverordening toneelverenigingen
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen gevestigde en werkzame toneelverenigingen.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk van de verordening wordt verstaan onder toneelverenigingen: instellingen die de amateuristische beoefening van de toneelkunst ten doel hebben.
Om voor subsidie in aanmerking te komen dient de vereniging:
Het subsidie voor de volgende toneelverenigingen bedraagt:
Hoofdstuk XII Deelverordening creatieve vorming
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen gevestigde en werkzame verenigingen die zich met creatieve vorming bezighouden.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk van de verordening wordt verstaan onder creatieve vorming:
de ontwikkeling van creatieve vermogens en technische vaardigheden op het gebied van de toegepaste kunst.
Het subsidie voor de volgende verenigingen bedraagt:
Hoofdstuk XIII Deelverordening professionele welzijnsinstellingen
Dit hoofdstuk van de verordening is van toepassing op de subsidiëring van de door burgemeester en wethouders aan te wijzen professionele instellingen op het terrein van breed c.q. specifiek welzijn. In het kader van deze deelverordening worden als zodanig aangemerkt: Stichting Trajekt, Stichting Openbare Bibliotheek Meerssen, Kumulus gemeente Maastricht, Muziekschool Artamuse, Stichting Consultatiebureau voor Alcohol en andere Drugs Limburg, Stichting Slachtofferhulp Zuid-Limburg, Buro Halt Maastricht – Mergelland.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
professionele welzijnsinstelling: een instelling die met gebruikmaking van beroepskrachten in een of meer specifieke welzijnssectoren werkzaam is ten behoeve van de bevolking.
Alvorens een beschikking af te geven voor professionele welzijnsinstellingen die gesubsidieerd worden in het kader van regionale exploitatie-afspraken, kunnen burgemeester en wethouders advies inwinnen bij het van toepassing zijnde regionaal portefeuillehoudersoverleg. Indien daartoe aanleiding is of op verzoek van burgemeester en wethouders kan door het betreffende regionaal portefeuillehoudersoverleg een overleg terzake worden geïnitieerd tussen de deelnemende gemeenten, respectievelijk de deelnemende gemeenten en de professionele welzijnsinstelling. Verzocht wordt om bedoeld advies af te geven uiterlijk 2 maanden nadat de adviesaanvraag bij het betreffende regionaal portefeuillehoudersoverleg is binnengekomen.
In die gevallen waarin de subsidiëring is gerelateerd aan regionale exploitatie-afspraken en waarbij als verdeelsleutel voor de bepaling van het aandeel der afzonderlijke gemeenten in het totale begrote subsidie het inwoneraantal wordt gehanteerd, wordt het inwoneraantal toegepast per 31 december van het jaar dat voorafgaat aan het jaar waarin de subsidie-aanvraag wordt ingediend.
Alvorens over te gaan tot definitieve vaststelling als bedoeld in lid 1 kunnen burgemeester en wethouders in die gevallen waarin gesubsidieerd wordt in het kader van regionale exploitatie-afspraken, advies inwinnen bij het van toepassing zijnde regionaal portefeuillehoudersoverleg. Indien daartoe aanleiding is of op verzoek van burgemeester en wethouders kan door het betreffende regionaal portefeuillehoudersoverleg een overleg terzake worden geïnitieerd tussen de deelnemende gemeenten, respectievelijk de deelnemende gemeenten en de professionele welzijnsinstelling. Verzocht wordt om bedoeld advies af te geven uiterlijk 1 maand nadat de adviesaanvraag bij het betreffende regionaal portefeuillehoudersoverleg is binnengekomen.
De professionele welzijnsinstelling verstrekt ten behoeve van de subsidievaststelling voor 1 juli van het in het eerste lid bedoelde jaar het jaarverslag van de door de instelling verrichte werkzaamheden, de door het bestuur van de professionele welzijnsinstelling gewaarmerkte balans per 31 december van het jaar waarin de gesubsidieerde activiteiten hebben plaatsgevonden, en de definitieve jaarrekening met toelichting. Een accountantsverklaring wordt ingediend, indien het toegekende subsidie meer dan € 75.000,-- bedraagt. Indien een model voor de accountantsverklaring wordt voorgeschreven door het rijk of de provincie, dient dit te worden gehanteerd. In het geval van zeer uitzonderlijke omstandigheden kunnen burgemeester en wethouders uitstel verlenen van de termijn van indiening.
In die gevallen waarin de subsidiëring is gerelateerd aan regionale exploitatie-afspraken en waarbij als verdeelsleutel voor de bepaling van het aandeel der afzonderlijke gemeenten bij de vaststelling van het definitieve subsidie het inwoneraantal wordt gehanteerd, wordt het inwoneraantal toegepast per 31 december van het jaar dat voorafgaat aan het jaar waarin de subsidie-aanvraag is ingediend.
Burgemeester en wethouders kunnen aan de professionele welzijnsinstelling waaraan zij subsidie hebben toegekend voorschotten verstrekken.
Hoofdstuk XIV Deelverordening schutterijen
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen gevestigde en werkzame schutterijen.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk van de verordening wordt verstaan onder schutterijen: instellingen welke het in kameraadschappelijke geest beleven van de gebruiken en oefeningen behorende bij de traditie van het schutterswezen tot doel hebben.
Om voor subsidie in aanmerking te komen dient de vereniging aangesloten te zijn bij een erkende overkoepelende organisatie.
Het subsidie voor de volgende schutterijen bedraagt:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd aan de subsidiëring de voorwaarde te verbinden dat de schutterijen een nader omschreven aantal optredens verzorgen in de gemeente Meerssen.
Hoofdstuk XV Deelverordening kleine landschapselementen
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op het verstrekken van subsidie in de kosten van groot onderhoud van de in Meerssen gerealiseerde bouwwerken die vallen onder de kleine landschapselementen.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk van de verordening wordt verstaan onder:
Om voor subsidie ten behoeve van het groot onderhoud in aanmerking te komen dient er voldaan te worden aan onderstaande voorwaarden:
De subsidie voor het groot onderhoud ten behoeve van de daarvoor in aanmerking komende kleine landschapselementen bedraagt:
Een bijdrage in de goedgekeurde materiaalkosten, met een maximum van 50% van deze kosten, met dien verstande dat de bijdrage nimmer meer kan bedragen dan € 488,-- in het jaar 2005, € 498,-- in het jaar 2006, € 508,-- in het jaar 2007, € 518,-- in het jaar 2008 en € 528,-- in het jaar 2009.
Hoofdstuk XVI Deelverordening verbetering maatschappelijk functioneren gehandicapten en zieken
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen werkzame verenigingen die als specifiek doel hebben de verbetering van de mobiliteit van gehandicapten, aandacht/activiteiten voor zieken en integratie van gehandicapten in de samenleving.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk van de verordening wordt verstaan onder:
Het subsidie voor de volgende ziekencomités bedraagt:
Voor de overige instellingen gelden de volgende subsidiegrondslagen:
Hoofdstuk XVII Deelverordening adviesraden
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen gevestigde en hierna genoemde werkzame adviesraden.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk van de verordening wordt verstaan onder adviesraden:
onafhankelijke en deskundige overlegorganen die gevraagd en ongevraagd advies uitbrengen aan het gemeentebestuur inzake het gemeentelijk beleid.
Om de status van adviesraad te krijgen moet het overlegorgaan voldoen aan de volgende voorwaarden:
het overlegorgaan bezit een breed draagvlak binnen de doelgroep in de samenleving die het vertegenwoordigt; dit brede draagvlak blijkt uit de acceptatie door burgemeester en wethouders en de samenstelling van het overlegorgaan en de activiteiten die het overlegorgaan ontplooit naar de achterban toe;
Het subsidie bedraagt voor de volgende adviesraad:
Hoofdstuk XVIII Deelverordening eenmalige waardering projecten bevordering sociale cohesie
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op het eenmalig waarderen van projecten of nieuwe maatschappelijke initiatieven die een bijdrage leveren aan het bevorderen van de sociale cohesie.
Het betreft projecten en/of initiatieven die als doel kunnen hebben om de maatschappelijke participatie van bepaalde geledingen te vergroten en/of het verenigingsgebonden vrijwilligerswerk of meer specifiek allerlei vormen van vrijwillige zorg te versterken.
Voor het aanvragen en verstrekken van subsidie geldt het bepaalde in artikel 1.18, eenmalig waarderingssubsidie, van het algemene deel van de subsidieverordening.
Het subsidie wordt slechts verleend, indien subsidiëring op grond van de overige deelverordeningen niet mogelijk is en inzoverre de beschikbaar gestelde budgettaire ruimte niet overschreden wordt.
De hoogte van het subsidie is gerelateerd aan het maatschappelijk draagvlak en het financiële tekort van het ingediende initiatief c.q. project.
Hoofdstuk XIX Deelverordening overige subsidies
Dit hoofdstuk van de verordening heeft betrekking op de in de gemeente Meerssen werkzame instellingen op welzijnsgebied, waarop de voorafgaande deelverordeningen niet van toepassing zijn.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd aan de navolgende instellingen bijdragen en/of subsidies ter beschikking te stellen zulks op grond van de bijbehorende, navolgende, grondslagen:
Buurtverenigingen: subsidiëring op grond van 100 % vergoeding van de legeskosten voor vergunningsplichtige activiteiten met een maximum van € 488,-- voor het jaar 2005 voor alle buurtverenigingen samen, een maximum van € 498,-- voor het jaar 2006, € 508,-- voor het jaar 2007, € 518,-- voor het jaar 2008 en € 528,-- voor het jaar 2009.
Burgemeester en wethouders zijn beschikkingsbevoegd aangaande subsidieaanvragen van overige instellingen werkzaam op het gebied van “welzijn”, met dien verstande dat een mogelijke honorering van verzoeken slechts kan plaatsvinden binnen het totaalbedrag dat daartoe expliciet door de raad in betreffend jaar van de gemeentebegroting beschikbaar is gesteld.